Zoekresultaten 2251-2260 van de 42647 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSHE:2023:94 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-260/DB/ZWB

    Klacht tegen advocaat in hoedanigheid van curator. Verweerder heeft bij klaagster afdrukken van tekeningen besteld en heeft klaagster de opdracht gegeven om informatie over de urenregistratie te verzamelen en verstrekken. Verweerder heeft, door klaagsters facturen onbetaald te laten en gedurende vijftien maanden niet te reageren op betalingsverzoeken en betalingsherinneringen, het vertrouwen in de advocatuur geschaad. Gegrond. Berisping.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2023:201 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2022/5195

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een tandarts. Het is niet vast komen te staan dat de tandarts onherstelbare schade aan de voortanden van klaagster heeft veroorzaakt bij het verwijderen van lijmresten van een verwijderde spalk. De tandarts heeft aangegeven dat er sprake was van onvoldoende mondhygiëne en ontstoken tandvlees. In die situatie kan het voorkomen dat er gevoeligheid en bloeding optreden. Dit betekent niet dat er daarmee onherstelbare schade aan de tanden is ontstaan. Omdat de lezingen uiteenlopen kan het college niet exact vaststellen hoe een en ander is verlopen gedurende de afspraak. Klacht kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:54 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/727241 / DW RK 22/474 MK/SM

    Beslissing op verzet, gedeeltelijk gegrond. Maatregel: berisping. Uit artikel 10 van de Verordening beroeps en gedragsregels gerechtsdeurwaarder (thans artikel 3.4 Gerechtsdeurwaardersverordening) volgt de verplichting kosten zo laag mogelijk te houden voor een schuldenaar. Dit komt mede tot uiting door een schuldenaar, waar een aanzienlijk lange periode geen contact mee is geweest, even in kennis stellen van de intentie tot het nemen, dan wel hervatten van kostbare executiemaatregelen.

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:53 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam c/13/714537 DW RK 22/93 MdV/RH

    Bewijsbeslag. Het verleende verlof is de basis is van het gelegde beslag. In het proces-verbaal van beslaglegging is omschreven waarop (globaal) beslag is gelegd. Vervolgens is een selectie gemaakt van een aantal bescheiden welke vielen binnen de reikwijdte van het verleende verlof. Alle overige data zijn vernietigd, aldus het exploot. Het feit dat de gerechtsdeurwaarder vervolgens buiten aanwezigheid van klager een nieuwe selectie uit de ruwe data heeft gemaakt, is in strijd met het verleende verlof. Daarnaast heeft de gerechtsdeurwaarder in strijd gehandeld met het exploot door een selectie te maken uit bestanden die volgens dat exploot waren vernietigd. De gerechtsdeurwaarder heeft de gegevens zonder klager daarvan van te voren op de hoogte te stellen gedeeld met zijn opdrachtgever. Hierdoor is klagers rechtspositie ernstig verzwakt, zowel ten aanzien van de selectie van de door het beslag getroffen bestanden, als ten aanzien van het delen van deze bestanden met de opdrachtgever van de gerechtsdeurwaarder. Maatregel van berisping en boete opgelegd.*****UITSPRAAK IN HOGER BEROEP: 13 februari 2024, ECLI:NL:GHAMS:2024:279, [- vernietigt de bestreden beslissing, met uitzondering van de kostenveroordeling;en, in zoverre opnieuw beslissende:- verklaart de klachtonderdelen a, c, d en e ongegrond;- verklaart klachtonderdeel b gegrond;- legt aan de toegevoegd gerechtsdeurwaarder de maatregel van berisping op;- bevestigt de bestreden beslissing voor het overige.dictum hof]*****  

  • ECLI:NL:TGZCTG:2023:128 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/1848

    Klacht tegen fysiotherapeut. Klaagster verwijt de fysiotherapeut dat hij tijdens een reguliere behandeling zonder haar toestemming seksueel grensoverschrijdende handelingen bij haar heeft verricht. De fysiotherapeut ontkent dit. Het Regionaal Tuchtcollege neemt als vaststaand aan dat de fysiotherapeut bij klaagster een inwendige (vaginale) handeling heeft verricht. Dat college laat in het midden of die handeling seksueel gericht was dan wel gericht was op behandeling van klaagster. Hoe dan ook staat vast dat klaagster hiervoor geen toestemming had gegeven. Het Regionaal Tuchtcollege concludeert dat de fysiotherapeut de zorgvuldigheids- en integriteitsnormen vergaand heeft overschreden en legt de maatregel van doorhaling van de inschrijving in het BIG-register op. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van de fysiotherapeut tegen deze beslissing. Naar het oordeel van dit college was de inwendige handeling seksueel van aard. Het Centraal Tuchtcollege acht bovendien aannemelijk dat de fysiotherapeut ook andere handelingen met een seksueel karakter heeft verricht. De doorhaling van de inschrijving in het BIG-register blijft gehandhaafd.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2023:129 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/1802

