Zoekresultaten 431-440 van de 2805 resultaten

  • ECLI:NL:TNORSHE:2021:20 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2020/81

    Omdat klaagster de klacht tegen de notaris niet (voldoende) heeft geconcretiseerd, terwijl zij evenmin feiten heeft gesteld waar de klacht op is gegrond, is de kamer van oordeel dat de notaris zich niet deugdelijk heeft kunnen verweren tegen de klacht en tegen de (evenmin voldoende geconcretiseerde) ernstige beschuldigingen aan het adres van de KNB die impliciet mede tegen hem zijn gericht. Daarom is de kamer van oordeel dat de klacht niet-ontvankelijk is. De beantwoording van de vraag of de klacht tijdig is ingediend, kan dan in het midden worden gelaten.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2021:18 Kamer voor het notariaat Den Haag 20-57

    Volgens klager hadden persoonlijke gegevens van klager niet gedeeld mogen worden met de hypotheekgever en heeft het kantoor door dat wel te doen onzorgvuldig gehandeld.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2021:19 Kamer voor het notariaat Den Haag 21-02

    Klager verwijt de notaris dat hij niet aan de erfgenamen heeft gevraagd of zij daden van beheer hadden verricht.    

  • ECLI:NL:TNORDHA:2021:15 Kamer voor het notariaat Den Haag 20-51

    Klaagster is na het overlijden van erflaatster geconfronteerd met het testament dat de notaris in 2017 heeft gepasseerd. Klaagster verwijt de notaris dat hij een onjuist testament heeft opgesteld, waardoor de laatste wil van erflaatster niet kan worden uitgevoerd.    

  • ECLI:NL:TNORDHA:2021:16 Kamer voor het notariaat Den Haag 20-54

    De notaris heeft onzorgvuldig gehandeld met betrekking tot het doorzenden van de brief van de belastingdienst en de aanslagen erfbelasting. Hij heeft zonder instemming van klagers bezwaar gemaakt tegen aan klagers opgelegde aanslagen erfbelasting.      

  • ECLI:NL:TNORDHA:2021:17 Kamer voor het notariaat Den Haag 20-55 en 20-56

    Klaagster verwijt de notarissen dat zij hun ministerie hebben verleend aan de opdracht van de hypotheekbank tot veiling.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2021:17 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch 23-07-2021

    De vraag die in deze zaak centraal staat, is of het faillissement van de praktijkvennootschap van de notaris grond vormt voor schorsing van de notaris in de zin van artikel 26 lid 1 sub d Wna. Een schorsing op grond van artikel 26 lid 1 sub d Wna is een ordemaatregel, die het gevolg is van een (acuut) rechtsfeit van zodanig ernstige aard dat de ambtsuitoefening van een notaris moet worden onderbroken. Met de voorzitter is de kamer van oordeel dat deze bepaling zo dient te worden gelezen, dat zij ook van toepassing is op een notaris die het notarisambt uitoefent door middel van een besloten vennootschap waarin hij zijn notariële onderneming heeft ondergebracht en waarvan hij - direct of indirect - enig aandeelhouder en bestuurder is. Indien artikel 26 lid 1 sub d Wna in laatstgenoemd geval niet van toepassing zou zijn, zou een notaris de werking van deze bepaling kunnen ontlopen door (telkens) een zelfstandige entiteit in het leven te roepen. Daarmee zou de bepaling feitelijk nauwelijks tot geen betekenis hebben. De ratio van artikel 26 lid 1 Wna is of er een reële dreiging is die de ambtsuitoefening in gevaar zou kunnen brengen, die vervolgens vraagt om direct ingrijpen. Op grond van het voorgaande en gelet op het feit dat in de in artikel 26 lid 1 Wna geregelde gevallen sprake is van een verplichting van de voorzitter tot schorsing, is de kamer van oordeel dat de voorzitter artikel 26 lid 1 sub d Wna op de juiste wijze heeft toegepast.

  • ECLI:NL:TNORARL:2021:35 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/383854 / KL RK 21-25

    De notaris heeft een duidelijke en plausibele verklaring gegeven waarom de akte van levering niet op 21 augustus 2020 kon worden ondertekend. Klagers hebben niet ontkend dat het hun handtekening is die onder de volmacht staat voor de akte van levering. Klacht op alle onderdelen ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORARL:2021:36 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/385228 / KL RK 21-38

    De notaris heeft niet uitdrukkelijk gevraagd of klager de concept akte heeft ontvangen. Dit klachtonderdeel is gegrond. Een verzachtende omstandigheid is dat de akte was opgesteld door een medewerker die een voormalig notaris was. Daarom onvoldoende ernst voor een tuchtrechtelijk verwijt. Overige klachtonderdelen zijn ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORARL:2021:32 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/373595 / KL RK 20-95

    Gemachtigde klaagster heeft veel tijd en moeite in de zaak gestoken, maar een aanspraak op erkenning en of vergoeding van de werkzaamheden van de gemachtigde kan niet worden gevat onder het begrip belanghebbende in de zin van artikel 99 lid 1 Wna. Gemachtigde daarom niet-ontvankelijk in eigen klachten. Klachten van klaagster niet-ontvankelijk wegens termijn overschrijding en of ongegrond.