ECLI:NL:TNORDHA:2021:18 Kamer voor het notariaat Den Haag 20-57

ECLI: ECLI:NL:TNORDHA:2021:18
Datum uitspraak: 14-07-2021
Datum publicatie: 05-08-2021
Zaaknummer(s): 20-57
Onderwerp: Registergoed
Beslissingen:
  • Klacht ongegrond
  • Klacht gegrond zonder maatregel
Inhoudsindicatie: Volgens klager hadden persoonlijke gegevens van klager niet gedeeld mogen worden met de hypotheekgever en heeft het kantoor door dat wel te doen onzorgvuldig gehandeld.

Kamer voor het notariaat in het ressort Den Haag

Beslissing d.d. 14 juli 2021 inzake de klacht onder nummer 20-57 van:

[klaagster],

hierna ook te noemen: klaagster,

tegen

mr. [notaris],

notaris te [vestigingsplaats],

hierna ook te noemen: de notaris.

1.     Het procesverloop

1.1       De Kamer heeft kennisgenomen van de klacht, met bijlagen, ingekomen op 23 december 2020.

1.2       De notaris heeft een verweerschrift, met bijlagen, ingediend.

1.3       De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 23 juni 2021. Daarbij waren aanwezig

klaagster vertegenwoordigd door [K](hierna te noemen: klager), en de notaris. Van het verhandelde is proces-verbaal opgemaakt met daaraan de door beide partijen overgelegde pleitnotities gehecht.

2.     De feiten

2.1       Op 13 november 2020 om 19.24 uur heeft klager van het notariskantoor per e-mail concepten van een hypotheekakte en een volmacht hypotheeknemer ontvangen inzake een financiering. Die financiering betrof een hypothecaire geldlening van klaagster aan de koper van een registergoed aan de [adres] (hierna te noemen: de hypotheekgever).

2.2       Een medewerker van het notariskantoor, de heer [P] (hierna te noemen: de medewerker), heeft de e-mail met de bijgevoegde volmacht van klaagster aan het notariskantoor mede gestuurd naar de hypotheekgever. In de volmacht waren persoonlijke gegevens van klager en zijn echtgenote vermeld (volledige naam, woonadres, burgerlijke staat, volledige naam echtgenote en gegevens identiteitsbewijs).

2.3       Klager heeft op 16 november 2020 hierover een klacht ingediend bij het notariskantoor.

2.4       Bij e-mailbericht van 17 november 2020 om 13.12 uur heeft de medewerker excuses aangeboden en gemeld dat hij de notaris en het aanspreekpunt datalekken van het kantoor heeft ingelicht. Ook heeft hij geschreven dat klager nader bericht ontvangt over de verdere gang van zaken.

2.5       Bij e-mailbericht van 19 november 2020 heeft de kantoordirecteur, de heer [O], en functionaris gegevensbescherming van het notariskantoor klager een reactie gestuurd.

2.6       Klager heeft per e-mailbericht van 23 november 2020 gereageerd.

2.7       Op 23 november 2020 is de akte van geldlening met hypotheek gepasseerd.

2.8       Bij e-mailbericht van 25 november 2020 heeft de kantoordirecteur klager geantwoord.

2.9       De notaris heeft daarna telefonisch gesproken met de echtgenote van klager en met klager zelf.

2.10     Op 5 februari 2021 heeft de notaris klager de volgende e-mail gestuurd:

“(…)

Ik ben [naam notaris] en ik ben de verantwoordelijke notaris van uw dossier.

Mijn collega’s [O] en [P] hebben met u hier over gecommuniceerd, met mij in de cc.

Wij hebben elkaar in november vorig jaar ook telefonisch gesproken.

Echter heeft u nimmer eerder van mij persoonlijk een email gekregen. Bij deze dan wel.

Hierbij deel ik u mee dat ik het betreur dat u aangeeft dat u vindt dat uw klacht niet serieus is genomen door mijn kantoor.

Dat was zeker niet mijn bedoeling. Ik heb juist getracht om dit zeer serieus op te nemen en gepoogd om dit aan u over te brengen.

Daar ben ik dus klaarblijkelijk niet in geslaagd.

Hierbij mijn persoonlijke en welgemeende excuses dat persoonlijke gegevens van uw echtgenote en u zijn gedeeld met een andere persoon, die deze gegevens niet had mogen krijgen.

Ik benadruk dat mijn kantoor er alles aan doet om de door onze cliënten aan ons toevertrouwde informatie, waaronder persoonsgegevens, met de grootst mogelijke zorg en vertrouwelijkheid te behandelen.

Los van AVG en privacy, past dit bij de vertrouwelijke functie van een notaris.

Mocht de bovenstaande toelichting voor u niet afdoende zijn, dan herhaal ik mijn uitnodiging om bij mij op kantoor met elkaar in gesprek te gaan.

Ik begrijp dat dit alles een ongerief voor uw echtgenote en u veroorzaakt heeft.

Wellicht kan ik u tegemoet komen door bepaalde kosten van u te vergoeden.

(…)’.

