Zoekresultaten 101-110 van de 147 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:273 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-296/AL/NN/D

    Dekenbezwaar. De raad is - gelet op alle relevante feiten en omstandigheden - van oordeel dat het totaal aan declaraties in deze zaak erg hoog is, maar dat onvoldoende is gebleken dat het excessief is. Dat betekent dat het dekenbezwaar ongegrond wordt verklaard.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:274 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-578/AL/MN

    Raadsbeslissing. Klacht over advocaat van de wederpartij. Hoewel de raad begrijpt dat de door verweerster gemaakte opmerking over de vader van klaagster door klaagster persoonlijk als kwetsend wordt ervaren, zeker vanwege het overlijden van haar vader drie maanden later, is de opmerking objectief gezien niet onnodig grievend. De opmerking van verweerster is misschien ongelukkig geformuleerd, maar het stond verweerster in het belang van haar cliënte vrij om de gegeven reden voor de afwezigheid van de vader van klaagster vanwege de aard van het geschil in twijfel te trekken dan wel om daar een enigszins cynische reactie op te geven. Het is de raad uit het klachtdossier niet gebleken dat verweerster op dat moment op de hoogte was van de ziekte van de vader van klaagster en de ernst daarvan en verweerster heeft ook ontkend dat zij dit wist. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:197 Hof van Discipline 's Gravenhage 230006

    Klacht tegen de deken over de weigering om hanhavend op te treden. Ongegrond verklaring door de raad door het hof bekrachtigd. 

  • ECLI:NL:TADRAMS:2023:205 Raad van Discipline Amsterdam 23-320/A/NH

    Verweerder heeft in strijd met gedragsregel 21 gehandeld door stukken aan het gerechtshof te zenden, maar niet gelijktijdig een kopie daarvan aan de advocaat van de wederpartij te sturen. De maatregel van een waarschuwing wordt opgelegd.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2023:206 Raad van Discipline Amsterdam 23-262/A/A

    Klacht tegen de advocaat van de wederpartij. Tijdens een descente is afgesproken dat verweerder bepaalde specifieke gegevens naar de door de rechtbank benoemde deskundige zou sturen. Verweerder stuurt de deskundige echter niet alleen de tijdens de descente afgesproken informatie, maar ook nog aanvullende informatie. De raad is van oordeel dat verweerder daarmee in strijd heeft gehandeld met de procedureregels die door de raadsheer-commissaris tijdens de descente waren bepaald  en legt de maatregel van een waarschuwing op.     

  • ECLI:NL:TADRAMS:2023:207 Raad van Discipline Amsterdam 23-423/A/A

    Klager en verweerder zijn familieleden van elkaar en zijn betrokken geweest bij de afhandeling van een geschil in hun familie omtrent een huis in Frankrijk. Verweerder is van beroep advocaat. Klager stelt dat verweerder ook als advocaat heeft opgetreden in het familiegeschil. De raad is echter van oordeel van dat verweerder tijdens het geschil voldoende duidelijk heeft gemaakt dat hij niet als advocaat maar als privépersoon optrad. De klacht wordt daarom ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2023:208 Raad van Discipline Amsterdam 22-786/A/A 22-787/A/A

    Klagers hebben in het verleden diverse procedures gevoerd, waarbij verweerders als de advocaten voor de wederpartij optraden. Ook hebben klagers reeds eerder klachten tegen verweerders gevoerd, waarop door de raad in 2018 is beslist. Nu hebben klagers opnieuw diverse klachten tegen verweerders ingediend. De raad is van oordeel dat de klachten grotendeels ongegrond zijn, dan wel niet-ontvankelijk nu het daarbij gaat om klachten die zien op handelen van de advocaten langer dan drie jaar geleden, dan wel dat in de eerdere procedure bij de raad reeds op de desbetreffende klacht is beslist.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:196 Hof van Discipline 's Gravenhage 230196

    Beklag artikel 13 ongegrond.  Geen redelijke kans van slagen, mede omdat mogelijk aansprakelijke partijen niet meer bestaan en de vordering verjaard zal zijn.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:224 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-233/DH/DH

    Verweerder heeft volhard in zijn weigering het dossier aan klager te verstrekken, waarbij hij zich ten onrechte heeft beroepen op zijn retentierecht. Ook heeft verweerder daarbij de voorwaarde gesteld dat klager zijn tuchtklacht tegen verweerder moest intrekken. Toen klager verweerder aansprakelijk stelde, heeft verweerder geweigerd de aansprakelijkstelling door te sturen aan zijn verzekeraar. Verweerder heeft daarmee onzorgvuldig en onprofessioneel gehandeld, de belangen van klager geschaad en het vertrouwen in de advocatuur beschaamd. Tuchtrechtelijk verleden. Vier weken schorsing onvoorwaardelijk.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:191 Hof van Discipline 's Gravenhage 220282

    Het wettelijk systeem biedt na een voorzittersbeslissing van de raad uitsluitend de mogelijkheid om bij de raad verzet aan te tekenen. Nu deze andere rechtsingang bestaat, is het hof niet bevoegd om van een verzet of hoger beroep tegen een voorzittersbeslissing van de raad kennis te nemen. De voorzitter van het hof heeft zich terecht onbevoegd verklaard. Het verzet tegen die beslissing is ongegrond.