Zoekresultaten 491-500 van de 2789 resultaten

  • ECLI:NL:TNORSHE:2021:8 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2020/42

    Klacht van zus over (met name) beoordeling van de wilsbekwaamheid van haar broer door de notaris bij het opmaken van zijn levenstestament. Kamer verklaart klacht niet-ontvankelijk omdat zus niet als belanghebbende kan worden aangemerkt. Bij de mondelinge behandeling heeft zus ook naar voren gebracht dat het van “redelijk en algemeen belang” is om kwetsbare mensen met bijvoorbeeld de diagnose alzheimer in de toekomst te behoeden voor de situatie waarin haar broer is komen te verkeren. De kamer is echter van oordeel dat de kring van belanghebbenden niet zo ruim is dat iedereen in het kader van het algemeen belang van de bescherming van de rechtszekerheid en het vertrouwen in het notariaat een klacht tegen een notaris kan indienen.

  • ECLI:NL:TNORARL:2020:43 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/365021 KL RK 20-6

    De geheimhoudingsplicht betreft niet alleen de inhoud van besprekingen maar strekt zich ook uit tot de identiteit van partijen, het tijdstip van een gesprek en het gespreksonderwerp    

  • ECLI:NL:TNORSHE:2021:6 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2020/46

    Afwikkeling eenvoudige nalatenschap waarover tussen erfgenamen geen onenigheid bestaat. De notaris is vanaf het overlijden van erflaatster medio 2007 betrokken geweest bij haar nalatenschap en medio 2012 benoemd als vereffenaar daarvan. Ruim 13 jaren later en b ijna 1,5 jaar na zijn toezegging bij de mondelinge behandeling van de eerste tuchtklacht over zijn handelwijze in deze nalatenschap en al zijn toezeggingen nadien, heeft de notaris de nalatenschap echter nog altijd niet afgewikkeld. Inmiddels zijn al meerdere erfgenamen overleden die hun aandeel in de nalatenschap nooit hebben mogen ontvangen. De notaris heeft pas na 13 jaren concrete informatie gegeven aan de erfgenamen over de omvang en samenstelling van de nalatenschap en de daarna opgestelde “boedelbeschrijving achteraf” beschouwt de kamer als een blamage. De notaris wekt de indruk van gemakzucht en slordigheid, mede door fouten en inconsequenties in zijn (proces)stukken, terwijl hij er mede door zijn (proces)houding n og altijd geen blijk van geeft dat hij zich er daadwerkelijk van bewust is dat hij als notaris en uit hoofde van zijn benoeming als vereffenaar gehouden is de belangen van de erfgenamen met de grootst mogelijke zorgvuldigheid te behartigen en dat hij daarbij in de gegeven omstandigheden voldoende voortvarend moet handelen. Hierdoor heeft de notaris het vertrouwen dat rechtzoekenden in het notariaat moeten kunnen stellen in ernstige mate beschadigd, terwijl hij de belangen van klager bovendien niet met de grootst mogelijke zorgvuldigheid heeft behartigd. Zorgvuldigheid is één van de kernwaarden van het notariaat. De kamer rekent dit de notaris zeer ernstig aan, vooral ook omdat de tuchtrechter eerder tuchtmaatregelen aan hem heeft opgelegd. Deze maatregelen hebben gezien het in de beslissing beschreven en beoordeelde handelen en nalaten van de notaris niet geleid tot de daarmee beoogde gedragsverandering. In deze zaak heeft de notaris naar het oordeel van de kamer wederom een hoge mate van desinteresse tentoongespreid. Dat de notaris in de periode tussen de beslissing op de eerste klacht over de nalatenschap en de indiening van deze tweede klacht zelfs niet de moeite heeft genomen om te reageren op de berichten van klager, heeft de kamer geschokt. Daarom is de kamer van oordeel dat het ter bescherming van het maatschappelijk vertrouwen in de zorgvuldige vervulling van het notarisambt noodzakelijk is de tuchtmaatregel van ontzetting uit het ambt op te leggen. Proc eskostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2021:1 Kamer voor het notariaat Den Haag 20-33

    Het notariskantoor heeft zich niet objectief opgesteld en heeft partijdig gehandeld. De manier waarop de nalatenschap is verzorgd en de wijze waarop de klacht door de notaris is behandeld zijn voor klaagster niet acceptabel en zeer verdrietig en frustrerend.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2021:2 Kamer voor het notariaat Den Haag 20-37

    Door de handelwijze van de notaris voelt klager zich meermaals geschoffeerd, miskend, niet gehoord en totaal niet serieus genomen.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2021:3 Kamer voor het notariaat Den Haag 20-23

    Klaagster verwijt de notaris dat hij meer onderzoek had moeten verrichten, voordat hij de akten van levering ging passeren. Van de notaris was extra zorgvuldigheid verwacht vanwege de bijzonderheid van de transacties.

  • ECLI:NL:TNORARL:2021:10 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/379874 / KL RK 20-137

      Klaagster was partner erflater in 10 jaar voorafgaand aan zijn overlijden. In levenstestament 20 september 2019 met haar medeweten benoemd tot algemeen gevolmachtigde en bij zijn testament van diezelfde datum tot zijn erfgename. Vaststaat ook dat erflater bij onderzoek in ziekenhuis heeft benoemd dat klaagster onder meer zijn erfgename is. Ook in zorgplan hospice juni 2020 staat klaagster vermeld als gevolmachtigde erflater. Het belang van klaagster bij een klacht over de werkwijze van de notaris bij het herroepen van het (levens)testament en opstellen van een (nieuw) testament staat daarmee dan ook vast. Gezien de omstandigheden van het geval is voor de beoordeling van belang klaagster bij klacht niet van doorslaggevend belang of het testament van september 2019 éénmaal, of zoals de notaris stelt maar niet onderbouwt, tweemaal is herroepen. Voor beoordeling wilsbekwaamheid erflater kan notaris zich slechts deels op geheimhouding beroepen, immers deze ziet slechts op de inhoud van en de aanleiding (voor de cliënt) voor de werkzaamheden en strekt zich niet uit tot de wijze waarop de notaris te werk is gegaan. De notaris wordt door deze tussenbeslissing in de gelegenheid gesteld zich op dit punt alsnog uit te laten.  

  • ECLI:NL:TNORARL:2021:7 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/375548 / KL RK 20-105

    Klaagster stelt dat de notaris gehouden was om het door klaagster gewenste testament te passeren. De kamer heeft de klacht ongegrond verklaard en heeft het volgende overwogen. De notaris heeft terecht aangevoerd dat op basis van het eerste telefoongesprek er meerdere indicatoren waren die aanleiding vormden om in een gesprek onder vier ogen te onderzoeken of klaagster voldoende in staat was haar wil op onafhankelijke wijze te vormen. De kamer acht het zorgvuldig dat de notaris een aparte afspraak met klaagster wilde maken op basis van de aanwezige indicatoren. Er was op dat moment dan ook geen sprake van het niet mee willen werken aan het passeren, maar van een tussenstap waarover klaagster direct is geïnformeerd. Doordat klaagster vervolgens direct dreigde met een klacht, acht de kamer het voorstelbaar dat dit heeft geleid tot een vertrouwensbreuk tussen klaagster en de notaris. Het is dan ook niet tuchtrechtelijk verwijtbaar dat de notaris vervolgens niet (langer) wilde meewerken aan het testament van klaagster en klaagster heeft doorverwezen naar een ander notariskantoor.  

  • ECLI:NL:TNORARL:2020:39 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/367627 / KL RK 20-31

    De kandidaat-notaris is in beginsel gerechtigd de persoons- en adres gegevens van een gemachtigde/vertegenwoordigster als klaagster in de akte op te nemen. Toen klaagster aangaf dat dit niet de bedoeling was, heeft de kandidaat-notaris dat onmiddellijk gecorrigeerd. Verificatie van de gegevens van klaagster in BRP is voor de kandidaat-notaris toegestaan in het kader van de voorschriften verificatie identiteit. Niet is komen vast te staan dat de kandidaat-notaris in deze zaak onvoldoende zorgvuldig zou zijn omgegaan met de mogelijke toepasselijkheid van de AVG.

  • ECLI:NL:TNORARL:2021:8 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/371950 / KL RK 20-75

    Klacht over een notaris in haar rol als vereffenaar in een nalatenschap. Zo verwijt klager de notaris dat het tempo van de werkzaamheden te laag ligt, de notaris onnodig telkens de uitkomst van gerechtelijke procedures afwacht, de notaris zich als rechter/advocaat opstelt in plaats van als notaris haar werkzaamheden uit te voeren en de interne klachtenprocedure van het kantoor van de notaris niet voldoet en louter is gericht op het kunnen schrijven van uren. De kamer heeft de klacht ongegrond verklaard.