Zoekresultaten 13501-13550 van de 44758 resultaten

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:254 Raad van Discipline Amsterdam 19-630/A/A/D

    Gegrond dekenbezwaar. Verweerder heeft niet voldaan aan herhaalde verzoeken van de deken de nodige inlichtingen te verschaffen en door zijn administratie niet op orde te hebben. Het handelen van verweerder raakt de kernwaarden integriteit en professionaliteit. Onvoorwaardelijke schorsing van acht weken.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:249 Raad van Discipline Amsterdam 19-766/A/A

    Klacht over advocaat als wederpartij in klachtprocedure kennelijk ongegrond. Het stond verweerder vrij om het artikel uit het Financieel Dagblad van 19 juli 2016 betreffende klager aan de deken te sturen. Dat verweerder daarbij de belangen van klager nodeloos en op ontoelaatbare wijze heeft geschaad is de voorzitter niet gebleken.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:269 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-578/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen advocaat wederpartij niet-ontvankelijk, omdat deze bij de deken is ingediend na verstrijken van de driejaarstermijn als bedoeld in artikel 46g lid 1 onder a Advocatenwet.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:236 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-063b

    Ongegronde klacht tegen een klinisch psycholoog. De klinisch psycholoog is ook inhoudelijk betrokken geweest bij de zorg aan klaagster. Geen aanknopingspunten voor de stelling dat de klinisch psycholoog aan klaagster hulp heeft geweigerd. Geen aanleiding dat de klinisch psycholoog de ouders van klaagster moest inlichten. Wat betreft het advies over de behandeling van klaagster aan de nieuwe instelling acht het College het niet onzorgvuldig dat zij, uitgaande van de goede momenten van klaagster, inschatte dat ze de keuze voor therapie grotendeels bij klaagster kon neerleggen. Onheuse bejegening komt niet vast te staan. Klacht ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2019:158 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 149/2019

    “Klacht tegen een neuroloog over een deskundigenonderzoek. Zijn rapport voldoet aan de eisen van zorgvuldigheid. Klacht kennelijk ongegrond”.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:169 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/654109 / DW RK 18/492

    Dat klaagster onder bewind is gesteld en de bewindvoerder bezig is met het regelen van de schulden van klaagster, heeft niet tot gevolg dat de gerechtsdeurwaarder geen executiehande­lingen meer kan verrichten. Verder bestaat er voor de gerechtsdeurwaarder geen wettelijke verplichting om voorafgaand het leggen van beslag informatie over het inkomen van klaagster bij haar op te vragen, maar is het aan klaagster om na betekening van de executoriale titel informatie over haar inkomen bij de gerechtsdeurwaarder aan te leveren. De overbetekening van het gelegde loonbeslag is gericht aan klaagster terwijl sprake was van een onderbewindgestelde. De terugbetaling van het ten onrechte geïnde salaris van klaagster heeft erg lang op zich laten wachten. De gerechtsdeurwaarder heeft de beslagvrije voet ten onrechte op nihil gesteld. Klacht is gedeeltelijk gegrond. De kamer legt de maatregel van berisping op en veroordeelt de gerechtsdeurwaarder in de proceskosten.

  • ECLI:NL:TDIVBC:2019:6 Veterinair Beroepscollege 's-Gravenhage VB 2019/09

    Paard. Aankoopkeuring.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:237 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-063a

    Ongegronde klacht tegen een klinisch psycholoog. Geen aanwijzingen dat de groepstherapie voor klaagster ongeschikt was en dat de klinisch psycholoog geen oog heeft gehad voor de toestand van klaagster. Volgt niet uit het dossier dat op het moment van advisering over een operatie klaagster er slecht aan toe was. De overdracht naar een andere instelling heeft enige vertraging opgelopen, maar niet van zodanige aard dat dit een tuchtrechtelijk verwijt oplevert. Onheuse bejegening komt niet vast te staan. Klacht ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:270 Raad van Discipline 's-Gravenhage 18-1001/DH/DH

    Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TDIVBC:2019:7 Veterinair Beroepscollege 's-Gravenhage VB 2019/10 VB 2019/11 VB 2019/12 VB 2019/13 VB 2019/14

    Geen overschrijding redelijke termijn van twee jaar na het tijdstip waarop de dierenartsen gegronde redenen hadden om aan te nemen dat tegen ieder van hen een tuchtklacht zou worden ingediend. Het Veterinair Beroepscollege : - verklaart het beroep van de klachtambtenaar gegrond, - vernietigt de uitspraak van het Veterinair Tuchtcollege, - houdt iedere verdere beslissing aan.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:238 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-128

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een gz-psycholoog. Zij was ten tijde van de ophoging van de dosering van de medicatie aan klager niet in de kliniek aanwezig en was hier anderszins ook niet bij betrokken. Zij is hiertoe ook niet bevoegd. Klacht kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:170 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/669743 / DW RK 19/386

    Verzet is niet binnen de wettelijke termijn van veertien dagen ingediend. Termijnoverschrijding niet verschoonbaar. Verzet niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:171 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/672628 / DW RK 19/512

    Beslissing op verzet. De gerechtsdeurwaarders hebben niet tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld door niet met klager te communiceren, omdat klager niet de opdrachtgever was. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:233 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-109

    Klager kennelijk niet-ontvankelijk in deel van de klachten tegen de psychiater van zijn zoon. Klager kan niet als klachtgerechtigd worden aangemerkt omdat hij klaagt over de behandeling van zijn meerderjarige zoon, die niet wilsonbekwaam is, en waarbij niet blijkt van instemming met de klacht door de zoon. Ook al was klager wel mentor over de periode waar de klacht over gaat, klager is ten tijde van het indienen van de klacht geen mentor meer. Zoon heeft inmiddels een nieuwe mentor. Wel ontvankelijk in de klacht wat betreft de communicatie van de psychiater met klager over de behandeling van zijn zoon, maar dit klachtonderdeel is ongegrond. Klager niet-ontvankelijk verklaard, voor het overige is de klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:172 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/658646 / DW RK 18/624

    De gerechtsdeurwaarder heeft niet tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld door het vonnis te executeren. Weliswaar was er reeds beslag op de uitkering van klager gelegd, maar dit maakt niet dat de gerechtsdeurwaarder geen beslag mag leggen op een ander inkomstenbestanddeel. De gerechtsdeurwaarder kan het gelegde beslag niet indienen bij de collega gerechtsdeurwaarder die reeds eerder beslag op het inkomen van klager heeft gelegd, omdat de gerechtsdeurwaarder beslag heeft gelegd op een ander inkomstenbestanddeel. De gerechtsdeurwaarder heeft adequaat gereageerd, nadat hij er van op de hoogte raakte dat de beslagvrije voet na het leggen van het beslag diende te worden aangepast. Klacht is ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:234 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-142

    Deels gegronde klacht tegen een huisarts. Klager is de ex-echtgenoot van een patiënte van de huisarts. Klager stelt nadeel te hebben ondervonden van een door de huisarts aan klagers ex-echtgenote afgegeven brief. De door de huisarts afgegeven brief, in het format van een medisch dossier, waarbij in de S-regel een weergave is opgetekend van het subjectieve verhaal de ex-echtgenote van klager, kan wel worden aangemerkt als een geneeskundige verklaring in de zin van de KNMG Richtlijn Omgaan met medische gegevens. Het is nergens vermeld dat dit slechts een gedeelte van het medisch dossier is. Ook is onduidelijk dat de brief enkel het subjectieve verhaal van zijn patiënte bevat. Het College heeft er wel oog voor dat hij heeft gehandeld uit zorg voor zijn patiënte en dat hij juist heeft getracht te handelen volgens de beroepsregels. Overige klachtonderdelen ongegrond. Klacht gedeeltelijk gegrond verklaard. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:173 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/657758 / DW RK 18/601

