Zoekresultaten 9101-9120 van de 44668 resultaten
-
ECLI:NL:TAHVD:2021:186 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 210234
- Datum publicatie: 15-10-2021
- Datum uitspraak: 11-10-2021
- ECLI:NL:TAHVD:2021:186
Artikel 13 beklag. Het hof is dan van oordeel dat de deken het artikel 13 verzoek van klager in zijn e-mail van 13 juli 2021 aldus te beperkt heeft opgevat door de door klager genoemde ‘aansprakelijkheidszaak” te interpreteren als een aansprakelijkstelling waarvoor geen advocaat nodig is. Daarbij overweegt het hof dat het door de deken als verweer aangevoerde argument dat klager zelf juridisch geschoold zou zijn, de beslissing van de deken niet kan dragen. Het beklag wordt gegrond verklaard.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2021:162 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2020.129
- Datum publicatie: 15-10-2021
- Datum uitspraak: 08-10-2021
- ECLI:NL:TGZCTG:2021:162
Klacht tegen gz-psycholoog/psychotherapeut in haar hoedanigheid van voorzitter van een beroepsvereniging. Er was geen sprake van een behandelrelatie. De klacht bij het Regionaal Tuchtcollege gaat – onder meer - over de wijze waarop een klachtenprocedure bij de klachtencommissie van de beroepsvereniging is gevoerd en de behandeling van klager door leden van de beroepsvereniging. Volgens klager is de psychotherapeut als voorzitter van de beroepsvereniging verantwoordelijk voor het falen van deze behandeling. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht niet‑ontvankelijk, omdat de klacht niet valt onder de reikwijdte van het tuchtrecht. De eerste en tweede tuchtnorm zijn niet van toepassing. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager tegen deze beslissing.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2021:163 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2020.169
- Datum publicatie: 15-10-2021
- Datum uitspraak: 08-10-2021
- ECLI:NL:TGZCTG:2021:163
Beklaagde heeft op verzoek van de gemeente in het kader van de WMO een sociaal-medisch advies uitgebracht met over het toekennen van hulp bij de huishouding. De klacht bestaat uit drie onderdelen. Het eerste onderdeel luidt dat: het medisch advies onzorgvuldig tot stand is gekomen, omdat beklaagde geen acht heeft geslagen op de oordelen van de specialisten en geen (aanvullende) medische informatie heeft opgevraagd waardoor hij een onjuist advies heeft gegeven. Het tweede onderdeel luidt dat het niet inzichtelijk is geworden hoe beklaagde tot het advies is gekomen. Het derde onderdeel luidt dat beklaagde klagers het correctie- en blokkeringsrecht en de mogelijkheid van een second opinion heeft ontnomen.Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht van de vader niet-ontvankelijk verklaard en de klacht van de zoon kennelijk ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege heeft het beroep verworpen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2021:164 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2020.170
- Datum publicatie: 15-10-2021
- Datum uitspraak: 08-10-2021
- ECLI:NL:TGZCTG:2021:164
Beklaagde heeft op verzoek van de gemeente in het kader van de WMO een sociaal-medisch advies uitgebracht met over het toekennen van hulp bij de huishouding. De klacht bestaat uit drie onderdelen. Het eerste onderdeel luidt dat: het medisch advies onzorgvuldig tot stand is gekomen, omdat beklaagde geen acht heeft geslagen op de oordelen van de specialisten en geen (aanvullende) medische informatie heeft opgevraagd waardoor hij een onjuist advies heeft gegeven. Het tweede onderdeel luidt dat het niet inzichtelijk is geworden hoe beklaagde tot het advies is gekomen. Het derde onderdeel luidt dat beklaagde klagers het correctie- en blokkeringsrecht en de mogelijkheid van een second opinion heeft ontnomen.Het Regionaal Tuchtcollege heeft zowel de klacht van de vader als de klacht van de zoon kennelijk ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege heeft het beroep verworpen.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2021:165 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 21-701/DB/LI
