Zoekresultaten 25401-25420 van de 44655 resultaten

  • ECLI:NL:TNORAMS:2015:29 Kamer voor het notariaat Amsterdam 586238/NT 15-22 Th

    De kamer stelt vast dat de communicatie van de notaris met klaagster beter had gekund en dat zowel de notaris als klaagster daarbij een rol hebben gespeeld. Voor wat betreft de afwikkeling van de nalatenschap is de kamer van oordeel dat deze op onderdelen voortvarender had kunnen zijn, maar als geheel niet onredelijk lang heeft geduurd. Dit brengt de kamer tot het oordeel dat geen sprake is van klachtwaardig handelen van de notaris.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2015:346 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.080

    De klacht is gericht tegen een verpleegkundige. Klagers, de zoon en dochter van patiënte, verwijten de verpleegkundige en haar collega's kort gezegd grove nalatigheid en domheid en dat zij slechte zorg hebben verleend. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege vernietigt de beslissing waarvan beroep en verklaart klagers niet-ontvankelijk in hun klacht. De feiten en omstandigheden van de zaak, in onderlinge samenhang bezien, leiden het Centraal Tuchtcollege ambtshalve tot de slotsom dat het ervoor moet worden gehouden dat klagers met het voeren van deze tuchtprocedure niet de wil van de overleden patiënte vertegenwoordigen, zodat zij geen van de wil van patiënte afgeleid klachtrecht hebben.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2015:334 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.106

    De aangeklaagde gynaecoloog, heeft poliklinisch een TVT-O ingreep uitgevoerd vanwege stressincontinentie klachten. Postoperatief heeft klaagster klachten gehouden en vier maanden na de eerste ingreep heeft verweerder het bandje weer doorgenomen. Een half jaar na deze tweede ingreep vond een evaluatie plaats met als conclusie dat sprake was van recidief stressincontinentie. Klaagster heeft zich vervolgens tot een ander ziekenhuis gewend waar zij 2,5 jaar later nogmaals is geopereerd. Klaagster verwijt de gynaecoloog te hebben gehandeld in strijd met de zorgvuldigheid die hij behoorde te betrachten door: 1. te laat adequaat en tijdig in te grijpen waardoor klaagster onnodig lang vele (urologische) verschijnselen en klachten heeft gehad. Hierdoor heeft klaagster vele vervolgconsulten en behandelingen elders moeten ondergaan; 2. geen goed dossier bij te houden van het ziekteverloop van klaagster. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt de klacht van klaagster.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2015:328 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.017

    Klaagster verwijt de arts dat zij de vitamine B12-injecties, die de patiënt voor zijn opname in het verpleeghuis regelmatig kreeg, heeft gestaakt en dat zij haar beroepsgeheim heeft geschonden. Het Regionaal Tuchtcollege wijst de klacht af. Het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat de arts op goede gronden het besluit heeft genomen geen B12-injecties aan de patiënt toe te dienen, dat van een schending van het beroepsgeheim geen sprake is en dat ook de overige klachtonderdelen falen. Het beroep wordt verworpen.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2015:335 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.151

    Klacht tegen verzekeringsarts: Klager heeft voor zijn stiefzoon een klacht ingediend. De stiefzoon, aanvrager van een Wajong-uitkering, heeft daarmee ingestemd. De klacht betreft de beoordeling door verweerder van de eventuele functionele mogelijkheden van klagers stiefzoon. Verweerder, verzekeringsarts, heeft in bezwaar en beroep een beoordeling van de Wajong-aanvraag gedaan. Verweerder heeft daarbij afstand genomen van een psychiatrische rapportage waarin klagers stiefzoon was gediagnostiseerd met een autistische stoornis en ADHD met een vorm van zelfmedicatie door cannabisgebruik. Klager verwijt verweerder: a. dat hij de rapportage van de psychiater tegenspreekt. Verweerder is verzekeringsarts en geen psychiater. Hij is niet gekwalificeerd om inhoudelijk de diagnostiek van de psychiater te bekritiseren. Daar komt bij dat de psychiater klager uitgebreid heeft onderzocht en verweerder klager minder dan een uur heeft gezien in een spreekuuronderzoek. b. dat hij ten onrechte heeft gesteld/geïnsinueerd dat het gedrags- en motivatieprobleem niet het gevolg is van ziekte maar van jarenlang tolereren (door de ouders van de Wajongaanvrager). Het Regionaal Tuchtcollege heeft klachtonderdeel a. ongegrond en klachtonderdeel b. gegrond verklaard en de maatregel van waarschuwing opgelegd. Het door klager ingestelde beroep tegen het ongegrond verklaarde klachtonderdeel wordt verworpen. Het Centraal Tuchtcollege overweegt kortgezegd dat het standpunt van klager dat een verzekeringsarts niet mag oordelen over een rapport van een psychiater niet juist is. Het is juist de taak van de verzekeringsarts om op basis van eigen onderzoek en alle beschikbare medische gegeven en rapporten een zelfstandig oordeel te vormen over de belastbaarheid van de persoon in kwestie.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2015:329 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.018

