ECLI:NL:TNORARL:2021:36 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/385228 / KL RK 21-38

ECLI: ECLI:NL:TNORARL:2021:36
Datum uitspraak: 19-07-2021
Datum publicatie: 02-08-2021
Zaaknummer(s): C/05/385228 / KL RK 21-38
Onderwerp: Personen- en Familierecht
Beslissingen: Klacht ongegrond
Inhoudsindicatie: De notaris heeft niet uitdrukkelijk gevraagd of klager de concept akte heeft ontvangen. Dit klachtonderdeel is gegrond. Een verzachtende omstandigheid is dat de akte was opgesteld door een medewerker die een voormalig notaris was. Daarom onvoldoende ernst voor een tuchtrechtelijk verwijt. Overige klachtonderdelen zijn ongegrond.

KAMER VOOR HET NOTARIAAT IN HET RESSORT ARNHEM-LEEUWARDEN

Kenmerk:        C/05/385228 / KL RK 21-38

beslissing van de kamer voor het notariaat

op de klacht van

[naam klager]

wonende te [plaats],

klager

tegen

mr. [naam notaris],

notaris te [plaats].

Partijen worden hierna respectievelijk klager en de notaris genoemd.

1.         Het verloop van de procedure

1.1.      Het verloop van de procedure blijkt uit

-          de klacht, met bijlagen, van 6 maart 2021

-          het verweer van de notaris van 6 april 2021;

-          de e-mail van klager met bijlagen, van 9 juni 2021.

1.2.      De klachtzaak is ter zitting van 11 juni 2021 behandeld, waarbij zijn verschenen klager enerzijds en de notaris anderzijds. De klager heeft zittingsaantekeningen overgelegd en deze voorgedragen.

2.         De feiten

2.1.      Klager is op [datum] 1997 gehuwd met [naam] (hierna: voormalig echtgenote) onder het opmaken van huwelijkse voorwaarden, opgemaakt op [datum] 1997. Hierin was voor zover relevant bepaald:

-          dat er een algehele gemeenschap van goederen was, waarvan was uitgezonderd erfenissen, schenkingen en herbeleggingen, de vordering van de voormalig echtgenote op klager, de bankrekeningen die op naam waren gesteld en het ondernemingsvermogen;

-          inzake de kosten van de gemeenschappelijke huishouding was bepaald dat daaraan naar evenredigheid van inkomen zou worden bijgedragen. Indien dat inkomen ontoereikend zou zijn werden de kosten voldaan uit ieders vermogen naar evenredigheid daarvan. De echtgenoot die over enig kalenderjaar meer zou hebben bijgedragen in de kosten van de huishouding kreeg het recht het teveel bijgedragen terug te vorderen van de andere echtgenoot;

-          er zou geen pensioenverevening conform de Wet verevening pensioenrechten plaatsvinden.

2.2.      Bij akte van [datum] 2015, opgesteld door de notaris, zijn de huwelijkse voorwaarden gewijzigd. Daarbij is voor zover relevant bepaald dat:

-          er geen huwelijksvermogensrechtelijke gemeenschap bestaat;

-          dat indien een van de echtgenoten meer zou hebben bijgedragen in de kosten van de huishouding, dan kon dat niet van de andere echtgenoot worden terug gevorderd;

-          verevening van het pensioen zou plaatsvinden volgens de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding.

2.3.      In 2019 is de echtscheidingsprocedure tussen klager en zijn voormalig echtgenote gestart.

3.         De klacht en het verweer

3.1.      Klager verwijt de notaris dat hij niet is betrokken bij de wijziging van de huwelijkse voorwaarden en dat hij onvoldoende is geïnformeerd over wat de wijziging precies inhield. De klacht valt uiteen in de volgende onderdelen:

-          De notaris heeft zonder medeweten van klager voorbereidende gesprekken gehad met zijn voormalige echtgenote over de wijziging van de huwelijkse voorwaarden;

-          De notaris heeft klager niet betrokken in de procedure van de wijziging;

-          De notaris heeft klager niet geïnformeerd over wat de wijziging precies inhield en wat de gevolgen zouden zijn bij een echtscheiding. Als hij dat had geweten had hij de akte niet ondertekend.

3.2.      Op het verweer van de notaris zal de kamer hierna, voor zover het verweer van belang is voor de beoordeling, nader ingaan.

4.         De beoordeling

4.1.      Ingevolge artikel 93 lid 1 van de Wet op het notarisambt (hierna: Wna) zijn notarissen, toegevoegd notarissen en kandidaat-notarissen aan het tuchtrecht onderworpen ter zake van handelen of nalaten in strijd met hetzij enige bij of krachtens deze wet gegeven bepaling, hetzij met de zorg die zij behoren te betrachten ten opzichte van degenen te wier behoeve zij optreden en ter zake van handelen of nalaten dat een behoorlijk notaris, toegevoegd notaris of kandidaat-notaris niet betaamt. De kamer dient derhalve te onderzoeken of de handelwijze van de notaris een verwijtbare gedraging in de zin van dit artikel oplevert.

