Zoekresultaten 1-10 van de 73 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:71 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2023/5848

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een chirurg. De chirurg heeft bij klaagster een borstsparende operatie uitgevoerd, waarbij zij vijf operatieclips achterliet in haar lichaam om het gebied te markeren wat nadien bestraald zou moeten worden. De chirurg heeft dit niet vooraf met klaagster besproken. Klaagster vindt dat de chirurg hiermee onzorgvuldig heeft gehandeld. Zij is van mening dat de chirurg dit met haar had moeten bespreken en dat zij aan klaagster toestemming had moeten vragen. Geen tuchtrechtelijk verwijt. Het gaat om zeer kleine operatieclips die niet schadelijk zijn voor het lichaam. Deze clips zijn aangebracht met het oog op een nauwkeurige radiotherapie, wat in vrijwel alle gevallen van een borstparende operatie als nabehandeling noodzakelijk is. Dit staat voorgeschreven in de Landelijke Richtlijn Mammacarcinoom. Het niet plaatsen van deze operatieclips zou een bestraling veel minder effectief of onevenredig belastend maken. Kort gezegd is het plaatsen van deze operatieclips dus noodzakelijk voor een medisch zorgvuldige behandeling. De klacht is kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:70 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2023/5906

    Ongegronde klacht tegen een plastisch chirurg/genderchirurg. Klager is onder behandeling voor genderdystrofie. Door de plastisch chirurg is een phalloplastiek en verlenging van de urethra uitgevoerd. Klager verwijt de chirurg onvoldoende zorg rond de aangebrachte kathether, inadequate pijnbestrijding, negeren van klachten, onvoldoende bijhouden van het medisch dossier en op meerdere momenten onvoldoende of ondeugdelijke zorgverlening. Het college oordeelt dat de plastisch chirurg zeer regelmatig en waar nodig tijdig de katheter vervangen. Het is niet aannemelijk geworden, gelet op de frequente behandelcontacten, dat hij klachten van klager heeft genegeerd of onderschat. Het is voorts niet vast komen te staan, ondanks het horen van verschillende getuigen, dat klager bij ontslag na een operatie geen extra katheterzak en pijnstillers heeft meegekregen. Het medisch dossier is beknopt maar geeft in voldoende mate inzicht in het medisch beloop. Verder kan de plastisch chirurg niet verantwoordelijk worden gehouden voor zorg waar hij niet bij betrokken is geweest of verantwoordelijk voor was. Overige klachtonderdelen ook ongegrond. Klacht ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:17 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023/5244

    Psychotherapeut. Klacht: a) medisch dossier niet correct bijgehouden, b) documenten in dossier die klaagster niet kent, c) frustreren tuchtprocedure door niet verstrekken gespreksaantekeningen, d) in dossier ontbreken tussentijdse evaluaties, behandelovereenkomst en gespreksverslagen, e) behandeling niet conform gedragsregels afgewikkeld, f) behandeling had eerder moeten worden overgenomen door multidisciplinair team, g) geen gestructureerde en zorgvuldige dossieropbouw.College: b, d en e gegrond. Behandelplan moet worden besproken en voorgelegd voor akkoord. Omdat klaagster vaker na stoppen therapie toch wilde voortzetten, had verweerster hierover duidelijker moeten communiceren en bedoeling moeten achterhalen. Niet zorgvuldig gehandeld door sluiten dossier zonder bericht vooraf en zonder evaluatie behandeling. Gespreksaantekeningen onderdeel dossier. Niet gebleken dat verweerster tuchtprocedure heeft willen frustreren. Overige ongegrond.Maatregel: betrokken psychotherapeut, intensief behandeltraject, complexe problematiek. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2024:37 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2023/5749

    Klacht tegen een huisarts die bij klaagster een koperspiraal geplaatst heeft. Klaagster is ondanks deze spiraal zwanger geworden. Klaagster verwijt de huisarts dat de spiraal mogelijk niet goed geplaatst was en dat er niet na zes weken een controle is gedaan. Klaagster verwijt de huisarts ook dat de nazorg na ontdekking van de zwangerschap onvoldoende was. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:18 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023/5846