    Er is niet ten onrechte bankbeslag gelegd. Uit de e-mail van 30 oktober 2018 valt niet af te leiden dat het gerechtsdeurwaarderskantoor na overleg met de opdrachtgever nog contact met klager zou opnemen alvorens beslag te leggen. Niet aannemelijk is gemaakt dat het kantoor van de gerechtsdeurwaarder klager moedwillig heeft misleid. De gerechtsdeurwaarder heeft evenmin tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld door de bij de executie bijkomende kosten bij klager in rekening te brengen. Klacht is ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:268 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-403/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen de eigen advocaat over de kwaliteit van dienstverlening kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:235 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-063c

    Ongegronde klacht tegen een psychiater. De door de psychiater gegeven vorm van begeleiding aan klaagster en het zijn van contactpersoon acht het College adequaat. Met de doorverwijzing naar de nieuwe instelling heeft de psychiater geen inhoudelijke bemoeienis gehad. Geen aanwijzingen dat de psychiater de ouders van klaagster had moeten inlichten. Klacht ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:174 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/659400 / DW RK 18/653

    Er is niet tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld door beslag te leggen op de hond van klager. De gerechtsdeurwaarders hebben echter onvoldoende aannemelijk gemaakt dat de inbewaargeving noodzakelijk was voor het behoud van de zaken. De kamer betrekt hierbij dat de hond een gezelschapsdier is en dus niet te verwachten valt dat klager zijn hond zou verduisteren. Bovendien hebben de gerechtsdeurwaarders de ter zitting genoemde verwachte opbrengst van de hond ad € 1.000,- niet aannemelijk gemaakt. Verder hadden de gerechtsdeurwaarders de zoon van de schuldeiser in dit geval niet als gerechtelijk bewaarder mogen aanstellen, omdat hij in feite de zaakwaarnemer van de schuldeiser is. Uit het betalingsvoorstel van 22 oktober 2018 volgt dat klager zijn hond pas na meer dan twee jaar zou terugkrijgen, hetgeen naar het oordeel van de kamer als gijzeling kan worden aangemerkt. Dat is tuchtrechtelijk laakbaar. De klacht is gedeeltelijk gegrond. De kamer legt de maatregel van berisping op en veroordeelt de gerechtsdeurwaarders in de proceskosten.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:168 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/665727 / DW RK 19/213

    Het BFT verwijt de gerechtsdeurwaarders dat zij 1. een ontoereikende administratie voeren, 2.een bewaringstekort hebben laten ontstaan en bestaan, 3. de rebate-verplichting niet hebben meegenomen in de berekening van de bewaarplicht en 4. handelen in strijd met de regels inzake de onafhankelijkheid. De door de gerechtsdeurwaarders aangevoerde ontvankelijkheidsverweren worden verworpen. Het BFT kan in de klachten worden ontvangen. De klachtonderdelen 2 en 3 worden gegrond verklaard. De kamer is van oordeel dat de rebate-vergoeding moet worden meegenomen bij de berekening van de bewaringsplicht. De overige klachtonderdelen worden ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:243 Raad van Discipline Amsterdam 19-510/A/A

    Ongegrond verzet

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:250 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-606/DH/RO

    Klacht over kwaliteit van dienstverlening, kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:263 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-189/DH/RO

    Klacht tegen advocaat wederpartij ongegrond. Klacht tegen advocaat-stagiaire en haar patroon. Verweerster is de advocaat-stagiaire. Het toezenden van facturen aan klager kan niet worden aangemerkt als tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen. De omstandigheid dat verweerster klager heeft verzocht om een deel van het bedrag te voldoen op de derdenrekening en het overige deel op de kantoorrekening, is evenmin tuchtrechtelijk laakbaar. Dat verweerster heeft getracht ‘misbruik te maken van derdengeld’, is niet gebleken.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:244 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-252/DH/DH

    Klacht over kwaliteit van dienstverlening ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:230 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-125