- Datum publicatie: 12-10-2021
- Datum uitspraak: 04-10-2021
- ECLI:NL:TADRSHE:2021:165
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2021:89 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2021/0001
- Datum publicatie: 12-10-2021
- Datum uitspraak: 12-10-2021
- ECLI:NL:TGZRZWO:2021:89
-
ECLI:NL:TGZRGRO:2021:28 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2020/27
- Datum publicatie: 01-10-2021
- Datum uitspraak: 01-10-2021
- ECLI:NL:TGZRGRO:2021:28
Klacht tegen cosmetisch arts. Klaagster onderging in 2017 een liposuctiebehandeling, uitgevoerd door beklaagde. Klaagster is ontevreden over de behandeling en het resultaat. Zij verwijt beklaagde – samengevat – dat hij zich niet heeft gehouden aan diverse afspraken die voorafgaand aan de ingreep zijn gemaakt. Zo was een collega van beklaagde actief betrokken bij de ingreep volgens klaagster, terwijl ze had afgesproken dat alleen beklaagde de ingreep en het hechten mocht uitvoeren. Voorts verwijt klaagster beklaagde dat hij onvoldoende informatie over de behandeling heeft verstrekt, onvoldoende pijnstilling heeft gegeven, geen goede nazorg heeft verleend en klaagster geen inzage heeft verleend in het volledige medisch dossier. Het college is van oordeel dat de juistheid van de verwijten niet vast is komen te staan. De klacht wordt ongegrond verklaard.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2021:162 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 21-224/DB/LI
- Datum publicatie: 29-09-2021
- Datum uitspraak: 27-09-2021
- ECLI:NL:TADRSHE:2021:162
Raadsbeslissing. Klacht over kwaliteit dienstverlening. Verweerder heeft afspraken met klager niet schriftelijk bevestigd. Hierdoor kan achteraf niet meer worden vastgesteld welke afspraken er tussen verweerder en klager zijn gemaakt en of verweerder klager heeft geïnformeerd over de afgesproken werkzaamheden. Deze onduidelijkheid komt voor risico van verweerder. Door dit niet te doen en klager ook daarna niet schriftelijk op de hoogte te houden over de stand van zaken heeft verweerder niet alleen in strijd gehandeld met gedragsregel 16, maar ook met hetgeen in de gegeven omstandigheden van een redelijk bekwame en redelijk handelende advocaat mag worden verwacht. Geen sprake van een onredelijk honorarium. Klacht gegrond. Berisping en proceskostenveroordeling
-
ECLI:NL:TADRSHE:2021:163 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 20-893/DB/OB
- Datum publicatie: 29-09-2021
- Datum uitspraak: 27-09-2021
- ECLI:NL:TADRSHE:2021:163
Verzetbeslissing. Verzetgronden slagen niet. Voorzitter heeft de juiste maatstaf toegepast en rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden. Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2021:164 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 21-015/DB/ZWB
- Datum publicatie: 29-09-2021
- Datum uitspraak: 27-09-2021
- ECLI:NL:TADRSHE:2021:164
Verzetbeslissing. Verzetgronden slagen niet. Voorzitter heeft de juiste maatstaf toegepast en rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden. Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2021:192 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 21-360/AL/OV/D
- Datum publicatie: 28-09-2021
- Datum uitspraak: 20-09-2021
- ECLI:NL:TADRARL:2021:192
Dekenbezwaar. De raad verklaart het dekenbezwaar gegrond. Verweerder heeft niet, dan wel te laat voldaan aan een aantal verzoeken van de deken. Verweerder heeft daarmee de deken belemmerd in zijn toezichthoudende taak. De raad legt aan verweerder een waarschuwing en een voorwaardelijke geld boete op en stelt als bijzondere voorwaarde dat verweerder stukken aan de deken ter beschikking zal stellen en zal voldoen aan het verzoek van de deken met betrekking tot zijn kantoorwebsite.
