Zoekresultaten 551-560 van de 846 resultaten
-
ECLI:NL:TGZCTG:2014:299 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2013.427
- Datum publicatie: 12-08-2014
- Datum uitspraak: 12-08-2014
- ECLI:NL:TGZCTG:2014:299
Klacht tegen verpleegkundige. De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ)verwijt de aangeklaagde verpleegkundige dat zij een alcoholprobleem heeft dat zij niet, althans onvolledig onder controle kan krijgen hetgeen ertoe geleid heeft dat zij op diverse momenten haar beroep uitoefende onder invloed van alcohol met alle potentiële gevolgen voor de patiëntenzorg van dien. De verpleegkundige heeft hiermee gehandeld in strijd met de zorg die zij als verpleegkundige behoort te betrachten ten opzichte van de aan haar zorg toevertrouwde patiënten. Het RTG besluit tot doorhalingvan de inschrijving in het BIG-register met publicatie nadat de beslissing onherroepelijk is geworden . Het Centraal Tuchtcollege vernietigt deze beslissing en besluit de verpleegkundige voorwaardelijk te schorsen voor de periode van een jaar met een proeftijd van twee jaar.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2014:282 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2013.207
- Datum publicatie: 08-07-2014
- Datum uitspraak: 08-07-2014
- ECLI:NL:TGZCTG:2014:282
De klacht is gericht tegen een verpleegkundige. Klaagster verwijt de verpleegkundige dat zij, naar aanleiding van een telefoongesprek waarin klaagster aan de verpleegkundige heeft verteld dat sprake was van een positieve zwangerschapstest, ten onrechte heeft geconcludeerd dat de zuigcurretage volledig was uitgevoerd en geen nadere actie of controle is uitgevoerd, waardoor niet is geconstateerd dat de zwangerschap niet volledig was afgebroken. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Hoger beroep klaagster verworpen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2014:283 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2013.211
- Datum publicatie: 08-07-2014
- Datum uitspraak: 08-07-2014
- ECLI:NL:TGZCTG:2014:283
De klacht is gericht tegen een verpleegkundige. Klagers zijn de ouders, respectievelijk de zuster van patiënte, geboren 1992 en overleden in 2011. De klacht houdt samengevat in dat verweerster (sociaal psychiatrisch verpleegkundige) niet de zorg heeft betracht die zij te haren opzichte had behoren te betrachten. Klachtonderdelen zijn: 1) Er heeft bij aanvang geen lichamelijk onderzoek plaatsgevonden en evenmin bij de overgang van de crisisdienst naar het wijkteam. 2) Tijdens de behandeling heeft er geen lichamelijk onderzoek plaatsgevonden behalve dan een niet relevant bloed- en tensieonderzoek 3) Er is geen psychiatrisch behandelplan opgesteld, 4) Er heeft geen familieanamnese plaatsgevonden; 5) Er heeft geen medicatieprotocol gevolgd en evenmin is de actuele medicatie doorgegeven aan de huisarts; 6) Alle duidelijke somatische klachten zijn niet op waarde geschat en werden uitsluitend geduid als psychisch. Het RTG Eindhoven wijst de klacht af. Het CTG is van oordeel dat de verpleegkundige niet de zorg heeft betracht die van haar mocht worden verwacht. De verpleegkundige had eerder moeten onderkennen dat nader onderzoek nodig was om een somatische oorzaak uit te sluiten. De verpleegkundige heeft haar autonome verantwoordelijkheid op dit punt onvoldoende genomen. Daar komt bij dat de verpleegkundige in haar rol van hoofdbehandelaar, die zij volgens haar verklaring ter zitting vervulde, onvoldoende heeft toegezien op het uitvoeren van een zorgvuldige familieanamnese, het vaststellen van een behandelplan en de contactlegging met andere zorgverleners. Het CTG vernietigt de beslissing waarvan beroep, verklaart de klacht alsnog gegrond en legt de verpleegkundige de maatregel van waarschuwing op.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2014:278 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2012.482
- Datum publicatie: 08-07-2014
- Datum uitspraak: 08-07-2014
- ECLI:NL:TGZCTG:2014:278
Betreft een klacht tegen een verpleegkundige werkzaam als locatiemanager in een verzorgingstehuis. De zoon van de overleden patiënte verwijt verweerster d at zij haar (zorg)plicht niet heeft vervuld, nu over een periode van een week de rapportages over zijn moeder ontbreken. Volgens klager kan hieruit worden afgeleid dat zijn moeder onvoldoende zorg is geboden. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verklaart klager ontvankelijk en verwerpt het beroep.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2014:279 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2013.353
- Datum publicatie: 08-07-2014
- Datum uitspraak: 08-07-2014
- ECLI:NL:TGZCTG:2014:279
.
