Zoekresultaten 9851-9860 van de 45138 resultaten
-
ECLI:NL:TADRARL:2021:150 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 19-711
- Datum publicatie: 16-08-2021
- Datum uitspraak: 07-06-2021
- ECLI:NL:TADRARL:2021:150
Verzetbeslissing. De raad verklaart het verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2021:78 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2021/2257-A2021/032
- Datum publicatie: 16-08-2021
- Datum uitspraak: 16-08-2021
- ECLI:NL:TGZRAMS:2021:78
Klager heeft last van chronische clusterhoofdpijn. Hij heeft zich in verband daarmee gewend tot verweerster, die een kliniek heeft voor de behandeling van pijnklachten. Klager heeft een afspraak gemaakt voor een eerste consult en is tijdens dat consult ook behandeld. Daarna heeft hij hiervoor een rekening ontvangen. Klager verwijt verweerster dat zij vooraf onvoldoende informatie over de behandeling heeft gegeven en hem laat betalen voor een behandeling waar hij nooit om gevraagd heeft. Klachten kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2021:145 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 19-413
- Datum publicatie: 16-08-2021
- Datum uitspraak: 22-02-2021
- ECLI:NL:TADRARL:2021:145
Tussen klager en zijn twee broers (J en P) is een geschil ontstaan over het testament van hun vader. Hierover zijn diverse procedures gevoerd. De raad stelt vast dat verweerder klager in de eerste procedure als advocaat heeft bijgestaan. In een latere procedure stond verweerder alleen broer J bij die door P was gedagvaard. In laatstgenoemde procedure heeft P in reconventie klager als partij opgeroepen. Klager is daarin verschenen en werd bijgestaan door advocaat B. Uit de verklaringen ter zitting is de raad gebleken dat klager en J in die procedure inhoudelijk lijnrecht tegenover elkaar stonden. Nu verweerder zelf ook heeft verklaard dat de belangen van zijn cliënt en klager, zijn oud-cliënt, in die laatste procedure niet (geheel) parallel liepen, had verweerder zich naar het oordeel van de raad uit die procedure moet terugtrekken. Door dat niet te doen, heeft verweerder in strijd gehandeld met gedragsregel 15. In zoverre is de klacht gegrond. Het verwijt dat verweerder ook vertrouwelijke informatie van klager heeft gebruikt, kan de raad niet vaststellen. De overige klachtonderdelen zijn niet-ontvankelijk op grond van art. 46g lid 1 sub a Advocatenwet. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TADRARL:2021:146 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 19-690
- Datum publicatie: 16-08-2021
- Datum uitspraak: 10-05-2021
- ECLI:NL:TADRARL:2021:146
Raadsbeslissing. Klacht met vele onderdelen over de advocaat van de wederpartij. De raad verklaart één klachtonderdeel gegrond. Verweerder heeft in strijd met de geheimhoudingsverplichting, zonder toestemming van klager of zijn advocaat, stukken uit de mediation als bijlagen bij de dagvaarding aan de rechtbank gestuurd. Verweerder heeft daarmee in strijd met regel 3 van de Gedragsregels 2018 gehandeld. De omstandigheid dat verweerder deze stukken op verzoek van de advocaat van klager heeft ingetrokken, maakt dat in de onderhavige zaak niet anders, in het bijzonder omdat verweerder het verwijtbare van zijn handelen niet inziet en hij niet zijn excuses aan de wederpartij heeft aangeboden. De raad legt een waarschuwing op.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2021:147 Raad van Discipline 's-Gravenhage 21-375/DH/RO
- Datum publicatie: 13-08-2021
- Datum uitspraak: 09-08-2021
- ECLI:NL:TADRSGR:2021:147
