Zoekresultaten 38921-38930 van de 42894 resultaten

  • ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1428 Raad van Discipline Amsterdam 10-244A

    Verzetzaak. Betreft klacht tegen eigen advocaat en vrijheid advocaat om terug te trekken. Verweerder wordt verweten dat hij ten onrechte de zaak van klager heeft aangenomen en dat hij zich vervolgens ten onrechte heeft teruggetrokken. Het verzet is ongegrond.

  • ECLI:NL:TDIVTC:2011:YF0312 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2009/82

    Het College kan beklaagde op grond van zijn bevindingen –geen hartruis maar wel een specifiek en voor beklaagde herkenbaar krakend geluid op de longen- volgen in zijn redenering dat hij in eerste instantie bij de hond van klaagster niet aan een hartprobleem dacht, maar van een longaandoening is uitgegaan.  Ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2011:YG0945 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2009 O 019a

    Klaagster verwijt de arts dat hij een onjuiste diagnose heeft gesteld met een onjuiste behandeling als gevolg, dat er een onjuist medicatiebeleid is geweest en voorts dat tegen de wil van patiënte haar medicatie is toegediend, haar een foute dosis onjuiste medicatie is toegediend, zij meermaals zonder geldige reden in separatie is geplaatst en klaagster zonder geldige reden een toegangsverbod is opgelegd. Klacht in alle onderdelen afgewezen.      

  • ECLI:NL:TGZREIN:2011:YG0933 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 10154

    Klager verwijt de huisarts, dat zij in zijn medisch dossier onterechte en beledigende opmerkingen heeft genoteerd. Het gaat voor het merendeel om werkaantekeningen, waarin klaagster haar indrukken weergeeft vanwege de zorgen, die zij zich over klagers situatie maakte. Het apart bijhouden van werkaantekeningen is in de huisartsenpraktijk niet gebruikelijk. De gekozen formulering was ongelukkig. Dossier is aangepast naar tevredenheid van klager. Geen overschrijding van de tuchtrechtelijke norm.

  • ECLI:NL:TADRARN:2011:YA1429 Raad van Discipline Arnhem 10-68

    Klacht over advocaat wederpartij. Advocaat heeft exploit laten betekenen op het adres van de dochter van klager terwijl zij wist dat klager daar niet woonachtig was. De Raad stelt voorop, dat niet ter beoordeling voorligt of de onderhavige betekening naar de regels van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering betreffende de betekening van exploten heeft plaatsgevonden nu dit oordeel is voorbehouden aan de civiele rechter. Voorts heeft klager zich erover beklaagd, dat verweerster het ertoe heeft willen leiden, dat klager pas nadat beslag was gelegd kennis zou dragen van de betekening, waardoor het door artikel 430 lid 3 Rv te beschermen belang is geschonden. Verweerster heeft in een e-mail aan haar cliënte (ondermeer) geschreven, dat het het beste zou zijn wanneer de deurwaarder niemand thuis aantreft waarna het exploit in een envelop wordt achtergelaten en dat als er toch iemand thuis is die de deur opendoet het niet de bedoeling is, dat diegene zegt dat klager wel op dat adres staat ingeschreven maar er niet daadwerkelijk woont, omdat dat allerlei ongewenste complicaties zou geven en dat zij hoopte dat dit te regelen valt. De raad overweegt dat de strekking van de wettelijke regeling betreffende de betekening van exploten is, dat de geadresseerde kennis neemt van hetgeen betekend wordt. Deze regel is geschreven ter bescherming van het belang van de beslagdebiteur, in casu klager en het was verweerster (uiteraard) niet toegestaan deze wettelijke regeling te omzeilen. Verweerster betwist uitdrukkelijk, dat de e-mail als een instructie aan haar cliënte was bedoeld. Dat doet er echter niet aan af, dat deze door de zin: “Ik hoop dat dit te regelen valt” wel als zodanig kan worden opgevat. Verweerster had zich reeds daarom van de gewraakte mededeling moeten onthouden. Klacht in zoverre gegrond. Enkele maatregel opgelegd.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2011:YG0934 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2009/65

     

  • ECLI:NL:TDIVTC:2010:YF0306 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2009/46

    St. Bernard wordt plotseling kortademig en onwel. Beklaagde heeft zich als weekendarts in de gegeven kritieke situatie naar het oordeel van het college terecht op symptoombestrijding gericht. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TDIVTC:2010:YF0303 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2009/54

    Beklaagde wordt verweten dat hij ten aanzien van een jonge herdershond een advies tot een TPO-operatie heeft gegeven, terwijl op röntgenfoto’s geen HD te zien was. Naar het oordeel van het college kan een dergelijk advies niet als veterinair onjuist worden gekwalificeerd als uit wordt gegaan van de situatie dat beklaagde bij de hond duidelijk een los heupgewricht heeft gevoeld en goede uitleg over de operatie heeft gegeven. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2010:YG0932 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen VP2009/01

     

  • ECLI:NL:TDIVTC:2010:YF0304 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2009/56

    Beklaagde zou ernst thrombophlebitis bij veulen hebben onderschat. Ongegrond.