Zoekresultaten 41-60 van de 2895 resultaten
-
ECLI:NL:TNORARL:2025:4 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/439426 KL RK 24-99
- Datum publicatie: 06-03-2025
- Datum uitspraak: 23-01-2025
- ECLI:NL:TNORARL:2025:4
BFT verwijt de notaris dat hij in strijd heeft gehandeld met de zorgvuldigheidsplicht (artikel 17 Wna) en opschorting- en weigeringsplicht (artikel 21 lid 2 Wna) omdat: 1) de notaris een verklaring heeft afgegeven zonder nader onderzoek te doen en waarvan hij wist of kon weten dat deze in strijd was met de waarheid; 2) de notaris onvoldoende stappen heeft genomen om de dienst te weigeren of zijn dienst op te schorten totdat het dossier volledig was onderzocht.De kamer stelt vast dat de notaris de klachten niet heeft weersproken en erkent dat hij onvoldoende zorgvuldig is geweest. Het is onbegrijpelijk dat de notaris een verklaring van een derde heeft ondertekend – ook al was dit een professionele belastingadviseur – zonder voldoende onderzoek te doen of te overleggen met een collega. De notaris wist van de discussie met de belastingdienst en had zich kritisch moeten afvragen waarom hij deze verklaring ondertekende en of dit binnen de grenzen van zijn rol en verantwoordelijkheid viel. Volgaris/jurist moeten realiseren dat wat in de verklaring stond niet in overeenstemming was met de juridische werkelijkheid. Hij wist, althans hij had moeten weten, dat door het printen van de verklaring op vignetpapier, het gebruik van de ambtstempel en het voluit schrijven van de datum, de verklaring een formele uitstraling kreeg en zou worden gebruikt als notariële verklens de notaris gaf de verklaring de intentie van partijen weer, maar hij had zich als notaring bij de belastingdienst.Klacht gegrond. Schorsing voor de duur van 26 weken.
-
ECLI:NL:TNORARL:2025:6 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/ 436010 KL RK 24-61
- Datum publicatie: 06-03-2025
- Datum uitspraak: 10-02-2025
- ECLI:NL:TNORARL:2025:6
Klagers verwijten de notaris dat hij 1) de vertrouwelijkheid van zijn gesprek met één van de klagers heeft geschonden door de inhoud te delen met erflater, waardoor de relatie van klagers met erflater is verslechterd 2) een testament heeft opgesteld waarvan de inhoud niet overeenkomt met de wil van erflater 3) geen antwoorden geeft op vragen van klagers over de totstandkoming van zijn advies 4) niet wil antwoorden op de vraag of hij met erflater onder vier ogen heeft gesproken 5) niet antwoord op de door klagers aan hem gestelde vragen 6) bij de afwikkeling van de nalatenschap niet heeft gehandeld zoals van een redelijk handelend notaris mag worden verwacht en niet adequaat heeft gehandeld en niets gedaan om het conflict tussen de erfgenamen op te lossen. Klachtonderdelen 1, 2 en 3 ongegrond en klachtonderdelen 4, 5 en 6 gegrond. Maatregel: waarschuwing.De notaris had ervoor moeten kiezen om erflater onder vier ogen te spreken en extra stappen moeten nemen om te onderzoeken of erflater zijn wil onafhankelijk kon bepalen en deze in vrijheid kon uiten. Door de bedoelde stappen na te laten heeft de notaris onvoldoende gewaarborgd dat de testamenten van erflater wat inhoud en gevolgen betreft overeenstemden met zijn wil. De notaris heeft niet adequaat gereageerd op de door klagers gestelde vragen. Voor zover hier vragen bij zaten die hij niet kon beantwoorden wegens zijn geheimhoudingsplicht, had het op zijn weg gelegen dit aan klagers uit te leggen in plaats van zich te hullen in stilzwijgen. Dat de notaris hoopte dat de erfgenamen na de uitspraak van de kantonrechter nader tot elkaar zouden komen, is geen geldige reden voor het uitblijven van een reactie. De persoonlijke en zakelijke tegenslagen die de notaris in het afgelopen jaar heeft ervaren, zijn dat evenmin.