2.11     Bij e-mailbericht van 9 februari 2021 heeft klager de notaris bericht dat hij van mening is dat het notariskantoor de kwestie nog steeds niet serieus oppakt.

2.12     Bij e-mailbericht van 12 februari 2021 heeft de notaris aan klager gevraagd op welke wijze hij persoonlijk contact wenst te voeren.

2.13     Op 26 februari 2021 heeft klager de notaris per e-mailbericht laten weten dat hij geen behoefte meer heeft aan persoonlijk contact.

3.     De klacht

3.1             Volgens klager hadden persoonlijke gegevens van klager niet gedeeld mogen worden met de

hypotheekgever en heeft het kantoor door dat wel te doen onzorgvuldig gehandeld. Klager is erg gesteld op zijn privacy. Er zijn van hem en zijn echtgenote minimale gegevens in het openbaar beschikbaar. Mogelijk zijn de gegevens nu, door het handelen van de notaris, bekend in de Hindoestaanse gemeenschap, die anders functioneert dan de Nederlandse gemeenschap.

3.2       Klager verwijt de notaris ook dat zijn klacht niet serieus is behandeld. Klager had op 17 november 2020 een klacht ingediend bij het notariskantoor. Pas op 19 november 2020 kreeg hij een schriftelijke reactie van de kantoordirecteur. Blijkbaar was er geen urgentie. Het notariskantoor doet de klacht af met de stelling dat er sprake was van een menselijke fout. Daarmee gaat het kantoor voorbij aan zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid.

3.3       Het notariskantoor heeft zich voorts te weinig ingespannen om klager het comfort te geven dat de gedeelde gegevens niet verder zouden worden verspreid.

3.4       Klager verwijt de notaris dat er geen persoonlijk contact met hem is gezocht.

3.5       Daarbij komt dat het antwoord van de kantoordirecteur op de klacht een onjuistheid bevatte, door te stellen dat de echtgenote van klager bestuurder is van klaagster, terwijl dat niet het geval is.

3.6       Ten slotte stelt klager dat een groot deel van de persoonlijke gegevens van klager, zoals zijn huwelijkse status en de naam van zijn echtgenote, niet in de volmacht opgenomen hadden hoeven  worden.

4.     Het verweer van de notaris

4.1       De notaris erkent dat er onzorgvuldig is gehandeld. De privé gegevens hadden niet bij een derde mogen terecht komen door het handelen van het notariskantoor. Door een fout van de medewerker, die onder de verantwoordelijkheid van de notaris valt, zijn

er privégegevens van klager bij een derde terecht gekomen. Dit had nooit mogen gebeuren. De notaris betreurt dat ten zeerste. Er zijn excuses aangeboden.

4.2       De notaris heeft aangevoerd dat de klacht wel degelijk serieus is behandeld. Er is direct actie

ondernomen door het notariskantoor en de kantoorprocedure is in gang gezet. De notaris heeft ervan geleerd en de kantoorprotocollen zijn aangescherpt.

4.3       De medewerker heeft meteen, nadat hij de klacht van klager had ontvangen, de notaris op de

hoogte gesteld. Ook is het aanspreekpunt datalekken van het notariskantoor geïnformeerd. Daarna is de kantoorprocedure in werking gesteld.

4.4       De medewerker heeft direct de volgende dag klager gemaild. Omdat de klacht gericht was

aan de directie heeft op 19 november 2020 de kantoordirecteur en functionaris gegevensbescherming gereageerd op het e-mailbericht van klager.

4.5       In de tussentijd heeft het notariskantoor de hypotheekgever gevraagd de e-mail met bijlagen als niet verzonden te beschouwen en te vernietigen.

4.6       De casus is intern besproken op kantoor met de directie, de notarissen en het aanspreekpunt datalekken.

4.7       Ook is er een melding gedaan bij de Autoriteit Persoonsgegevens.

4.8       Er is een andere behandelaar op de dossiers gezet waar klager bij betrokken was.

4.9       In reactie op de klacht is er steeds gepoogd helder en duidelijk met klager te communiceren. Op 19 november 2020 heeft de notaris telefonisch contact gezocht met klager. De notaris kreeg de echtgenote te spreken en begreep van haar dat zij mededirecteur was van klaagster. Klager zelf was op dat moment niet bereikbaar. De echtgenote was op de hoogte van de hele situatie.

4.10     Op 20 november 2020 heeft de notaris klager alsnog telefonisch gesproken. De notaris had het gevoel dat alles was uitgesproken.

4.11     Daarna is er nog contact geweest tussen het kantoor en klager en is er op 4 december 2020 een andere akte van geldlening en hypotheek tussen de hypotheekgever en klager gepasseerd.

4.12     Op 5 februari 2021 heeft de notaris klager gemaild.

4.13     Er is door het notariskantoor dus wel persoonlijk contact gezocht met klager en er is gereageerd.

Er is meerdere malen verzocht om een gesprek of ander persoonlijk contact. Klager heeft uiteindelijk zelf aangegeven dat hij geen behoefte had aan nader persoonlijk contact.