    Klacht tegen een gz-psycholoog. De gz-psycholoog is in de periode waar de klacht op zietwerkzaam in het ziekenhuis, waar zij het nichtje van klager psychologisch heeft onderzocht. Het nichtje was naar de gz-psycholoog verwezen voor onderzoek in verband met obstipatieklachten, angst om te poepen en fecale incontinentie. Naar aanleiding van dit onderzoek heeft de gz-psycholoog een melding gedaan bij Veilig Thuis. Klager verwijt de gz-psycholoog dat zij hem heeft beschuldigd van grensoverschrijdende handelingen (misbruik) bij zijn nichtje. Deze beschuldigingen heeft de gz-psycholoog geuit naar klager’s zus en zwager, de ouders van het nichtje.  Het Regionaal Tuchtcollege heeft klager niet ontvankelijk verklaard omdat hij niet aangemerkt kan worden als rechtstreeks belanghebbende in de zin van artikel 65, eerste lid, aanhef en onder a van de Wet BIG. Het Centraal Tuchtcollege verklaart klager wel ontvankelijk. Klager wordt door de gz-psycholoog genoemd als mogelijke verrichter van seksueel grensoverschrijdend gedrag. Dit geeft hem een belang om op te komen tegen het handelen van de gz-psycholoog. Het Centraal Tuchtcollege doet de zaak zelf af en verklaart de klacht ongegrond, omdat de gz-psycholoog zorgvuldig de stappen van de meldcode heeft doorlopen.. 

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2023:198 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2022/4808

    Ongegronde klacht tegen een verpleegkundig specialist. Klager verbleef in een Penitentiaire Inrichting in afwachting van een overlevering. Na de overlevering is klager overleden aan de gevolgen van een rectumcarcinoom. De onderhavige klacht is door klager ingediend en na zijn overlijden door zijn echtgenote en dochter voortgezet. Het verwijt dat aan de medische dienst van de PI – aan de verpleegkundig specialist in het bijzonder – gemaakt wordt is dat zijn buik(pijn)klachten lange tijd zijn genegeerd en niet serieus zijn genomen. De verpleegkundig specialist heeft als verweer gevoerd dat klager tegen haar uitsluitend tijdens één consult buikpijnklachten heeft gemeld, en dat haar niet kan worden verweten dat de tumor bij klager niet eerder is ontdekt. Op grond van het dossier kan niet worden vastgesteld dat de verpleegkundig specialist klachten heeft genegeerd dan wel meer had kunnen of moeten doen dan zij heeft gedaan. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORARL:2023:39 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/415760 KL RK 23-13

    De notaris heeft het testament van de vader van klaagster niet willen passeren, omdat er bij hem twijfels waren over de vrije wilsvorming van vader.De kamer is het met de notaris eens dat uit de opmerking van vader kon blijken dat mogelijk geen sprake meer was van een vrije wilsvorming bij vader. In zoverre is het dan ook niet verwijtbaar dat de notaris zijn diensten wilde opschorten. Echter, naar het oordeel van de kamer had de notaris naar aanleiding van de opmerking van vader meer onderzoek kunnen en moeten doen om te beoordelen of vader zijn wil op vrije en onafhankelijke wijze kon vormen. Op basis van dat nadere onderzoek had de notaris dan kunnen beoordelen of hij al dan niet (alsnog) zijn medewerking kon verlenen aan het testament van vader. In het Stappenplan worden handreikingen genoemd op welke wijze de notaris invulling had kunnen geven aan dit nadere onderzoek. De notaris heeft ter zitting enkel verklaard dat hij geen twijfels had over de wilsbekwaamheid van vader en dat hij met collega’s overleg heeft gehad over de mogelijke beïnvloeding bij de wilsvorming. Op basis van dat overleg heeft de notaris besloten om zijn dienst te weigeren. Naar het oordeel van de kamer heeft de notaris onvoldoende inzichtelijk gemaakt of en zo ja op welke wijze hij invulling heeft gegeven aan zijn onderzoeksplicht. Hierdoor kan de kamer niet beoordelen of de notaris in redelijkheid tot de conclusie kon komen dat hij zijn dienst moest weigeren. De kamer acht dit tuchtrechtelijk verwijtbaar en heeft de klacht op dit punt gegrond verklaard. Aan de notaris is een berisping opgelegd.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:172 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-396/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht niet-ontvankelijk vanwege tijdsverloop.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2023:197 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2022/5147

    Gegronde klacht tegen een verpleegkundige. De verpleegkundige wordt verweten dat hij zich grensoverschrijdend seksueel heeft gedragen tegenover een kwetsbare patiënte die aan zijn zorg was toevertrouwd en dat hij medicatie heeft ontvreemd en aan de patiënte heeft verstrekt. De verpleegkundige heeft de hem verweten gedragingen bekend. Het college verklaart de klacht gegrond en legt de maatregel van schorsing op voor de duur van 12 maanden, waarvan zes maanden voorwaardelijk met bijzondere voorwaarden. Publicatie.