Zoekresultaten 20801-20850 van de 44846 resultaten
-
ECLI:NL:TGZCTG:2017:196 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.516
- Datum publicatie: 05-07-2017
- Datum uitspraak: 01-06-2017
- ECLI:NL:TGZCTG:2017:196
De behandeling van de zaak in beroep heeft het Centraal Tuchtcollege geen aanleiding gegeven tot de vaststelling van andere feiten en tot andere beschouwingen en beslissingen dan die van het Regionaal Tuchtcollege in eerste aanleg, zodat het beroep moet worden verworpen.
-
ECLI:NL:TGDKG:2017:74 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 1317.2016
- Datum publicatie: 05-07-2017
- Datum uitspraak: 28-03-2017
- ECLI:NL:TGDKG:2017:74
Tussenbeslissing. De gerechtsdeurwaarder heeft een negatief bewaringstekort laten ontstaan. De Kamer acht het gewenst dat de gerechtsdeurwaarder in de gelegenheid wordt gesteld zijn stellingen, dat sprake is van een herstelplan alsmede de hoogte van het bewaringstekort, nader te onderbouwen.
-
ECLI:NL:TGDKG:2017:127 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 176.2016
- Datum publicatie: 05-07-2017
- Datum uitspraak: 15-08-2017
- ECLI:NL:TGDKG:2017:127
De gerechtsdeurwaarder heeft niet gereageerd op twee verzoeken van klaagster om een overzicht van de stand van zaken. Klacht op dit onderdeel gegrond, voor het overige ongegrond. Maatregel van berisping.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2017:190 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.510
- Datum publicatie: 05-07-2017
- Datum uitspraak: 01-06-2017
- ECLI:NL:TGZCTG:2017:190
De behandeling van de zaak in beroep heeft het Centraal Tuchtcollege geen aanleiding gegeven tot de vaststelling van andere feiten en tot andere beschouwingen en beslissingen dan die van het Regionaal Tuchtcollege in eerste aanleg, zodat het beroep moet worden verworpen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2017:197 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.517
- Datum publicatie: 05-07-2017
- Datum uitspraak: 01-06-2017
- ECLI:NL:TGZCTG:2017:197
De behandeling van de zaak in beroep heeft het Centraal Tuchtcollege geen aanleiding gegeven tot de vaststelling van andere feiten en tot andere beschouwingen en beslissingen dan die van het Regionaal Tuchtcollege in eerste aanleg, zodat het beroep moet worden verworpen.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2017:108 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-199b
- Datum publicatie: 04-07-2017
- Datum uitspraak: 04-07-2017
- ECLI:NL:TGZRSGR:2017:108
Ongegronde klacht tegen een huisarts. De huisarts mocht de behandelrelatie met klaagster beëindigen gelet onder de gegeven feiten en omstandigheden. Ook de overige klachtonderdelen zijn ongegrond. Klacht afgewezen.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2017:103 Raad van Discipline 's-Gravenhage 17-181/DH/RO
- Datum publicatie: 04-07-2017
- Datum uitspraak: 30-06-2017
- ECLI:NL:TADRSGR:2017:103
voorzittersbeslissing; klacht tegen advocaat wederpartij kennelijk ongegrond
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2017:109 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-199a
- Datum publicatie: 04-07-2017
- Datum uitspraak: 04-07-2017
- ECLI:NL:TGZRSGR:2017:109
Ongegronde klacht tegen een huisarts. De huisarts mocht de behandelrelatie met klaagster beëindigen onder de gegeven feiten en omstandigheden. Ook de overige klachtonderdelen zijn ongegrond. Klacht afgewezen.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2017:104 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-1118/DH/DH
- Datum publicatie: 04-07-2017
- Datum uitspraak: 03-07-2017
- ECLI:NL:TADRSGR:2017:104
Beslissing op verzet. De raad verenigt zich met de beoordeling door de voorzitter en met de daarop berustende kennelijk ongegrondverklaring van de klacht. Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2017:105 Raad van Discipline 's-Gravenhage 17-025/DH/RO
- Datum publicatie: 04-07-2017
- Datum uitspraak: 03-07-2017
- ECLI:NL:TADRSGR:2017:105