-
ECLI:NL:TNORAMS:2025:2 Kamer voor het notariaat Amsterdam 751341 / NT 24-11
- Datum publicatie: 25-02-2025
- Datum uitspraak: 21-01-2025
- ECLI:NL:TNORAMS:2025:2
1.1. Hoewel klager geen partij is bij de akte van levering, heeft hij naar het oordeel van de kamer wel een belang bij zijn klacht omdat hij klaagt over de weigering van de notaris om hem nadere informatie te verstrekken. Daarnaast heeft hij belang bij zijn klacht over het – in zijn ogen – onvolkomen onderzoek door de notaris naar de herkomst van de gelden die bij de aankoop zijn gebruikt, nu hij stelt dat de aankoop van de woning grotendeels met gelden uit zijn beleggingsportefeuille – die zijn echtgenote deels heeft geliquideerd – is gefinancierd. Daarmee stelt hij zich kennelijk op het standpunt dat de notaris had behoren te achterhalen dat die gelden van hem afkomstig waren en dat zijn echtgenote – gelet op de reikwijdte van de aan haar verstrekte (tijdelijke) volmacht – daar niet over mocht beschikken. Klager is dan ook ontvankelijk in zijn klacht.
-
ECLI:NL:TNORAMS:2025:1 Kamer voor het notariaat Amsterdam 749807 / NT 24-10
- Datum publicatie: 25-02-2025
- Datum uitspraak: 09-01-2025
- ECLI:NL:TNORAMS:2025:1
1.1. De notaris heeft erkend dat zij de derdengelden in de twee consignatiedossiers van de derdengeldenrekeningen heeft overgeboekt naar de kantoorrekening en vervolgens naar de bankrekening van haar persoonlijke holding. Voorts heeft de notaris erkend dat zij in elk van beide consignatiedossiers een bedrag van € 10.000 heeft ingehouden.Uit de stukken van het dossier noch uit het verhandelde ter zitting is gebleken dat de notaris nog notariële diensten of werkzaamheden heeft verricht voor [notariskantoor A], zodat de notaris naar het oordeel van de kamer voornoemde bedragen zonder grondslag onder zich heeft gehouden. De notaris heeft daarmee gehandeld in strijd met het bepaalde in de artikelen 17, 25 lid 1 en 93 lid 1 Wna, zodat dit klachtonderdeel gegrond is.
-
ECLI:NL:TNORARL:2024:40 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/435166 / KL RK 24-56
- Datum publicatie: 18-02-2025
- Datum uitspraak: 23-12-2024
- ECLI:NL:TNORARL:2024:40
Klagers hebben hun woning verkocht en de kandidaat-notaris opdracht gegeven voor de levering. De koper heeft een waarborgsom gestort op de derdengeldenrekening van de notaris. Een maand voor de overdracht heeft koper aan klagers bericht dat zij de koopovereenkomst eenzijdig ontbindt dan wel vernietigd op grond van dwaling dan wel (tevens) bedrog. Klagers hebben bezwaar gemaakt en vragen de kandidaat-notaris om de waarborgsom niet te retourneren aan koper. De notaris heeft bij de KNB advies ingewonnen. De koper heeft laten weten dat zij de koopovereenkomst buitengerechtelijk heeft vernietigd en daarmee is de grondslag voor verschuldigdheid van de waarborgsom weg. De waarborgsom kan niet worden vastgehouden op grond van artikel 25 lid 4 Wet op het Notarisambt (Wna). Zolang de vernietiging niet wordt teruggedraaid door een rechterlijk oordeel kan de koper de waarborgsom terugvragen. De kandidaat-notaris stuurt klagers een bericht dat ze geen gehoor kan geven aan