Zoekresultaten 15861-15870 van de 44930 resultaten
-
ECLI:NL:TNORSHE:2019:4 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2018/76, 77, 78 en 79
- Datum publicatie: 23-04-2019
- Datum uitspraak: 08-04-2019
- ECLI:NL:TNORSHE:2019:4
Wraking. In klachtprocedure tegen notaris en kandidaat-notaris verwijt BFT de notaris onder meer in strijd te hebben gehandeld met beslissingen die de gewraakte leden eerder hebben gegeven over de waarneming van een protocol. Verzoekers hebben gesteld dat een rechter die de kans krijgt in een procedure een mening te vormen over zijn eigen eerdere oordeel, objectief gezien niet als onpartijdig kan worden aangemerkt. In het kader van de behandeling van de tuchtklacht van het BFT tegen de notaris hoeven de gewraakte leden echter niet te oordelen over de juistheid van de door hen gegeven beslissing(en) over de waarneming en de ontheffing. Tegen die beslissingen heeft hoger beroep opengestaan, welk rechtsmiddel niet is benut. Wel moeten zij beoordelen of het handelen en/of nalaten van de notaris in de gegeven omstandigheden, waaronder het feit dat onherroepelijke beslissingen zijn gegeven over de waarneming en de ontheffing, al dan niet een schending oplevert van de tuchtrechtelijke norm. Nu een rechter uit hoofde van zijn aanstelling moet worden vermoed onpartijdig te zijn, terwijl er zich naar het oordeel van de wrakingskamer geen uitzonderlijke omstandigheid voordoet die een zwaarwegende aanwijzing oplevert voor het oordeel dat de gewraakte (tucht)rechters ten opzichte van de notaris en de kandidaat-notaris een vooringenomenheid koesteren, althans dat de bij hen bestaande vrees daarvoor objectief gerechtvaardigd is of dat sprake is van schijn van partijdigheid, zal de wrakingskamer het wrakingsverzoek afwijzen.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2019:70 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 295-2018
- Datum publicatie: 19-04-2019
- Datum uitspraak: 19-04-2019
- ECLI:NL:TGZRZWO:2019:70
Klacht tegen psychiater over verkeerde diagnose en medicatie. Klager heeft met de aanvullende klaagschriften zijn klacht voldoende onderbouwd en is daarom ontvankelijk in zijn klacht. Verweerder heeft niet onzorgvuldig gehandeld. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2019:67 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2018/179
- Datum publicatie: 19-04-2019
- Datum uitspraak: 19-04-2019
- ECLI:NL:TGZRAMS:2019:67
Klager is in 2013 onzorgvuldig geopereerd door een plastisch chirurg, waarna zenuwpijnklachten en een diffuse polyneuropathie is ontstaan. Klager verwijt de neuroloog onder andere het niet erkennen van zijn klachten en symptomen en het bewust stellen van een verkeerde diagnose. Ongegrond
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2019:71 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 336-2018
- Datum publicatie: 19-04-2019
- Datum uitspraak: 19-04-2019
- ECLI:NL:TGZRZWO:2019:71
Klachten tegen verpleegkundige zijn deels onvoldoende toegelicht en raken deels niet het handelen van verweerster. Kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2019:68 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 341/2018
- Datum publicatie: 19-04-2019
- Datum uitspraak: 19-04-2019
- ECLI:NL:TGZRZWO:2019:68
Klacht tegen psychiater omdat klager zich gedwongen voelde een depotinjectie te laten toedienen tot schade aan zijn gezondheid. Verweerder heeft uitgebreid en draagkrachtig gemotiveerd waarom de depotinjectie noodzakelijk was. Verweerder heeft bij klager erop aangedrongen om de vereiste medicatie te accepteren. Dat is niet gelijk te stellen aan het toepassen van dwang. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2019:69 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 289/2018
- Datum publicatie: 19-04-2019
- Datum uitspraak: 19-04-2019
- ECLI:NL:TGZRZWO:2019:69
Klacht tegen gz-psycholoog over verklaring. Cliënte was slachtoffer in een strafzaak. Door zich uit te laten over het effect van de duur van de procedure op de gesteldheid van cliënte heeft verweerster een waardeoordeel gegeven en voeding gegeven aan de indruk bij klager dat verweerster als belangenbehartiger van het mogelijke slachtoffer in de strafzaak is opgetreden. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2019:64 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 262/2018
- Datum publicatie: 18-04-2019
- Datum uitspraak: 18-04-2019
- ECLI:NL:TGZRZWO:2019:64
Een van de drie klachten tegen internisten/artsen. Bij patiënte is de diagnose coeliakie gesteld. Patiënte kreeg ernstige vermoeidheidsklachten. De klacht betreft –samengevat- de diagnostiek met betrekking tot de vermoeidheidsklachten. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2019:100 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.497
- Datum publicatie: 18-04-2019
- Datum uitspraak: 18-04-2019
- ECLI:NL:TGZCTG:2019:100
Klacht tegen gz-psycholoog en psychiater die in opdracht van het Gerechtshof een aanvullende Pro Justitia rapportage hebben opgesteld met een externe deskundige. De klacht betreft (A) inhoudelijke klachten betreffende de PJ-rapportage, (B) klachten met betrekking tot bespreking, inzage en verstrekking van afschriften van (deel)rapportages en (C) klachten over de aanpak van het onderzoek door het Q. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege heeft de klacht deels gegrond geacht, omdat de PJ-rapportage niet aan de criteria voldoet (A) en hier geen reden was om klager geen afschrift van het psychomotorisch rapport te verstrekken (B). Het Centraal Tuchtcollege heeft verweerster voor onderdeel (A) een waarschuwing opgelegd en onderdeel (B) gelet op de onduidelijke omstandigheden niet tuchtrechtelijk verwijtbaar geacht.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2019:65 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 261/2018
- Datum publicatie: 18-04-2019
- Datum uitspraak: 18-04-2019
- ECLI:NL:TGZRZWO:2019:65
Een van de drie klachten tegen internisten/artsen. Bij patiënte is de diagnose coeliakie gesteld. Patiënte kreeg ernstige vermoeidheidsklachten. De klacht betreft –samengevat- de diagnostiek met betrekking tot de vermoeidheidsklachten. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2019:101 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.239
- Datum publicatie: 18-04-2019
- Datum uitspraak: 18-04-2019
- ECLI:NL:TGZCTG:2019:101
Klacht tegen een bedrijfsarts. De klacht houdt in dat de bedrijfsarts misbruik van haar macht zou hebben gemaakt door zonder een geldige reden een medische expertise aan te vragen en dat zij incompetent zou zijn door in de terugkoppeling van een gesprek aan de werkgever een ander doel heeft gemeld dan met klager is besproken door het advies te geven dat klager een kop koffie bij zijn werkgever zou moeten gaan drinken. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 1586
- Pagina: 1587
- Pagina: 1588
- ...
- Pagina: 4493
- Volgende pagina zoekresultaten