    Klaagster verwijt de arts dat hij vitamine B12 aan patiënt heeft toegediend, zonder vooraf een Hcy- en MMA-test te laten doen. Het Regionaal Tuchtcollege wijst de klacht af. Het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat tot het besluit kon worden gekomen geen Hcy- en MMA-test te laten uitvoeren, dat niet kan worden vastgesteld dat de uitkomst van de B12-test met de toediening van de B12-injectie is gemanipuleerd en dat ook de andere klachtonderdelen falen. Het beroep wordt verworpen.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2015:330 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.027

    De arts heeft op verzoek van de gemeente waar klaagster woonachtig is een beperkt medisch advies uitgebracht. Dit in verband met het door klaagster gemaakte bezwaar in verband met de besluitvorming van de gemeente over de huishoudelijke hulp voor klaagster. Dat de arts een niet volledig beeld kon schetsen van de huidige situatie van klaagster heeft zij vermeld in het advies. Dit kan de arts niet tuchtrechtelijk verweten worden nu klaagster niet wilde verschijnen bij de arts en geen toestemming wilde geven voor het opvragen van medische informatie bij haar behandelaars. Dat de arts ondanks de weigering van klaagster informatie aan derden heeft gevraagd en aan anderen ter beschikking heeft gesteld is niet gebleken.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2015:331 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.029

    Klacht tegen specialist ouderengeneeskunde in eerste aanleg afgewezen. In beroep is alleen de vraag aan de orde of de arts, die telefonisch werd opgeroepen door een verpleegkundige over de moeder van klaagster, mocht afgaan op de indicatie van die verpleegkundige dat haar oproep niet acuut was maar wel dringend. Nu de arts op haar vraag of zij onmiddellijk moest komen een ontkennend antwoord kreeg, is het niet onbegrijpelijk dat zij voorrang gaf aan de patiënt naar wie zij op weg was. Of een arts al dan niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld, moet worden beoordeeld naar het moment van dat handelen. Dat het achteraf, met de informatie die nadien ter beschikking is gekomen, mogelijk beter was geweest om anders te handelen, maakt het handelen van de arts op het moment dat zij het besluit nam nog niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Beroep verworpen.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2015:332 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.035

    Klacht tegen orthopeed. De orthopeed wordt verweten dat hij een nodeloze knieoperatie heeft geadviseerd. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht gegrond en legt de maatregel van berisping op. Het Centraal Tuchtcollege vernietigt de beslissing en verklaart de klacht ongegrond. Gezien de voorgeschiedenis van klagers’ knieklachten, de verwijzing van de huisarts en het eigen onderzoek door de orthopeed mocht hij tot dit advies komen.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2015:333 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.050

    De arts heeft in het kader van een echtscheidingsprocedure een rapport opgesteld. Nu de arts het rapport heeft ondertekend als ‘onafhankelijk medisch adviseur’, onder vermelding van zijn BIG-registratienummer, houdt zijn stelling dat hij in zijn rapportage uitsluitend zijn (privé-)mening heeft gegeven geen stand. Ten onrechte heeft de arts zonder toestemming van alle betrokkenen zijn rapportage opgesteld op basis van medische en/of vertrouwelijke stukken. De privacy van klager en de kinderen is daarmee ernstig geschonden. Het door de arts opgestelde rapport voldoet niet aan de volgens vaste jurisprudentie daaraan te stellen eisen. Juist indien een rapporteur slechts beschikt over beperkte en eenzijdige informatie, zoals in de onderhavige zaak het geval is, waarbij bovendien mogelijk een eenzijdige selectie is gemaakt, moet dit de rapporteur nopen tot terughoudendheid. Het rapport geeft hiervan onvoldoende blijk. Het door de arts gemaakte voorbehoud is onvoldoende. Het Centraal Tuchtcollege heeft een (voorwaardelijke) schorsing overwogen, maar laat het bij de opgelegde berisping. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2015:327 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.007

    De klacht is gericht tegen een arts. Klaagster verwijt de arts dat zij bij een operatie zonder toestemming DNA en bloed van klaagster heeft afgenomen voor onderzoek en dat de arts haar met de dood heeft bedreigd. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Hoger beroep klaagster verworpen.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2015:279 Raad van Discipline Amsterdam 15-163A

    15-163A Klacht tegen collega advocaat ongegrond. Geen schending van gedragsregel 15 lid 2.