Klachtonderdeel 1: voorbereidende gesprekken

4.2.      In 2015 is de voormalige echtgenote van klager op het kantoor van de notaris geweest en heeft daar gesprekken gevoerd met de heer [naam] (hierna: de medewerker). De medewerker was eerst de notaris van het kantoor. In 2015 is hij vanwege zijn leeftijd eervol ontslagen uit het ambt, waarna hij werkzaam was als medewerker, terwijl de notaris toen de waarnemer was van het kantoor. Als waarnemer was de notaris verantwoordelijk voor alle werkzaamheden die op het kantoor gebeuren. Dus ook voor de gesprekken die zijn gevoerd tussen de medewerker en de voormalig echtgenote.

4.3.      De kamer overweegt dat niet kan worden vastgesteld wat er precies tijdens de gesprekken tussen de heer [naam] en de voormalige echtgenote van klager is besproken omdat de personen die de gesprekken hebben gevoerd niet in deze procedure betrokken zijn. De medewerker is in 2018 overleden zodat hij ook geen toelichting meer kan geven. Doordat niet kan worden vastgesteld wat er is besproken tijdens de voorbereidende gesprekken kan ook niet worden onderzocht of er sprake is van een verwijtbare gedraging van de medewerker en dus ook niet van de notaris. Dit klachtonderdeel is ongegrond.

4.4.      Klager heeft aangegeven dat hij graag de gespreksaantekeningen van de medewerker wil inzien. De notaris stelt dat de aantekeningen bestemd zijn voor het eigen gebruik van de notaris voor het opstellen van de akte en niet voor het gebruik door klager.

4.5.      Het gaat om gespreksaantekeningen die zijn gemaakt van het gesprek of de gesprekken tussen de medewerker en de voormalige echtgenote van klager. De kamer overweegt dat de notaris deze gespreksaantekeningen niet aan de klager hoeft te verstrekken omdat deze vallen onder zijn geheimhoudingsplicht.

Klachtonderdeel 2: betrokken bij de wijziging   

4.6.      Klager stelt dat hij door de notaris niet is betrokken bij de wijziging van de huwelijkse voorwaarden. Het concept van de akte is naar één e-mailadres gestuurd dat duidelijk van de voormalige echtgenote van klager was. Voordat de akte werd ondertekend is er geen contact opgenomen met klager of hij de akte had ontvangen en begrepen.

4.7.      De kamer overweegt dat de notaris bij de voorbereiding van het gesprek op 11 december 2015 had moeten zien dat de concept akte maar naar één e-mailadres was gestuurd. Dat had voor de notaris een reden moeten zijn om klager uitdrukkelijk te vragen of hij de concept akte wel had ontvangen en om klager alsnog nader te informeren over de akte. Dat de notaris dit niet heeft gedaan is verwijtbaar. Dit klachtonderdeel is gegrond. De kamer weegt mee als verzachtende omstandigheid dat de medewerker de akte heeft opgesteld en het voorwerk heeft gedaan. Omdat de medewerker een voormalig notaris was met jarenlange ervaring mocht de notaris erop vertrouwen dat de medewerker op een juiste wijze had gehandeld. Dat de notaris dit niet meer heeft gecontroleerd is in de gegeven omstandigheden van onvoldoende ernst om hem daarover een tuchtrechtelijk verwijt te maken.

4.8.      Hetzelfde geldt voor het feit dat het de notaris niet is opgevallen dat in de gespreksaantekeningen van het ‘intake’ gesprek niet is vermeld wie er bij dat gesprek aanwezig waren. De notaris heeft de aantekeningen aan de kamer voorgehouden ter zitting en daaruit blijkt dat er niet staat wie er bij het gesprek waren. In de gegeven omstandigheden is dit ook van onvoldoende ernst om hem daarover een tuchtrechtelijk verwijt te maken.

Klachtonderdeel 3: onvoldoende geïnformeerd

4.9.      Klager stelt dat hij tijdens de bespreking op 11 december 2015 onvoldoende is geïnformeerd door de notaris over de gevolgen van de wijziging van de huwelijkse voorwaarden. De akte werd globaal doorgenomen en er is geen uitleg gegeven over de gevolgen bij een mogelijke echtscheiding.

4.10.     De notaris heeft naar voren gebracht dat hij altijd, voordat aktes worden ondertekend, de inhoud van de akte toelicht in voor leken toegankelijke taal en dat dit ook is gebeurd bij klager.

4.11.     De kamer overweegt dat in de akte expliciet is opgenomen dat de zakelijke inhoud van de akte is meegedeeld en dat daarop een toelichting is gegeven en dat partijen hebben verklaard dat ze van de inhoud van de akte kennis hebben genomen en daarmee instemden. Klager heeft deze verklaring bevestigd door de akte te ondertekenen. Het is niet gebleken dat de notaris de akte niet heeft toegelicht en besproken met de partijen. Dit klacht onderdeel is ongegrond.

5.         De beslissing

De kamer voor het notariaat in het ressort Arnhem-Leeuwarden

-- verklaart de klacht ongegrond.

Deze beslissing is gegeven door mr. D. Vergunst, voorzitter, mr. F.E.J. Goffin en mr. M.M.M. Oors, leden, en in tegenwoordigheid van mr. A.M. van Gerwen, secretaris, door de voorzitter in het openbaar uitgesproken op 19 juli 2021.

De secretaris

De voorzitter

Tegen deze beslissing van de kamer voor het notariaat kunnen partijen binnen dertig dagen na de datum van verzending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.