Zoekresultaten 12261-12270 van de 42647 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARL:2019:155 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-901

    Klager heeft mede tot taak een behoorlijke rechtspleging en een eerlijk strafproces te bevorderen. Het verwijt aan verweerder is dat hij een behoorlijke rechtspleging heeft gefrustreerd door niet aanwezig te zijn bij een tweetal verhoren van zijn  cliënt, verdachte in een strafzaak. Daardoor kon de rechtbank niet beschikken over een inhoudelijke reactie van de cliënt van verweerder. De raad is van oordeel dat niet gebleken is dat verweerder toezeggingen heeft gedaan aan de politie over zijn aanwezigheid bij de verhoren. Voorts heeft verweerder gesteld dat hij in overleg met zijn cliënte heeft gehandeld die vanaf het begin heeft aangegeven zich op zijn zwijgrecht te beroepen. De raad is niet gebleken dat dit standpunt onjuist is. Ook tegenover zijn cliënt heeft verweerder niet verwijtbaar gehandeld. De al dan niet aanwezigheid van verweerder bij de verhoren is een zaak tussen verweerder en zijn cliënt, terwijl niet is komen vast te staat dat de cliënt bezwaar had tegen de afwezigheid van verweerder bij de verhoren. De klacht is ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2019:136 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-449

    Klacht over eigen advocaat. Klacht deels niet-ontvankelijk wegens onverschoonbare overschrijding van de termijn van drie jaar, waardoor klacht is verjaard. Deels ongegrond omdat niet gebleken is van excessief declareren door verweerster. Verweerster heeft specificaties overgelegd en uiteengezet welke acties zij heeft ondernomen en welke procedures zijn gevoerd. Verder is niet gebleken dat verweerster werkzaamheden heeft verricht zonder de instemming van klaagster. Voor zover dit betreft het opvragen van uittreksels bij de KvK of uit het G.B.A. is geen expliciete toestemming vereist. Dat ligt besloten in de opdracht aan verweerster en de noodzakelijke vertrouwensband.

  • ECLI:NL:TADRARL:2019:149 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-772

    Identieke klacht van klagers tegen advocaat wederpartij. Klaagster sub 1 heeft als advocaat van klager sub 2 geen eigen belang bij de klacht en is dus niet-ontvankelijk. Klager sub 2 verwijt verweerster dat zij in de tweede dagvaarding belangrijke feiten heeft verzwegen en dat zij in de tweede dagvaarding niet heeft genoemd dat er al eerder over dezelfde vordering door haar was geprocedeerd. Door cruciale feiten in de tweede dagvaarding weg te laten en vooral door het verzwijgen van de eerder gevoerde procedure heeft verweerster bewust getracht de rechtbank te misleiden. Klacht gegrond. Berisping.

  • ECLI:NL:TADRARL:2019:130 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-389

    Klacht van cliënt jegens zijn advocaat over traag behandelen van de zaak en onvoldoende stappen ondernemen om de verjaring te stuiten. Klachten gegrond. Het kan voorkomen dat door onverwachte omstandigheden gelegen buiten de invloedsfeer van de advocaat, beloften voor wat betreft het verrichten van werkzaamheden niet kunnen worden waargemaakt waardoor zaken langer blijven liggen. Hier is echter sprake van een structureel patroon van het op de lange baan schuiven van de behandeling. Ook als de cliënt zelf advocaat is behoorde het tot de verantwoordelijkheid van de advocaat om te verifiëren hoe het met (de tijdigheid van) de aansprakelijkheidstelling zat en deze kwestie vervolgens in zijn belangenbehartiging te betrekken.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2019:146 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 19-573 DB/LI

    Niet gebleken dat verweerder feiten heeft geponeerd waarvan hij de onwaarheid kende. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2019:150 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-878

    Klacht tegen advocaat wederpartij. Klaagster verwijt verweerster inbreuk te hebben gemaakt op haar privacy en onzorgvuldig te hebben gehandeld door een verkeerd postadres en een verkeerd mailadres te gebruiken en door rauwelijks te dagvaarden. Het gebruik van een verkeerd postadres is weliswaar slordig maar niet tuchtrechtelijk verwijtbaar.. Voor wat betreft het gebruik van een onjuist mailadres geldt hetzelfde. Van rauwelijks dagvaarden is geen sprake omdat in de eerste brief van verweerster het indienen van een verzoekschrift al als mogelijkheid wordt genoemd en omdat dat in het arbeidsrecht het ineens dagvaarden niet ongebruikelijk is in verband met het risico van een daaraan voorafgaande ziekmelding door de werknemer en het ontslagverbod dat daaruit volgt.

  • ECLI:NL:TADRARL:2019:131 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-896

    De advocaat maakte tijdens de verhuizing van zijn kantoor voor het verzenden van verzoekschriften en dergelijke gebruik van een bedrijf dat in onderaanneming fax-services verleent. Er waren bij dat bedrijf problemen bij de verzending van faxen als gevolg waarvan een bezwaarschrift niet (tijdig) door het UWV is ontvangen. Het bedrijf heeft de problemen aan de advocaat gemeld maar die heeft aan deze melding onvoldoende aandacht besteed. Advocaat heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar jegens zijn cliënt gehandeld. 

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:234 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.386

    Klacht tegen internist. Klager is in Duitsland geopereerd in verband met een longtumor. Preoperatief werd uit de bronchiaalsekreet Mycobacterium kansasii gekweekt. De kweek was uitsluitend positief voor deze bacterie soort. Klager zag af van de geadviseerde medicamenteuze nabehandeling. Bij brief van 11 juni 2013 werd klager door zijn huisarts verwezen naar verweerder. In de verwijsbrief werd, onder toezending van informatie, gevraagd om het ziektebeeld van klager te beoordelen. Klager verwijt verweerder kort gezegd dat hij a) het dossier van klager niet goed heeft bijgehouden, b) tegen de huisarts van klager over hem heeft gelogen en hem heeft belasterd, c) alles wat wees op een schimmelinfectie heeft genegeerd evenals de klachten van het urogenitale systeem, d) geen juiste diagnose heeft gesteld op zorgvuldige wijze. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het door klager ingestelde beroep.

  • ECLI:NL:TADRARL:2019:151 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-245

    Na overeenstemming over beëindiging van de arbeidsovereenkomst met vergoeding is de werkgever, de cliënt van verweerster, kort daarna van mening veranderd, althans heeft verweerster teruggefloten, door niet meer met een vergoeding in te willen stemmen. Gebleken is dat verweerster meteen daarna in een overleg met de vervanger van de advocaat van klager dit heeft uitgelegd. Dat heeft geresulteerd in een door klager ondertekende vaststellingsovereenkomst tot beëindiging zonder toekenning van enige vergoeding aan hem. Niet valt in te zien wat verweerster in deze situatie meer of anders had moeten doen dan hetgeen zij heeft gedaan. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2019:132 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-247

    Klacht tegen advocaat wederpartij. Klacht deels niet-ontvankelijk wegens het ontbreken van een rechtstreeks belang. Klacht voor het overige ongegrond. Verweerder heeft geen tuchtrechtelijk relevante grens overschreden.