Klacht niet-ontvankelijk wegens overschrijding driejaarstermijn als bedoeld in artikel 46g Advocatenwet. De raad merkt nog op dat uit de houding van verweerder weinig welwillendheid jegens zijn voormalige cliënt blijkt, doch spreekt de hoop uit dat partijen alsnog tot een voor beiden aanvaardbare oplossing zullen komen.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2017:110 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-231
- Datum publicatie: 04-07-2017
- Datum uitspraak: 04-07-2017
- ECLI:NL:TGZRSGR:2017:110
Ongegronde klacht tegen een arts. Het College acht de arts bekwaam tot het stellen van een psychiatrische diagnose en het classificeren daarvan volgens het DSM IV-systeem. De door de arts gestelde diagnose past bij de klachten en symptomen zoals de arts die zelf bij klaagster tijdens onderzoek heeft vastgesteld. Het rapport van de arts voldoet aan de criteria overeenkomstig vaste jurisprudentie. Klacht afgewezen.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2017:77 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2016/346
- Datum publicatie: 04-07-2017
- Datum uitspraak: 04-07-2017
- ECLI:NL:TGZRAMS:2017:77
Verweerder heeft klaagster mede-geopereerd en gebruik gemaakt van een zaag. Verweerder heeft de zaag op het linkerbovenbeen van klaagster gelegd. De zaag raakte oververhit door kortsluiting. Klaagster heeft een derdegraadsbrandwond op haar been opgelopen. Klaagster verwijt verweerder onder andere onprofessioneel te hebben gehandeld en de patiëntveiligheid niet voorop te stellen. Deels gegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2017:106 Raad van Discipline 's-Gravenhage 17-045/DH/DH
- Datum publicatie: 04-07-2017
- Datum uitspraak: 03-07-2017
- ECLI:NL:TADRSGR:2017:106
Beslissing op verzet. Klager heeft tijdig verzet ingesteld, maar heeft zijn verzetschrift niet voorzien van gronden of een motivering. Derhalve voldoet het verzetschrift niet aan de eisen die de Advocatenwet daaraan stelt. Verzet niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2017:111 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-234
- Datum publicatie: 04-07-2017
- Datum uitspraak: 04-07-2017
- ECLI:NL:TGZRSGR:2017:111
Ongegronde klacht tegen een verzekeringsarts. Het College acht de verzekeringsarts bekwaam tot het stellen van een psychiatrische diagnose en het classificeren daarvan volgens het DSM IV-systeem. De door de arts gestelde diagnose past bij de klachten en symptomen zoals de arts die zelf bij klaagster tijdens onderzoek heeft vastgesteld. Het rapport van de verzekeringsarts voldoet aan de criteria overeenkomstig vaste jurisprudentie. De verzekeringsarts is niet betrokken geweest bij de beslissing op de aanvraag van de AOR-uitkering door klaagster. Hij heeft klaagster slechts gewezen op de mogelijkheid van een AOR-uitkering, waarmee hij geen garanties op een dergelijke uitkering heeft gegeven. Klacht afgewezen.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2017:78 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2016/345
- Datum publicatie: 04-07-2017
- Datum uitspraak: 04-07-2017
- ECLI:NL:TGZRAMS:2017:78
Verweerder heeft klaagster mede-geopereerd en gebruik gemaakt van een zaag. Een collega heeft de zaag op het linkerbovenbeen van klaagster gelegd. De zaag raakte oververhit door kortsluiting. Klaagster heeft een derdegraadsbrandwond op haar been opgelopen. Klaagster verwijt verweerder onder andere onprofessioneel te hebben gehandeld en de patiëntveiligheid niet voorop te stellen. Deels gegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2017:107 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-901/DH/RO
- Datum publicatie: 04-07-2017
- Datum uitspraak: 03-07-2017
- ECLI:NL:TADRSGR:2017:107
Beslissing op verzet. Klacht tegen collega-advocaat. De raad verenigt zich met het oordeel van de voorzitter. Ten overvloede overweegt de raad dat klaagster haar stelling dat het een regel is dat advocaten voordat zij zich stellen contact dienen op te nemen met het OM en/of de rechtbank teneinde te controleren of zich reeds een andere advocaat heeft gesteld, niet heeft onderbouwd. Van het bestaan van een dergelijke regel is de raad ook overigens niet gebleken. Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2017:112 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-314a
