Zoekresultaten 19661-19670 van de 42647 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSGR:2017:30 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-606/DH/RO

    Gegrond dekenbezwaar. Verweerder heeft niet voldaan aan diverse verzoeken van of namens de deken tot het verstrekken van inlichtingen en (jaar)stukken. Ook heeft hij de deken op bepaalde momenten onjuiste informatie verschaft. Verweerder heeft gedragsregel 37 geschonden. Berisping.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2017:5 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2016/102

      Klacht van de Inspectie voor de Gezondheidszorg tegen psychiater, tevens voormalig geneesheer-directeur van een zwakzinnigeninstelling. De klacht is ingediend naar aanleiding van de suïcide van een patiënt in de instelling die meermalen gesepareerd was. Verweerder wordt verweten dat hij: - er onvoldoende voor zorg heeft gedragen dat bepaalde protocollen/richtlijnen door het personeel werden nageleefd; - er niet op toegezien heeft dat patiënt, bij wie ernstige psychiatrische problematiek speelde, een psychiater als hoofdbehandelaar had; - geen verantwoordelijkheid heeft genomen voor het toetsen van de separaties; - in strijd met art. 40a Wet Bopz heeft gehandeld door niet te bewerkstelligen dat patiënt bij iedere beslissing tot dwangbehandeling schriftelijk in kennis werd gesteld van de mogelijkheid van beroep tegen separaties. Het college verklaart de klacht in alle onderdelen gegrond en legt aan verweerder hiervoor een berisping op.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2017:31 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-317/DH/RO

    Beslissing op verzet. Naar het oordeel van de raad heeft de voorzitter de klacht terecht en op juiste gronden kennelijk niet-ontvankelijk bevonden. Klagers hebben hun klacht immers bij brief van 27 december 2014 ondubbelzinnig ingetrokken en hebben daarmee hun recht om opnieuw over hetzelfde feitencomplex te klagen, prijsgegeven. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:39 Raad van Discipline Amsterdam 16-641/A/A

    Verzetzaak. Klacht tegen advocaat wederpartij. Verzet deels gegrond. Verweerster heeft onnodig grievende uitlatingen gedaan, door in een brief aan de gemachtigde van klager te stellen dat klager bedrog heeft gepleegd en rechters onjuist heeft voorgelicht, terwijl voor die uitlatingen onvoldoende rechtvaardiging bestaat. Het onderzoeksrapport waarop verweerster zich beroept biedt onvoldoende onderbouwing voor de stellige uitlatingen. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:40 Raad van Discipline Amsterdam 16-168/A/A

    Verzet niet-ontvankelijk

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2017:49 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 307/2016

      Klager niet ontvankelijk in klacht tegen arts. Klacht behelst afleggen ‘valse verklaring’ in tuchtprocedure. In beginsel dient hetgeen een verweerder bij een tuchtrechtelijke zitting naar voren brengt binnen die procedure te worden beoordeeld. Klager is echter bij de zitting van het CTG niet verschenen. Daardoor heeft het CTG in de vorige procedure geen oordeel kunnen geven over hetgeen klager thans in een afzonderlijke procedure aan de orde stelt. In een dergelijke situatie prevaleert in beginsel de regel dat men niet andermaal tuchtrechtelijk op hetzelfde handelen kan worden aangesproken.  

  • ECLI:NL:TNORAMS:2017:3 Kamer voor het notariaat Amsterdam 613583/NT 16-56

    De kamer acht het onbegrijpelijk en ontoelaatbaar dat de notaris tot de onderhavige dienstverlening en het verlijden van de onderhavige akte is overgegaan. Een notaris behoort zich bewust te zijn van zijn bijzondere positie in het rechtsverkeer, die onder meer meebrengt dat hij in de vorm van authentieke akten documenten in het leven kan roepen die zonder rechterlijke toetsing ten uitvoer kunnen worden gelegd, ook jegens derden zoals cessionarissen. Dat is een zware verantwoordelijkheid, want hiermee kunnen mensen onder druk worden gezet terwijl een notaris zich er ook bewust van moet zijn dat sommigen hem zullen willen misbruiken voor een opzetje. De enkele overhandiging van een document als het onderhavige met het verzoek om notariële dienstverlening ertoe behoort te leiden, dat een notaris onmiddellijk en in feite zelfs zonder nadere vragen te hoeven stellen een dergelijke cliënt de deur wijst en zijn diensten weigert, terwijl het voorts tenminste de vraag is of de notaris dan niet onverwijld een melding van een ongebruikelijke transactie bij de FIU dient te verrichten. Schorsing in de uitoefening van het ambt voor de duur van een maand.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2017:50 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 144/2016

      Klacht tegen neuroloog kennelijk ongegrond. Verweerder heeft gelet op de door klaagster geuite klachten adequaat onderzoek ingesteld. Tijdens het contact met klaagster zijn geen symptomen van hydrocephalus gemeld. Dat verweerder geen MRI-scan van de hersenen heeft laten verrichten leidt niet tot tuchtrechtelijk verwijt.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:37 Raad van Discipline Amsterdam 16-552/A/NH 16-789/A/NH

    Wrakingsverzoek tegen zittingscombinatie. Wrakingsgronden zien met name op procedurele beslissingen waar verweerders niet bij betrokken zijn geweest. Wrakingsverzoek afgewezen. Volgend wrakingsverzoek wordt niet in behandeling genomen.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2017:51 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 100/2016

      Klacht tegen huisarts kennelijk ongegrond. Het college merkt op dat een patiënt en een huisarts een zorgverleningsrelatie hebben waarbij vertrouwen over en weer van belang is. In dat kader sierde het verweerster dat zij zich heeft ingespannen om in contact te treden met klagers, zeker gelet op het door verweerster genoemde niet-pluis-gevoel door de voorgeschiedenis en de ontstane zorgen in de praktijk. Dat klagers zich daarvoor niet openstelden en de inspanningen van verweerster niet op waarde hebben geschat kan niet leiden tot een gegrond tuchtrechtelijk verwijt.