Zoekresultaten 32451-32460 van de 42319 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSGR:2013:YA4094 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4146/13.53

    De deken kan geen tuchtrechtelijk verwijt worden gemaakt dat hij niet heeft voldaan aan het verzoek van klager om de door hem tegen mr. D. ingediende klacht direct door te zenden naar de Raad van Discipline. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2013:YA4100 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3995/12.129

    Geen gronden voor het verzet aangevoerd. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2013:YA4088 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4023/12.157

    Primair stellen klagers in het verzet dat hun klacht betrekking heeft op handelen van de voormalige deken, zodat onjuist is dat ter zitting de huidige deken aanwezig is. De Raad oordeelt dat de behandeling van het verzet moet worden voortgezet tegen de huidige deken, aangezien de klacht van klagers ingediend is het tegen de voormalige deken in zijn hoedanigheid van deken. Voor het overige onderschrijft de Raad de beoordeling van de plaatsvervangend voorzitter. Hetgeen klagers in het verzet hebben aangevoerd, leidt niet tot een ander oordeel dan de plaatsvervangend voorzitter heeft gegeven. Het verzet is ongegrond

  • ECLI:NL:TADRSGR:2013:YA4069 Raad van Discipline 's-Gravenhage R.4057/12.191

    Verweerster heeft rechtsbijstand verleend in de echtscheidingsprocedure van klaagster. Klaagster had tegen haar echtgenoot aangifte van mishandeling gedaan. Er was een huisverbod opgelegd, dat was verlengd. Tijdens het intakegesprek heeft klaagster dit aan verweerster meegedeeld. Klaagster had bewijsstukken van de aangifte en het huisverbod voorhanden, maar daar heeft verweerster niet naar gevraagd. Verweerster heeft een verzoekschrift ingediend strekkende tot het verkrijgen van voorlopige voorzieningen. Tijdens de eerste mondelinge behandeling ervan was verweerster aanwezig. Klaagster was in het gebouw aanwezig maar heeft geen contact gehad met verweerster en heeft de zitting niet bijgewoond. De behandeling is later voortgezet. Klacht dat verweerster het proces-verbaal van de aangifte niet in het geding heeft gebracht; voorts dat verweerster klaagster niet naar behoren heeft geïnformeerd over de gang van zaken in het gerechtsgebouw. De raad oordeelt het eerste klachtonderdeel gegrond, daar hij het verwijtbaar onzorgvuldig acht dat verweerster klaagster niet heeft gevraagd of zij beschikte over de stukken van de aangifte en het huisverbod. Het tweede klachtonderdeel oordeelt de raad ongegrond, gelet op de schriftelijke oproep die verweerster aan klaagster heeft gestuurd. Maatregel: enkele waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2013:YA4113 Raad van Discipline 's-Gravenhage R.4041/12.175-b

    Verweerder is een maatschap van advocaten, die terzake van declaraties van een van de advocaten incassomaatregelen heeft genomen. In het dossier van de betreffende advocaat was bekend dat klager op een verblijfadres verbleef. De maatschap heeft klager op dat adres aangeschreven, zonder dat er een reactie van klager kwam. Hierna heeft de maatschap klager gedagvaard op het GBA adres (de voormalige echtelijke woning). Omdat in de dagvaarding een fout stond heeft de kantonrechter een herstelexploot bevolen. Hierin is vermeld dat van klager geen woon- of verblijfplaats bekend was. Klager is bij verstek veroordeeld en heeft daarna verzet ingesteld. Bij eindvonnis heeft de kantonrechter de vordering van de maatschap afgewezen. Klacht dat de verwerende maatschap door te handelen zoals zij heeft gedaan klagers belangen heeft geschaad daar de dagvaarding is uitgebracht op het adres waar klager stond ingeschreven, terwijl verweerder en de betrokken advocaat wisten dat klager daar niet verbleef; dat verweerder ten onrechte executiemaatregelen heeft getroffen en dat verweerder heeft nagelaten om na het eindvonnis van de kantonrechter, waartegen verweerder hoger beroep heeft ingesteld, de proceskosten aan klager te betalen en het geïncasseerde bedrag onder zich heeft gehouden. De raad verwerpt een beroep van verweerder op niet-ontvankelijkheid, onder meer daar de incassoprocedure tegen klager door de maatschap is aangespannen en de maatschap in die procedure niet namens de betrokken advocaat heeft gehandeld. Ook staat in de algemene voorwaarden van verweerder dat een opdracht met de cliënt uitsluitend tot stand komt met de maatschap. De raad oordeelt verder dat het uit een oogpunt van zorgvuldigheid jegens klager en diens belangen op de weg van verweerder had gelegen om het herstelexploot ook aan het verblijfadres van klager te doen betekenen of klager aan dat adres een kopie van het exploot per post toe te zenden. Verweerder heeft dat nagelaten. Het eerste klachtonderdeel is gegrond. Het tweede klachtonderdeel is ongegrond, daar het verweerder na het verkrijgen van een uitvoerbaar verklaard vonnis vrij stond tegen klager executiemaatregelen te treffen. Het derde klachtonderdeel is gegrond, daar het op grond van het eindvonnis van de kantonrechter, dat uitvoerbaar bij voorraad is verklaard, op de weg van verweerder lag om daaraan eigener beweging gevolg te geven door de proceskosten aan klager te voldoen en het blijkens het vonnis ten onrechte geïncasseerde bedrag aan klager te restitueren. Het instellen van hoger beroep doet daaraan niet af. Maatregel: enkele waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2013:YA4126 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4004/12.138

    Echtscheidingsprocedure, waarbij verweerster bij de wederpartij de schijn heeft gewekt ook zijn belangen te behartigen. Verweerster heeft nagelaten bij herhaling volstrekte duidelijkheid te geven over haar rol als advocaat van de wederpartij. Zij is hierbij tekortgeschoten. De klacht is dan ook gegrond. Maatregel: een enkele waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2013:YA4107 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4076/12.210

    Verweerder had zich van het doen van een (ernstige) beschuldiging over de wederpartij in een breed toegankelijk dagblad moeten onthouden nu hij niet in staat is gebleken deze beschuldiging nader te onderbouwen. Klacht gegrond. Maatregel een enkele waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2013:YA4139 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4026/12.160 (herstelbeschikking)

    Klager beklaagt zich over het feit dat verweerder buiten de door de rechtbank gestelde termijn stukken in de procedure heeft gebracht, ten gevolge waarvan verweerder zich niet zorgvuldig heeft kunnen voorbereiden op de comparitie. Verweerder heeft zich er niet van vergewist dat klager een fax die de vrijdag voor het Pinksterweekend verzonden werd hem heeft bereikt. Primair overweegt de Raad dat een advocaat de belangen van de cliënt en niet die van de wederpartij heeft te behartigen. De belangen van de cliënt behartigt de advocaat op een wijze die hem in overleg met de cliënt goeddunkt. Gelet op de belangen van verweerders cliënt stond het verweerder vrij om de medische rapportage buiten de door de rechtbank gestelde termijn bij de rechtbank in te dienen. Zeker, nu verweerder onweersproken heeft gesteld dat hij de betreffende rapportage pas net ontvangen had. De Raad acht de klacht in zoverre ongegrond. Subsidiair overweegt de Raad dat een advocaat de belangen van de wederpartij niet geheel uit het oog mag verliezen en in bepaalde situatie ook jegens de wederpartij en diens advocaat de nodige zorg moeten betrachten. De Raad overweegt dat in dit geval verweerder zich ervan moeten vergewissen dat het door hem op vrijdag 25 mei 2012 gezonden faxbericht klager ook daadwerkelijk onder ogen zou komen, aangezien de comparitie op donderdag 31 mei 2012 zou plaatsvinden en de eerstvolgende werkdag in verband met het Pinksterweekeinde dinsdag 29 mei 2012 was. Verweerder kon niet volstaan met het enkel in zijn faxbericht benoemen van de comparitiedatum. Verweerder heeft niet gehandeld zoals een behoorlijk advocaat betaamt. De Raad verklaart de klacht gedeeltelijk gegrond zonder oplegging van een maatregel.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2013:YG2854 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 099-2012

    Klacht tegen arts betreffende het ontbreken van toestemming van de voogd voor het advies aan de IND over de vraag of er belemmeringen zijn voor het ‘horen en beslissen’ van minderjarige alleenstaande asielzoeker en over de inhoud van het advies zelf. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2013:YA4082 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4013/12.147

    Klager heeft na de verzettermijn zijn verzetschrift ingediend. De verzettermijn eindigde op 3 oktober 2012, terwijl het verzetschrift op 30 oktober 2012 bij de Raad binnengekomen is. Klager stelt dat hij pas op 16 oktober 2012 kennisgenomen heeft van de beslissing van de voorzitter en dat hij aanneemt dat dit komt vanwege het feit dat de postbesteller het afhaalbericht in de brievenbus van zijn oude huisadres en niet van zijn nieuwe huisadres heeft gedaan. Vaststaat dat klager zijn verhuizing niet aan de Raad heeft doorgegeven. Deze omstandigheid alsmede het feit dat de voorzittersbeslissing klager wellicht daardoor niet binnen de verzettermijn heeft bereikt, zijn voor risico van klager. Het verzet wordt niet ontvankelijk verklaard.