- Datum publicatie: 04-07-2017
- Datum uitspraak: 04-07-2017
- ECLI:NL:TGZRSGR:2017:112
Ongegronde klacht tegen een chirurg. Dat naast de nieren ook delen van de omliggende vaten zijn uitgenomen en kleine stukjes (biopten) van de milt zijn verwijderd, hoewel dit niet van tevoren met de familie is besproken, kan de (uitname)chirurg niet tuchtrechtelijk worden verweten, nu de verwijdering van deze delen noodzakelijk is voor een succesvolle transplantatie en deze wijze van opereren ook gebruikelijk en voorgeschreven is. Bovendien heeft de chirurg geen enkel contact met de familie en was voor hem dus geen rol weggelegd bij de voorlichting van de familie van de donor. Ook kan chirurg geen verwijt worden gemaakt van een onjuiste vermelding op het computerformulier van een hartslag na overlijden. Klacht afgewezen.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2017:106 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-229
- Datum publicatie: 04-07-2017
- Datum uitspraak: 04-07-2017
- ECLI:NL:TGZRSGR:2017:106
Ongegronde klacht tegen een psychiater. De psychiater heeft niet gehandeld buiten de grenzen van een redelijke beroepsuitoefening door de depotmedicatie van klager te verlagen. Het College ziet geen aanwijzingen dat klagers stemming dermate duidelijk door zijn psychose werd bepaald dat de psychiater klager had moeten opnemen. Klacht afgewezen.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2017:79 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2016/206
- Datum publicatie: 04-07-2017
- Datum uitspraak: 04-07-2017
- ECLI:NL:TGZRAMS:2017:79
Klager verwijt de orthopedisch chirurg dat hij 1) de bij hem verrichte hallus valgus operatie foutief heeft uitgevoerd, 2) op grond van de na de operatie gemaakte rontgenfoto had moeten zien dat er geen andere optie was dan het gewricht vast te zetten en 3) hem valse rontgenfoto's heeft laten zien om klager te misleiden. De klacht heeft voorts betrekking op de postoperatieve aan klager verstrekte informatie. Ongegrond
-
ECLI:NL:TADRSGR:2017:108 Raad van Discipline 's-Gravenhage 17-317/DH/RO
- Datum publicatie: 04-07-2017
- Datum uitspraak: 19-06-2017
- ECLI:NL:TADRSGR:2017:108
Dekenbezwaar gegrond zonder oplegging van maatregel. Geen CCV-opgave en verweerder hield enige tijd geen kantoor. Verweerder heeft zich later schrappen van het tableau. Schriftelijke uitwerking van mondelinge uitspraak ter zitting.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2017:113 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-314b
- Datum publicatie: 04-07-2017
- Datum uitspraak: 04-07-2017
- ECLI:NL:TGZRSGR:2017:113
Ongegronde klacht tegen een verpleegkundige. Het College overweegt ambtshalve dat klaagster ontvankelijk is, onder meer omdat het functioneren van de verpleegkundige als transplantatie-coördinator nauw verweven is met haar registratie als verpleegkundige. Hoewel vaststaat dat niet tevoren met de familie is besproken dat bij de donor, de dochter van klaagster, (ook) delen van bloedvaten zouden worden uitgenomen en kleine stukjes (biopten) uit de milt verwijderd zouden worden, kan de verpleegkundige daarvan geen tuchtrechtelijk verwijt worden gemaakt. Zij heeft de gebruikelijke zaken besproken. Ook is niet gebleken dat de verpleegkundige de familie tijdens het gesprek voorafgaand aan de uitnameoperatie onder druk zou hebben gezet om toestemming te geven voor orgaandonatie, onder meer omdat de familie reeds voorafgaand aan de komst van de verpleegkundige in een gesprek met de behandelend intensivist had ingestemd met donatie van de nieren. Voorts kan de verpleegkundige geen verwijt worden gemaakt van een onjuiste vermelding op het computerformulier van een hartslag na overlijden.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2017:107 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-196
- Datum publicatie: 04-07-2017
- Datum uitspraak: 04-07-2017
- ECLI:NL:TGZRSGR:2017:107
