Zoekresultaten 12841-12850 van de 13575 resultaten
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0739 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2009/332
- Datum publicatie: 07-12-2010
- Datum uitspraak: 07-12-2010
- ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0739
Klager verweet de waarnemend huisarts dat hij een verklaring had afgegeven ten behoeve van een gerechtelijke procedure waarin hij klager beschuldigde van langdurig, stelselmatig en ernstig huiselijk geweld. De huisarts heeft de klacht gemotiveerd betwist. Het college oordeelde de klacht gegrond en overwoog dat de huisarts een verklaring had afgegeven die een waardeoordeel inhield over klager en die een ander doel diende dan de behandeling van de patiënt. Verweerder had het belang van het kind zwaarder laten wegen dan zijn geheimhoudingsplicht en de persoonlijke levenssfeer van klager. Het college achtte dit in het licht van verweerders bezorgdheid voor klagers kind weliswaar voorstelbaar, maar onjuist en in strijd met de gedragsregels voor artsen met betrekking tot het afgeven van geneeskundige verklaringen. Verweerder had door zijn handelen ernstige feiten naar buiten gebracht zonder deze op juistheid te controleren, en gericht “aan wie het aangaat” met het doel de gerechtelijke procedure te beïnvloeden. Het college heeft de huisarts de maatregel van een waarschuwing opgelegd.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0733 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2009/143T
- Datum publicatie: 07-12-2010
- Datum uitspraak: 30-11-2010
- ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0733
Klager verweet de huisarts nalatigheid omdat hij bij klagers negentienjarige dochter een zwangerschap van drie à vier maanden niet zou hebben geconstateerd na lichamelijk onderzoek. De huisarts heeft de klacht gemotiveerd betwist. Het college oordeelde dat de huisarts op grond van de NHG standaard Amenorroe geen genoegen had mogen nemen met de mededeling van de dochter dat geen seksueel contact had gehad. Hij had niet alleen moeten informeren naar haar menstruatiepatroon en anticonceptiegebruik maar hij had tevens moeten voorstellen een zwangerschapstest te doen. Het tweede klachtonderdeel dat de huisarts niet de dossiers van anderen aan klagers echtgenote had mogen meegeven, achtte het college eveneens gegrond. Het college legt de huisarts de maatregel van een waarschuwing op.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0740 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2009/331
- Datum publicatie: 07-12-2010
- Datum uitspraak: 07-12-2010
- ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0740
Klager verweet de huisarts 1) dat hij hem niet had geïnformeerd over de melding bij het AMK en 2) dat hij ten behoeve van zijn ex-partner een verklaring had afgegeven waarin hij klager beschuldigde van agressief gedrag. De huisarts heeft de klacht gemotiveerd betwist. Het college oordeelde het eerste klachtonderdeel ongegrond en het tweede klachtonderdeel gegrond. Het college overwoog ten aanzien van het tweede klachtonderdeel dat de huisarts een verklaring had afgegeven die een waardeoordeel inhield over klager en die een ander doel diende dan de behandeling van zijn patiënte. De huisarts had behoren te volstaan met het verwijzen van patiënte naar het AMK teneinde van deze instelling een verklaring over de melding te verkrijgen. Het college heeft de huisarts de maatregel van een waarschuwing opgelegd.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0734 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2010/117T
- Datum publicatie: 07-12-2010
- Datum uitspraak: 30-11-2010
- ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0734
Klaagster verweet de tandarts dat zij 1) is afgeweken van het met instemming van klaagster opgestelde behandelplan en de op basis daarvan opgestelde begroting en zonder toestemming van klaagster een eigen plan had uitgevoerd, 2) de 4-delige brug niet lege artis had geplaatst, met als gevolg dat klaagster aanhoudende pijnklachten heeft, 3) heeft verzuimd deze klachten te verhelpen en 4) heeft nagelaten klaagster te informeren over zowel het materiaal als de herkomst van de brug. De tandarts heeft de klacht gemotiveerd betwist. Het college oordeelde alleen klachtonderdeel 2 gegrond en heeft de tandarts de maatregel van een waarschuwing opgelegd.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2010:YG0741 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2010-031
- Datum publicatie: 07-12-2010
- Datum uitspraak: 07-12-2010
- ECLI:NL:TGZRSGR:2010:YG0741
Klaagsters verwijten de internist dat hij patiënte niet serieus heeft genomen en ondanks uitdrukkelijk en herhaald verzoek heeft nagelaten patiënte te onderzoeken en geen adequate anamnese heeft verricht. De internist heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het College wijst de klacht af.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2010:YG0742 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2009 H 035a
- Datum publicatie: 07-12-2010
- Datum uitspraak: 07-12-2010
- ECLI:NL:TGZRSGR:2010:YG0742
Klaagster verwijt de psychiater te E. dat hij onvoldoende hulp heeft geboden, dat wil zeggen niets heeft ondernomen, respectievelijk de huisarts niet heeft gealarmeerd. De psychiater heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het College heeft de klacht gegrond verklaard en de maatregel van waarschuwing opgelegd.
