Zoekresultaten 2001-2020 van de 2420 resultaten

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:108 Raad van Discipline Amsterdam 24-165/A/A

    Raadsbeslissing; Omvangrijke klacht over de dienstverlening door de eigen advocaat in een vreemdelingenzaak. de klachtonderdelen die betrekking hebben op de inhoudelijke behandeling van klagers zaken gegrond zijn. De gegrondverklaring houdt met name verband met de traagheid waarmee verweerder klagers zaken heeft behandeld. Hoewel de raad er begrip voor heeft dat verweerder in de laatste maanden voor zijn pensionering door vertrek van twee kantoorgenoten in de knel is geraakt bij de behandeling en overdracht van zijn zaken, komt dit voor zijn risico en had klager van deze omstandigheden niet de dupe mogen worden. Waarschuwing met kostenveroordeling wordt passend geacht, omdat verweerder niet eerder tuchtrechtelijk is veroordeeld en hij heeft erkend dat hij tekortgeschoten is in een voortvarende behandeling van de zaken van klager.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:129 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/2181

    Klacht tegen een GZ-psycholoog tevens psychotherapeut. Over de zoon van klaagster is, in opdracht van het OM, een pro Justitia rapport opgemaakt door een psycholoog. Klaagster was als referent in het onderliggende onderzoek betrokken. Omdat klaagster en haar zoon het niet eens waren met de inhoud van het rapport, hebben zij zich nadien meermaals tot de GZ-psycholoog/psychotherapeut gewend in zijn hoedanigheid van manager zorg & rapportage. De klacht gaat erover dat klaagster haar correctierecht ten aanzien van het rapport niet heeft kunnen toepassen. De voorzitter van het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht kennelijk ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege oordeelt net als de voorzitter van het Regionaal Tuchtcollege dat de rapporteur verantwoordelijk is voor het toepassen van het correctierecht zodat verweerder hiervan geen tuchtrechtelijk verwijt kan worden gemaakt en verwerpt het door klaagster ingestelde beroep.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:68 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/740718 / DW RK 23/371

    Beslissing op verzet. Ongegrond. Klacht berust op hetzelfde feitencomplex waar eerder over is geklaagd.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2024:79 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/6804

    Klacht tegen GZ-psycholoog kennelijk ongegrond. Klager heeft in het verleden een verkeersongeval gehad. In het kader van de afwikkeling van de letselschade heeft de GZ-psycholoog een onderzoek gedaan naar eventuele cognitieve stoornissen bij klager. Hiervan heeft zij een rapport opgesteld. De klacht heeft betrekking op het onderzoek en het rapport van de GZ-psycholoog.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:190 Hof van Discipline 's Gravenhage 230335

    Beklag op grond van artikel 5 ongegrond. Het hof is van oordeel dat de plannen die klager heeft gepresenteerd en de toelichting daarop de ‘gegronde vrees’ als bedoeld in artikel 4 lid 1 sub b Advw niet hebben weggenomen. Het hof is van oordeel dat de door klager gepresenteerde ‘kwaliteitswaarborgen’ onvoldoende zijn in relatie tot zijn tuchtrechtelijke antecedenten. Het hof is verder van oordeel dat klager nog altijd onvoldoende zelfreflectie toont, ondanks dat dat door het hof in een eerder beklag van klager op grond van artikel 5 expliciet is genoemd.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:184 Hof van Discipline 's Gravenhage 230286

    Klacht van de ene advocaat tegen de andere, in verband met het overnemen van een cliënt. Het hof bekrachtigt het oordeel van de raad dat verweerster weliswaar niet overeenkomstig gedragsregel 28 heeft gehandeld, maar niettemin toch niet onbetamelijk.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:62 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/743898 / DW RK 23/462 LV/SM

    Beslissing op verzet. Klager beklaagt zich er onder meer over dat de gerechtsdeurwaarders klager niet hebben verteld wie de schuldeiser is en ondanks daartoe onbevoegd te zijn loonbeslag hebben gelegd. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en het verzet tegen die beslissing dient ongegrond te worden verklaard.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:178 Hof van Discipline 's Gravenhage 240181

