Zoekresultaten 461-470 van de 846 resultaten

  • ECLI:NL:TGZCTG:2015:200 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2014.397

    Klager heeft telefonisch een afspraak gemaakt bij de instelling waar de aangeklaagde verpleegkundig specialist GGZ werkzaam is. Tijdens het intakegesprek heeft de verpleegkundig specialist geconcludeerd dat behandeling van klager binnen het FACT-team geïndiceerd was. Op een later moment is hem gebleken dat klager zich i.v.m. zijn woonplaats voor behandeling tot een instelling in een andere regio moest wenden. Na een gesprek tussen klager, de manager en de voorzitter van de interne klachtencommissie van de instelling is aan klager voorgesteld de kosten die hij voor het intakegesprek heeft gemaakt (nota van zijn zorgverzekeraar) te vergoeden. Klager verwijt de aangeklaagde verpleegkundig specialist – kort gezegd – dat deze hem voor niets heeft uitgenodigd voor een intakegesprek nu hij buiten de regio woonde. Het RTG heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroep voor zover het nieuwe klachten en of klachtonderdelen betreeft en verwerpt het beroep van klager.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2015:195 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2014.147

    Klaagsters verwijten de verpleegkundige dat hij: 1. tegen hun zin hun woning is binnengedrongen; 2. hun privacy heeft geschonden door medische vragen te stellen; 3. een onprofessionele houding heeft aangenomen tijdens een conflictgesprek tussen klaagsters en hun buren; 4. ondanks een andersluidende belofte niets meer van zich heeft laten horen; 5. zich schuldig heeft gemaakt aan smaad; 6. brieven van klaagsters aan de burgemeester heeft beoordeeld zonder daarvoor bevoegd te zijn; 7. in strijd met de waarheid heeft beweerd dat klaagsters geen recht op inzage in en een afschrift van hun dossier hebben; 8. de diagnose van een psychiater in twijfel heeft getrokken en 9. klaagsters ten onrechte heeft beschuldigd van stalken. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht in al zijn onderdelen kennelijk ongegrond en wijst de klacht af. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep. Daarbij overweegt het Centraal Tuchtcollege dat het feit dat de verpleegkundige geen inzage in en afschrift van de door hem gemaakte werkaantekeningen aan klaagsters heeft verstrekt gezien de specifieke omstandigheden van het geval de verpleegkundige niet tuchtrechtelijk kan worden verweten.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2015:208 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2014.433

    De klacht is gericht tegen een verpleegkundige. Klager verwijt de verpleegkundige het onterecht voeren van de titel dr., negeren van de hulpvraag, het doen toenemen van verwarring waardoor verkeerde conclusies getrokken worden en het nalaten van verslaglegging. Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Hoger beroep klager, voor zover ontvankelijk, verworpen.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2015:203 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2014.428

    De klacht is gericht tegen een verpleegkundige. Klager verwijt de verpleegkundige o.a. het stellen van een onjuiste diagnose, onterecht voorschrijven van medicatie, onjuiste verslaglegging, lichamelijk en geestelijk letsel, het doen toenemen van verwarring en het verstrekken van onjuiste informatie. Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Hoger beroep klager, voor zover ontvankelijk, verworpen.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2015:193 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2013.465

    De klacht is gericht tegen een verpleegkundige. Klager verwijt de verpleegkundige, kort gezegd, dat zij niet adequaat heeft gereageerd op zijn hevige pijnklachten terwijl hij op de verkouver verbleef. Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Hoger beroep klager verworpen.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2015:62 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 130/2014

    Klacht van vader patiënte ontvankelijk nu verpleegkundige GGZ hem had gebeld om zijn dochter, patiënte, op te halen. Handelen valt onder eerste tuchtnorm. Verpleegkundige heeft aangifte tegen vader gedaan wegens bedreiging. De daartegen gerichte klacht is ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2015:63 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 140/2014

    Klacht van vader patiënte tegen leidinggevende van behandelaar ontvankelijk nu hij verpleegkundige GGZ heeft geadviseerd aangifte tegen de vader te doen wegens bedreiging. Handelen heeft weerslag op individuele gezondheidszorg. Handelen valt onder eerste tuchtnorm. De tegen het advies aangifte te doen gerichte klacht is ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2015:177 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2014.202

    Klager verwijt de verpleegkundige dat hij als senior inspecteur bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg zijn klacht over de separatie onvoldoende heeft opgepakt, geen uitspraak heeft gedaan over de klacht inzake de verkeerde diagnose en onjuiste toediening van medicatie tijdens opnames in 2002 en 2005, een medewerker van de Stichting Pameijer en de klachtencoördinator te Rotterdam heeft geïnformeerd dat hij wordt geplaagd door paranoïde gedachtes, alsmede hem zonder reden heeft opgesloten en zijn leven kapot heeft gemaakt. Het Regionaal Tuchtcollege heeft klager niet-ontvankelijk verklaard. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager, waarbij het verwijst naar de in zijn uitspraak van 9 april 2015 (ECLI:NL:TGZCTG:2015:126) geformuleerde maatstaf.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2015:178 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2014.217

    Klacht tegen een leidinggevende regiomanager van een jeugdgezondheidszorg instelling waar klaagster werkzaam is geweest. Klaagster heeft geconstateerd dat medische informatie die zij over zichzelf aan haar leidinggevende had verstrekt, is doorgegeven aan de advocaat die de instelling bijstaat in een met klaagsters re-integratie samenhangend arbeidsconflict. Klaagster verwijt verweerster dat zij haar medisch beroepsgeheim heeft geschonden door toe te staan, althans niet te verhinderen dat medische gegevens van klaagster aan de advocaat van haar werkgever zijn verstrekt. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht zonder verder onderzoek in raadkamer afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2015:181 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2014.343

    De klacht is gericht tegen een verpleegkundige. De Inspectie verwijt de verpleegkundige dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan het kijken van kinderporno en daarmee de tweede tuchtnorm heeft overschreden. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Principaal hoger beroep Inspectie slaagt. Naar het oordeel van het Centraal Tuchtcollege is de tweede tochtnorm van toepassing en is aannemelijk dat de verpleegkundige kinderporno in bezit heeft gehad en/of heeft bekeken. Incidenteel beroep verpleegkundige verworpen. Maatregel van gedeeltelijke ontzegging van de bevoegdheid, in die zin dat de verpleegkundige geen individuele gezondheidszorg mag verlenen aan minderjarigen.