Zoekresultaten 51-60 van de 840 resultaten
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:71 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/7676
- Datum publicatie: 26-06-2025
- Datum uitspraak: 23-06-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:71
Klacht tegen een huisarts gegrond. De klachten hebben betrekking op de zorg die de huisarts als waarnemer heeft verleend aan de echtgenoot van klaagster (patiënt). Patiënt kwam bij de huisarts met diverse klachten en uiteindelijk is hij een aantal weken later overleden aan de gevolgen van gemetastaseerd adenocarcinoom. Klaagster verwijt de huisarts dat hij onvoldoende zorg heeft verleend. Daarnaast verwijt klaagster de huisarts onjuiste dossiervoering. Het college komt tot het oordeel dat de uitgevoerde onderzoeken niet voldoen aan de professionele standaard en dat de dossiervoering onder de maat is. Het college legt de huisarts de maatregel op van een berisping.
-
ECLI:NL:TNORSHE:2025:12 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2024/34
- Datum publicatie: 26-06-2025
- Datum uitspraak: 23-06-2025
- ECLI:NL:TNORSHE:2025:12
Aan de orde is de vraag of de kandidaat-notaris met een beroep op de notariële geheimhoudingsplicht terecht heeft geweigerd om op klagers eerste verzoek mee te delen wie de erfgenamen van de zus zijn. Op grond van artikel 22 lid 1 Wna is een notaris in beginsel verplicht tot geheimhouding van alle informatie waarvan hij/zij uit hoofde van zijn/haar werkzaamheden als zodanig kennis neemt. Verder is in dit geval artikel 49 Wna van belang. Op grond van artikel 49 lid 1 Wna geeft de notaris afschriften dan wel uittreksels af aan degenen die een recht ontlenen aan de akte. Ingevolge artikel 49 lid 2 Wna wordt onder “degene die een recht ontleent aan de inhoud van de akte” mede begrepen “degene die door een uiterste wilsbeschikking een erfrechtelijke aanspraak heeft verloren”. Dat laatste is hier het geval. Klager is door het testament van de zus immers niet langer versterferfgenaam. Daarbij geldt de restrictie “doch slechts ten aanzien van het desbetreffende onderdeel van die wilsbeschikking”. Vervolgens is de vraag aan de orde of klager recht heeft op een uittreksel van het testament waarin ook de erfstelling staat vermeld. Nu in de literatuur verschillend wordt gedacht over de vraag of het uittreksel ook de erfstellingen omvat, kan niet worden gezegd dat de kandidaat-notaris zich ten onrechte op zijn geheimhoudingsplicht jegens klager beroept. De kamer is van oordeel dat de uitleg die de kandidaat-notaris aan klager heeft gegeven over zijn beroep op de geheimhoudingsplicht weliswaar beter had gekund, maar dit aandachtspunt acht de kamer van onvoldoende gewicht om de kandidaat-notaris hierover een tuchtrechtelijk verwijt te maken.
-
ECLI:NL:TNORDHA:2025:13 Kamer voor het notariaat Den Haag 24-59
- Datum publicatie: 26-06-2025
- Datum uitspraak: 14-05-2025
- ECLI:NL:TNORDHA:2025:13
Klager verwijt de notaris dat hij onzorgvuldig heeft gehandeld door belangenverstrengeling, onterechte kosten, weigering akte te passeren, onvoldoende onderzoek en escrow regeling. Om te voorkomen dat de rechtshandeling achteraf kon worden vernietigd, diende de notaris zich ervan te vergewissen dat klagers echtgenote toestemming verleende voor de levering. De notaris mocht daarbij niet enkel en alleen afgaan op de verklaring van klager en ook niet op hetgeen in de koopovereenkomst was opgenomen, want die was niet getekend door de echtgenote van klager. Verder hadden kopers aangegeven dat zij niet met die hoofdelijke aansprakelijkheid geconfronteerd wilden worden. Onder die omstandigheden was het in depot plaatsen van het door klager betwiste bedrag geen mogelijke oplossing. De klacht is op alle onderdelen ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:162 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-284/AL/MN
- Datum publicatie: 25-06-2025
- Datum uitspraak: 23-06-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:162