    Beklag op grond van artikel 13 gegrond. Klager heeft zich voldoende, maar tevergeefs, ingespannen om zelf een advocaat te vinden. Daarnaast geeft het dossier geen grond om aan te nemen dat de beroepsprocedure waarvoor klager bijstand van een advocaat wenst geen redelijke kans van slagen heeft.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:136 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/2063

    Klacht tegen longarts. Klaagster is de echtgenote van patiënt. Bij hem werd in 2018 een longtumor met levermetastasering vastgesteld. Hij werd hiervoor met chemotherapie behandeld. Vanwege klachten na deze chemotherapie (waaronder maagkrampen en diarree) werd patiënt in het ziekenhuis opgenomen. Patiënt is daar overleden. Na zijn overlijden is obductie gedaan. De klacht gaat over het handelen van de longarts voorafgaand aan het overlijden. Klaagster verwijt de longarts onder meer dat hij meer onderzoek had moeten doen, zoals een CT-scan, overplaatsing naar een ander ziekenhuis had moeten aanbieden, de MDL-arts te laat heeft ingeschakeld en niet heeft geluisterd naar patiënt toen hij aangaf dat de pijn niet in de darmen zat. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:109 Raad van Discipline Amsterdam 24-130/A/A

    Raadsbeslissing; Ongegronde klacht over de dienstverlening door de eigen advocaat. Binnen de zeer beperkte tijd die er (mede door toedoen van klager) was om klagers zaak te behandelen heeft verweerder gehandeld met de zorgvuldigheid die van een redelijk bekwame en redelijk handelend advocaat mag worden verwacht.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:152 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7043

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen een huisarts kennelijk niet-ontvankelijk. Klaagster is de advocaat van een patiënt van de huisarts. Zij staat de patiënt bij in een letselschadezaak. Klaagster verwijt de huisarts dat hij heeft geweigerd een geneeskundige verklaring af te geven aan de patiënt en dat hij daarover een WhatsAppbericht en een e-mail aan klaagster heeft geschreven. Naar het oordeel van de voorzitter kan klaagster niet in haar klacht worden ontvangen. Klaagster stelt dat zij het mede in het belang van de veiligheid en/of de gezondheid van de patiënten noodzakelijk vindt om deze klacht in te dienen. Het valt echter niet in te zien dat de berichten van de huisarts aan klaagster effect of invloed hebben op de individuele gezondheidszorg. Verder heeft het contact tussen de huisarts en klaagster plaatsgevonden in het kader van de werkzaamheden van klaagster als letselschadeadvocaat. De opmerking dat de huisarts bij de patiënt de indruk heeft gewekt dat klaagster onkundig is, waardoor de kans bestaat dat de patiënt voor negatieve mond-tot-mond reclame zorgt, dan wel zijn relatie met klaagster wegens gebrek aan vertrouwen verbreekt, betreft een eigen beroepsmatig belang van klaagster als advocaat. Dit belang raakt niet de individuele gezondheidszorg en houdt als zodanig geen verband met de aard en strekking van het tuchtrecht. Klacht kennelijk niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:69 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/740948 / DW RK 23/377

    Beslissing op verzet. Ongegrond. Verzet ziet op hoogte van in rekening gebrachte kosten en over het informeren over bezwaar / beroep / verzetmogelijkheden.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:191 Hof van Discipline 's Gravenhage 240176

    Klacht tegen de deken niet verwezen.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:130 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/2144

    Klacht tegen een verzekeringsarts. Klager heeft eerder tuchtklachten ingediend tegen de verzekeringsarts. Deze klachten gingen over een de door de verzekeringsarts in 2016 opgesteld rapport en hebben geleid tot drie onherroepelijke eindbeslissingen van het Centraal Tuchtcollege. De voorzitter van het Regionaal Tuchtcollege heeft klager daarom wegens strijd met het ne bis in idem beginsel niet-ontvankelijk in zijn klacht verklaard. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager tegen deze beslissing.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2024:80 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2023/6694