Gedeeltelijk gegronde klacht tegen een verpleegkundig specialist. Volgens vaste rechtspraak, de KNMG-richtlijn ‘Omgaan met medische gegevens’, alsook volgens de norm die is neergelegd in de ‘ Nationale Beroepscode Verpleegkundigen en Verzorgenden’ en nader uitgewerkt in de ‘Handreiking Afleggen Verklaring’ van V&VN dient een behandelaar zich zeer terughoudend op te stellen bij het afgeven van verklaringen. De verpleegkundig specialist had in casu geen verklaring over klager mogen afgeven. Er is geen aanwijzing dat het nodig was om zonder toestemming informatie over klager te verschaffen. Overige klachtonderdelen ongegrond. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2017:102 Raad van Discipline 's-Gravenhage 17-375/DH/RO
- Datum publicatie: 04-07-2017
- Datum uitspraak: 03-07-2017
- ECLI:NL:TADRSGR:2017:102
Verzoek ex artikel 60ab Advocatenwe toegewezen. Verweerder is zwaar depressief en opent zijn post niet, hij communiceert niet met zijn cliënten en houdt zich niet aan afspraken met de deken. Verweerder reageert niet op verzoeken van de deken en anderen. Verweerder voldoet hij niet aan zijn betalingsverplichtingen. Er bestaat een ernstig vermoeden dat verweerder niet de zorg betracht die hij moet betrachten ten aanzien van degenen wier belangen aan hem zijn toevertrouwd en dat hij ook overigens zijn praktijk niet uitoefent zoals een behoorlijk advocaat betaamt.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2017:80 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2016/152
- Datum publicatie: 04-07-2017
- Datum uitspraak: 04-07-2017
- ECLI:NL:TGZRAMS:2017:80
Klager verwijt de orthopedisch chirurg onder andere dat hij de hallux valgus operatie heeft laten uitvoeren door een onervaren arts, postoperatief onzorgvuldig heeft gehandeld ten aanzien van de 1) bij klager ontstane klachten aan zijn voet (zwelling, roodheid en koorts), 2) de scheefstand van de teen en 3) de aan hem getoonde (valse) rontgenfoto's. De klacht heeft tevens betrekking op de aan klager verstrekte informatie. Ongegrond
-
ECLI:NL:TADRAMS:2017:147 Raad van Discipline Amsterdam 17-202/A/A
- Datum publicatie: 03-07-2017
- Datum uitspraak: 26-06-2017
- ECLI:NL:TADRAMS:2017:147
Klacht van zoon over advocaat van zijn inmiddels overleden vader. Klager is niet-ontvankelijk in zijn klacht vanwege ontbreken rechtstreeks belang.
-
ECLI:NL:TNORARL:2017:20 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/298235 KL RK 16-13
- Datum publicatie: 03-07-2017
- Datum uitspraak: 17-01-2017
- ECLI:NL:TNORARL:2017:20
Een notaris is niet in alle gevallen gehouden zijn ministerie te verlenen. De (beperkte) onderzoeksplicht neemt immers niet weg dat de notaris alert dient te zijn. Dit brengt mee dat de notaris zijn werkzaamheden en die van de medewerkers van zijn kantoor zo organiseert dat in voorkomend geval voorafgaand nader onderzoek wordt verricht, zodanig dat op grond van zorgvuldig verzamelde informatie een inschatting kan worden gemaakt. In de hier aan de orde zijnde zaken is van dergelijk zorgvuldig informatie vergaren geen, althans onvoldoende sprake geweest. Maatregel van schorsing gedurende twee weken wordt passend en geboden geacht. De kamer weegt daarbij mee dat het verwijt dat de notaris in deze zaak gemaakt wordt meerdere aspecten van zijn ambtsuitoefening treft. Niet alleen heeft de notaris voorafgaand aan het passeren van de akte zelf onvoldoende zorgvuldig onderzoek verricht, maar ook voldoet de kantoororganisatie van de notaris kennelijk niet aan de eisen die met het oog op een zorgvuldige ambtsuitoefening gesteld moeten worden.
-
ECLI:NL:TAHVD:2017:136 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 160162
- Datum publicatie: 03-07-2017
- Datum uitspraak: 26-06-2017
- ECLI:NL:TAHVD:2017:136
Herstelbeslissing Het hof heeft geconstateerd dat in rechtsoverweging 6.1 van de beslissing van het hof van 21 april 2017, nr 160162, ten onrechte is overwogen dat de raad de Advocatenwet zoals deze gold tot 1 januari 2015 op de zaak heeft toegepast, en dat ook het hof de Advocatenwet die gold tot deze datum zal toepassen. Het hof heeft die beslissing hersteld in die zin dat rechtsoverweging 6.1 van die beslissing luidt: “Op deze zaak is de Advocatenwet zoals die geldt sinds 1 januari 2015 van toepassing.”
-
ECLI:NL:TADRAMS:2017:148 Raad van Discipline Amsterdam 17-147/A/A
- Datum publicatie: 03-07-2017
- Datum uitspraak: 26-06-2017
- ECLI:NL:TADRAMS:2017:148
Ongegronde klacht eigen advocaat over onder meer een declaratie en uitlatingen in een e-mail.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2017:126 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-178/DB/ZWB
- Datum publicatie: 03-07-2017
- Datum uitspraak: 26-06-2017
- ECLI:NL:TADRSHE:2017:126
Uitlatingen van verweerder over klager naar aanleiding van door klager ingediend verzoek tot onderbewindstelling van cliënt verweerder niet onnodig grievend. Niet onnodig grievend uitgelaten in verweer in klachtprocedure. Klager niet-ontvankelijk in klacht over schending gedragsregel 17 vanwege ontbreken eigen belang. Deels ongegrond, deels niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2017:149 Raad van Discipline Amsterdam 17-255/A/NH/D
- Datum publicatie: 03-07-2017
- Datum uitspraak: 26-06-2017
- ECLI:NL:TADRAMS:2017:149
Een 60b geschorste advocaat is ook tijdens zijn schorsing op geen enkele manier bereikbaar, heeft geen aangiftes gedaan met betrekking tot de CCV, heeft de entreetoets niet gedaan, heeft de hoofdelijke omslag 2016 niet voldoen en heeft zeer waarschijnlijk geen beroepsaansprakelijkheidsverzekering. Schrapping en proceskostenveroordeling
-
ECLI:NL:TADRSHE:2017:127 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-179/DB/ZWB
- Datum publicatie: 03-07-2017
- Datum uitspraak: 26-07-2017
- ECLI:NL:TADRSHE:2017:127
Feit dat verweerders dochter als advocaat werkzaam is op hetzelfde kantoor als de advocaat van klagers wederpartij betekent niet dat sprake is van belangenconflict. Ook overige door klager naar voren gebrachte omstandigheden maken belangenconflict niet aannemelijk. Ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2017:150 Raad van Discipline Amsterdam 17-112/A/NH
- Datum publicatie: 03-07-2017
- Datum uitspraak: 26-06-2017
- ECLI:NL:TADRAMS:2017:150
Ongegrond verzet
-
ECLI:NL:TADRSHE:2017:128 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-436/DB/LI
- Datum publicatie: 03-07-2017
- Datum uitspraak: 28-06-2017
- ECLI:NL:TADRSHE:2017:128
Van advocaat kan niet worden verwacht dat hij zijn dossiers langer dan 20 jaar bewaart. Het valt advocaat niet te verwijten als hij na periode van ruim 30 jaar niet meer over dossier beschikt en geen informatie meer kan verschaffen. Kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2017:115 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 031/2017
- Datum publicatie: 03-07-2017
- Datum uitspraak: 03-07-2017
- ECLI:NL:TGZRZWO:2017:115
Verweerster heeft een klacht van klager tegen een collega beoordeeld. Klager is van oordeel dat verweerster dat niet op juiste wijze heeft gedaan. Verweerster heeft niet onzorgvuldig gehandeld.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2017:151 Raad van Discipline Amsterdam 17-372/A/NH
- Datum publicatie: 03-07-2017
- Datum uitspraak: 26-06-2017
- ECLI:NL:TADRAMS:2017:151
Voorzittersbeslissing. Klacht over verweerder in zijn hoedanigheid van deken in alle onderdelen kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2017:116 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 273/2016
- Datum publicatie: 03-07-2017
- Datum uitspraak: 03-07-2017
- ECLI:NL:TGZRZWO:2017:116
Het klacht betreft het verwijt dat verweerder een verkeerde inschatting heeft gemaakt van klagers klachten. Klager had een malariainfectie. Handelen van verweerder niet onzorgvuldig.
-
ECLI:NL:TAHVD:2017:135 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170070
- Datum publicatie: 30-06-2017
- Datum uitspraak: 26-06-2017
- ECLI:NL:TAHVD:2017:135
Beklag ex artikel 13 Advocatenwet. Klaagster verzoekt voor de vierde keer om aanwijzing van een advocaat met betrekking tot hetzelfde feitencomplex. Beklag ongegrond.