Voorzittersbeslissing. Verweerder heeft samen met een kantoorgenoot werkzaamheden voor klager gedaan. Naar het oordeel van de voorzitter zijn de maandelijkse declaraties met specificaties voldoende duidelijk en transparant geweest en hebben die voldaan aan lid 4 van gedragsregel 17. Verweerder heeft daarover ook ruim voldoende met klager gecorrespondeerd en is herhaaldelijk op vragen geantwoord. Kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TDIVTC:2025:16 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2024/25
- Datum publicatie: 25-06-2025
- Datum uitspraak: 12-05-2025
- ECLI:NL:TDIVTC:2025:16
Paard. Dierenarts wordt verweten dat zij onzorgvuldig en nalatig heeft gehandeld toen haar hulp als spoedarts tijdens een avonddienst werd ingeroepen vanwege een vermoedelijke koliekaanval bij het paard van klaagsters. Het college is, het geheel in retrospectief overziend, van oordeel dat het veterinair handelen van beklaagde en de keuzes die zij heeft gemaakt verdedigbaar zijn geweest en dat zij binnen de grenzen van de redelijk bekwame beroepsuitoefening heeft gehandeld. [ongegrond]
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:163 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-285/AL/MN
- Datum publicatie: 25-06-2025
- Datum uitspraak: 23-06-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:163
Voorzittersbeslissing. Verweerder heeft samen met een kantoorgenoot werkzaamheden voor klager gedaan. Naar het oordeel van de voorzitter zijn de maandelijkse declaraties met specificaties voldoende duidelijk en transparant geweest en hebben die voldaan aan lid 4 van gedragsregel 17. Verweerder heeft daarover ook ruim voldoende met klager gecorrespondeerd en is herhaaldelijk op vragen geantwoord. Kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TDIVTC:2025:11 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2022/80 2023/8
- Datum publicatie: 25-06-2025
- Datum uitspraak: 06-03-2025
- ECLI:NL:TDIVTC:2025:11
Kat. Paraveterinair wordt verweten dat hij de zorgen van klaagster over haar kat, in het bijzonder over het niet terugbellen over een spoedecho, niet serieus heeft genomen. Dierenarts wordt verweten dat zij haar verantwoordelijkheid om te zorgen dat de dierenartsenpraktijk werd bezet door het juiste personeel onvoldoende heeft genomen en dat zij de zorgen van klaagster over haar kat niet serieus heeft genomen. [Gegrond met waarschuwing 2022/80] [Ongegrond 2023/8]
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:164 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-286/AL/MN
- Datum publicatie: 25-06-2025
- Datum uitspraak: 23-06-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:164
Voorzittersbeslissing. Klaagster klaagt voor de derde maal over dezelfde feiten en gedragingen. Deze klacht wordt, net als de tweede klacht, kennelijk niet ontvankelijk verklaard wegens ne bis in idem. De voorzitter neemt ook een misbruikbepaling op in de beslissing.
-
ECLI:NL:TDIVTC:2025:12 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2023/37
- Datum publicatie: 25-06-2025
- Datum uitspraak: 18-03-2025
- ECLI:NL:TDIVTC:2025:12
Paard. Dierenarts wordt verweten dat hij onvoldoende de risico’s van de keizersnede bij het paard van klaagster heeft genoemd, waardoor de keuze tussen de gespecialiseerde kliniek en de praktijk van beklaagde klaagster is ontnomen, dat hij tekort is geschoten met betrekking tot de bij het paard uitgevoerde keizersnede en dat hij onvoldoende nazorg heeft verleend door na de keizersnede weg te gaan naar een spoedgeval waardoor hij niet heeft kunnen voorkomen dat het paard haar been heeft gebroken en als gevolg daarvan moest worden geëuthanaseerd. [Ongegrond]
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:165 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-296/AL/MN
- Datum publicatie: 25-06-2025
- Datum uitspraak: 25-06-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:165
Voorzittersbeslissing. Verweerster heeft de ex-partner van klager in verschillende procedures bijgestaan. Klager beklaagt zich deels opnieuw over waarover de raad al eerder onherroepelijk heeft beslist. Daarnaast is een deel van de klachten buiten de driejaarstermijn door klager ingediend. Verweerster mocht afgaan op de van haar cliënte verkregen informatie zonder verder onderzoek. Niet is gebleken dat verweerster de grenzen van de haar als advocaat van de wederpartij toekomende vrijheid heeft overschreden.