het verzoek van klagers indien de koper de waarborgsom terugvraagt. Koper verzoekt de kandidaat-notaris nog diezelfde dag om de waarborgsom terug te geven en de notaris heeft aan dit verzoek voldaan. Klagers verwijten de kandidaat-notaris dat zij in strijd heeft gehandeld met haar zorgplicht, door – in strijd met artikel 11.5 van de koopovereenkomst – de waarborgsom uit te keren aan de koper zonder dat zij hiervoor een gezamenlijke opdracht van klagers en de koper had en terwijl zij wist dat klagers het niet eens waren met de ontbinding/vernietiging van de koopovereenkomst door de koper.Bij de beoordeling van de klacht acht de kamer de tijdlijn van de gebeurtenissen van belang.De kamer acht het verwijtbaar dat de kandidaat-notaris het advies vervolgens een week heeft laten liggen en pas een dag voor de overdracht met klagers heeft gedeeld, waarna zij nog diezelfde dag de waarborgsom heeft overgeboekt naar de koper nadat de koper dit had verzocht. De kamer is van oordeel dat deze termijn tussen het delen van het advies met klagers en het overboeken van de waarborgsom, te kort is aangezien de kandidaat-notaris wist dat klagers bezwaar hadden tegen de ontbinding van de overeenkomst en het overboeken van de waarborgsom. Door te handelen zoals zij heeft gehandeld, heeft de kandidaat-notaris klagers de mogelijkheid ontnomen om zich - voordat de waarborgsom zou worden teruggeboekt - juridisch te oriënteren en eventuele vervolgstappen te zetten, zoals het in overleg gaan met de koper of het nemen van stappen om de waarborgsom zeker te stellen. Klacht gegrond en waarschuwing.
-
ECLI:NL:TNORARL:2024:41 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/425317 / KL RK 23-97
- Datum publicatie: 18-02-2025
- Datum uitspraak: 29-10-2024
- ECLI:NL:TNORARL:2024:41
Klager is directeur van een stichting. Tussen klager en het bestuur van de stichting is een conflict ontstaan over een voorgenomen structuurwijziging van de stichting. De notaris heeft namens het bestuur van de stichting, opdracht gekregen om de statuten en de structuur van de stichting te wijzigen. Klager heeft daar niet mee ingestemd en binnen het bestuur van de stichting bestond inmiddels ook geen overeenstemming meer over de voorgenomen wijzigingen. De concepten zijn nooit definitief gemaakt. Klager verwijt de notaris dat ze 1) fouten heeft gemaakt in voorgaande statuten, waardoor erfenissen niet meer bij de stichting terechtkomen 2) ze haar geheimhoudingsplicht heeft geschonden 3) zich de opdracht tot het opstellen van nieuwe statuten heeft laten verstrekken, zonder te onderzoeken of deze persoon hiertoe bevoegd 4) de notaris zich niet onafhankelijk en onpartijdig heeft getoond, 5) de notaris klager onder druk heeft gezet en onheus heeft bejegend 6) de notaris zich ten onrechte niet heeft gerealiseerd dat het besluit tot structuurwijziging van de stichting ongeldig tot stand is gekomen 7) de notaris de fout in dreigt te gaan doordat de stichting haar ANBI-status verliest door de voorgestelde structuurwijziging. Klacht wordt deels niet-ontvankelijk verklaard omdat klager geen belanghebbende is en deels ongegrond verklaard.
