Zoekresultaten 371-380 van de 2791 resultaten

  • ECLI:NL:TNORSHE:2021:32 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2021/74

    Verzet ongegrond. Ten overvloede overweegt de kamer dat het de bedoeling is dat klagers zich in hun processtukken beperken tot een zakelijke weergave van het handelen en/of nalaten van de notaris waarover wordt geklaagd. De kamer constateert dat klaagster in de afgelopen jaren meerdere klachten heeft ingediend waarbij zij zich regelmatig (zeer) beledigend heeft uitgelaten over degenen die volgens haar een verwerpelijke rol hebben gespeeld bij de verdeling van de woning die voorheen mede aan haar eigendom toebehoorde. De kamer is van oordeel dat klaagster zich in haar verzetschrift zo beledigend en onnodig grievend heeft uitgelaten over (onder meer) de beklaagde notaris dat zij daarmee de betamelijkheidsgrens heeft overschreden. Daarom zal de kamer soortgelijke respectloze processtukken van klaagster in het vervolg niet meer in behandeling nemen.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2021:33 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2021/79

    Benoeming zware waarnemer van protocol van ontslagen notaris nadat de ontslagen notaris haar protocol als kandidaat-notaris 30a Wna een jaar lang zelf heeft waargenomen. I.v.m. uitspraak gerechtshof Amsterdam van 17-11-2020 (ECLI:NL:GHAMS:2020:3001) overweegt de kamer dat de termijn gedurende welke het redelijk kan worden geacht dat de praktijk nog voor rekening en risico van een ontslagen notaris wordt voortgezet in beginsel maximaal één jaar bedraagt. Nu zich echter kennelijk nog niemand heeft aangediend om het protocol over te nemen, acht de kamer het niet in het belang van rechtzoekenden als na 1 januari 2022 niet in de waarneming van het protocol zou worden voorzien en dit protocol zou gaan “zweven”. Daarom ziet de kamer zich in de gegeven omstandigheden, niettegenstaande de uitgangspunten die het gerechtshof in de genoemde beslissing heeft geformuleerd, bij wijze van uitzondering genoodzaakt om mr. [Y] per 1 januari 2022 te benoemden tot zware waarnemer van dit protocol totdat dit door een andere notaris zal worden overgenomen.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2022:1 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2021/23

    Wijziging volmachten van vader en moeder. Ook bij een minder ingrijpende rechtshandeling moet de notaris nagaan of de betrokken cliënt wilsbekwaam is. In de gegeven omstandigheden, waarbij een 82-jarige vrouw die volgens haar echtgenoot “communicatief enigszins beperkt is”, die het woord volledig laat voeren door haar echtgenoot en die haar volmacht volgens haar echtgenoot zo zou willen wijzigen dat het risico bestond dat door onenigheid tussen de kinderen een onwerkbare situatie zou ontstaan (die de notaris eerder uitdrukkelijk had ontraden) is de kamer van oordeel dat de notaris geen genoegen had mogen nemen met enkel een instemmende reactie van moeder op zijn gesloten (suggestieve) vraag. Klacht ten aanzien van moeder gegrond. Waarschuwing en proceskostenveroordeling. Verder ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2021:29 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2021/3

    Beslag op derdengeldenrekening. Klaagster heeft in het verleden conservatoir beslag gelegd op de derdengeldenrekening van de voorganger van de notaris. Daarna hebben klaagster en de beslagene in Nederland en België diverse procedures tegen elkaar gevoerd, waarbij de notaris niet betrokken is geweest. Klaagster heeft de notaris opdracht gegeven om op grond van een arrest van een gerechtshof in Nederland (de juridische verhouding tussen klaagster en de beslagene was uitermate gecompliceerd) tot uitbetaling van de beslagen gelden over te gaan. Daarna hebben zowel klaagster als de beslagene executoriaal derdenbeslag doen leggen onder de notaris en is zij door beiden onder dreiging van tuchtklachten/rechtsmaatregelen onder druk gezet om wel of juist niet tot uitbetaling over te gaan. De kamer stelt voorop dat de klacht enkel ziet op het handelen/nalaten van de notaris als derde-beslagene en oordeelt dat het niet op de weg van een derde-beslagene, die tevens notaris is, ligt om klaagster als beslaglegger te adviseren over het innen van haar vordering op de beslagene. De kamer oordeelt dat de notaris ook verder voldoende voortvarend en zorgvuldig heeft gehandeld. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2021:26 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2021/6

    De klacht gaat over de handelwijze van de notaris (als executeur) in verband met de afwikkeling van erflaatsters nalatenschap. Klager is echter geen cliënt van de notaris. Hij is evenmin erfgenaam, legitimaris, legataris of schuldeiser in erflaatsters nalatenschap. De kamer acht een rechtstreeks belang bij de klacht daarom niet aanwezig. Het feit dat klager de echtgenoot is van één van erflaatsters erfgenamen, met wie hij naar eigen zeggen in gemeenschap van goederen is gehuwd, brengt evenmin met zich dat hij een indirect of afgeleid (financieel) belang heeft bij de klacht. Hierbij speelt een rol dat erflaatster in haar testament een “privé-(uitsluitings)-clausule” heeft opgenomen, op grond waarvan (kort gezegd) al hetgeen uit haar nalatenschap wordt verkregen, niet zal vallen in enige gemeenschap van goederen. De kamer is daarom van oordeel dat klager geen redelijk belang heeft bij de klacht. Hij wordt niet-ontvankelijk verklaard in de klacht.Hoewel de kamer vanwege de niet-ontvankelijkheid van klager op formele gronden niet aan een inhoudelijke beoordeling van de klacht kan toekomen, heeft de kamer - ter voorkoming van een nieuwe klachtzaak - hieraan toch enige overwegingen besteed.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2021:27 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2021/13

    Klagers verwijten de notaris dat hij onvoldoende zorgvuldigheid heeft betracht bij de beoordeling van de wilsbekwaamheid en onafhankelijke wilsvorming van erflaatster bij het opmaken van haar laatste testament. Verder verwijten klagers de notaris dat het totaalbedrag van de twee declaraties met betrekking tot het testament onredelijk hoog is en dat de notaris in zijn hoedanigheid van executeur/ afwikkelingsbewindvoerder in erflaatsters nalatenschap onzorgvuldig heeft gehandeld.De kamer heeft de klacht niet-ontvankelijk verklaard voor zover deze ziet op het verzoek om “een creditnota op de wanprestaties” van de notaris. De klacht is voor het overige ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2021:28 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2021/22

    De kern van de klacht gaat over de handelwijze van de notaris in verband met de totstandkoming van de Groninger akte. De kamer is van oordeel dat de notaris met zijn handelwijze zijn kerntaken als notaris heeft veronachtzaamd. Notariële kernwaarden als ‘onafhankelijkheid’, ‘onpartijdigheid’ en ‘zorgvuldigheid’ zijn door de notaris geschonden. Bij de totstandkoming van de Groninger akte heeft de notaris niet aan zijn zorg-, voorlichtings- en onderzoeksplicht voldaan. De notaris heeft op verschillende vlakken onzorgvuldig gehandeld en bovendien de belangen van klaagster veronachtzaamd. De notaris heeft namelijk de indruk gewekt dat hij aan de kant van de verkoper stond en daarmee heeft hij de schijn van partijdigheid opgeroepen.De kamer heeft de klacht deels gegrond verklaard en aan de notaris de maatregel van berisping opgelegd.

  • ECLI:NL:TNORARL:2021:59 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/389928 KL RK 21-107

    Gegrondverklaring klacht van BFT. Samenwerking met ontzette notarissen. Tuchtmaatregel schorsing drie weken.

  • ECLI:NL:TNORARL:2021:58 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/377487/KL RK 20-116

    De kamer is van oordeel dat een juiste toepassing van de Novitaris-maatstaf in deze zaak niet de conclusie kan rechtvaardigen dat de notaris op 15 juli 2020 zonder meer gehouden was de akte van levering te passeren. De notaris was van meet af aan van het bestaan van het voorkeursrecht van klaagster op de hoogte. Gelet ook op de belangen van klaagster, vanwege de vestiging van haar bedrijf in het betreffende pand, had de notaris hier uit een oogpunt van zorgvuldigheid nader onderzoek moeten (laten) instellen en de levering zo nodig in afwachting van een oordeel van de voorzieningenrechter  moeten opschorten. Klacht gegrond.

  • ECLI:NL:TNORARL:2021:57 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/384165/KL RK 21-30

    De kamer is van oordeel dat de kandidaat-notaris al met al, gelet op de bijzondere omstandigheden van het geval, geen tuchtrechtelijk verwijt te maken valt van het feit dat zij de akte tot overdracht van de vennootschap heeft gepasseerd enkel met vermelding van het door partijen op € 460.000,00 gefixeerde schuldbedrag zonder de samenstelling van de mee over te dragen rekening-courantschuld te kennen, of in ieder geval zonder de afzonderlijke aandelen in die schuld van de verkopende partij enerzijds en de over te dragen vennootschap anderzijds te beschrijven.