-
ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0736 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1025
- Datum publicatie: 07-12-2010
- Datum uitspraak: 07-12-2010
- ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0736
Klaagster verwijt verweerder, plastisch chirurg, dat hij haar drie maal aan de neus heeft geopereerd zonder dat het gewenste resultaat werd bereikt. Verweerder heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het college acht de dossiervoering slordig, waar de klacht echter niet op ziet. Klaagster is niet tevreden met het resultaat, maar dat betekent nog niet dat verweerder fouten heeft gemaakt. Het college acht het resultaat niet onaanvaardbaar. De klacht is ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2010:YG0730 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 242/2009
- Datum publicatie: 03-12-2010
- Datum uitspraak: 03-12-2010
- ECLI:NL:TGZRZWO:2010:YG0730
Klaagster had een loszittend onderkunstgebit. Verweerder, tandarts, verlaagde haar onderkaak om daarin implantaten te plaatsen. De onderkaak bleek daar echter te smal voor. Klaagster verwijt verweerder dat hij: 1. niet voorafgaande aan de ingreep een 3d foto heeft gemaakt, dan had hij kunnen zien dat de kaak te smal was, 2. niet bevoegd was een dergelijke behandeling uit te voeren zou alleen een kaakchirurg mogen doen, en, 3. niet aan zijn informatieplicht heeft voldaan voor en na de behandeling. Uitspraak: 1. ongegrond, een 2d foto maken is standaardprocedure. 2. ongegrond, Wet Big artikel 36 met verwijzing naar hoofdstuk III paragraaf 2 artikel 21, staat ingreep toe. 3. gegrond, noch voorafgaand aan de behandeling, noch achteraf is klaagster (voldoende) door verweerder geïnformeerd. Verweerder had een brief van klaagster waarin zij een gesprek met verweerder over de behandeling vroeg, niet beantwoord.
-
ECLI:NL:TGZRGRO:2010:YG0735 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen 09205a
- Datum publicatie: 03-12-2010
- Datum uitspraak: 02-12-2010
- ECLI:NL:TGZRGRO:2010:YG0735
Klaagster verwijt verweerder dat hij haar echtgenoot (patiënt) Requip bleef voorschrijven, wetende van de ernstige vaatproblematiek en de antihypertensiva, ondanks meerdere TIA’s, patiënt niet heeft doorverwezen naar een vaatchirurg, bij de neuroloog naar wie hij had verwezen niet heeft aangedrongen op bespoediging van het eerste consult en zijn fout niet heeft erkend. Het college is van oordeel dat verweerder uitgaande van de diagnose Parkinson Requip mocht voorschrijven. Geen contra-indicaties voor anti-hypertensiva. De indicatiestelling voor een operatie bestond niet voordat de TIA in het linker mediagebied zich voordeed. Ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0729 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09205b
- Datum publicatie: 03-12-2010
- Datum uitspraak: 02-12-2010
- ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0729
Klaagster verwijt verweerder dat hij op basis van telefonisch overleg met en een brief van de neuroloog van haar echtgenoot (patiënt) de casus heeft beoordeeld zonder patiënt zelf te zien en te onderzoeken, niet heeft aangedrongen op spoedige consultatie van een vaatchirurg, patiënt eerst na zes weken heeft willen ontvangen, niet bereid was anders dan door tussenkomst van de neuroloog het eerste consult te vervroegen, zijn fout niet heeft erkend. Het college is van oordeel dat verweerder vanaf het moment dat hij op de hoogte was van de situatie waarin patiënt verkeerde, had te beoordelen met welke mate van spoed patiënt door hem diende te worden gezien. Op basis van de TIA’s van de rechter hemisfeer was geen verwijzing naar een vaatchirurg geïndiceerd. Ook geen andere grond voor een (spoed)verwijzing. Eerst onderzoek niet verwijtbaar. Termijn waarbinnen verweerder patiënt heeft gezien, is niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Ongegrond.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 1284
- Pagina: 1285
- Pagina: 1286
- ...
- Pagina: 1358
- Volgende pagina zoekresultaten