Zoekresultaten 16521-16530 van de 42291 resultaten

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:21 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170251

    Ongegronde klacht advocaat tegen oud-kantoorgenoot. Tussen klager en verweerder (oud-kantoorgenoot) is een geschil ontstaan over de (financiële en administratieve) afwikkeling van zaken die na het einde van het dienstverband tussen klager en verweer bij klager zijn achtergebleven en zaken die verweerder heeft meegenomen. Partijen zijn het niet met elkaar eens of verweerder nog een bedrag verschuldigd is aan klager. Het is niet de taak van de tuchtrechter om een oordeel te geven over dit geschil. Het hof heeft niet kunnen vaststellen dat verweerder in verband met de afwikkeling een tuchtrechtelijk verwijt kan worden gemaakt. Bekrachtiging.    

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:28 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170143

    Dekenbezwaar. Het beroep van verweerder tegen de beslissing van de raad dat het bezwaar gegrond is en verweerder de maatregel van een schorsing van twee maanden waarvan een maand voorwaardelijk is opgelegd, wordt verworpen nu het zonder gronden is ingesteld. Het hof beoordeelt ambtshalve de beslissing van de raad om de termijn van artikel 8a lid 3 Advocatenwet te verkorten tot nihil. Verkorting van de termijn tot nihil is op grond van de wet niet mogelijk. Het hof ziet aanleiding om de termijn van 10 jaar tot een periode van 2 jaar te verkorten, gelet op de leeftijd van verweerder en de positieve wijziging in zijn praktijkvoering.

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:22 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170216

    Het beroep van klager dat zich richt tegen de ongegrondverklaring van het verzet wordt verworpen nu de wet hoger beroep uitsluit (artikel 46h lid 7 Advocatenwet) en de door klager aangevoerde gronden onvoldoende redenen vormen om het appelverbod te doorbreken. Het hof acht, net als de raad, de klacht dat sprake is van misbruik van recht doordat verweerder ten onrechte aanspraak maakt op betaling van de proceskosten ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:29 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170116

    Klager verwijt verweerster dat zij hem rauwelijks, althans voorbarig heeft gedagvaard en dat zij hem onnodig op kosten heeft gejaagd door een procedure bij het kantonrechter aanhangig te maken. Van een behoorlijk advocaat mag worden verwacht dat hij de wederpartij van zijn cliënt niet rauwelijks dagvaardt, maar dat hij deze vooraf informeert en in de gelegenheid stelt om vrijwillig aan de vordering van de cliënt te voldoen, dan wel een regeling in der minne te treffen. Met de raad is het hof van oordeel dat verweerster hieraan ruimschoots heeft voldaan. Van rauwelijks dagvaarden is geen sprake, noch van enig op het Nederlands procesrecht gegrond verbod om tot dagvaarden over te gaan. Van het onnodig op kosten jagen van klager is geen sprake. De klacht is ongegrond. Bekrachtiging.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2018:13 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-989/DB/LI

    Klager was reeds in 2011 op de hoogte van de verklaring van getuige X dat  er sprake was van een betalingsachterstand van de vennootschap van klager en de door verweerder daaraan verbonden conclusie. Klacht daarover in 2017 is op grond van art. 46g lid 1 sub 4 niet-ontvankelijk. Klacht niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:23 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170186

    Gegronde klacht over eigen advocaat. Wanneer een advocaat geconfronteerd wordt met onvoorziene omstandigheden waardoor hij niet zelf in staat is de bijstand te verlenen die hij aan zijn cliënt heef toegezegd (i.c. het bijwonen van een comparitie en het houden van een voorbespreking voorafgaand aan die comparitie), behoort hij alles in het werk te stellen om de mogelijke negatieve gevolgen voor zijn cliënt te ondervangen. Daarin is verweerster tekortgeschoten. Waarschuwing en kostenveroordeling. Bekrachtiging.  

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:17 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170245

    Dekenbezwaar. Verweerster heeft zonder opdracht een verzoekschriftprocedure gestart. Dat is tuchtrechtelijk verwijtbaar. Schrapping.  

  • ECLI:NL:TADRSHE:2018:14 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-1033/DB/OB

    Deken komt de bevoegdheid toe om aan advocaten op wie hij toezicht uitoefent om inzage in dossiers te vragen. Valt onder geheimhoudingsplicht van de deken. Deken heeft gehandeld overeenkomstig zijn toezichthoudende taak. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:30 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170217

    Klaagster is een incassobureau en heeft een belang gekocht in een vordering van een mevrouw, voor wie verweerder als advocaat in de civiele procedure optreedt. Tussen klaagster en mevrouw is een geschil ontstaan over de afwikkeling van de door mevrouw bij haar wederpartij geïncasseerde gelden. Klaagster verwijt verweerder dat hij gedragsregels 10, 8, 29, 23, 24 en 26 heeft geschonden. De centrale vraag in hoger beroep is of klaagster (mede) als cliënt van verweerder moet worden beschouwd. Het hof beantwoordt deze vraag ontkennend. De klacht is ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2018:24 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 170309

    Verzoek om aanwijzing van een advocaat ex artikel 13 Advocatenwet. Het beklag is ongegrond. De zaak van klaagster is door meerdere advocaten beoordeeld. De door de deken aangewezen advocaat heeft na verkregen medisch advies een gemotiveerd negatief advies aan klaagster verstrekt. De door de deken aan de toewijzing van de advocaat verbonden voorwaarden zijn niet ongebruikelijk of onredelijk. Mede gelet op de uit het dossier blijkende voorgeschiedenis stond het de deken vrij om niet opnieuw een advocaat aan te wijzen.