Zoekresultaten 111-120 van de 44614 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARL:2025:92 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-959/AL/GLD/D

    Dekenbezwaar. Uit de transcripties van getapte telefoongesprekken van personen uit de kring van de cliënt van verweerder, kan de raad geen andere conclusie trekken dan dat verweerder tijdens de periode dat zijn cliënt als verdachte in beperkingen zat contact heeft opgenomen met derden en zaakinhoudelijke informatie heeft gedeeld met deze derden. Tijdens de beperkingen mag er geen zaakinhoudelijke informatie worden gedeeld met derden en naar het oordeel van de raad kan met voldoende zekerheid worden vastgesteld dat verweerder tijdens de beperkingen contact heeft opgenomen en zaakinhoudelijke informatie heeft gedeeld met derden. Dekenbezwaar gegrond. Maatregel: voorwaardelijke schorsing voor de duur van dertien weken, met een proeftijd van twee jaar.

  • ECLI:NL:TADRARL:2025:86 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-518/AL/A

    De raad verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2025:87 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-640/AL/GLD

    Verzetsbeslissing. De onderhavige klacht ziet op hetgeen verweerder op de zitting bij de raad in 2023 heeft gezegd over een eerdere klacht. In een tegen een advocaat ingediende klacht mag deze zich in de betreffende klachtzaak verweren. Als vervolgens weer een nieuwe klacht zou kunnen worden ingediend ten aanzien van dat verweer van de advocaat, opent dat de weg naar een eindeloze reeks van klachten die doet denken aan het zogenoemde ‘Droste-effect’. Dat is niet de bedoeling van het klachtrecht. Als een klager het niet eens is met de beslissing van de raad staat daartegen de mogelijkheid van hoger beroep bij het Hof van Discipline open. Daarmee is het recht op een eerlijk proces - waar klager zich onder meer op beroept - gewaarborgd. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2025:88 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-651/AL/GLD

    Verzetbeslissing. De raad is van oordeel dat de door klager aangevoerde verzetgronden niet slagen; de voorzitter heeft bij de beoordeling de juiste maatstaf toegepast en heeft rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval. De voorzitter heeft de klacht dus terecht en op juiste gronden kennelijk ongegrond verklaard. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2025:89 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-653/AL/GLD

    Verzetsbeslissing. In de toelichting op zijn verzetgrond herhaalt klager feitelijk zijn klacht, zonder dat hij de vaststaande feiten uit de beslissing van de voorzitter bestrijdt. In de kern komt het verzet erop neer dat klager het niet eens is met de beslissing van de voorzitter. De raad is van oordeel dat de door klager aangevoerde verzetgrond(en) niet slaagt/slagen; de voorzitter heeft bij de beoordeling de juiste maatstaf toegepast en heeft rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval. De beslissing is bovendien helder gemotiveerd. Aan de juistheid van de beslissing twijfelt de raad geenszins. De voorzitter heeft de klacht naar het oordeel van de raad dus terecht en op juiste gronden kennelijk ongegrond verklaard. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2025:84 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-109/AL/MN

    Voorzittersbeslissing. Verweerder wordt in zijn hoedanigheid van curator in het faillissement van mevrouw R beklaagd. Klaagster heeft een financieel belang daarbij. Naar het oordeel van de voorzitter is niet gebleken dat verweerder door zijn optreden het vertrouwen in de advocatuur heeft geschaad. Klaagster klaagt deels over hetzelfde als waarover de rechtbank al gemotiveerd heeft beslist. De voorzitter maakt de overwegingen van de rechtbank tot de hare. Ook overigens is niet gebleken dat verweerder de belangen van klaagster als 1e hypotheekhouder heeft geschaad. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2025:83 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7413

    Ongegronde klacht tegen een bedrijfsarts. De bedrijfsarts is supervisor van een arbo-arts. Het is niet gebleken dat de re-integratie onnodig is vertraagd of dat een consult is geweigerd. De bedrijfsarts heeft gehandeld volgens de supervisievereisten. Ook van onzorgvuldig onderzoek en onzorgvuldige dossiervorming is niet gebleken. Klacht ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2025:84 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7264

    Deels gegronde klacht tegen een bedrijfsarts. Klaagster is gedurende acht maanden onder begeleiding geweest van de bedrijfsarts. Zij heeft tijdens deze begeleiding zichzelf laten onderzoeken, waarbij zij ook is gediagnosticeerd. Het college stelt vast dat de bedrijfsarts klaagster ten onrechte (meteen) naar een instelling heeft doorverwezen, gelet juist op het eerdere onderzoek ingezet door klaagster en zonder dat de bedrijfsarts zich op de hoogte heeft gebracht van het rapport van dit onderzoek. Ook wordt de manier waarop de bedrijfsarts met klaagster heeft gesproken over een second opinion tuchtrechtelijk verwijtbaar geacht. Daarnaast is tekort geschoten in de dossiervoering. Klacht grotendeels gegrond. Berisping.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2025:65 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2567

    Klacht tegen een psychiater. De psychiater heeft in opdracht van het CBR onderzoek gedaan naar de rijgeschiktheid van klager. De psychiater heeft een rapport opgemaakt en daarin onder andere geconcludeerd dat sprake was van een “stoornis in drugsgebruik licht” volgens de DSM-5. Klager verwijt de psychiater dat zij onzorgvuldig en onjuist heeft gehandeld omdat zij heeft gelogen om tot die diagnose te kunnen komen. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht kennelijk ongegrond. Ook het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat de psychiater op basis van haar onderzoek in redelijkheid een stoornis in het drugsgebruik heeft kunnen classificeren. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2025:66 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2590 en C2024/2591

    Klacht tegen een psychiater. De psychiater is werkzaam bij het FACT-team van een ggz-instelling die gespecialiseerd is in verslavingszorg. Klager is zowel klinisch als ambulant in behandeling geweest bij deze instelling. De FACT-team behandelaar van klager in een brief antwoorden gegeven op vragen van het Bureau Rijbewijskeuringen in verband met een onderzoek naar klagers rijgeschiktheid. De brief is geschreven onder verantwoordelijkheid van de psychiater. Klager heeft bij het Regionaal Tuchtcollege twee klachten ingediend tegen de psychiater. In de eerste klacht verwijt klager de psychiater dat zij haar beroepsgeheim heeft geschonden en een onjuistheid heeft vermeld. In de tweede klacht verwijt klager de psychiater dat zij in haar verweerschrift naar aanleiding van de eerste klacht heeft gelogen. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart beide klachten in alle onderdelen kennelijk ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager.