Zoekresultaten 1801-1810 van de 3010 resultaten

  • ECLI:NL:TGDKG:2014:179 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet258.2014

      Verzet tegen voorzittersbeslissing. De Kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.  

  • ECLI:NL:TGDKG:2014:204 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet40.2014

      Beslissing op verzet. De beslissing van de voorzitter wordt op een onderdeel vernietigd. De Kamer overweegt dat de inleidende klacht ook het verwijt inhield dat de gerechtsdeurwaarder in tegenstelling tot zijn berichten (een van de) gelegde beslagen niet heeft doorgehaald. Omdat klaagster daar eerst in 2011 kennis van kreeg op het moment dat zij een krediet aanvroeg bij een kredietverstrekker, is dat onderdeel van de klacht ingediend binnen de termijn waarbinnen dat had moeten gebeuren. De klacht wordt ongegrond verklaard omdat niet meer valt vast te stellen of het niet doorhalen van de beslagen in 2005 aan de gerechtsdeurwaarder valt te verwijten. Hoger beroep ingesteld.

  • ECLI:NL:TGDKG:2014:192 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW1043.2013

      Beslag ondanks betalingsregeling. De Kamer overweegt dat onweersproken door de gerechtsdeurwaarder is gesteld dat klaagster de betalingsregeling niet werd nagekomen en deze is komen te vervallen. Omdat klaagster herinneringsbrieven van de gerechtsdeurwaarder onbeantwoord heeft gelaten, heeft de gerechtsdeurwaarder beslag gelegd op haar auto. Dat is niet tuchtrechtelijk laakbaar. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2014:173 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW922.2013

      De kern van de klacht betreft het leggen van beslag onder meerdere banken. De Kamer overweegt dat uit vaste (tuchtrechtelijke)jurisprudentie onder meer LJN: YB0190 blijkt dat het leggen van beslag onder één of meerdere banken zonder dat er een gerechtvaardigd vermoeden bestaat dat een betrokkene daar bankiert, niet is toegestaan. De gerechtsdeurwaarder is van mening dat de maatschappij nadien substantieel is veranderd en dat het thans algemeen gebruikelijk is dat (ook) door particulieren een of meerdere bankrekeningen worden aangehouden. Gelet daarop en op het recht van een schuldeiser op volledige voldoening van zijn vordering heeft de gerechtsdeurwaarder op daartoe aangevoerde gronden gemeend dat het gerechtvaardigd is om een pilot uit te voeren waarbij gelijktijdig beslag wordt gelegd onder de drie grootste banken. Op gronden als in de beslissing vermeld is de Kamer het niet met de gerechtsdeurwaarders eens en ziet geen aanleiding terug te komen op eerdere rechtspraak. De klacht wordt gegrond verklaard en de gerechtsdeurwaarder wordt de maatregel van een geldboete opgelegd.

  • ECLI:NL:TGDKG:2014:186 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW134.2014

      Free-lance gerechtsdeurwaarder. De klacht heeft twee onderdelen. Het eerste onderdeel betreft het verwijt dat de gerechtsdeurwaarder klaagster geen termijn heeft gelaten om in der minne aan haar verplichtingen uit het vonnis te voldoen. Die klacht wordt ongegrond verklaard. Dat is anders voor wat betreft het tweede verwijt. Dat betreft de hoedanigheid waarin de gerechtsdeurwaarder zich heeft gepresenteerd. De kamer stelt vast dat naast haar baan als toegevoegd kandidaat-gerechtsdeurwaarder de gerechtsdeurwaarder zich ook manifesteert als eigenaar van (of betrokkene bij) een incassokantoor. Voor justitiabelen zou zelfs de indruk kunnen ontstaan dat de gerechtsdeurwaarder in haar hoedanigheid van toegevoegd kandidaat-gerechtsdeurwaarder ook elders kantoor houdt. De gerechtsdeurwaarder is echter gehouden geen enkele onduidelijkheid over haar hoedanigheid te laten ontstaan. Het tweede verwijt is terecht voorgesteld. Maatregel van berisping opgelegd.

  • ECLI:NL:TGDKG:2014:167 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet288.2014

      Verzet tegen voorzittersbeslissing. De Kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2014:211 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet628.2014

      Beslissing op verzet. De Kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2014:199 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW880.2013

      Leggen van beslag zonder de bewindvoerder daarvan op de hoogte te stellen terwijl die bij de gerechtsdeurwaarder bekend was. Halveren beslagvrije voet. De kamer overweegt dat indien bij een gerechtsdeurwaarder bekend is dat een schuldenaar onder bewind staat, als uitgangspunt geldt dat hij met de bewindvoerder dient te corresponderen. Exploten dienen mede aan de bewindvoerder te worden betekend. Een schuldenaar is nu juist onder bewind gesteld omdat hij als gevolg van zijn geestelijke en/of lichamelijk toestand tijdelijk of duurzaam niet in staat is ten volle zijn vermogensrechtelijke belangen zelf behoorlijk waar te nemen. Vast staat dat de gerechtsdeurwaarder van het bewind op de hoogte was. Hij heeft verwijtbaar gehandeld door de bewindvoerder niet op de hoogte te stellen. Onder de gegeven omstandigheden past het halveren van de beslagvrije voet een redelijk handelend gerechtsdeurwaarder niet. Klacht gegrond verklaard, maatregel van berisping opgelegd.

  • ECLI:NL:TGDKG:2014:205 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet469.2014

    Beslissing op verzet. Beslagvrije voet. Maandelijks opvragen van gegevens in verband met wisselende inkomsten. De Kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2014:180 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet328.2014

      Verzet tegen voorzittersbeslissing. De Kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.