Zoekresultaten 531-540 van de 3010 resultaten

  • ECLI:NL:TGDKG:2020:55 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/687220 / DW RK 20/369 C/13/687222 / DW RK 20/370

    Schorsingsverzoek op grond van artikel 38 lid 1 Gerechtsdeurwaarderswet (Gdw). Faillissement gerechtsdeurwaarderskantoor. Gerechtsdeurwaarder [a] heeft geen toegang tot de dossieradministratie. Koppeling financiële administratie met de dossiers is niet mogelijk. Schorsingsverzoek wordt ten aanzien van [a] toegewezen. Een gedeelte van de dossiers van [a] zijn overgedragen aan gerechtsdeurwaarder [b]. Die heeft ook enige tijd geen koppeling kunnen maken tussen de dossier- en financiële administratie. Omdat die situatie op kort termijn is opgelost en ten aanzien van [b] geen ernstig vermoeden van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen is gerezen wordt het schorsingsverzoek ten aanzien van [b] afgewezen.

  • ECLI:NL:TGDKG:2020:51 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/667525 / DW RK 19/285 LV/SM

      Tussenbeslissing. Behandeling wordt aangehouden om de gerechtsdeurwaarder in de gelegenheid te stellen om aan te tonen dat de ambtshandelingen tegen klager door een ander kantoor zijn verricht dan het kantoor van de beklaagde gerechtsdeurwaarder.

  • ECLI:NL:TGDKG:2020:52 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/680053 / DW RK 20/80 LV/SM

     - laten ontstaan van een bewaringstekort en deze niet onverwijld te hebben aangezuiverd én het niet voldoen aan de minimum ratio voor liquiditeit. Alle klachtonderdelen worden gegrond verklaard. De gerechtsdeurwaarder is de maatregel van schorsing opgelegd voor de duur van één maand

  • ECLI:NL:TGDKG:2020:53 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/668780 DW RK 19/342 LV/SM

      De gerechtsdeurwaarder heeft een vergissing begaan bij bevraging huwelijksgoederenregister waardoor ten onrechte beslag is gelegd op het inkomen van de echtgenote van de schuldenaar. Gelet op de informatie die voorhanden was, in combinatie met een vertraagde inschrijving van de huwelijkse voorwaarden, was er geen reden voor de gerechtsdeurwaarder om te twijfelen aan de uitkomst van de bevraging. Van tuchtrechtelijk laakbaar handelen is op dit punt dan ook niet gebleken. Wel is de gerechtsdeurwaarder onzorgvuldig geweest met de privacy gevoelige informatie van klaagster en diens echtgenoot, terwijl dit eenvoudig anders had gekund. Daarnaast heeft de gerechtsdeurwaarder, kort nadat bekend is geworden dat Covid-19 een wereldwijde epidemie betrof, de overheid gepaste maatregelen had aangekondigd en de KBvG een dringend advies voor haar leden daarop had afgestemd, kennelijk toch de noodzaak gezien om twee keer bij klaagster langs te gaan om of beslag op de inboedel te leggen, dan wel de staat van de inboedel te bepalen. Hieruit blijkt dat de gerechtsdeurwaarder zich onvoldoende rekenschap heeft gegeven van de reële gezondheidsrisico’s die dergelijke bezoeken met zich mee kunnen brengen. Juist met het oog op die risico’s is het advies van de KBvG aan haar leden gegeven. In het licht van het voorgaande is een dergelijk handelen niet wat, gelet op de gegeven omstandigheden, een goed gerechtsdeurwaarder betaamt. De maatregel van berisping wordt opgelegd met een veroordeling in de proceskosten.

  • ECLI:NL:TGDKG:2020:54 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/668509 / DW RK 19/332 LV/SM

      De gerechtsdeurwaarder die overgaat tot beslaglegging onder de werkgever van de partner van een schuldenaar, dient daarbij een hoge mate van zorgvuldigheid in acht te nemen. Het beslag wordt immers gelegd op het inkomen van de niet-schuldenaar waarbij diens werkgever komt te beschikken over (privacy)gevoelige informatie. In gevallen als deze is de ondergrens voor het in acht nemen van de zorgvuldigheid, het op voorhand bevragen van het (openbare) huwelijksgoederenregister. Nu niet valt te achterhalen of een dergelijke bevraging heeft plaatsgevonden, moet worden aangenomen dat dit niet is gebeurd, met een ten onrechte beslaglegging als gevolg. De gevolgen van het niet bevragen van het huwelijksgoederenregister trekken zich verder door nu dit geleid heeft tot het opnemen van onjuiste gegevens in het exploot van beslaglegging. Dit is tuchtrechtelijk laakbaar. Op de inhoud van een door een gerechtsdeurwaarder uitgebracht exploot moet blindelings kunnen worden vertrouwd. De maatregel van berisping wordt opgelegd met een veroordeling in de proceskosten.

  • ECLI:NL:TGDKG:2020:49 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/674980 DW RK 19/594

    beslissing op verzet. klaagster heeft in verzetfase nieuwe klachten ingediend, daarin kan zij niet worden ontvangen. Voorzitter heeft juiste maatstaf toegepast in de oorspronkelijke beslissing.

  • ECLI:NL:TGDKG:2020:50 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/662655 DW RK 19/639

    Verzet is te laat ingediend. Niet ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TGDKG:2020:48 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/673254 DW RK 19/536

    Beslissing op verzet. Ongegrond, de oorspronkelijke beslissing is op juiste grondslag genomen

  • ECLI:NL:TGDKG:2020:46 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/659114 DW RK 18/641

    Van de gerechtsdeurwaarder mag worden verwacht dat hij brieven mbt bij hem in behandeling zijnde incasso binnen redelijke termijn beantwoord. De gerechtsdeurwaarder heeft ten onrechte geen inzicht gegeven in de betaalde rente. De gerechtsdeurwaarder heeft niet gereageerd op een deel van de e-mails die klaagster heeft gestuurd. De maatregel van berisping wordt opgelegd met een veroordeling in de proceskosten.

  • ECLI:NL:TGDKG:2020:47 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/663420 DW RK 19/130

    De gerechtsdeurwaarder heeft toegezegd een brief te sturen naar de wederpartij van klager. Dit is niet gebeurd, ondanks toezegging. De klachtenprocedure van het kantoor van de gerechtsdeurwaarder is niet in overeenstemming met artikel 13 KBvG normen voor kwaliteit. De maatregel van waarschuwing wordt opgelegd  zonder proceskosten veroordeling, omdat het de lichtste maatregel is die een zakelijke terechtwijzing inhoudt.