Zoekresultaten 1631-1640 van de 1761 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:203 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-092/AL/MN

    Raadsbeslissing. Klacht over voormalige eigen advocaat. Klaagster staat buiten de afspraak tussen haar gemachtigde en verweerster over de toegezegde terugbetaling van facturen. Het is begrijpelijk dat verweerster de uitkomst van een lopende procedure bij de Raad van State wilde afwachten voordat zij tot terugbetaling zou overgaan. Verweerster heeft haar werkzaamheden voor klaagster tijdig en zorgvuldig beëindigd. Klacht voor een deel niet ontvankelijk en voor het overige ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:198 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-458/AL/OV

    Voorzittersbeslissing. Klacht over advocaat in privé. Niet gebleken dat verweerder in de privékwestie onbetamelijk heeft gehandeld. Evenmin kan worden vastgesteld dat verweerder in de privékwestie zodanig heeft gehandeld dat dit in het licht van zijn beroepsuitoefening absoluut ongeoorloofd moet worden geacht en het vertrouwen in de advocatuur ondermijnt. Klacht is kennelijk niet ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:204 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-115/AL/NN

    Klacht over de advocaat van de wederpartij van klager. Naar het oordeel van de raad heeft verweerster de grenzen van het betamelijke in haar processtukken in het langjarige familierechtelijk geschil niet overschreden. Niet is gebleken van lasterlijke en onnodig grievende uitlatingen over klager. Verweerster heeft als eerste advocaat van haar cliënte na al die jaren te maken met de zesde advocaat van klager. Dat verweerster uit irritatie daardoor wat scherpere en ietwat sarcastische bewoordingen in haar processtukken gebruikt om het standpunt van haar cliënte kracht bij te zetten ziet de raad dan ook in die context. Klacht is ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:199 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-709/AL/MN

    Verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:205 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-136/AL/MN

    klaagster, voormalig advocaat, beklaagt zich erover dat verweerder ten onrechte weigert om twee opvolgingstoevoegingen met haar te verrekenen in een asielrechtzaak. Volgens verweerder had de cliënt niet aan klaagster maar aan hem daarvoor de opdracht gegeven. Wegens het ontbreken van een opdracht van de cliënt aan klaagster en het ontbreken van onderbouwing voor haar stelling dat feitelijk werkzaamheden door klaagster zijn verricht, kan niet worden gezegd dat de weigering van verweerder om tot verrekening van de opvolgingsvergoeding over te gaan onterecht is. De raad oordeelt de klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:89 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/748293 / DW RK 24/130 MK/WdJ

    Beslissing op verzet. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2024:100 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/6784

    Klacht tegen huisarts. Klager is door de huisarts verwezen naar de neuroloog in verband met rugklachten. De neuroloog heeft klager onderzocht en haar bevindingen hiervan schriftelijk aan de huisarts teruggekoppeld. Samengevat verwijt klager de huisarts dat hij de brief van de neuroloog naar zijn huisadres heeft laten sturen en hiermee zijn beroepsgeheim heeft geschonden. De voorzitter verklaart de klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:84 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/741275 / DW RK 23/384 MK/WdJ

    Klacht over oplopende executiekosten ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:85 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/738901 / DW RK 23/308 MK/WdJ

    Klacht betreft de ontruiming van het advocatenkantoor van klaagster. Uitgangspunt is dat een ontruiming op onafhankelijke wijze gebeurd. Daarbij past niet (uitzonderingen daargelaten) dat gebruik wordt gemaakt van de diensten van de opdrachtgever of van aan de opdrachtgever verbonden bedrijven, zeker niet als de opdrachtgever tevens verhuurder is van het te ontruimen pand. De keuze van de gerechtsdeurwaarder om de ontruiming in dit geval te laten uitvoeren door haar opdrachtgever, althans een aan de opdrachtgever verbonden bedrijf, getuigt van een onvoldoende onafhankelijke opstelling van de gerechtsdeurwaarder. De kamer is van oordeel dat de deurwaarder verkeerde afwegingen heeft gemaakt. Dit klachtonderdeel is daarom terecht voorgesteld. De klacht is voor het overige ongegrond. Maatregel van berisping opgelegd en veroordeling in de proceskosten.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:86 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/735827 / DW RK 23/231 MK/WdJ

    De klacht betreft de wijze van betekenen in een bewind situatie. De gerechtsdeurwaarder heeft erkend dat de onderneming van klager ten tijde van de betekeningen reeds was opgeheven en niet in de exploten had moeten zijn opgenomen. Er bestaat voor de gerechtsdeurwaarder geen verplichting om op een kantooradres te betekenen. De gerechtsdeurwaarder heeft niet tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld door op het privéadres van de bewindvoerder te betekenen. Klacht gedeeltelijk gegrond, geen aanleiding om een maatregel op te leggen.