    Deels gegronde klacht tegen een internist. Klaagster niet-ontvankelijk in de klachten die betrekking hebben op de periode tot 22 mei 2009. Het medisch dossier van de internist vertoont nogal wat gebreken. Er is geen differentiaaldiagnose en verder beleid aangetroffen. Ook heeft de internist de afwijkende bloeduitslagen onvoldoende duidelijk gecommuniceerd naar klaagster. De internist had klaagster een duidelijker advies moeten geven over het vervolg gedurende de vakantie. Klacht gedeeltelijk gegrond verklaard. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:257 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-171/DH/RO

    Verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:238 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-618/DH/RO/D

    Dekenbezwaar gegrond. Verweerder heeft de voorwaarden voor opheffing van zijn schorsing met voeten getreden door de deken o.a. niet (tijdig) althans in strijd met de waarheid te informeren over de financiële situatie van zijn kantoor en zijn praktijkvoering en de voortgang van de behandeling van de strafzaak tegen hem. Daarnaast is door zijn bewezenverklaarde strafrechtelijke gedragingen en de daarvoor aan hem opgelegde gevangenisstraf niet alleen zijn eigen integriteit aangetast maar ook en vooral het vertrouwen in de advocatuur ernstig geschaad. Hoewel verweerder zich heeft uitgeschreven als advocaat, legt de raad een voorwaardelijke schorsing voor de duur van 26 weken op.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:244 Raad van Discipline Amsterdam 19-624/A/A

    Klacht van advocaat over advocaat in verband met overname strafzaak. Vaststaat dat verweerder de heer M op 10 september 2018 in de PI heeft bezocht, zonder dit voorafgaand met klager te overleggen. Verweerder stelt dat hij op dat moment niet wist dat de heer M reeds werd bijgestaan door klager. Volgens vaste jurisprudentie had het op de weg van verweerder gelegen zich ervan te vergewissen of de heer M in de onderliggende strafzaak niet reeds door een advocaat werd bijgestaan. Verweerder stelt dat hij hiertoe verschillende (vruchteloze) pogingen heeft ondernomen, hetgeen door klager wordt betwist en door verweerder op geen enkele wijze is onderbouwd. De raad zal hier dan ook aan voorbij gaan. De raad gaat er vanuit dat verweerder de heer M heeft bezocht zonder zich er (voldoende) van te vergewissen of de heer M in de onderliggende strafzaak reeds door een advocaat werd bijgestaan, en voorts dat verweerder na zijn bezoek aan de heer M in het contact met klager heeft verzwegen dat hij de heer M had bezocht. Klacht deels gegrond, deels ongegrond. Waarschuwing en kostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2019:152 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 111/2019

    Raadkamerbeslissing. Ongegronde klacht tegen psychiater over het onnodig lang voorschrijven van lithium door het vasthouden aan een in het verleden gestelde diagnose en het miskennen van slaapapneu en/of restless legs.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:251 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-641/DH/DH

    Verweerder is, zoals hij zelf ook heeft erkend, tekortgeschoten in de communicatie met klager. Verweerder heeft daarnaast een kort geding met als doel de omgang tussen klager en zijn kinderen weer tot stand te brengen niet voortvarend ingesteld. Verweerder heeft klager verder benadeeld omdat hij twee, in plaats van drie, toevoegingen heeft aangevraagd. Verweerder heeft klager aldus niet bijgestaan op een wijze die een behoorlijk handelend advocaat betaamt. In aanmerking genomen dat verweerder al eerder met de tuchtrechter in aanraking is gekomen, acht de raad de maatregel van berisping passend.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:264 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-244/DH/RO

    Klacht tegen advocaat wederpartij ongegrond. Klacht tegen advocaat-stagiaire en haar patroon. Verweerster is de patroon. Het toezenden van facturen aan klager kan niet worden aangemerkt als tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen. De omstandigheid dat de advocaat-stagiaire van verweerster klager heeft verzocht om een deel van het bedrag te voldoen op de derdenrekening en het overige deel op de kantoorrekening, is evenmin tuchtrechtelijk laakbaar. Dat de advocaat-stagiaire van verweerster heeft getracht ‘misbruik te maken van derdengeld’, is niet gebleken. Niet is komen vast te staan dat verweerster is tekortgeschoten in haar rol als patroon.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:245 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-390/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Verweerster is door de rechtbank benoemd tot bijzonder curator van de minderjarige dochter van klager en zijn ex-vrouw. Tussen klager en de vrouw speelt onder meer een conflict over de woonplaats van de dochter. De klacht ziet op de wijze waarop verweerster de belangen van de minderjarige dochter heeft behandeld. De klacht is in alle onderdelen kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:231 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-156

