Zoekresultaten 241-250 van de 2791 resultaten

  • ECLI:NL:TNORDHA:2022:18 Kamer voor het notariaat Den Haag 22-05

    De notaris is tekort geschoten in de uitvoering van haar taak. Door gebrek aan communicatie was niet duidelijk wat de rol van de notaris was.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2022:19 Kamer voor het notariaat Den Haag 22-12

    De klacht is deels niet-ontvankelijk en deels ongegrond. De notaris wordt verweten dat hij onzorgvuldig heeft gehandeld. Hij heeft zich te passief opgesteld door onvoldoende oog te hebben voor de schending van andermans rechten als direct gevolg van zijn ministerie, het vervaardigen van tegenstrijdige verklaringen en akten en het onvoldoende signaleren van feitelijk overwicht.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2022:15 Kamer voor het notariaat Den Haag 21-26

    Klager verwijt de notaris dat hij de akte van partiële verdeling onrechtmatig heeft gepasseerd. Daarmee heeft hij rechten geschonden en zich niet gehouden aan wettelijke regelingen.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2022:16 Kamer voor het notariaat Den Haag 22-10

    Klaagster verwijt de notaris dat hij de conceptakte niet conform haar verzoek heeft aangepast. Immers zo staat het in de echtscheidingsbeschikking. Klaagster verwijt het notariskantoor verder dat zij een enorme fout hebben gemaakt bij het opheffen van het conservatoire beslag op de echtelijke woning.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2022:29 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2022/10

    Het BFT verwijt mr. X (een voormalig toegevoegd notaris) dat hij op grote schaal onrechtmatige kadastrale inzages heeft gedaan en als gevolg daarvan de (financiële) belangen van een oud-werkgever en van derden heeft geschaad. Volgens het BFT heeft mr. X in strijd gehandeld met artikel 17 Wna en artikel 2 Verordening beroeps- en gedragsregels 2011 en daarmee het vertrouwen in het notariaat en zijn eigen beroepsuitoefening geschaad.De kamer heeft de klacht gegrond verklaard. Een notaris, kandidaat-notaris of toegevoegd notaris mag de registers van het kadaster via een zakelijk portaal alleen raadplegen, indien dit noodzakelijk is voor de uitoefening van het notarisambt. Het feit dat mr. [X] op grote schaal ten onrechte de inloggegevens van oud-collega’s heeft gebruikt om het online zakelijk portaal van het kadaster te raadplegen voor niet-zakelijke doeleinden op kosten van een oud-werkgever, raakt in ernstige mate het vertrouwen dat de maatschappij in een notaris moet kunnen stellen. Daarbij neemt de kamer in aanmerking dat het gaat om langdurig tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen (bijna zes jaar lang), waardoor mr. [X] niet alleen het aanzien van het ambt heeft geschaad, maar ook financiële schade heeft toegebracht aan zijn oud-werkgever én de privacy van derden heeft geschaad.In alle in de beslissing genoemde omstandigheden ziet de kamer aanleiding om niet de zwaarste maatregelen op te leggen (een ontzegging van de bevoegdheid om waar te nemen voor onbepaalde duur en een ontzegging van de bevoegdheid om als toegevoegd notaris op te treden voor onbepaalde duur), maar te volstaan met een ontzegging van de bevoegdheid om waar te nemen voor de duur van vijf jaar en een ontzegging van de bevoegdheid om als toegevoegd notaris op te treden voor de duur van vijf jaar.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2022:30 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2022/4

    Niet tijdige afgifte van het legaat van een geldsom aan klager. De notaris, die door erflaatster als executeur was benoemd, heeft het legaat pas bijna een jaar na het overlijden van erflaatster uitgekeerd, terwijl erflaatster had bepaald dat dit binnen 6 maanden moest gebeuren. Hoewel er door omstandigheden die buiten de invloedssfeer van een executeur liggen vertraging kan ontstaan bij de afgifte van een legaat, is de kamer van oordeel dat de vertraging in deze zaak in belangrijke mate samenhangt met het handelen/nalaten van de notaris, waarbij de kamer mede in aanmerking neemt dat zij klager in het ongewisse heeft gelaten over de stand van zaken. Daardoor heeft de notaris het vertrouwen van klager in het notariaat geschonden. Klacht gedeeltelijk gegrond, waarschuwing met openbaarheid van de opgelegde maatregel en proceskostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2022:31 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2022/5 en 6

