Zoekresultaten 61-70 van de 43384 resultaten

  • ECLI:NL:TNORDHA:2024:15 Kamer voor het notariaat Den Haag 23-34 en 24-12

    De notaris wordt verweten dat hij zijn toezeggingen niet nakomt en dat hij tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld door als notaris de voorwaarde van het intrekken van de tuchtprocedure te stellen aan het betalen van een geldbedrag aan klager ter oplossing van een tussen hen ontstaan geschil. De Kamer volstaat met het opleggen van de maatregel van waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:256 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-653/AL/GLD

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij in een procedure bij de kantonrechter. Klacht is kennelijk ongegrond, omdat verweerder mocht afgaan op de juistheid van het feitenmateriaal van zijn cliënt.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:180 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-888/DH/DH

    Verzetbeslissing. Verzet gedeeltelijk gegrond, klacht ongegrond. Verweerder heeft niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door het dossier niet aan klager te retourneren. Verweerder heeft betwist dat hij in deze zaak voor klager heeft opgetreden en uit de overgelegde stukken ook niet worden afgeleid dat klager en verweerder na de e-mail met daarin een kostenvoorstel tot overeenstemming zijn gekomen over de behandeling van de zaak door verweerder. Van inhoudelijke werkzaamheden van verweerder voor klager in de zaak is ook niet gebleken. Er was dan ook geen reden voor verweerder om het dossier in zaak aan klager terug te geven.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:181 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-602/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij in een familiezaak. Klager heeft zijn klacht onvoldoende onderbouwd. Van onjuistheden of grievende uitlatingen is niet gebleken.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:182 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-108/DH/DH

    Klacht over de bijstand van de eigen advocaat in een procedure over voornaamswijziging. Klacht in alle onderdelen ongegrond. Niet gebleken van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen van verweerster. Hoewel zij beter had moeten communiceren over het feit dat zij op vakantie ging, is een dergelijke slordigheid niet direct tuchtrechtelijk verwijtbaar.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:258 Hof van Discipline 's Gravenhage 240097

    Klacht in een zaak die gaat over een uit de hand gelopen (familie)ruzie tussen moeder en haar minderjarige dochter. Anders dan de raad komt het hof tot de slotsom dat de beklaagde advocaat zich niet onbetamelijk heeft gedragen.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:183 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-162/DH/RO

    Beslissing na ambtshalve voortzetting. Intrekking van de klacht door de deken niet meer mogelijk. Verweerder heeft een aan hem opgelegde proceskostenveroordeling door zijn cliënte, de ex-partner van de klager, laten betalen. Verweerder is weggelopen voor zijn verantwoordelijkheid en heeft zo bijgedragen aan verdere escalatie van het conflict tussen de klager en verweerders cliënt. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:253 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-608/AL/GLD

    Voorzittersbeslissing. Omdat de inhoud van de klacht onvoldoende duidelijk is - wat ook betekent dat het voor verweerster lastig is om tegen de klacht verweer te voeren - is het niet mogelijk om een inhoudelijk oordeel over de klacht te geven. Dat betekent dat de voorzitter de klacht kennelijk niet-ontvankelijk verklaart.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:259 Hof van Discipline 's Gravenhage 240187

    Klaagster heeft bij de deken een verzoek ingediend tot aanwijzing van een advocaat als bedoeld in artikel 13 lid 1 Advocatenwet. De deken heeft dit verzoek afgewezen. Het hof volgt de conclusie van de deken en verklaart het beklag ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:254 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-640/AL/GLD

    Voorzittersbeslissing. Klager heeft zich erover beklaagd dat verweerder tijdens een zitting bij de raad in een eerdere klachtzaak (opnieuw) niet naar waarheid heeft verklaard. Het door verweerder genoemde ne bis in idem-beginsel is niet van toepassing omdat in die andere klachtzaak nog geen onherroepelijke beslissing is gedaan. Dat verweerder tijdens de eerdere zitting bij de raad in strijd met de waarheid heeft verklaard kan de voorzitter op basis van de stukken en gelet op de betwisting daarvan door verweerder, niet vaststellen. Kennelijk ongegrond.