    Klacht tegen een huisarts kennelijk ongegrond. Patiënt (broer van klager) was bekend met recidiverende herseninfarcten en is daarvoor meerdere keren in het ziekenhuis opgenomen geweest. Hij kreeg medicatie, waarvan hij veel bijwerkingen ondervond. De medicatie is in 2022 van Simvastatine gewijzigd naar Rosuvastatine en in 2023 van Clopidogrel Zentiva naar Clopidogrel Xiromed. Op 18 februari 2023 heeft patiënt een hersenbloeding gekregen en is hij op 27 februari 2023 overleden. Klager is niet tevreden met de zorg die verweerder aan zijn broer heeft verleend en daarnaast vindt klager dat verweerder zijn beroepsgeheim heeft geschonden. Het college oordeelt dat de huisarts niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:185 Hof van Discipline 's Gravenhage 230267

    Verweerster heeft een brief niet alleen aan klaagsters, de advocaten van haar wederpartij gestuurd, maar ook aan (de CEO van) de cliënte van klaagsters. Het hof is met de raad van oordeel dat een advocaat een eigen belang heeft bij naleving van gedragsregel 25 door de advocaat van de wederpartij van de cliënt. Het doel van gedragsregel 25 is immers het bewaren van het evenwicht tussen partijen in een juridisch geschil. Dat is niet alleen in het belang van partijen zelf, maar ook van andere betrokkenen, waaronder de advocaten. Het hof komt dus tot het oordeel dat klaagsters in hun klacht ontvankelijk zijn. Het hof is met de raad van oordeel dat de hierop gerichte klacht gegrond is. Het hof stelt voorop dat (ook) een in “cc” gestuurde e-mail moet worden gekwalificeerd als een rechtstreeks verstuurd bericht in de zin van gedragsregel 25. Het bericht behelsde een aansprakelijkstelling en een verzoek om tot een regeling te komen. Geen van beide onderwerpen beoogt een rechtsgevolg te bewerkstellingen dat niet bereikt kon worden door het bericht uitsluitend naar klaagsters te sturen. Daar komt bij dat het bericht ook is gebruik voor communicatie over de reeds lopende zaak tussen de cliënte van klaagsters en de cliënten van verweerster.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:63 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/739990 / DW RK 23/342 LV/SM

    Beslissing op verzet: gegrond. Klacht: ongegrond. Klager heeft niet aannemelijk gemaakt dat de gerechtsdeurwaarders hun taak veronachtzaamd hebben in het proces van het verkopen van in beslag genomen aandelen.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:179 Hof van Discipline 's Gravenhage 240190

    Beklag op grond van artikel 13 ongegrond. Klaagster heeft zich onvoldoende serieus ingespannen om zelf een advocaat te vinden.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:137 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/2062

    Klacht tegen longarts. Klaagster is de echtgenote van patiënt. Bij hem werd in 2018 een longtumor met levermetastasering vastgesteld. Hij werd hiervoor met chemotherapie behandeld. Vanwege klachten na deze chemotherapie (waaronder maagkrampen en diarree) werd patiënt in het ziekenhuis opgenomen. Patiënt is daar overleden. Na zijn overlijden is obductie gedaan. De klacht gaat over het handelen van de longarts voorafgaand aan het overlijden. Klaagster verwijt de longarts onder meer dat zij meer onderzoek had moeten doen, zoals een CT-scan, overplaatsing naar een ander ziekenhuis had moeten aanbieden, de mdl-arts te laat heeft ingeschakeld en niet heeft geluisterd naar patiënt toen hij aangaf dat de pijn niet in de darmen zat. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:130 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-012/DH/DH

    Klacht over de eigen advocaat. Schrapping. Verweerster heeft haar cliënt gedurende een lange periode bewust onjuist geïnformeerd over het aanhangig hebben gemaakt van een procedure bij de rechtbank. Door klager vervolgens te ontraden zich bij de rechtbank te beklagen over de trage behandeling, heeft verweerster ogenschijnlijk ook nog geprobeerd om haar eigen kwalijke gedrag te verhullen.