-
ECLI:NL:TGZRGRO:2014:21 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen VP2012/24
- Datum publicatie: 08-07-2014
- Datum uitspraak: 08-07-2014
- ECLI:NL:TGZRGRO:2014:21
Klacht van de IGZ tegen een verpleegkundige wegens het bekijken van kinderporno. Klacht ongegrond en afgewezen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2014:280 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2013.101
- Datum publicatie: 08-07-2014
- Datum uitspraak: 08-07-2014
- ECLI:NL:TGZCTG:2014:280
Betreft klacht tegen verpleegkundige, werkzaam voor een consultatiebureau, en vanaf de geboorte van de dochter van klagers nauw betrokken geweest bij het gezin. In oktober 2010 werd de verpleegkundige door het AMK geïnformeerd over een melding van de kinderarts in juni 2010. Daarna heeft de verpleegkundige informatie over het gezin van klagers aan het AMK verstrekt, zonder voorafgaande toestemming van klagers. De klacht houdt in dat de verpleegkundige zonder toestemming van klagers, respectievelijk zonder aanwijzingen voor (direct) gevaar voor de kinderen of de zorgverlener, informatie aan het AMK heeft verstrekt. Daarnaast is ten onrechte melding gemaakt van een minimalistische woonsituatie en over een veronderstelde sociaal-emotionele situatie van klaagster en financiële problemen. Een en ander is niet geuit in gesprekken met de verpleegkundige en klagers en de privacy van klagers gezin is hiermee geschaad. Het RTG Den Haag wijst de klacht af. Het CTG verwerpt het beroep.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2014:83 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 009/2014
- Datum publicatie: 27-06-2014
- Datum uitspraak: 27-06-2014
- ECLI:NL:TGZRZWO:2014:83
Klacht tegen verpleegkundige gegrond. Maatregel berisping. Verweerder heeft diefstal gepleegd bij een zijn zorg toevertrouwde cliënt. Daarmee heeft verweerder het in hem gestelde vertrouwen geschaad, de privacy van cliënte en zijn professionele grenzen niet in acht genomen.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2014:84 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 025/2014
- Datum publicatie: 27-06-2014
- Datum uitspraak: 27-06-2014
- ECLI:NL:TGZRZWO:2014:84
Klacht tegen verpleegkundige gegrond. Maatregel berisping. Verweerder heeft aan een cliënte zorg verleend terwijl dat al was geschied. De cliënt die hij zorg moest verlenen heeft verweerder de zorg onthouden. Korte tijd later heeft verweerder een cliënt vergeten een injectie toe te dienen. Verweerder heeft zorg verleend terwijl hij niet in goede conditie verkeerde. Verweerder heeft de medicatie niet gecheckt en een waarschuwing van een mantelzorger niet serieus genomen. Verweerder was onvoldoende op de hoogte van de veldnormen en het medicatiebeleid en zijn bijscholing is onvoldoende geweest.
-
ECLI:NL:TGZREIN:2014:67 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1405
- Datum publicatie: 26-06-2014
- Datum uitspraak: 26-06-2014
- ECLI:NL:TGZREIN:2014:67
Klaagster verwijt de verpleegkundige dat zij ten onrechte de kamer van een in doodsstrijd verkerende patiënt heeft verlaten om de dienstdoende assistent te waarschuwen. De verpleegkundige heeft gehandeld in strijd met haar zorgplicht. Gegrond; waarschuwing.