Zoekresultaten 10051-10060 van de 44805 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARL:2021:102 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 21-048

    Voorzittersbeslissing over de advocaat van de wederpartij van een toenmalige notaris. Van onnodig grievende of feitelijk onjuiste uitlatingen over klager in de dagvaarding van verweerder is de voorzitter niet gebleken. De juistheid van het verdere verwijt van klager dat verweerder ex artikel 1:14 BW de dagvaarding op zijn kantooradres had moeten laten betekenen als toenmalige notaris en geheimhouder en niet op zijn woonadres is niet komen vast te staan. Van een wettelijke of morele verplichting is de voorzitter niet gebleken. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2021:61 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2021/2196-A2021/002

    Klager verwijt de chirurg dat hij tijdens de operatie inwendige wondjes heeft veroozaakt, waardoor klager wekenlang pijn had. De klacht is in 16 onderdelen uitgesplitst. Klager verwijt de chirurg onder meer dat hij niet goed met klager heeft overlegd, dat hij heeft nagelaten iets aan de blokkade bij klager te doen en dat hij zijn afspraken niet is nagekomen. De chirurg heet gemotiveerd verweer gevoerd. Het college heeft de klacht in raadkamer behandeld. De klacht is (in alle onderdelen) ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRARL:2021:94 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 20-665

    Raadsbeslissing. Er is geen gedragsregel die het verweerder verbiedt om een zaak over te dragen aan een kantoorgenoot en zelf ook bij die zaak betrokken te blijven. De raad is van oordeel dat het verweerder niet betaamt om het bestaan van een advocaat-cliënt-relatie met klager te ontkennen. Omdat verweerder echter nadien heeft erkend dat hij klager als advocaat van adviezen heeft voorzien, is de raad van oordeel dat verweerder uiteindelijk geen tuchtrechtelijk verwijt kan worden gemaakt. Klacht in drie onderdelen ongegrond. Klachtonderdeel over verweerders declaratie uit 2015 is niet-ontvankelijk, want te laat bij de deken ingediend.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2021:85 Raad van Discipline 's-Gravenhage 21-190/DH/RO

    Voorzittersbeslissing, ook in 21-196/DH/DH en 21-193/DH/DH. Klacht tegen drie aan de wederpartij verbonden advocaten onvoldoende onderbouwd en daarom kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2021:103 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 21-049

    Voorzittersbeslissing over advocaat wederpartij. Klachten deels kennelijk niet-ontvankelijk wegens ontbreken eigen belang. Overige klachten tegen verweerster, die haar collega eenmalig heeft waargenomen tijdens een zitting, kennelijk ongegrond. Verweerster mocht in de door haar geschetste omstandigheden vertrouwen op de wilsbekwaamheid van haar cliënte.  

  • ECLI:NL:TADRARL:2021:95 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 20-666

    Raadsbeslissing. Er is geen gedragsregel die het verweerder verbiedt om een zaak van zijn kantoorgenoot over te nemen en met die kantoorgenoot over de zaak te overleggen. De raad is van oordeel dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. Verweerder had op klagers e-mails moeten reageren om uit te leggen hoe een en ander in zijn werk zou gaan, bijvoorbeeld over het geldende uurtarief als het kostenmaximum van DAS was bereikt. De raad begrijpt niet waarom verweerder niet is aangeslagen op de e-mails van klager en het daarin vermelde verzoek om nadere voorwaarden te bespreken voordat verweerder inhoudelijk met klagers zaak aan de slag ging. De tekst van de betreffende e-mails laten immers niets aan duidelijkheid te wensen over. In plaats van te reageren op klagers herhaalde verzoek heeft verweerder de onduidelijkheid bij klager over de opdracht in stand gelaten, een concept verzoekschrift opgesteld en zijn daarmee samenhangende werkzaamheden bij DAS gedeclareerd. Verder heeft verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door klager niet eerder op de interne klachtenregeling te wijzen. Vier van de zes klachtonderdelen zijn gegrond. Maatregel van een waarschuwing. Proceskostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TADRARL:2021:89 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 19-336

    Verzetbeslissing. Geen aanleiding om aan de juistheid van de voorzittersbeslissing te twijfelen. Inhoudelijk oordeel over afwikkeling nalatenschap is voorbehouden aan de civiele rechter. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2021:86 Raad van Discipline 's-Gravenhage 21-185/DH/DH

    Voorzittersbeslissing, ook in 21-188/DH/DH, 21-191/DH/DH en 21-194/DH/DH. Klacht tegen de advocaten van de wederpartij kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2021:104 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 21-050

    Voorzittersbeslissing over advocaat wederpartij. Verweerster heeft geen reden tot twijfel gehad, en hoefde dat ook niet te hebben, over de wilsbekwaamheid van haar cliënte en mocht dan ook haar belangen behartigen in de procedure waarbij klager was betrokken als zoon. Alle klachtonderdelen kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2021:96 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 20-846

    Voorzittersbeslissing. Verweerster mocht als partijdige belangenbehartiger na uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis namens haar cliënte derdenbeslag ten laste van klager leggen. Daarbij is aan klager voldoende tijd voor beraad gegund. Verweerster mocht het met het standpunt van klager oneens zijn en beslag laten leggen. Of de getroffen executiemaatregelen onrechtmatig waren, daarover dient de civiele rechter te oordelen. Van misbruik maken van de executiebevoegdheid is in deze geen sprake geweest. Kennelijk ongegrond.