    Ongegronde klacht tegen een internist-nefroloog. Klager lijdt aan een ernstige chronische nierziekte met een ongunstige prognose. Het is niet tuchtrechtelijk verwijtbaar dat de internist de met colchicine ingezette behandeling heeft voorgezet en niet met anakinra is gestart. Opname was op dat moment niet geïndiceerd, omdat er geen reden was om de behandeling anders te doen. Een poliklinisch consult na zes weken is een gebruikelijke termijn om een dergelijke chronische ziekte goed te kunnen volgen. Of er nog telefonisch contact heeft plaatsgevonden met de echtgenote van klager kan niet worden vastgesteld. Klacht ongegrond verklaard

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:258 Raad van Discipline 's-Gravenhage 18-840/DH/RO

    Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:239 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-445/DH/DH

    Klacht gegrond. Verweerster heeft klager onvoldoende voorbereid op een zitting, in het kader van een omgangsregeling. Berisping.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:245 Raad van Discipline Amsterdam 19-662/A/A

    Klacht over advocaat wederpartij. Door haar derdengeldenrekening ter uitvoering van de tussen mevrouw T en klaagster gemaakte afspraak ter beschikking te stellen heeft verweerster een bemiddelende rol ingenomen. Naar het oordeel van de raad heeft verweerster de indruk en tevens het vertrouwen bij klaagster gewekt dat de door verweerster ontvangen gelden na overdracht van de sleutel aan klaagster zouden worden uitbetaald. Voor zover verweerster, gelet op de discussie over de oplevering, meende dat er na de sleuteloverdracht toch nog redenen waren om niet tot uitbetaling aan klaagster over te gaan, had het op de weg van verweerster of haar kantoorgenoten gelegen om hierover contact op te nemen met de deken en ervoor te zorgen dat de gelden op haar derdengeldenrekening (dan wel in depot bij de deken) zouden blijven staan totdat duidelijk zou zijn aan wie de gelden rechtens toebehoorden. Door de handelwijze van verweerster, weliswaar op indringende instructie van de kantoorgenoten van verweerster, eruit bestaande dat zij na het tussen mevrouw T en klaagster gerezen geschil (zonder overleg met de deken) de gelden deels terug heeft gestort op de rekening van mevrouw T en deels heeft verrekend met openstaande declaraties van mevrouw T, heeft verweerster tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld jegens klaagster. Klacht gegrond, zonder oplegging van maatregel nu verweerster ten tijde van het gewraakte handelen advocaat-stagiaire was, zij heeft gehandeld onder druk van haar kantoorgenoten en de gelden inmiddels weer zijn teruggestort.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2019:153 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 046/2019

    Raadkamerbeslissing. Ongegronde klacht tegen psychiater over dat hij de diagnose ASS ten onrechte mede heeft gebaseerd op de heteroanamnese die hij heeft afgenomen en daarnaast de beweerdelijke schending van het correctierecht.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:252 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-281/DH/DH

    Verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:265 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-440/DH/RO

    Klacht over eigen advocaat ongegrond. Verweerder zou de zaak van klaagster hebben laten verjaren. De raad kan echter niet vaststellen dat daadwerkelijk sprake is van verjaring, zodat niet kan worden vastgesteld dat verweerder inderdaad een beroepsfout heeft gemaakt. Dat verweerder slecht bereikbaar is geweest voor klaagster, is evenmin komen vast te staan.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:246 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-648/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht over eigen advocaat. Uit de dossierstukken kan niet worden afgeleid dat verweerster klaagster onheus heeft bejegend, gesprekken heeft afgekapt of concepten van processtukken te laat aan klaagster heeft voorgelegd. Van onvoldoende belangenbehartiging is geen sprake. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:232 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-167

    Ongegronde klacht tegen een gynaecoloog. Het door de gynaecoloog ingezette beleid wat betreft medicatie is niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. De gynaecoloog is voor het handelen van de ANIOS in dit geval onder deze omstandigheden niet verantwoordelijk. De ANIOS was al zes maanden werkzaam op de afdeling, volledig ingewerkt en bekwaam en bevoegd om zelfstandig bevallingen zonder complicaties te begeleiden. De afspraken zijn helder en duidelijk vastgelegd in de werkinstructies. Voor de genoemde (onjuiste) notities in het dossier kan de gynaecoloog niet verantwoordelijk worden gehouden. De klacht wat betreft de nazorg kan niet worden vastgesteld. Het zou voorts beter zijn geweest als de gynaecoloog in de nagesprekken de klacht van klaagster over discriminatie serieuzer zou hebben genomen, maar dit leidt niet tot een tuchtrechtelijk verwijt. Klacht ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:259 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-650/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht gedeeltelijk kennelijk ongegrond verklaard, omdat verweerster voldoende heeft toegelicht waarom geen persoonlijk gesprek heeft plaatsgevonden met klagers over de declaratie. Klagers zijn voor het overige niet-ontvankelijk verklaard, met toepassing van artikel 46g, derde lid, onder b, Advocatenwet.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:246 Raad van Discipline Amsterdam 19-717/A/NH 19-718/A/NH

    Klacht van rechtsbijstandsverzekerde over eigen advocaten die zijn ingeschakeld via rechtsbijstandsverzekeraar. Verweerders hebben hun standpunt dat procederen niet in het belang van klaagster was in de communicatie met klaagster onvoldoende zorgvuldig gemotiveerd. Daarnaast hebben verweerders hun geheimhoudingsplicht jegens klaagster geschonden door het in de e-mail van 15 juni 2018 vervatte advies dat de kans van slagen van een zelf te starten ontbindingsprocedure nihil, althans gering werd geacht niet eerst met klaagster te delen, maar direct aan de verzekeraar te sturen. Klacht deels gegrond, deels ongegrond. Waarschuwing en kostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:240 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-202/DH/DH/D

    Dekenbezwaar deels gegrond. De raad is van oordeel dat het laten oplopen van een belastingschuld in het licht van de eerder aan verweerster onder meer daarvoor opgelegde voorwaardelijke schorsing, tuchtrechtelijk verwijtbaar is. Voorwaardelijke schorsing 4 weken, met daaraan verbonden een algemene voorwaarde en een bijzondere voorwaarde.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:253 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-040/DH/RO

    Verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:266 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-591/DH/RO

    Verweerster heeft in verzoekschriften geciteerd uit confraternele correspondentie en schikkingsonderhandelingen. Zij heeft in strijd gehandeld met Gedragsregels 12 en 13 (Gedragsregels 1992). Bij beslissing van 8 oktober 2018 (18-532/DH/RO) heeft de raad aan verweerster een waarschuwing opgelegd wegens het citeren uit confraternele correspondentie. Nu verweerster kennelijk niet heeft geleerd van haar vorige tuchtrechtelijke veroordeling, legt de raad een voorwaardelijke schorsing op voor de duur van 4 weken, met een proeftijd van één jaar. Verkorting inzagetermijn art. 8a lid 3 Advocatenwet tot één jaar.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:240 Raad van Discipline Amsterdam 19-536/A/A

    Ongegronde klacht over de eigen advocaat.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:247 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-616/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht over verweerster als advocaat in dienstbetrekking bij een ziekenhuis en tevens de rol vervult als lid van een commissie, verbonden aan dat ziekenhuis. Klacht van klaagster is deels kennelijk niet-ontvankelijk verklaard wegens ontbreken van een rechtstreeks belang en voor overige kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:247 Raad van Discipline Amsterdam 19-557/A/A

    Ongegrond verzet.