Verweerder heeft klager gevraagd om mee te werken aan opheffing van het gezag van Jeugdbescherming, op grond van mogelijk door klager gestuurde tweets die bij de cliënt van verweerder twijfel opriepen over de integriteit van klager als gezinsmanager. Hij heeft zich in dat verband intimiderend uitgelaten tegen klager. Verweerder is hiermee te ver gegaan; hij heeft de integriteit van klager vereenzelvigd met de integriteit van Jeugdbescherming en heeft dit als oneigenlijk argument opgevoerd in het debat over de voortzetting van het gezag over het kind door Jeugdbescherming. Een ervaren advocaat als verweerder moet weten dat hij een situatie als deze anders kan en moet aanpakken en dat hij met zijn handelen te ver is gegaan. De gang van zaken is onbetamelijk en raakt aan de kernwaarde integriteit. Verweerder heeft in de klacht die hij tegen klager heeft ingediend de volledige namen van een aantal familieleden van klager genoemd, zonder dat dat een redelijk doel diende. Verweerder is hiermee te ver gegaan. Ook dit onderdeel van de klacht raakt aan de kernwaarde integriteit en de gedraging van verweerder is onbetamelijk. Berisping.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2021:141 Raad van Discipline 's-Gravenhage 21-409/DH/DH
- Datum publicatie: 13-08-2021
- Datum uitspraak: 04-08-2021
- ECLI:NL:TADRSGR:2021:141
Voorzittersbeslissing. Klacht over de eigen advocaat deels kennelijk niet-ontvankelijk vanwege tijdsverloop en voor het overige kennelijk ongegrond vanwege onvoldoende onderbouwing.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2021:78 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2021/3034
- Datum publicatie: 13-08-2021
- Datum uitspraak: 13-08-2021
- ECLI:NL:TGZRZWO:2021:78
Klacht tegen gezondheidszorgpsycholoog betreffende forensische rapportage. Aangeklaagde is betrokken geweest maar niet verantwoordelijk voor het rapport. Dat is namelijk een psycholoog die wel in het NRGD maar niet in het BIG-register geregistreerd. Dat betekent dat over deze forensisch medische rapportage geen tuchtrechtelijk oordeel geveld kan worden. Het college vraagt daarvoor aandacht.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2021:148 Raad van Discipline 's-Gravenhage 21-410/DH/DH
- Datum publicatie: 13-08-2021
- Datum uitspraak: 11-08-2021
- ECLI:NL:TADRSGR:2021:148
Voorzittersbeslissing. Klacht tegen de advocaat van de wederpartij over het rechtstreeks toezenden van correspondentie kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2021:142 Raad van Discipline 's-Gravenhage 21-443/DH/DH
- Datum publicatie: 13-08-2021
- Datum uitspraak: 04-08-2021
- ECLI:NL:TADRSGR:2021:142
Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij in alle onderdelen kennelijk ongegrond, deels omdat klagers stellingen bij gebrek aan onderbouwing niet kunnen worden vastgesteld en deels omdat niet is gebleken dat verweerder oneigenlijke druk op klager heeft uitgeoefend of misbruik van omstandigheden heeft gemaakt.
-
ECLI:NL:TGZRGRO:2021:21 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen vp2020/02
- Datum publicatie: 13-08-2021
- Datum uitspraak: 13-08-2021
- ECLI:NL:TGZRGRO:2021:21
Klacht tegen verpleegkundige. De klacht gaat vooral over de behandeling van de moeder van klaagster. Klaagster is echter niet gemachtigd door haar moeder om namens haar een klacht in te dienen. Klaagster kan daarom niet worden ontvangen in dat gedeelte van de klacht. Klaagster klaagt daarnaast ook over hoe de verpleegkundige zich zou hebben gedragen ten opzichte van klaagster zelf, als naaste van haar moeder. Het gaat hier om verwijten die niet vast zijn komen te staan of om handelen dat niet tuchtrechtelijk verwijtbaar is. Dit laatste gedeelte van de klacht is daarom kennelijk ongegrond. Klaagster is dus gedeeltelijk niet-ontvankelijk in haar klacht en de rest van de klacht wordt kennelijk ongegrond verklaard.