-
ECLI:NL:TADRARL:2021:193 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 21-536/AL/GLD/D
- Datum publicatie: 28-09-2021
- Datum uitspraak: 27-09-2021
- ECLI:NL:TADRARL:2021:193
Dekenbezwaar. De raad is van oordeel dat door een aantal privégedragingen van verweerder het vertrouwen in de advocatuur wordt geschaad en deze gedragingen voor een advocaat in het licht van zijn beroepsuitoefening absoluut ongeoorloofd moet worden geacht. Met betrekking tot de oplegging van een maatregel heeft de raad rekening gehouden met de ernst van de feiten en met een aantal persoonlijke omstandigheden. De raad legt een voorwaardelijk schorsing op voor de duur van twaalf weken en stelt als bijzondere voorwaarde dat verweerder zich niet schuldig maakt aan soortgelijke privégedragingen als in de onderhavige klachtzaak.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2021:212 Raad van Discipline Amsterdam 21-531/AL/NN/D
- Datum publicatie: 28-09-2021
- Datum uitspraak: 27-09-2021
- ECLI:NL:TADRAMS:2021:212
Toewijzing van een vordering ex artikel 48e van de Advocatenwet. De raad gelast de tenuitvoerlegging van de door het Hof van Discipline bij beslissing van 21 mei 2021 aan verweerder voorwaardelijk opgelegde schorsing in de uitoefening van de praktijk voor de duur van zes weken;
-
ECLI:NL:TADRARL:2021:194 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 21-532/AL/NN/D
- Datum publicatie: 28-09-2021
- Datum uitspraak: 27-09-2021
- ECLI:NL:TADRARL:2021:194
Dekenbezwaar. In een eerder dekenbezwaar heeft het hof van discipline bij beslissing van 21 mei 2021 verweerder een voorwaardelijke schorsing van zes weken opgelegd en heeft als bijzondere voorwaarde gesteld dat verweerder gehouden is om in het lopende onderzoek van de deken volledige medewerking te verlenen en binnen twee weken na deze beslissing de deken inzage te geven in de door de deken verzochte dossiers. Het onderhavige nieuwe dekenbezwaar ziet er op dat verweerder ook na de beslissing van het hof en na een nieuw verzoek van de deken de dossiers weigert te verstrekken. De raad verklaart het dekenbezwaar gegrond en legt een (onvoorwaardelijke) schorsing voor de duur van twaalf weken op.
-
ECLI:NL:TADRARL:2021:195 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 21-328/AL/OV/D
- Datum publicatie: 28-09-2021
- Datum uitspraak: 20-09-2021
- ECLI:NL:TADRARL:2021:195
Dekenbezwaar. Advocaat in privéhoedanigheid. De raad verklaart het dekenbezwaar gedeeltelijk gegrond. De raad overweegt dat verweerder zich grievend en beledigend heeft uitgelaten over de politie, het openbaar ministerie en de rechterlijke macht. Dat heeft hij gedaan in een (privé-)rechtszaak en in de media. De raad acht dat gedrag zeer laakbaar. Op de zitting van de raad heeft verweerder aangegeven dat de door hem gedane uitlatingen feitelijk juist zijn. Verweerder lijkt daarmee het verwijtbare van zijn handelen niet in te zien. Die houding van verweerder vindt de raad zorgelijk. In het voordeel van verweerder houdt de raad er rekening mee dat hij niet eerder door de tuchtrechter is veroordeeld. De raad legt een voorwaardelijke schorsing op voor de duur van twee weken.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2021:88 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2021/0048
- Datum publicatie: 28-09-2021
- Datum uitspraak: 28-09-2021
- ECLI:NL:TGZRZWO:2021:88
Klacht tegen cardioloog over behandeling op de eerste hulp. Klager meldde zich hier met klachten van recidief atriumfibrileren. Op de eerste hulp is door middel van medicatie een succesvolle conversie naar sinusritme tot stand gekomen, waarna klager naar huis is gestuurd. Klacht ziet op de behandeling zelf en op de bejegening. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TNORARL:2020:52 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/367804 KL RK 20-35
- Datum publicatie: 27-09-2021
- Datum uitspraak: 23-12-2020
- ECLI:NL:TNORARL:2020:52
Klaagster verwijt de oud-notaris garantiegelden, bestemd voor de stichting [F.] ten onrechte naar de bankrekening van [L.] te hebben overgemaakt. Klaagster heeft rekeningafschriften overgelegd waaruit blijkt dat de oud-notaris garantiegelden heeft overgemaakt aan [L.], in plaats van aan de stichting [F.] zelf. Het verwijt dat klaagster de oud-notaris maakt is daarom naar het oordeel van de kamer terecht. Klaagster kan in haar klacht worden ontvangen omdat zij aannemelijk heeft gemaakt dat zij eerst in mei 2020 over de rekeningafschriften waarop de klacht gebaseerd is kon beschikken. Deze informatie moet daarom naar het oordeel van de kamer worden aangemerkt als een “redelijkerwijs nadien bekend geworden gevolg” in de zin van artikel 99 lid 21 Wna, zodat dit onderdeel van haar klacht - die binnen een jaar na het bij klaagster bekend worden van de rekeningafschriften bij klaagster is ingediend - ontvankelijk is. De notaris heeft door zijn handelen het beroep van de kopers op de garantieregeling feitelijk onmogelijk gemaakt en daarmee het vertrouwen in het notariaat ernstig geschaad. De oud-notaris is inmiddels echter bij wijze van tuchtmaatregel reeds uit zijn ambt ontzet. De hier op te leggen tuchtmaatregel blijft daarom beperkt tot een boete. De kamer acht een boete van € 10.000,00 gepast.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2021:96 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2021/2307-A2021/053
