Zoekresultaten 40851-40860 van de 42781 resultaten

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0277 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/121

    Klacht tegen psychotherapeut/GZ-psycholoog. Klager heeft de klacht in beroep ingetrokken. De behandeling van de klacht wordt gestaakt.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0271 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/163

      De huisarts heeft aan de voormalige echtgenote van klager een verklaring afgegeven waarin hij heeft verklaard dat hij haar in de voorgaande 20 jaar niet psychiatrisch heeft behandeld. Klager verwijt de huisarts dat deze verklaring onjuist is en dat hij daarmee de arts-patiënt relatie heeft geschonden. Daarnaast verwijt hij de huisarts dat hij de voormalige echtgenote heeft ingelicht over het feit dat klager een tuchtklacht tegen hem had ingediend. Het RTG wijst de klacht af. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0270 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2009/131

      De klacht betreft de behandeling van klagers echtgenote, verder patiënte te noemen, tijdens haar opname in het ziekenhuis tot aan haar overlijden. Hij verwijt beide artsen dat zij zijn tekortgeschoten in de zorg die zij van hen mocht verwachten door onder andere te weigeren euthanasie toe te passen, met als gevolg dat patiënte onnodig heeft geleden en er sprake was van langdurige verstikking. Zowel de internist-oncoloog als de internist-endocrinoloog hebben de klacht gemotiveerd betwist. Het college heeft de klachten afgewezen omdat niet is gebleken dat patiënte zèlf de wens tot euthanasie had uitgesproken. Ook voor het overige zijn de klachten wegens gebrek aan feitelijke grondslag afgewezen.     

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0278 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/137

    Klacht tegen fysiotherapeute over behandeling. Het Regionaal Tuchtcollege Zwolle heeft de fysiotherapeute berispt en publicatie van de beslissing bepaald (no. 142/2008 ). De fysiotherapeute wordt in het beroep niet ontvankelijk verklaard omdat het beroep na het verstrijken van de zes weken termijn is ingediend.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0272 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/009

      De klacht betreft het medisch handelen van een verzekeringsgeneeskundige die in het kader van een beroepsprocedure op verzoek van het UWV diende te reageren op de rapportage van een door de bestuursrechter ingeschakelde psychiater. Het RTG te Groningen wijst de klacht af en gelast de publicatie. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager en gelast de publicatie.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0285 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/315

      Klager genoot een uitkering krachtens de ziektewet. Klager is bij de verzekeringsarts op spreekuur geweest voor een beoordeling in het kader van reïntegratie. Nadat klager geweigerd heeft toestemming te geven voor het opvragen van informatie bij de curatieve sector heeft de arts de opdrachtgever gemeld dat een beoordeling niet mogelijk was. Klager verwijt de arts dat hij tegen de afspraak klager in oktober in plaats van december heeft opgeroepen, ten onrechte zijn handtekening heeft gevraagd voor het opvragen van medische informatie terwijl klager nog op de wachtlijst stond en te veel informatie over klager heeft overgelegd. Het RTG heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Klager heeft het beroep te laat ingediend. Het Centraal Tuchtcollege verklaart klager om die reden niet-ontvankelijk in het beroep.

  • ECLI:NL:TNOKZUT:2008:YC0534 Kamer van toezicht Zutphen 10/2007

    a.)    testamenten passeren ondanks onderbewindstelling van testateur. De Kamer komt tot de conclusie dat de notaris zorgvuldig de geestesgesteldheid van erflater heeft onderzocht en terecht zijn medewerking heeft verleend aan het opstellen van de testamenten. b.)    weigeren kopieën van testamenten aan klaagster te verstrekken. De Kamer is van oordeel dat de notaris, gelet op de afspraak die de executeur met de notaris had gemaakt, niet onjuist heeft gehandeld door op het moment dat klaagster vroeg om een kopie van de testamenten te verwijzen naar de executeur. Daarnaast is niet verwijtbaar dat anders is gehandeld toen de zuster van klaagster om een kopie vroeg. De notaris heeft dit gedaan op basis van een uitdrukkelijk schriftelijk verzoek van de zuster van klaagster in een veel later stadium waardoor hij de indruk kon krijgen dat zij destijd per abuis de testamenten van de executeur niet had ontvangen.  

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0273 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/044

      De klacht betreft een verzekeringsarts die als geneeskundig adviseur werkzaam is in de particuliere verzekeringssector de mate van arbeidsongeschiktheid van klaagster heeft beoordeeld. Klaagster verwijt de verzekeringsarts - kort samengevat –  1. dat hij heeft getracht onafhankelijke deskundigen te beïnvloeden, 2. dat hij klaagsters privacy en zijn beroepsgeheim heeft geschonden, 3. dat hij arbeidskundige conclusies en beschouwingen presenteert hetgeen uitsluitend is voorbehouden aan arbeidsdeskundigen en 4. de schending van het inzage- en correctierecht. Het RTG te Zwolle acht de klachten 1, 2 en 4 (deels) gegrond, legt een waarschuwing op en gelast de publicatie. De arts komt in hoger beroep en klaagster stelt incidenteel beroep in. In het principaal appel wordt de bestreden beslissing bevestigd en in het incidenteel appel wordt klaagster niet-ontvankelijk verklaard met betrekking tot een nieuwe klacht alsmede de beslissing waarvan beroep bevestigd met publicatie.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0280 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/180

      Klaagsters zoon is met een TBS-maatregel opgenomen in een kliniek waar de psychiater de directeur behandeling was. Bij patiënt is een hersentumor vastgesteld die inmiddels operatief is verwijderd. Volgens klaagster is zij door de hulpverlening ten onrechte aangewezen als zondebok voor de gedragsproblemen van haar zoon. Klaagster verwijt de arts dat de diagnose te laat is gesteld en deze diagnose niet aan klaagster is medegedeeld. Het RTG heeft klaagster deels niet-ontvankelijk verklaard (patiënt is meerderjarig en heeft niet met en de klacht ingestemd) en de klacht deels ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege heeft deze beslissing met een aanvulling bevestigd. 

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2010:YG0286 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2009O199

    Kenmerk 2009 O 199   De Inspectie verwijt de gynaecoloog dat de onder zijn verantwoordelijkheid verleende zorg niet voldoet aan de daaraan te stellen eisen. Gebleken is dat vele patiënten door het handelen van de arts onnodig in gevaar zijn gebracht en ernstige schade hebben opgelopen. De tekortkomingen zijn door de Inspectie uitvoerig in de stukken toegelicht. Daarbij heeft de Inspectie onder andere meldingen overgelegd van 53 patiënten. De gynaecoloog heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het college is van oordeel dat de verwijten jegens de gynaecoloog grotendeels gegrond zijn. De aard en de omvang van het tekortschieten van de gynaecoloog zijn ernstig en daarmee zorgelijk voor de toekomst. Het college legt aan de gynaecoloog op de maatregel van doorhaling van de inschrijving in het register ex artikel 3 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg en schorst de inschrijving van de arts in het BIG-register met onmiddellijke ingang. Tevens bepaalt het college dat deze beslissing op voet van artikel 71 van de Wet beroepen in de individuele gezondheidszorg zal worden bekendgemaakt in de Nederlandse Staatscourant, en zal worden aangeboden aan het Tijdschrift voor Gezondheidsrecht en Medisch contact met het verzoek tot plaatsing.