  • ECLI:NL:TGDKG:2015:183 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet497.2015

    Beslissing op verzet. Klacht over de behandeling van een incassoportefeuille. Wie is verantwoordelijk voor de behandeling daarvan. De Kamer is het eens met de beslissing van de voorzitter en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2015:151 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2014-251a

    Klacht tegen een huisarts. Roekeloos medicatiebeleid. Ernstige bijwerkingen niet gesignaleerd. Niet voorgelicht over de werking van de medicijnen en ten onrechte niet gericht doorverwezen in verband met de medicijnen. Na overdracht door psychiater in 2011 niet overlegd met collega’s en geen verwijzing naar maatschappelijk werk. Geweigerd patiënt te behandelen toen klaagster en haar zus daarom vroegen. Dossiervoering is ontoereikend en fragmentarisch. Ongegrond. Niet kan worden geoordeeld dat de arts in de korte periode dat zij patiënt heeft behandeld heeft nagelaten de van haar te vergen zorg aan patiënt te geven. Proces rond ophoging Semap is niet goed verlopen en opvolging van de medicatie was niet goed, maar arts was bij voorschrijven van hogere dosis niet betrokken. Voorts stonden eventuele bijwerkingen gedurende de korte behandelrelatie met de arts niet op de voorgrond en heeft de arts lering getrokken uit de gang van zaken. Daarom verwijt niet dermate dat ter zake tuchtrechtelijke maatregel moet volgen. Verwijzing naar maatschappelijk werk was niet nodig omdat ten tijde van behandeling door de arts patiënt werd begeleid door thuiszorg. Van onvoldoende informatieverstrekking over de medicijnen en bijwerkingen ervan is niet gebleken. Medisch dossier voldoet aan de daaraan te stellen eisen. Verwijt dat de arts heeft miskend dat patiënt steeds zieker werd wordt niet gesteund door de feiten. Dat de arts heeft geweigerd patiënt deugdelijk te behandelen en te verwijzen mist eveneens feitelijke grondslag. De gegeven behandeling en begeleiding ontmoeten geen bedenkingen. Nu er geen vertrouwen was dat patiënt bij de arts in goede handen was, heeft de arts kunnen menen dat het beter was wanneer de familie een andere huisarts zocht. Niet aannemelijk geworden dat de arts toen al eenzijdig de behandelrelatie heeft verbroken. Klacht afgewezen

  • ECLI:NL:TGDKG:2015:190 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet540.2014

    Beslissing op verzet. het verzet is ingesteld buiten de daarvoor geldende termijn. Verzet niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TGDKG:2015:184 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet495.2015

    Beslissing op verzet. Incasseren kinderalimentatie. Bezwaar tegen betekening beschikking. Afweging gerechtsdeurwaarder of de aan hem ter hand gestelde titel grond biedt voor de door de opdrachtgever gegeven opdracht. De Kamer is het eens met de beslissing van de voorzitter en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2015:152 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2014-251c

    Klacht tegen een psychiater. Verkeerde diagnose gesteld en verkeerde medicatie voorgeschreven. Overdracht van patiënt aan huisarts in 2011 was ontoereikend. Ongegrond. Geen aanwijzing dat de gestelde diagnose niet correct was, terwijl de keuze voor (uiteindelijk) Semap (10 mg) te verdedigen is. Overdracht is in goed overleg met huisarts en thuiszorg gebeurd nadat klachten dusdanig waren afgenomen dat er geen verdere hulpvraag meer was. Klacht afgewezen.

  • ECLI:NL:TGDKG:2015:185 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet336.2015

    Beslissing op verzet. Had klager toestemming gegeven om alle stukken uit zijn dossier bij de gerechtsdeurwaarder door te zenden naar de advocaat van de tegenpartij in de procedure die tegen klager was aangespannen. De Kamer is van mening dat die toestemming er niet was. Verzet en klacht op dit onderdeel gegrond, maatregel van berisping opgelegd. Verzet voor het overige ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2015:153 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2014-306

    Klacht tegen een verzekeringsarts (BMA-arts). (1) Gebruik gemaakt van verouderde informatie van International SOS. Ongegrond: In algemeen ongewenst om gebruik te maken van informatie die meer dan een jaar oud is. Verzoek van zijde BMA om met spoed advies uit te brengen is geen reden om nader onderzoek na te laten. Arts heeft evenwel aannemelijk gemaakt dat de door haar gebruikte brondocumenten in dit geval konden volstaan. (2) Antwoorden op de vragen van de IND onvoldoende gemotiveerd en geen nader onderzoek gedaan naar de situatie in land van terugkeer (3) niet meegewogen dat klager eerder suïcidepoging heeft ondernomen. (2) en (3) Gegrond: Alhoewel letterlijke weergave van informatie van de behandelaars niet noodzakelijk is, dient de strekking van de informatie wel juist te zijn. Dat is in casu niet het geval. Voorts ware het voor de duidelijkheid van het ziektebeloop en de volledigheid van de rapportage beter geweest melding te maken van de suïcidepoging. (4) Nagelaten klager persoonlijk te onderzoeken. Ongegrond: Heeft vragen kunnen beantwoorden op grond van verstrekte informatie van behandelaars. Geen aanwijzingen dat de arts klager persoonlijk had moeten zien. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2015:75 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2015/56

    Klacht tegen huisarts wegens onder meer onjuiste behandeling en onvoldoende informatievoorziening. Klacht is gemotiveerd betwist, kennelijk ongegrond.