- Datum publicatie: 27-09-2021
- Datum uitspraak: 27-09-2021
- ECLI:NL:TGZRAMS:2021:96
Klager dient een klacht in tegen een neuroloog met het verwijt dat zij zich niet empathisch heeft opgesteld en tijdens twee consulten kortaf is geweest en dat zij een onduidelijk verwijsbrief met open datum heeft geschreven. Volgens klager kreeg hij weinig tijd van de neuroloog om zijn klachten voor te lezen en vragen te stellen. Door het haastige verloop van de consulten voelde hij zich niet begrepen en letterlijk genegeerd. Dat heeft geleid tot grote onzekerheid, onrust en stress, met name over zijn angst voor generaliseerde dystonie. Vanwege zijn grote zorgen over dystonie vindt hij dat de verwijzing met spoed had moeten worden aangevraagd en had moeten worden aangegeven naar welk specialisme hij werd doorverzen. Volgens de neuroloog bestonden de klachten van klager al jaren en was er geen dystonie gevonden en meende zij dat met de second opinion kon worden gewacht tot na de coronacrisis. Wat betreft het eerste klachtonderdeel erkent zij dat zij klager heeft onderbroken tijdens het voorlezen van zijn klachten, maar zij wilde gerichte vragen stellen om na het stellen van de diagnose en met kennis van zaken zijn vragen te beantwoorden. Naar het oordeel van het college is de klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TNORARL:2021:48 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/383544 / KL RK 21-21
- Datum publicatie: 27-09-2021
- Datum uitspraak: 12-07-2021
- ECLI:NL:TNORARL:2021:48
Rol notaris bij zogenaamde warme grondhandel. Werkwijze notaris moet getoetst aan uitgangspunten zoals deze ten tijde van de transactie, dus eind 2019, geldig waren. In dit geval heeft de notaris niet in strijd met deze uitgangspunten heeft gehandeld. De kamer weegt daarbij mee dat klager voorafgaand aan de levering van de notaris een concept-akte met duidelijke waarschuwende tekst heeft ontvangen en deze conceptakte en waarschuwende tekst is door de kandidaat-notaris met klager op kantoor besproken, voordat klager de volmacht heeft ondertekend waarmee de akte van levering nadien is gepasseerd. Het was de eerste keer dat het kantoor van de notaris een transactie voor klager begeleidde en het was de eerste keer dat klager een speculatieve transactie afsloot, zo blijkt uit de aantekeningen die de kandidaat-notaris van het gesprek met klager gemaakt heeft. De prijsstijging die met de levering aan klager werd gerealiseerd was op zich zelf beschouwd op groede gronden verklaarbaar en tegelijk voor de notaris een gegeven, aangezien hij niet bij de voorafgaande transactie betrokken was. De kamer ziet daarom al met al geen aanknopingspunten de notaris een tuchtrechtelijk verwijt te maken van de wijze waarop de notaris in deze zaak, tegen de achtergrond van de destijds geldende uitgangspunten, invulling heeft gegeven aan zijn onderzoeks- en Belehrungsplicht en destijds geen doorslaggevende redenen heeft gezien zijn dienstverlening in deze zaak te weigeren. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TNORARL:2021:49 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/382700 / KL RK 21-10
- Datum publicatie: 27-09-2021
- Datum uitspraak: 14-07-2021
- ECLI:NL:TNORARL:2021:49
N otaris wordt berispt omdat hij zijn werkzaamheden in deze zaak heeft beperkt tot het uitvoeren van de opdracht van een schuldeiser van klaagster, te weten het opstellen en laten ondertekenen van een akte schuldbekentenis. De notaris heeft verzuimd in contact te treden met (de gemachtigde van) klaagster en bij die partij de van belang zijnde informatie in te winnen en te geven. Bij gebrek aan een gesprek met (de gemachtigde van) klaagster heeft de notaris niet vernomen dat (de gemachtigde van) klaagster de vorderingen van schuldeiser betwistte. Bijgevolg heeft de notaris (de gemachtigde van) klaagster er dus ook niet op gewezen dat hij met de ondertekening van de volmacht het verweer tegen de vordering prijsgaf. Ook is klaagster door de notaris niet geïnformeerd over de mogelijke gevolgen van executie van de akte van schuldbekentenis en ook niet op de mogelijkheid om juridisch advies in te winnen.