Zoekresultaten 2691-2700 van de 2792 resultaten

  • ECLI:NL:TNOKROT:2006:YC0104 Kamer van toezicht Rotterdam 06-06

    De notaris heeft in strijd met de Wet Melding ongebruikelijke transacties een uitbetaling van € 20.000,-- niet gemeld bij het Meldpunt Ongebruikelijke Transacties. Klacht gegrond zonder oplegging van een maatregel.

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2007:YC0101 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 06-17

    Verzet 1.                Uit de stukken blijkt niet dat de notaris op de een of andere wijze een onjuist gebruik heeft gemaakt van zijn [mogelijke] bekendheid met de lening. 2.                De notaris meldt dat zowel de voorbereidende bespreking als ook het passeren van de aanvullende testamenten op 6 december 2001 beide ten huize van de ouders van klager hebben plaatsgevonden, zoals dit ook reeds in eerdere procedures aan de orde is geweest. De enkele verklaring de auditu van de bewindvoerder levert niet het bewijs van het tegendeel. 3.                Een tuchtrechtelijke procedure leent zich niet voor beantwoording van een vraag omtrent de rechtsgeldigheid van een testament. Daartoe dient een civielrechtelijke procedure diende te worden geëntameerd.  

  • ECLI:NL:TNOKAMS:2008:YC0100 Kamer van toezicht Amsterdam 375650/NT RK 07-22P

    Ambtshalve inschrijven akte van cessie; adviseren partijen met tegengestelde belangen; voortvarendheid

  • ECLI:NL:TNOKROT:2008:YC0099 Kamer van toezicht Rotterdam 01-08

    Gebrekkige communicatie met klaagster, voortgang bij het afgeven van een verklaring van erfrecht, onjuiste aangifte successierecht ingediend.

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2007:YC0096 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 06-24

    1.        Vervaltermijn van 3 jaren. 2.        De opstelling van het testament is vervolgens niet door de kandidaat­-notaris, maar door ­ destijds ­ kandidaat­-notaris [C], die evenals de kandidaat-notaris als waarnemer van [A] fungeerde, ter hand genomen en het uiteindelijke testament blijkt ­ anders dan de kandidaat­-notaris op grond van haar bespreking met klager verwacht of met hem afgesproken had, maar wel met instemming naderhand van klager ­ door genoemde [C] te zijn uitgebreid met een regeling waarbij bij vroegtijdig overlijden van klagers zoon, de nalatenschap zou worden verkregen door ofwel eventuele nakomelingen van de zoon dan wel door andere ­ door klager in zijn testament te benoemen ­ verwachters van die nalatenschap. Tegen die achtergrond mocht klager er naar het oordeel van de Kamer niet meer op rekenen dat het honorarium voor het testament slechts € 250 zou bedragen.  

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2007:YC0097 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 06-28

    1.        Een  notaris mag – in het algemeen en behoudens uitzonderingen ‑ zijn declaratie niet zonder toestemming van de cliënt aan zich zelf voldoen uit derdengelden die hij onder zijn beheer heeft. Het is daarbij onverschillig of hij zich zou kunnen voldoen met een beroep op verrekening, hetgeen onder de oude Wet op het Notarisambt het geval zou kunnen zijn geweest, dan wel of hij zich als beschikkingsgerechtigde zou kunnen voldoen ten laste van een in artikel 25 van de thans geldende Wna bedoelde kwaliteitsrekening. 2.    De notaris heeft bij de afwikkeling van de koop van het onderhavige pand op meerdere momenten verzuimd doortastend en adequaat te handelen.

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2007:YC0098 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 06-36

    Voor alle onderdelen van de klacht geldt dat de notaris binnen de vereisten van het notariële ambt en naar vermogen het nodige heeft gedaan voor de afwikkeling van deze complexe nalatenschap, temeer daar er op onderdelen van de afwikkeling [kennelijk] geen sprake was van algehele overeenstemming tussen de erfgenamen, maar wel van misverstanden [klachtonderdelen 2 en 5] en soms zelfs van onenigheid tussen de erfgenamen [klachtonderdeel 4]. Dit zijn echter zonder uitzondering zaken die de notaris niet tuchtrechtelijk kunnen worden aangerekend. Het is immers niet aan de notaris om zijn visie aan de erfgenamen op te leggen en voor hen te beslissen.

  • ECLI:NL:TNOKAMS:2008:YC0009 Kamer van toezicht Amsterdam 377061 / NT 07-26 Pee

    Gang van zaken rond een verkoop bij inschrijving. Niet gebleken is dat de notaris het standpunt heeft ingenomen dat het verkoper ná de totstandkoming van de overeenkomst vrij stond om eenzijdig een kwalitatieve verplichting op te leggen.

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2008:YC0094 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 07-51

    Verzet Klager was geen partij bij de voornoemde transacties. Uit hetgeen hij heeft gesteld valt evenmin af te leiden dat hij bij die transacties op andere wijze zodanig betrokken is dat hij voldoende rechtstreeks belang heeft bij de klacht. Hoewel klager stelt de klacht in te dienen in het een ieder aangaande belang bij het goed functioneren van het notariaat, is de voorzitter van oordeel dat dat belang niet van dien aard is dat klager in het onderhavige geval kan worden gezien als belanghebbende.

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2008:YC0095 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 07-50

    Vervalterming van drie jaren De Kamer is van oordeel dat in het onderhavige geval de vervaltermijn ten aanzien van de klacht tegen de notaris is gaan lopen vanaf 22 december 1994 , toen klager -  in persoon aanwezig bij de partiële verdeling  - de door de notaris gepasseerde verdelingsakte heeft medeondertekend. De klacht is op 26 november 2007 bij de Kamer ingediend bij brief van 23 november [lees: 2007], ná het verstreken zijn van de vervaltermijn van drie jaren vanaf 22 december 1994.