-
ECLI:NL:TNORAMS:2017:21 Kamer voor het notariaat Amsterdam 622566/NT 17-6OJ
- Datum publicatie: 30-06-2017
- Datum uitspraak: 18-05-2017
- ECLI:NL:TNORAMS:2017:21
Klacht over uitkeren van verkoopopbrengst deels gegrond. Handelen in strijd met de zorgplicht. Naar het oordeel van de kamer was het onder de gegeven omstandigheden onzorgvuldig van de notaris om op basis van een enkel e-mailbericht aan klager, verzonden één dag voor levering, de leveringsakte van het pand te passeren en de gehele verkoopopbrengst aan Stadswerken uit te keren. Dat geldt des te meer nu in dat bericht wordt uitgegaan van de instemming van klager indien hij daarop niet zou reageren, in plaats dat werd verzocht om een uitdrukkelijke instemmende (schriftelijke) reactie van klager. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2017:112 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 321/2016
- Datum publicatie: 30-06-2017
- Datum uitspraak: 30-06-2017
- ECLI:NL:TGZRZWO:2017:112
Klacht tegen plaatsvervangend hoofd TBS-kliniek, tevens psychiater, over een door haar ondertekend TBS-verlengingsadvies. Verweerster heeft in de periode voor het verlengingsadvies geen individuele zorg aan klager verleend. Zij heeft alleen in haar hoedanigheid als plaatsvervangend hoofd van de inrichting het verlengingsadvies ondertekend. Dit handelen heeft wel voldoende weerslag op het belang van de individuele gezondheidszorg en kan daarom op grond van de tweede tuchtnorm uit de Wet BIG worden getoetst. In dit geval volstond het door verweerster ondertekende advies, nu zij (plaatsvervangend) hoofd van de inrichting en zelf ook psychiater is. Het verlengingsadvies is niet door haar opgesteld, maar door de behandelcoördinator in overleg met het multidisciplinaire behandelteam van klager. In de wettelijke constructie heeft verweerster de eindverantwoordelijkheid voor het advies. Dat betekent niet dat verweerster klager zelf moest hebben gezien en gesproken voordat zij het advies kon ondertekenen. Wel diende zij de inhoud van het advies op deugdelijkheid en consistentie te toetsen. De klachten dat bepaalde gegevens in het advies onjuist zijn, dat onderdelen van het advies niet zijn onderbouwd, dat het advies niet met klager is besproken en dat verweerster klager niet heeft gezien en gesproken, zijn ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2017:113 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 208/2016
- Datum publicatie: 30-06-2017
- Datum uitspraak: 30-06-2017
- ECLI:NL:TGZRZWO:2017:113
Klacht tegen medisch adviseur van het CBR, met betrekking tot de behandeling van de aanvraag van een verklaring van geschiktheid van klager in verband met de verlenging van diens rijbewijs, afgewezen. Het CBR diende op basis van de regelgeving een besluit over de rijgeschiktheid van klager te nemen. Uit de eigen verklaring van klager en het advies van de keurend ARBO-arts bleek dat er sprake was (geweest) van angineuze klachten. In dat geval was schrijft artikel 6.3.2 van de ministeriële Regeling eisen geschiktheid 2000 het inschakelen van een specialist imperatief voor bij de rijbewijzen uit groep 2 (bedoeld zijn C, C1, CE, C1E, D, D1, DE en D1E). Nu klager had afgezien van de mogelijkheid om afstand te doen van de groep 2 rijbewijzen mocht verweerder derhalve op grond van artikel 101 Reglement rijbewijzen namens het CBR vorderen dat de aanvrager zich op eigen kosten liet keuren door een cardioloog. Voorafgaande toestemming van klager was daarvoor niet vereist. Nu verweerder de gegevens van klager gebruikte voor het doel waarvoor klager ze had verstrekt, namelijk het beoordelen van de rijgeschiktheid, mocht hij de relevante informatie, in dit geval bestaande uit klagers eigen aanvraag en de aantekening van de ARBO-arts, op basis van de regeling ook zonder nadere toestemming aan de cardioloog sturen. Toestemming daarvoor wordt voorondersteld. Van schending van de privacy van klager dan wel misbruik van bevoegdheid is niet gebleken.
-
ECLI:NL:TAHVD:2017:137 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170014
- Datum publicatie: 30-06-2017
- Datum uitspraak: 26-06-2017
- ECLI:NL:TAHVD:2017:137
Klacht tegen advocaat in hoedanigheid van curator. De gangbare praktijk is dat een curator zich met betrekking tot juridische kwesties wendt tot de advocaat van de failliet althans diens bestuurder en dat hij wanneer het praktische aangelegenheden betreft, rechtstreeks met de failliet althans diens bestuurder communiceert. Zo is het ook in het onderhavige geval gegaan. Klacht ongegrond. Bekrachtiging.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2017:114 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 260/2016
- Datum publicatie: 30-06-2017
- Datum uitspraak: 30-06-2017
- ECLI:NL:TGZRZWO:2017:114
handelen huisarts toereikend op basis voorhanden zijnde informatie, geen noodtoestand, adequaat reageren op noodoproep, onzorgvuldigheid bij toedienen Ascal
-
ECLI:NL:TAHVD:2017:138 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170001
- Datum publicatie: 30-06-2017
- Datum uitspraak: 26-06-2017
- ECLI:NL:TAHVD:2017:138
Klacht tegen advocaat wederpartij. Klager verwijt verweerster dat zij de rechter heeft misleid door in een conclusie van antwoord te verzoeken om vergoeding van de volledige proceskosten van haar cliënt, terwijl deze kosten worden betaald door de (voormalige) werkgever van die cliënt. Het hof deelt de overweging van de raad dat er geen belemmering bestaat voor een advocaat om in een civiele procedure een proceskostenveroordeling van de wederpartij te verzoeken, terwijl de kosten door een derde worden voldaan. Het blijven kosten die aan de zijde van de cliënt zijn gevallen en die voor vergoeding door de in het ongelijk gestelde wederpartij van die cliënt in aanmerking komen. Geen misleiding. Klacht ongegrond. Bekrachtiging.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2017:144 Raad van Discipline Amsterdam 17-289/A/A
- Datum publicatie: 30-06-2017
- Datum uitspraak: 23-06-2017
- ECLI:NL:TADRAMS:2017:144
Voorzittersbeslissing. Klacht over eigen advocaat. Geen sprake van excessief declareren. Ook niet gebleken dat verweerster tekort is geschoten in haar dienstverlening aan klagers. Klacht in alle onderdelen kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TNORAMS:2017:19 Kamer voor het notariaat Amsterdam 623007/NT 17-9
- Datum publicatie: 30-06-2017
- Datum uitspraak: 18-05-2017
- ECLI:NL:TNORAMS:2017:19
Klacht over wilsbekwaamheid. Bij het tot stand komen van de volmacht van de moeder van klagers aan de oudste broer van klagers heeft de notaris niet of onvoldoende geverifieerd of deze in zijn geheel respectievelijk op de verschillende onderdelen de wens van de moeder van klagers vertegenwoordigde. Klagers stellen dat hun moeder ten tijde van het opmaken van de volmacht onder grote druk stond van hun oudste broer en dat de volmacht daarom onder misbruik van omstandigheden tot stand is gekomen. De kamer is van oordeel dat de klacht ongegrond dient te worden verklaard, aangezien niet is gebleken van onzorgvuldig handelen van de notaris. De notaris heeft de moeder van klagers aanvankelijk geadviseerd haar eigen notaris in te schakelen, maar toen die niet in staat was tijdig aan de wensen van de moeder van klagers te voldoen, is de notaris alsnog op haar uitdrukkelijke verzoek om een en ander te regelen ingegaan. Daarbij heeft hij er zich in voldoende mate van vergewist dat de door de notaris opgemaakte volmacht overeenkomstig de wil van de moeder van klagers was opgesteld. Dat de moeder van klagers onder druk zou hebben gestaan van haar oudste zoon om aan hem de volmacht te verlenen en dat er dus sprake zou kunnen zijn van misbruik van omstandigheden, is niet komen vast te staan; ook klager sub 1 erkent dat de (beweerdelijke) intimidatie voor de notaris niet of moeilijk waarneembaar zou zijn geweest. Daarbij komt dat de wilsbekwaamheid van de moeder van klagers een half jaar na het passeren van de akte, in september 2015, door een arts nog is vastgesteld en er onvoldoende aanleiding is om te veronderstellen dat dit ten tijde van het verlenen van de volmacht anders was. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2017:145 Raad van Discipline Amsterdam 17-359/A/NH
- Datum publicatie: 30-06-2017
- Datum uitspraak: 23-06-2017
- ECLI:NL:TADRAMS:2017:145
Voorzittersbeslissing. Klacht tegen advocaat wederpartij. Niet gebleken dat verweerder een chantabel voorstel heeft gedaan gebaseerd op onjuiste feiten. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2017:110 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 224/2016
- Datum publicatie: 30-06-2017
- Datum uitspraak: 30-06-2017
- ECLI:NL:TGZRZWO:2017:110
klacht tegen een gz-psycholoog. Klaagster verwijt verweerster dat zij haar ten onrechte niet heeft betrokken bij de totstandkoming van de diagnose PTSS; ten onrechte uitspraken over haar heeft gedaan; klaagster ten onrechte niet op de hoogte heeft gehouden van de ontwikkelingen betreffende de behandeling van haar dochter; niet terughoudend is geweest met het toepassen van nieuwe methoden; zich heeft laten beïnvloeden en leiden door bureau jeugdzorg en geen rapport heeft opgesteld. Verweerster heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Verweerster heeft duidelijk gemaakt hoe zij tot haar diagnose is gekomen en welke onderzoeksmethoden zij heeft gebruikt. Dat zij klaagster niet op de hoogte zou hebben gehouden, ten onrechte uitspraken over haar zou hebben gedaan en zich heeft laten leiden door bureau jeugdzorg is niet gebleken. Verweerster hoefde geen rapport op te stellen en heeft zich gehouden aan haar dossierplicht. Klacht afgewezen.
