Zoekresultaten 3481-3490 van de 42647 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:24 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 21-847/AL/GLD

    Raadsbeslissing. Klacht tegen eigen advocaat. Uit de overgelegde correspondentie blijkt dat verweerder klager in zijn e-mail de lijst met voorwaarden van de advocaat van de wederpartij heeft voorgelegd met de vraag of hij daarmee akkoord gaat. Blijkens de e-mail van klager van dezelfde dag is klager met het gehele eindvoorstel van de wederpartij akkoord gegaan, dus ook met het onderdeel dat de correspondentie mag worden overgelegd aan de rechter. Daarmee staat vast dat klager aan de wederpartij toestemming heeft gegeven voor gebruik van de onderhandelingsinformatie. Het feit dat verweerder een tijd later op verzoek van klager en zonder het dossier te raadplegen heeft geschreven dat er geen toestemming is verleend, maakt dit niet anders. Klacht deels niet-ontvankelijk, deels ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2023:26 Raad van Discipline Amsterdam 23-007/A/A

    Voorzittersbeslissing; Klacht over de advocaat wederpartij in een familierechtelijke procedure kennelijk ongegrond. Verweerder heeft bij de behartiging van de belangen van de ex-vrouw binnen de grenzen is gebleven van de vrijheid die hij als advocaat van de wederpartij geniet. Verweerder heeft toereikend aangevoerd dat hij met een legitieme reden de makelaar heeft bericht dat klager strafrechtelijk is veroordeeld en dat er een straat- en contactverbod aan klager is opgelegd. Ook overigens is niet gebleken van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2023:46 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2022/4536

    Klaagster stelt dat de verpleegkundige onvoldoende aandacht heeft gegeven aan de buikklachten waarmee haar broer op 26 sepember 2020 112 heeft gebeld. De verpleegkundige had volgens klaagster vor de zekerheid een mobiele arts moeten langs sturen. Haar broer is later die dag overleden aan hartfalen. De klacht wordt door de voorzitter kennelijk ongegrond verklaard. De voorzitter overweegt dat klaagster niet onderbouwt waarom de verpleegkundige niet juist zou hebben gehandeld. Voor het langs sturen van een arts moet een objectieve reden bestaan. Dat klaagsters broer later die dag is overleden aan harfalen, is kennis achteraf, die bij de tuchtrechtelijke toets buiten beschouwing blijft.  

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:25 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-309/AL/GLD

    Raadbeslissing. Klacht advocaat tegen collega-advocaat. Verweerder heeft in strijd met gedragsregel 21 lid 3 gehandeld. Klacht gegrond. Geen maatregel vanwege de omstandigheden die verweerder ertoe hebben gebracht om toch een verzoek bij de rechtbank in te dienen en vanwege het feit dat verweerder geen tuchtrechtelijke antecedenten heeft.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:26 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-293/AL/GLD 22-294/AL/GLD 22-295/AL/GLD 22-296/AL/GLD

    Raadbeslissing. Klacht tegen verweerders als faillissementscurator. Nu vaststaat dat V. aandeelhouder is van zowel de failliete bedrijven als van klaagsters is de raad van oordeel dat verweerder in het licht van alle omstandigheden van de betreffende faillissementen niet dusdanig heeft gehandeld dat hij het vertrouwen in de advocatuur heeft beschaamd door in zijn brief aan de bank klaagsters in verband te brengen met de gefailleerde bedrijven. Klachten tegen beide verweerders ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:21 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 21-611/AL/MN

    Raadsbeslissing. De raad verklaart verschillende klachten over de advocaat van de wederpartij ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2023:3 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2022/32

    Klacht niet-ontvankelijk, deels wegens het verstrijken van de klachttermijn en deels wegens het ontbreken van belang als bedoeld in artikel 99 lid 1 Wna. De kring van belanghebbenden is niet zo ruim dat iedereen in het kader van het algemeen belang van de bescherming van de rechtszekerheid en het vertrouwen in het notariaat belang heeft bij de beoordeling van een klacht tegen een notaris.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2023:43 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2022/3878

    Klacht van nabestaanden tegen een gz-psycholoog die als regiebehandelaar was betrokken bij de behandeling van hun (stief)zoon. De klacht gaat over het handelen van beklaagde bij het intaketraject en in het traject na de suïcide van patiënt. Het college verklaart de klacht gegrond en legt een berisping op. Beklaagde heeft op enig moment nagelaten zelf de toestand van patiënt te beoordelen om te kijken of nadere actie nodig was ter overbrugging van de tijd tot de behandeling. Verder had beklaagde aan een vervolggesprek met de nabestaanden niet de voorwaarde mogen verbinden dat geen vragen zouden worden gesteld over het intaketraject. Ten slotte is het college van oordeel dat het afzeggen van het geplande mediationgesprek op het moment dat klagers al op de locatie aanwezig waren, niet had mogen gebeuren.  Klacht van nabestaanden tegen een gz-psycholoog die als regiebehandelaar was betrokken bij de behandeling van hun (stief)zoon. De klacht gaat over het handelen van beklaagde bij het intaketraject en in het traject na de suïcide van patiënt. Het college verklaart de klacht gegrond en legt een berisping op. Beklaagde heeft op enig moment nagelaten zelf de toestand van patiënt te beoordelen om te kijken of nadere actie nodig was ter overbrugging van de tijd tot de behandeling. Verder had beklaagde aan een vervolggesprek met de nabestaanden niet de voorwaarde mogen verbinden dat geen vragen zouden worden gesteld over het intaketraject. Ten slotte is het college van oordeel dat het afzeggen van het geplande mediationgesprek op het moment dat klagers al op de locatie aanwezig waren, niet had mogen gebeuren.  

  • ECLI:NL:TADRSHE:2023:20 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 22-762/DB/LI

    Raadsbeslissing. Klacht over eigen advocaat. Verweerder heeft in zijn bijstand aan klaagster geen steken laten vallen maar heeft wel tuchtrechtelijk verwijtbaar jegens klaagster gehandeld door na te laten aan klaagster periodiek een urenspecificatie en kostenopgave te verstrekken. Deels gegrond, waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:32 Raad van Discipline 's-Gravenhage 22-523/DH/RO

    De cliënten van verweerder hebben zich verbonden aan een geheimhoudingsbeding in een arbitrageovereenkomst. Het stond verweerder niet zonder meer vrij om informatie en stukken uit de arbitrage aan derden bekend te maken. Verweerder heeft de verbintenissen waaraan zijn cliënten zich met de overeenkomst van arbitrage hebben verbonden te respecteren. De overeengekomen geheimhoudingsverplichting zou immers op onaanvaardbare wijze aan waarde inboeten als het de advocaat steeds zou vrijstaan om naar eigen goeddunken, op grond van een eigen opvatting omtrent het belang van zijn cliënt en zonder de wederpartij daarin te kennen, stukken uit het de arbitrage te delen of zich daarover uit te laten. Verweerder heeft in het kader van te leggen conservatoir beslag informatie uit de arbitrage prijsgegeven. Dat mocht, maar verweerder had terughoudender moeten zijn en minder informatie moeten verstrekken. Waarschuwing.