-
ECLI:NL:TNORARL:2025:3 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/435162 KL RK 24-55
- Datum publicatie: 13-02-2025
- Datum uitspraak: 30-01-2025
- ECLI:NL:TNORARL:2025:3
Klaagster verwijt de notaris dat zij in strijd met haar onafhankelijkheid en geheimhoudingsplicht heeft gehandeld doordat: 1) de notaris in maart 2023 een verklaring heeft afgelegd aan Vitesse c.s. over de leveringsakte 2003 terwijl de notaris wist of behoorde te weten dat daarover een geschil bestond en waarbij de notaris heeft nagelaten: i) om klaagster (als eigenaresse van het stadion en als procespartij) op de hoogte te brengen van het voornemen tot het geven van de verklaring, en: ii) om klaagster in de gelegenheid te stellen om te reageren. 2) de notaris onvoldoende zorgvuldig is geweest bij het opstellen en passeren van de leveringsakte 2003 nu deze de bedoeling van de partijen niet juist weergeeft, althans zo onduidelijk dat daarover een geschil is ontstaan,De kamer is van oordeel dat de notaris geen verklaring heeft afgelegd, maar alleen antwoord heeft gegeven aan een collega, een kandidaat-notaris van een ander kantoor. In deze context is er sprake van collegiaal overleg en mag de notaris antwoord geven op vragen. De notaris heeft aangevoerd dat door de kandidaat-notaris ook werd gevraagd om toezending van stukken. Deze heeft de notaris niet verstrekt. Daarmee heeft de notaris ook zorgvuldig gehandeld. Daarbij acht de kamer ook van belang dat de procedure tussen klaagster en Vitesse c.s. al liep, zodat de verklaring van de notaris ook niet de aanleiding vormde tot het geschil.Klachtonderdeel 1 is ongegrond.Klachtonderdeel 2 is te laat ingediend en daarom niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TNORARL:2024:38 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/430282 KL RK 24-4
- Datum publicatie: 13-02-2025
- Datum uitspraak: 29-10-2024
- ECLI:NL:TNORARL:2024:38
Klaagster verwijt de notarissen dat zij niet hebben voldaan aan hun onderzoeksplicht en zorgplicht die voorschrijft dat een notaris geen akten opmaakt en inschrijft zonder voorafgaand deugdelijk onderzoek te verrichten. Klaagster voert aan dat de notarissen hadden moeten controleren of de vordering (van € 1.316.441,00) van klaagster op de man daadwerkelijk was betaald door overdracht van de aandelen in de Spaanse vennootschappen. Zij hebben niet geverifieerd of klaagster en de man daadwerkelijk bij een Spaanse notaris zijn geweest om te verklaren wat is vermeld in de Spaanse verklaringen. Zij hadden moeten nagaan of de aandelen daadwerkelijk waren overgedragen én of er documenten zijn waaruit blijkt dat de aandelen een waarde van € 1.316.441,00 vertegenwoordigden. De akte stemt niet overeen met de inhoud van de Spaanse verklaringen. De kamer oordeelt dat de notarissen niet hoefden te twijfelen aan de Spaanse verklaringen en dat zij voldoende voortvarend en adequaat navraag hebben gedaan over de discrepantie die zij signaleerden. De klacht is ongegrond verklaard.
-
ECLI:NL:TNORARL:2024:39 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/436260 KL RK 24-69
- Datum publicatie: 13-02-2025
- Datum uitspraak: 18-10-2024
- ECLI:NL:TNORARL:2024:39
Tot de huwelijksgoederengemeenschap van klaagster en haar ex-partner behoorde een woning en een parkeerplaats. Klaagster had de man geen toestemming gegeven voor verkoop van de parkeerplaats en ook uit het kort gedingvonnis blijkt die toestemming niet, zodat de notaris een onwettig koopcontract heeft laten inschrijven. Klaagster verwijt de notaris dat hij in strijd heeft gehandeld met zijn zorgplicht en het beginsel van onpartijdigheid omdat hij 1) de koopovereenkomst heeft geregistreerd bij het kadaster 2) de akte van levering heeft gepasseerd 3) de levering van de woning heeft verzorgd voor een prijs die ongeveer € 50.000,00 lager is dan de marktprijs 4)klaagster niet tijdig en niet volledig heeft geïnformeerd over de verkoop 5)vooringenomen is zodat het depot niet op zijn kwaliteitsrekening mag blijven staan.De kamer is van oordeel dat de notaris ten aanzien van alle klachtonderdelen op een correcte wijze heeft gehandeld en alles heeft gedaan wat klaagster van de notaris mocht verwachten.De notaris was benaderd door de man om de levering te verzorgen en de man was hiertoe (ten aanzien van de woning) bevoegd – ook namens klaagster – volgens het kort gedingvonnis. De notaris diende hieraan mee te werken gezien zijn ministerieplicht.Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TNORARL:2024:37 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/429806 KL RK 23-146