5.     De beoordeling van de klacht

5.1       Ter beoordeling van de Kamer staat of de notaris heeft gehandeld in strijd met de tuchtnorm als geformuleerd in artikel 93 van de Wet op het notarisambt (hierna: Wna). Een notaris is aan tuchtrechtspraak onderworpen ter zake van handelen of nalaten in strijd met hetzij enige bij of krachtens deze wet gegeven bepaling, hetzij met de zorg die hij als notaris behoort te betrachten ten opzichte van degenen te wier behoeve hij optreedt, alsmede ter zake van handelen of nalaten dat een behoorlijk notaris niet betaamt.

5.2       Voor zover de klacht ziet op het versturen van de volmacht aan de hypotheekgever overweegt de Kamer als volgt. De notaris heeft erkend dat dit fout is gegaan. Er is onzorgvuldig gehandeld en de notaris heeft daar meerdere malen zijn excuses voor aangeboden. Dit klachtonderdeel is gegrond.

5.3       Wat betreft het verwijt dat de klacht niet serieus is genomen overweegt de Kamer het volgende. De Kamer is van oordeel dat de klacht juist zeer serieus is genomen door de notaris en het notariskantoor. De medewerker heeft na ontvangst van de klacht de notaris, het aanspreekpunt datalekken en de directie van het notariskantoor ingelicht en heeft meteen de volgende dag een e-mailbericht naar klager gestuurd met excuses. Naar aanleiding van de klacht heeft de notaris hypotheekgever verzocht om het bericht met de volmacht te verwijderen. Ook is de Autoriteit Persoonsgegevens ingelicht en is er melding gemaakt van het datalek. Verder is er een andere behandelaar op het dossier gezet en zijn de kantoorprotocollen aangescherpt. Klager is ook geïnformeerd over de genomen acties. Dit klachtonderdeel is ongegrond.

5.4       Klager verwijt de notaris dat er te weinig inspanning is geleverd om klager het comfort te geven dat de privégegevens niet verder verstrekt zouden worden. Deze zekerheid kan de notaris echter niet geven. Het notariskantoor heeft de hypotheekgever verzocht de e-mail als niet verzonden te beschouwen en het te vernietigen. Of de hypotheekgever daar gehoor aan geeft en of de gegevens niet al verder verstrekt zijn aan derden, ligt buiten de invloedssfeer van de notaris. Dit klachtonderdeel is ongegrond.

5.5       Dat geldt ook voor het verwijt dat de notaris geen persoonlijk contact heeft gezocht met klager. De Kamer stelt vast dat klager in zijn klacht aan de notaris zelf heeft gevraagd om een schriftelijke reactie. Door het notariskantoor is daar gehoor aan gegeven. Er is de volgende dag door de medewerker contact gezocht per e-mail. Ook daarna is er door de kantoordirecteur een bericht gemaild en de notaris heeft zowel telefonisch als per e-mail contact opgenomen met klager.

5.6       Voor zover de klacht ziet op de feitelijke onjuistheden in het e-mailbericht van de kantoordirecteur is deze gegrond. Dit is erkend door de notaris. Vast is komen te staan dat de echtgenote van klager geen medebestuurder van klaagster was. Dit klachtonderdeel is gegrond.

5.7       De klacht dat er teveel en overbodige gegevens in de volmacht stonden treft evenwel geen doel. Het opnemen van meerdere identificerende gegevens dient de identificeerbaarheid van de volmachtgever en kan niet als onzorgvuldig worden bestempeld. Dit klachtonderdeel is ongegrond.

6.     Concluderend

6.1             De klacht is deels ongegrond en deels gegrond. De Kamer acht de gegronde klachtonderdelen niet dermate laakbaar dat zij dienen te leiden tot het

opleggen van een maatregel.

6.2             Omdat de Kamer de klacht deels gegrond verklaart, dient de notaris op grond van artikel 99, vijfde lid, van de Wna het door klaagster betaalde

griffierecht van € 50,00 aan haar te vergoeden. De notaris dient het griffierecht binnen vier weken na het onherroepelijk worden van deze beslissing aan klaagster

te vergoeden. Klaagster dient daarvoor tijdig haar rekeningnummer schriftelijk door te geven aan de notaris.

BESLISSING

De Kamer voor het notariaat:

-        verklaart de klacht deels gegrond en deels ongegrond;

-        legt de notaris geen maatregel op;

-        veroordeelt de notaris tot betaling van het griffierecht van € 50,00 aan klaagster.

Deze beslissing is gegeven door mrs. G.P. van Ham voorzitter, J. Snoeijer en J.W.A.P. Michels, en in tegenwoordigheid van de secretaris, mr. F.S. Pietersma-Smit, in het openbaar uitgesproken op 14 juli 2021.

Kopie van deze beslissing wordt bij aangetekende brief aan partijen gezonden. Tegen deze beslissing staat hoger beroep open bij het Gerechtshof te Amsterdam, postbus 1312, 1000 BH  Amsterdam. Het beroepschrift dient binnen dertig dagen na de dagtekening van genoemde brief door het Hof te zijn ontvangen, waarbij de datum van ontvangst door het Hof bepalend is.