Zoekresultaten 881-890 van de 2796 resultaten

  • ECLI:NL:TNORSHE:2018:17 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2017/124

    Notaris die optreedt als executeur dient de belangen van álle erfgenamen te behartigen. Beroep op rechtsverwerking verworpen. Afspraken tussen acht erfgenamen over wijze van taxatie van onroerende zaak in afwijking van testament niet schriftelijk vastgelegd. Notaris heeft ook onvoldoende de regie genomen t.a.v. de benoeming van een taxateur die een (zakelijke) band had met een van de erfgenamen en t.a.v. het verloop van de taxatieprocedure . Waarschuwing. 

  • ECLI:NL:TNORDHA:2018:13 Kamer voor het notariaat Den Haag 17-65

    Op grond van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (hierna: Wwft) moet een notaris cliëntenonderzoek doen en moet hij, in een voorkomend geval, een (voorgenomen) ongebruikelijke transactie melden bij FIU-Nederland. De notaris dient deze gegevens daarnaast op toegankelijke wijze vast te leggen. Op grond van de Wna heeft de notaris onder meer een zorg- en onderzoeksplicht, ministerieplicht en weigeringsplicht en is hij gehouden partijen voldoende te informeren op grond van zijn Belehrungspflicht.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2018:14 Kamer voor het notariaat Den Haag 18-23

    Ingevolge artikel 110, eerste lid en volgende van de Wet op het notarisambt (Wna) heeft klaagster op 10 november 2016 een bijzonder onderzoek verricht naar de naleving van de toepasselijke wet- en regelgeving door de notaris. Het onderzoek zag op de door de notaris verrichte werkzaamheden bij zes aandelenoverdrachten uit 2014, waarbij dezelfde persoon [A] (hierna te noemen: [A]) betrokken was. Op 21 november 2017 was de definitieve rapportage gereed. Het onderzoek betrof de onderzoeks- en rechercheplicht, de informatieplicht, de wilscontrole, onafhankelijkheid en onpartijdigheid, de ministerieplicht en de plicht tot dienstweigering alsmede naleving van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (hierna: Wwft).

  • Betreft een wrakingsverzoek. Op grond van artikel 3 lid 3 van het Wrakingsprotocol kamers voor het notariaat wijst de wrakingskamer het verzoek tot wraking af als zijnde kennelijk ongegrond. Voorts bepaalt de wrakingskamer dat een volgend wrakingsverzoek ten aanzien van de betrokken plaatsvervangend voorzitter respectievelijk van de betrokken (plaatsvervangend) leden van de kamer voor het notariaat niet in behandeling wordt genomen.

  • ECLI:NL:TNORARL:2018:26 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/334614 / KL RK 18-30

    Vaststaat dat de boekhouder van het notariskantoor voor een ander doel de gegevens van klager - als oud-werknemer - heeft opgevraagd, namelijk om het adres te verifiëren waarnaar de jaaropgave moest worden gezonden. De kamer is van oordeel dat daarmee onbevoegd inzage is gedaan in het BRP-register en dat dit is gebeurd onder de verantwoordelijkheid van de notaris. De klacht zal dan ook gegrond worden verklaard.

  • ECLI:NL:TNORARL:2018:27 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/334725/KL RK 18-34

    De kamer is van oordeel dat het willens en wetens gebruiken van onjuiste informatie een nieuw element is in het verwijt dat klager de notaris maakt, waarop door de kamer in haar beslissing van 20 juli 2017 dan ook niet is beslist. Om die reden had de voorzitter niet kunnen volstaan dit klachtonderdeel kennelijk niet-ontvankelijk te verklaren , maar had hij het inhoudelijk moeten beoordelen. De kamer heeft dit klachtonderdeel inhoudelijk beoordeeld en is van oordeel dat het kennelijk ongegrond is, omdat klager onvoldoende heeft aangevoerd om te kunnen vaststellen dat de notaris willens en wetens onjuiste informatie in de successieaangifte heeft opgenomen. Dit oordeel heeft als gevolg dat het verzet op grond van artikel 99 lid 18 Wet op het notarisambt (Wna) ongegrond zal worden verklaard.  

  • ECLI:NL:TNORDHA:2018:12 Kamer voor het notariaat Den Haag 17-73

      1. de notaris had geen legal opinion mogen afgegeven. 2. de notaris had de aantekeningen van het (beweerde) gesprek in 2008 onder de gegeven omstandigheden niet mogen weggooien.    3. de notaris heeft zijn geheimhoudingsplicht geschonden door [M] wel éénzijdig van informatie te voorzien en klaagster niet.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2018:11 Kamer voor het notariaat Den Haag 18-21

      Klager verwijt de notaris dat hij de Wet op het Notarisambt (hierna: Wna) heeft geschonden alsmede eigenrichting heeft gepleegd. Verder heeft de notaris met de weigering om de gronden te passeren artikel 21 Wna geschonden. De notaris heeft bijvoorbeeld nimmer een UBO-verklaring gevraagd. Klager is de dupe van de wanprestatie van de notaris. De notaris heeft artikel 22 Wna geschonden door alle informatie te geven die hij kende.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2018:12 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2018/8

      Klager verwijt de notaris dat hij de op hem rustende zorgplicht heeft geschonden en stelt hiertoe – samengevat – dat de notaris (1) ten onrechte geen controle op de wilsbekwaamheid van erflaters heeft uitgevoerd; (2) ten onrechte geen controle op de geschiktheid van de benoemde afwikkelingsbewindvoerder heeft uitgevoerd; alsmede dat er (3) geen noodzaak bestond om een afwikkelingsbewindvoerder te benoemen; (4) de notaris een ‘aanwezige’ benoemd heeft en het (5) curieuze optreden van de afwikkelingsbewindvoerder na het overlijden van erflaters.   1) Gelet op het vorenstaande heeft de notaris zich naar het oordeel van de kamer voldoende vergewist van de wilsbekwaamheid van erflaters en is van beïnvloeding van erflaters, afgezien van de insinuatie van klager op dat vlak, niet gebleken. Het enkel kampen met zogenaamde ouderdomsproblemen kan niet leiden tot de conclusie van klager dat erflaters niet meer wilsbekwaam zouden zijn. Dit klachtonderdeel slaagt niet.   2 en 3) De notaris heeft zich, naar het oordeel van de kamer terecht, op het standpunt gesteld dat het niet aan de notaris maar aan de erflater is om te beoordelen of een afwikkelingsbewindvoerder moet worden benoemd en wie voor die taak geschikt is. Dit klachtonderdeel slaagt niet.   4) De notaris heeft verklaard dat de afwikkelingsbewindvoerder op 24 juni 2017 erflaatster weliswaar naar het ziekenhuis heeft gebracht en dat de notaris hem daar kort gesproken heeft, maar dat de testamenten zijn verleden en getekend uitsluitend in aanwezigheid van erflaters en de notaris. De kamer heeft geen redenen om te twijfelen aan deze verklaring van de notaris. Ook dit klachtonderdeel slaagt dan ook niet.   5) Naar het oordeel van de kamer valt niet in te zien hoe het beweerdelijke optreden van de afwikkelingsbewindvoerder na het overlijden van erflaters de notaris verweten kan worden. De notaris was immers slechts betrokken bij het opstellen en passeren van de testamenten en niet bij de afwikkeling van de nalatenschap. Ook dit klachtonderdeel slaagt niet.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2018:14 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2017/121 en 122

      SHE/2017/121 De notaris heeft niet eerst een conceptakte toegestuurd. Vader wilde zo spoedig mogelijk tot ondertekening overgaan. De notaris had niet aan die druk van vader moeten en mogen toegeven. De notaris had er beter aan gedaan om meer tijd te nemen tussen het opstellen en het passeren van het testament. Klacht tegen de notaris gegrond. Gelet op de beperkte werkzaamheden van de notaris in het dossier geen maatregel.   SHE/2017/122 De kandidaat-notaris had, toen hem duidelijk werd dat vader de telefonisch doorgegeven aanpassing van het testament niet leek te begrijpen, pas op de plaats moeten maken en op dat moment de relevante conceptakte achter moeten laten en op een later tijdstip terug kunnen komen om in een gesprek met vader de reikwijdte van de aanpassing te bespreken. In plaats daarvan heeft de kandidaat-notaris derden erbij gehaald, die tegengestelde belangen hadden en wiens samenzijn eerder door de kandidaat-notaris als “ijzig” was omschreven. Door aldus te handelen en daaropvolgend de akte te passeren, heeft de kandidaat-notaris niet de grootst mogelijke zorgvuldigheid betracht die men, gelet op het bepaalde in artikel 17, eerste lid, Wna, van een kandidaat-notaris mag verwachten. De kamer zal de klacht tegen de kandidaat-notaris dan ook gegrond verklaren. Daarbij acht de kamer het passend en geboden om aan hem de maatregel van een waarschuwing op te leggen.