- Datum publicatie: 11-02-2025
- Datum uitspraak: 27-03-2024
- ECLI:NL:TNORARL:2024:37
Klager stelt dat als gevolg van de wijziging van de huwelijksvoorwaarden, het vermogen van zijn bedrijf is betrokken bij het bepalen van de erfbelasting, waardoor hij nu veel meer erfbelasting verschuldigd is dan de bedoeling was van partijen. Klager verwijt de oud-notaris dat hij 1) inhoudelijk fouten heeft gemaakt bij het opstellen van twee akten van huwelijksvoorwaarden 2)niet tijdig inhoudelijk reageert op de aansprakelijkheidsstelling.Klachtonderdeel 1: klacht is te laat ingediend en daarmee kennelijk niet-ontvankelijkKlachtonderdeel 2: De notaris heeft tijdig gereageerd op de aansprakelijkheidsstelling. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TNORARL:2025:2 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/430826 / KL RK 24-14
- Datum publicatie: 04-02-2025
- Datum uitspraak: 29-01-2025
- ECLI:NL:TNORARL:2025:2
Klagers verwijten de notaris dat zij in strijd heeft gehandeld met de eisen van zorgvuldigheid en met de artikelen 3 lid 2 en artikel 17 lid 1 van de Wna doordat: 1) de notaris erfenisfraude heeft gefaciliteerd door een woonhuis tegen verouderde en onjuiste waarde te laten passeren 2) de notaris onrechtmatig de waardepeildatum voor de verdeling van de nalatenschap heeft verlegd 3) de notaris huurbaten uit het onroerend goed ten onrechte niet tot het privévermogen heeft gerekend en ten onrechte schenkingen van de gemeenschap met de nalatenschap heeft verrekend 4) de akte van verdeling rekenfouten, dubbeltellingen en een anachronisme bevat, wat heeft geresulteerd in onjuist berekende erfdelen 5) de notaris erflaatster bij ophoging van het opvullegaat onvoldoende heeft geïnformeerd over de noodzaak van die ophoging. 6) de notaris een te korte reactietermijn heeft gehanteerd voor de conceptakte en zich in de akte op onjuiste aannames heeft gebaseerd; 7) de klacht bij het kantoor van de notaris niet naar tevredenheid is afgehandeld.De kamer oordeelt dat de notaris heeft voldaan aan haar zorgplicht. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TNORSHE:2025:2 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2024/22
- Datum publicatie: 27-01-2025
- Datum uitspraak: 20-01-2025
- ECLI:NL:TNORSHE:2025:2
Ontvankelijkheid: klachttermijn en redelijk belang. Klacht over schending informatieplicht bij akte van geldlening. Deze was verstrekt door een B.V. die door de vader van klager en diens tweede echtgenote was opgericht met het oog op het verstrekken van die lening. Na het overlijden van vader heeft klager de klacht ingediend in verschillende hoedanigheden. Als opvolgend bestuurder van de B.V. oordeelt de kamer dat de klachttermijn is verstreken, ook als ervan uit wordt gegaan dat vader ten tijde van het passeren van de akte niet wilsbekwaam was en – als potentiële klager – niet in staat was een klacht in te dienen. Voor zover klager de klacht heeft ingediend als zoon en als executeur/afwikkelingsbewindvoerder van de nalatenschap van vader en van klagers nadien overleden broer (die erfgenaam is in de nalatenschap van vader) oordeelt de kamer dat klager niet als belanghebbende kan worden aangemerkt. Klacht niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TNORARL:2024:36 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/436969 KL RK 24-75
- Datum publicatie: 27-01-2025
- Datum uitspraak: 13-12-2024
- ECLI:NL:TNORARL:2024:36
Klager bekritiseerde de kandidaat-notaris over het gebruik van WhatsApp en privé e-mail, het gebrek aan grondig onderzoek naar de wilsbekwaamheid van erflater en dat hij geen inzage kreeg in het testament. De kamer oordeelt dat het gebruik van WhatsApp en privé e-mail in dit specifieke geval aanvaardbaar was, omdat klager ermee ingestemd had. De kandidaat-notaris heeft ook op de andere klachtonderdelen zorgvuldig gehandeld. Klacht op alle onderdelen ongegrond.
-
ECLI:NL:TNORARL:2024:4 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/418364 /KL RK 23-35 C/05/422786/KL RK 23-76
- Datum publicatie: 27-01-2025
- Datum uitspraak: 16-02-2024
- ECLI:NL:TNORARL:2024:4
Klager kan, als verwachter in het testament, als belanghebbende bij de klacht worden aangemerkt. De kamer verklaart de klacht ongegrond. Klager heeft slechts bedenkingen geuit over de kopie van de aan het testament gehechte brief van erflater. De stelling van klager dat die brief vals zou zijn, wordt niet door hem onderbouwd.
-
ECLI:NL:TNORARL:2025:1 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/437032 KL RK 24-76
- Datum publicatie: 27-01-2025
- Datum uitspraak: 10-01-2025
- ECLI:NL:TNORARL:2025:1
Klagers verwijten de notaris dat zij onzorgvuldig heeft gehandeld bij een akte van levering. Klagers waren geen partij bij de akte en daarom geen belanghebbenden. Klacht niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TNORSHE:2025:1 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2024/24
- Datum publicatie: 27-01-2025
- Datum uitspraak: 20-01-2025
- ECLI:NL:TNORSHE:2025:1
De notaris had weliswaar gegronde reden om het aan klaagster toekomende deel van de overwaarde van de woning in depot te houden, maar hij heeft verzuimd klaagster hierover naar behoren uitleg te geven en hij heeft vervolgens onvoldoende regie gevoerd om de ontstane situatie in goede banen te leiden. Daarmee heeft de notaris niet gehandeld zoals een zorgvuldig notaris betaamt en hij heeft daardoor de belangen van klaagster veronachtzaamd. In zoverre is de klacht gegrond. Aan de notaris wordt een waarschuwing opgelegd.
-
ECLI:NL:TNORDHA:2024:20 Kamer voor het notariaat Den Haag 24-25 en 24-26
- Datum publicatie: 06-01-2025
- Datum uitspraak: 18-12-2024
- ECLI:NL:TNORDHA:2024:20
Klager verwijt notaris [B] dat hij de akte van verdeling heeft medeondertekend. Vast staat dat notaris [A] de akte van verdeling heeft gepasseerd als toegevoegd notaris in het protocol van notaris [B]. Op het afschrift van de akte staat daarom de stempel van notaris [B]. Noch uit de klacht noch uit de stukken blijkt van enige concrete bemoeienis van notaris [B] met dit dossier. Nu de klacht jegens notaris [B] feitelijke grondslag mist en niet met redenen is omkleed is die niet-ontvankelijk.Klager verwijt notaris [A] dat hij de akte van verdeling niet had mogen passeren, omdat de berekeningen niet klopten. De waarde van de woning zou door schade aan de woning veranderd zijn. Klager stelt daardoor benadeeld te zijn en heeft dat op allerlei manieren geduid, ook als fraude. Het verweer van notaris [B] leidt tot geen ander oordeel dat klager, na uitleg en ruggenspraak, door het tekenen van de akte met de inhoud daarvan heeft ingestemd. Hij heeft kwijting en decharge verleend. Niet valt in te zien op welke wijze de notaris klachtwaardig zou hebben gehandeld bij of door het passeren van de akte. Dat het niet tekenen van de akte negatieve gevolgen zou hebben, maakt niet dat in juridische zin van dreigen sprake is. Juist de uitleg van de gevolgen onderstreept de uitgebreidheid van de Belehrung en de zorgvuldigheid van de notaris. De klacht is ongegrond.
-
ECLI:NL:TNORDHA:2024:21 Kamer voor het notariaat Den Haag 24-20
- Datum publicatie: 06-01-2025
- Datum uitspraak: 18-12-2024
- ECLI:NL:TNORDHA:2024:21
De erfgenamen hebben eind april 2021 een VSO gesloten waarin is opgenomen dat uiterlijk binnen twee maanden de verdelingsakte waarbij de woning aan klaagster wordt toebedeeld wordt gepasseerd. In de vaststellingsovereenkomst kan geen volmacht aan enige notaris tot het verlijden van de akte worden gelezen. Ook kan die volmacht niet uit de bedoeling van partijen de woning binnen twee maanden toe te delen of anderszins uit de bewoordingen van de overeenkomst worden afgeleid, zoals de notaris met zijn beroep op een impliciete volmacht heeft betoogd. Zelfs als dat anders was, dan was tussen het moment van het sluiten van de VSO in 2021 en de door de notaris gepasseerde akte in 2023 ruim twee jaar verstreken. De notaris had dan op zijn minst nader onderzoek moeten doen of klaagster nog steeds achter de levering van de woning stond.De privatieve bevoegdheid van de afwikkelingsbewindvoerder, waarop de notaris wijst, leidt niet tot een ander oordeel over de volmacht. Die bevoegdheid om – kort gezegd – namens de boedel te handelen ziet op het leveren/toedelen, niet op het geleverd/toegedeeld krijgen. Klaagster was niet enkel bij de akte betrokken als een van de erfgenamen aan de leverende kant, maar ook als partij aan de ontvangende kant. In die hoedanigheid had zij met de levering/toedeling moeten instemmen. Dit klachtonderdeel is gegrond.Klaagster verwijt de notaris verder dat hij haar niet heeft geïnformeerd over de levering van de woning noch de inhoud van de akte en dat hij haar geen afschrift heeft verstrekt. Vast staat dat de notaris op de hoogte was van de VSO uit 2021 en van de afspraken die de erfgenamen onderling hadden gemaakt over de verdeling van de nalatenschappen van erflater en erflaatster. Klaagster had recht op een concept van de akte. Dat had ze niet enkel als degene die als zelfstandige partij de woning kreeg toegedeeld, maar ook als een van erfgenamen die door de afwikkelingsbewindvoerder werd vertegenwoordigd. Hoewel de bevoegdheid te leveren aan die bewindvoerder toekwam en in zoverre verzoeksters instemming niet nodig was, is dergelijke informatie voor een erfgenaam van belang om daar desnoods op een andere wijze tegen op te kunnen komen. Aangezien klaagster niet op de hoogte was van het passeren van de akte en de overgang van de eigendom van de woning op haar was het van belang dat zij zo snel mogelijk daarvan op de hoogte werd gesteld. Gelet daarop en zeker nu de notaris de complexiteit van de afwikkeling van deze nalatenschap kende, had hij het verstrekken van het afschrift niet aan de executeur mogen overlaten. Dit klachtonderdeel is gegrond.De klacht over de vermelding van de partijen in de akte is ook gegrond. De notaris heeft miskend dat de executeur-afwikkelingsbewindvoerder niet alleen namens zichzelf handelde, maar in onderhavig geval ook namens klaagster en haar andere broer. Alle partijen hadden, wat er ook zij van de bevoegdheid om zonder hun instemming te handelen, als deelgenoot in de akte moeten worden opgenomen.De Kamer heeft de notaris de maatregel van berisping opgelegd.
-
ECLI:NL:TNORARL:2024:35 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/433590 KL RK 24-35
- Datum publicatie: 06-01-2025
- Datum uitspraak: 20-11-2024
- ECLI:NL:TNORARL:2024:35
De notaris is onvoldoende transparant geweest over zijn tariefstelling. Indien een cliënt vragen stelt over het honorarium, dient een notaris met een correcte onderbouwing de hoogte van de nota uit te kunnen leggen. De hoogte van het tarief zal worden beoordeeld door de Geschillencommissie Notariaat.
-
ECLI:NL:TNORAMS:2024:21 Kamer voor het notariaat Amsterdam 748995 / NT 24-9
- Datum publicatie: 19-12-2024
- Datum uitspraak: 05-11-2024
- ECLI:NL:TNORAMS:2024:21
Het betoog van de notaris dat zij en de notarisklerk klagers mondeling uitdrukkelijk hebben gewezen op het publiekrechtelijke beperkingenbesluit, hetgeen klagers uitdrukkelijk betwisten, leidt niet tot een ander oordeel. Juist om zeker te stellen dat een koper op de hoogte is en een situatie als de onderhavige, waarin de verklaringen van partijen over wat er wel of niet is besproken lijnrecht tegenover elkaar staan, te voorkomen, ligt het op de weg van de notaris om het bestaan van een dergelijke beperking ten aanzien van het registergoed schriftelijk vast te leggen. De klacht is dus gegrond voor zover deze betrekking heeft op schending van de informatieplicht en de waarschuwingsplicht.