-
ECLI:NL:TAHVD:2017:134 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 160289
- Datum publicatie: 30-06-2017
- Datum uitspraak: 26-06-2017
- ECLI:NL:TAHVD:2017:134
Tav ko a Gelet op het feit dat er, blijkens de onderhavige klacht, bij het hof nog een door klager tegen verweerster eerder ingediende klacht aanhangig is die ook handelt over misbruik van procesrecht, heeft het hof ko a beoordeeld in de sleutel waarin klager de klacht heeft geplaatst, namelijk de omvang van het op 10 november 2015 ingediende verweerschrift. Het verweerschrift bevat niet alleen het verweer op het door klager ingediende verzoek, maar bevat tevens een viertal omvangrijke zelfstandige verzoeken. Hoewel bij lezing van het verweerschrift tevens zelfstandig verzoek de gedachte postvat dat verweerster met evenveel kracht maar met veel minder woorden het standpunt van haar cliënte naar voren had kunnen brengen, maakt dat niet dat verweerster als advocaat van de wederpartij met het indienen van een processtuk van deze omvang jegens klager tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. Het hof is dan ook van oordeel dat de wijze waarop verweerster haar processtuk heeft ingericht, niet tuchtrechtelijk verwijtbaar is jegens klager. Tav ko b Waarom verweerster, wetende van de voorgeschiedenis, de voor klager zeer kwetsende uitlatingen heeft herhaald in haar processtuk valt volgens het hof niet goed in te zien. Verweerster heeft, naar het oordeel van het hof de belangen van klager onnodig en onevenredig geschaad, zonder dat daarmee een redelijk doel wordt gediend omdat het verzoek om aanvullend onderzoek had kunnen worden gedaan zonder expliciet de bewoordingen van haar cliënte te herhalen, wetende dat die door de officier van justitie zijn gekwalificeerd als smaad. Tav ko d Het gaat in deze procedure om de vraag of verweerster misbruik heeft gemaakt van haar positie als advocaat door zonder rechterlijk bevel aan de politie te verzoeken T op 13 november 2015 bij hem weg te halen en over te dragen aan haar cliënte. Dat nu heeft het hof niet vast kunnen stellen.
-
ECLI:NL:TNORAMS:2017:20 Kamer voor het notariaat Amsterdam 622559/NT 17-3B
- Datum publicatie: 30-06-2017
- Datum uitspraak: 30-05-2017
- ECLI:NL:TNORAMS:2017:20
Klacht over wilsonbekwaamheid testatrice. Naar het oordeel van de kamer brengen de door klaagster aangevoerde feiten en omstandigheden niet automatisch met zich dat testatrice wilsonbekwaam zou zijn geweest tot het opmaken van haar uiterste wilsbeschikking. Echter, de wetenschap van een eerder bewindsverzoek, zijn bekendheid met de meningsverschillen binnen de familie, gecombineerd met het feit dat de instructie tot het passeren van het testament afkomstig was van de broer, die zelf tot enige legataris werd aangewezen, en de hoge leeftijd van testatrice, hadden naar het oordeel van de kamer tot extra zorgvuldigheid van de notaris moeten leiden. De kamer is van oordeel dat de notaris niet genoegzaam aannemelijk heeft gemaakt dat hij ten tijde van het passeren van de akte voldoende alert is geweest op de mate van wilsbekwaamheid van de testatrice. Klacht gegrond, waarschuwing.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2017:146 Raad van Discipline Amsterdam 17-386/A/A
- Datum publicatie: 30-06-2017
- Datum uitspraak: 23-06-2017
- ECLI:NL:TADRAMS:2017:146
Voorzittersbeslissing. Klacht over eigen advocaat. Klacht in alle onderdelen kennelijk ongegrond.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 416
- Pagina: 417
- Pagina: 418
- ...
- Pagina: 897
- Volgende pagina zoekresultaten