    Gz-psycholoog. Klacht IGJ: strijd met zorgplicht door vriendschappelijke en vervolgens intieme (seksuele) relatie met cliënt tijdens zorgrelatie, althans zonder afkoelingsperiode.College: relatie met cliënt staat vast, alleen verschil van mening of tijdens behandelrelatie of kort na beëindigen behandelrelatie zonder afkoelingsperiode. Relatie tijdens nazorgtraject. Tijdens nazorgtraject ook behandelrelatie. Gegrond.Maatregel: Gezien ernst seksueel grensoverschrijdend gedrag schorsing uitgangspunt. Meegewogen: gz-psycholoog wist dat ze geen relatie mocht aangaan, regiebehandelaar, relatie aan niemand verteld, geven openheid uit eigenbelang, gz-psycholoog in therapie gegaan, openheid in procedure, huidige werkgever geïnformeerd, professionele inzichten uit therapie mager, kans op herhaling niet uitgesloten, wederom werkzaam met kwetsbare cliënten. Voorwaardelijke schorsing van één jaar met proeftijd van twee jaren. Publicatie in algemeen belang.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2024:38 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2023/6451

    Een collega van de huisarts heeft bij klaagster een koperspiraal geplaatst. Klaagster is na vijf weken en vier dagen bij de huisarts op consult gekomen met klachten van aanhoudend vaginaal bloedverlies. Zij vroeg zich af of ze moest afwachten of de koperspiraal moest vervangen door een hormoonspiraal. De huisarts heeft klaagster geadviseerd nog een maand af te wachten of de klachten zouden verminderen. De huisarts heeft geen inwendig onderzoek gedaan. Klaagster is ondanks de spiraal zwanger geworden. Klaagster verwijt de huisarts dat de spiraal mogelijk niet goed geplaatst was en dat niet na zes weken een controle is gedaan. Klaagster verwijt de huisarts ook dat de nazorg na ontdekking van de zwangerschap onvoldoende was. Het college overweegt dat de huisarts een inwendig onderzoek (of nadere afspraken daarover) niet achterwege had mogen laten. De klacht is in zoverre gegrond. Volgt waarschuwing en (anonieme) publicatie.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:19 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023/5258

    Verwijt aan huisarts dat zij in het kader van zorgverlening in een hospice onvoldoende informatie over palliatieve sedatie heeft gegeven, onjuiste diagnoses heeft genoemd en tekortgeschoten is in communicatie, begeleiding, opvang en medisch handelen. Eigen verantwoordelijkheid om te informeren en te verifiëren of de informatie begrepen is. Onvoldoende uitleg over de aard van het lijden en waarom continue sedatie nodig was. Niet geverifieerd of toestemming voor palliatieve sedatie gegeven was. Besluit tot palliatieve sedatie niet gedragen door klinisch beeld. Communicatie en dossiervoering onvoldoende. Berisping.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:20 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2022/4921

    Huisarts wordt verwijten gemaakt die verband houden met een AMK-melding, de zorg aan en inzage in het medisch dossier van de minderjarige dochter van klager, het gezag van klager over zijn dochter, het medisch dossier van klager en het beroepsgeheim. Geen mogelijkheid in wet BIG voor indienen pro forma klaagschrift. Klacht grotendeels verjaard en voor het overige deels gegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:21 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2022/4922

    Huisarts wordt verwijten gemaakt die verband houden met een AMK-melding, de zorg aan en inzage in het medisch dossier van de minderjarige dochter van klager, het gezag van klager over zijn dochter, het medisch dossier van klager en het beroepsgeheim. Geen mogelijkheid in wet BIG voor indienen pro forma klaagschrift. Klacht grotendeels verjaard en voor het overige ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2024:35 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2023/5725

    Klacht tegen bedrijfsarts kennelijk ongegrond. Klager heeft zich in 2020 ziekgemeld wegens medische klachten. Daarna is klager door verschillende bedrijfsartsen begeleid in het kader van het re-integratieproces. In 2023 is klager een aantal keer bij de bedrijfsarts geweest. Deze heeft meerdere rapportages opgesteld. Het advies was om klager niet te laten re-integreren in eigen werk. Klager was het daar niet mee eens en heeft een second opinion verzocht. De second opinion was sterk afwijkend van het eerdere advies van de bedrijfsarts. Klager maakt de bedrijfsarts verschillende verwijten over het door hem verrichte onderzoek en de door hem opgemaakte rapportages/conclusies. Het college oordeelt dat de bedrijfsarts niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld.