Zoekresultaten 34341-34350 van de 42209 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2012:YG2298 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2011/408

    De klacht betreft de behandeling van klagers zoon, verder patiënt te noemen. Klager verwijt de arts dat zij onzorgvuldig jegens patiënt, die met zijn fiets tegen een tram was gereden, heeft gehandeld door onder andere geen nader onderzoek te verrichten naar het als gevolg van de aanrijding ontstane letsel. Kort na het onderzoek op de afdeling SEH is gebleken dat bij patiënt sprake was van een kaakfractuur. Klacht afgewezen.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2012:YG2828 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen A2011/02

    Klaagster verwijt apotheker dat hij niet heeft gesignaleerd dat een NSAID zonder maagbeschermer aan haar hoogbejaarde vader was voorgeschreven. Voorts verwijt zij hem gebrekkige communicatie. Klacht gegrond, waarschuwing met publicatie.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2012:YG2299 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2011/445

    De klacht betreft de behandeling van klagers zoon, verder patiënt te noemen. Klager verwijt de arts dat zij onzorgvuldig jegens patiënt, die met zijn fiets tegen een tram was gereden, heeft gehandeld door onder andere geen nader onderzoek te verrichten naar het als gevolg van de aanrijding ontstane letsel. Kort na het onderzoek op de afdeling SEH is gebleken dat bij patiënt sprake was van een kaakfractuur. Klacht afgewezen.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2012:YG2300 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2012-002

      Klaagster verwijt de huisarts dat hij seksueel misbruik heeft gepleegd en een diagnose van de GGZ heeft ontkend. Schorsing voor vier maanden, waarvan twee maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren.      

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA3120 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3701/11.103a

    Verzet. Geen gronden aangevoerd. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA3101 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3805/11.207

    Verzet. De beslissing van de voorzitter geeft er geen blijk van dat de klacht niet goed is gelezen of niet serieus is genomen. Voor het overige geen gronden aangevoerd. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA3133 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3754/11.156

    Verweerder heeft zonder overleg met of instemming van klager een brief aan de rechtbank gezonden in een zaak die in staat van wijzen was. Strijd met gedragsregel 15 lid 2. Klacht in zoverre gegrond. Enkele waarschuwing.  

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA3114 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3958/12.92

    Het feit dat in de opdrachtbevestiging van verweerder vermeld staat dat wanneer het gesprek met de gemeente niet tot het gewenste resultaat zou leiden de gemeente in rechte zou worden betrokken, impliceert niet dat verweerder zich niet (meer) op het standpunt zou mogen stellen – gezien de gebleken feiten en omstandigheden – dat de zaak nog niet rijp was voor dagvaarding.   Het stond verweerder gegeven de omstandigheden vrij geen exemplaar van de concept dagvaarding aan klaagster beschikbaar te stellen.   Alle klachtonderdelen worden als kennelijk ongegrond afgewezen.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA3127 Raad van Discipline 's-Gravenhage R.3821/11.223

    De deken heeft een ambtshalve klacht ingediend tegen verweerder, gelet op het feit dat verweerder, die zich eerst zelf heeft laten schrappen van het tableau, wederom een verzoek heeft gedaan om toegelaten te worden tot de balie. Verweerder heeft erkend dat hij in strijd met de verordening op de administratie en financiële integriteit heeft gehandeld door geen eigen Stichting Derdengelden te hebben opgericht, alsmede dat hij zijn onafhankelijke positie als advocaat onder meer in gevaar heeft gebracht door cliënten te huisvesten in zijn hotel of in aan hem toebehorende appartementen. Verweerder heeft door een eigen financieel belang te hebben bij cliënten, anders dan in het kader van zijn werkzaamheden als advocaat, miskend dat een dergelijk eigenbelang kan leiden tot een belangenconflict tussen de advocaat en cliënt. Verder is komen vast te staan dat verweerder niet voldaan heeft aan de op hem als advocaat rustende essentiële verplichting om zijn administratie op orde te hebben en te houden en zorgvuldigheid te betrachten in financiële aangelegenheden. Zo heeft verweerder onder meer geen inzicht kunnen geven in de door hem voor cliënten ontvangen gelden, ontvangen op diens zakelijke of privérekening, en de wijze waarop deze gelden zijn doorbetaald.   Vier van de vijf klachtonderdelen zijn gegrond. Het klachtonderdeel dat ziet op handelen in strijd met artikel 12 lid 1 Advocatenwet wordt ongegrond verklaard, aangezien de raad de juistheid van het door de deken gestelde niet heeft kunnen vaststellen.   Als maatregel legt de raad verweerder de maatregel op van schrapping van het tableau.  

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA3108 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3718/11.120

    Klacht dat de advocaat klager in een zedenzaak en een zaak over een machtiging voorlopig verblijf niet naar behoren heeft bijgestaan door nalatigheid in de bewijsvoering en de aanpak van de zaken; voorts dat de advocaat later heeft geweigerd klager opnieuw bij te staan en heeft geweigerd het dossier over te dragen aan klagers nieuwe advocaat. De klacht ziet op werkzaamheden in de periode 2005 en 2006 en is ingediend in december 2010. Eerste klachtonderdeel kennelijk niet-ontvankelijk. Overige klachten kennelijk ongegrond. Verzet te laat ingesteld, zodat het niet-ontvankelijk wordt verklaard.