    Poortwachtersfunctie notaris en kandidaat-notaris bij aandelenoverdrachten in 2017, 2018 en 2019. BFT heeft klachten ingediend n.a.v. mededelingen van de Belastingdienst: beroep op niet-ontvankelijkheid verworpen. Klachten over schending onderzoeksplicht, overtreding verplichting tot (verscherpt) cliëntenonderzoek, schending plicht tot dienstweigering en overtreding meldingsplicht gegrond. In 2019 is een akte van aandelenoverdracht gepasseerd voor een koopsom van € 1,00, terwijl zulke overdrachten voor een symbolisch bedrag van € 1,00 al vanaf 2014 met zoveel woorden werden genoemd als praktijkvoorbeeld van een ongebruikelijke transactie. Bovendien had de betrokken onderneming een negatief eigen vermogen, was sprake van spoed bij het passeren van de akte, kwamen de aandelen met terugwerkende kracht voor rekening en risico van een Bulgaarse koper, die werd bijgestaan door een tolk omdat hij de Nederlandse taal (waarin de akte was opgesteld) niet beheerste, terwijl voorafgaand aan het passeren van de akte niet deze koper maar een derde als bestuurder stond ingeschreven bij het Handelsregister. Dat zelfs die transactie geen aanleiding heeft gevormd om “de alarmbellen te doen afgaan”, nader onderzoek te verrichten, dienst op te schorten/te weigeren en melding te maken van een voorgenomen ongebruikelijke transactie bevestigt de kamer in haar oordeel dat de notarissen – niettegenstaande het feit dat zij nog geen twee weken daarvoor hun werkzaamheden ten behoeve van twee tussenpersonen hadden beëindigd omdat naar hun zeggen notariskantoren in verband met verscherpte regelgeving meer inhoudelijk moesten rechercheren en zij in verband met die werkzaamheden al een melding hadden gedaan bij FIU-Nederland – zich destijds onvoldoende bewust waren van de (zorgvuldigheids)eisen die op grond van de Wna en de Wwft aan hen werden gesteld. Waarschuwing en kostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2022:28 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2022/27

    De klacht gaat - samengevat - over de wijze waarop de notaris zijn werkzaamheden als executeur van de nalatenschap van de heer [A] heeft verricht. De voorzitter van de kamer heeft geoordeeld dat deze klacht, met precies dezelfde verwijten als een voorgaande klacht (waarop al onherroepelijk is beslist) kennelijk niet-ontvankelijk is. De kamer volgt de voorzitter in zijn oordeel dat het ne-bis-in-idem-beginsel ertoe leidt dat deze klacht kennelijk niet-ontvankelijk is en heeft het verzet van klager tegen de beslissing van de voorzitter daarom ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TNORAMS:2022:20 Kamer voor het notariaat Amsterdam 714364 / NT 22 - 5

    De notaris is opgetreden als veilingnotaris zoals bedoeld in artikel 3:268 BW, ter uitoefening van het recht van parate executie van Rabobank als hypotheekhouder. De transactie vond plaats tussen Rabobank als verkoper en [naam vastgoed bv] als koper en klaagster was daarbij geen partij. De notaris had jegens klaagster dan ook niet een verplichting om haar actief over de levering te informeren. Omdat klaagster als eigenaresse van de woning wel belanghebbende was, ware het naar het oordeel van de kamer wel beter geweest indien de notaris klaagster na de beschikking van 13 september 2021 had laten weten dat de levering doorgang zou vinden en dat de akte zou worden gepasseerd op het moment dat de koopsom zou zijn ontvangen. Dat de notaris dit heeft nagelaten is in de gegeven omstandigheden echter niet tuchtrechtelijk verwijtbaar.

  • ECLI:NL:TNORAMS:2022:19 Kamer voor het notariaat Amsterdam 714363 / NT 22 - 4

    Uit het relaas van de notaris blijkt dat zij slechts één keer een half uur met erflaatster heeft gesproken, namelijk alleen bij het passeren van het testament. Daarom kon niet getoetst worden of en op welke wijze erflaatster consistent in haar wensen was. Aantekeningen van de bespreking, zo die er al zijn, heeft de notaris niet overgelegd. Vanwege praktische redenen – zo verklaarde de notaris ter zitting – is besloten alles in één keer, dus zonder voorgesprek, te laten plaatsvinden. De notaris kon verder niet verklaren wie het testament uit de gesloten en geadresseerde envelop heeft gehaald en met wie erflaatster voorafgaand aan het gesprek met de notaris de inhoud van het concept heeft besproken, maar de notaris kon zich wel herinneren dat het testament op tafel lag om door erflaatster te worden getekend. Voorts is gebleken uit de ter zitting gegeven verklaring van de notaris dat zij de tweetrapsmaking in het testament en met name de betekenis en consequenties daarvan voor haar kleinkinderen, de kinderen van [A] (klagers sub 2 en 3), niet althans niet duidelijk met erflaatster heeft besproken.Met klagers is de kamer van oordeel dat de notaris onvoldoende zorgvuldig is geweest en onvoldoende aan eigen waarneming heeft gedaan om de wilsbekwaamheid van erflaatster naar behoren te kunnen beoordelen.