Zoekresultaten 381-390 van de 20334 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:381 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-995/AL/GLD

    Ongegrond verzet.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:262 Hof van Discipline 's Gravenhage 220246

    Intrekking hoger beroep door verweerster. Vaststelling ingangsdatum proeftijd door hof ivm maatregel voorwaardelijke schorsing door raad.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:19 Raad van Discipline Amsterdam 23-351/A/A

    Raadsbeslissing; Verweerder heeft wegens schending van gedragsregel 15 in strijd gehandeld met artikel 46 Advocatenwet. Ook heeft verweerder de kernwaarden partijdigheid en vertrouwelijkheid neergelegd in artikel 10a Advocatenwet geschonden. De raad heeft vastgesteld dat de Hamburgse vestiging van het kantoor van verweerder van 2013 tot in 2020 bijstand heeft verleend aan klaagster. Op grond van gedragsregel 15 lid 6 stond het verweerder, die deel uitmaakt van hetzelfde samenwerkingsverband (het kantoor) als zijn collega’s van de Hamburgse vestiging daarom in beginsel niet vrij om op te treden tegen klaagster als voormalig cliënte van het kantoor in Hamburg. Van het uitgangspunt ‘geen bijstand, tenzij’ kan de advocaat op grond van gedragsregel 15 lid 3 alleen afwijken als is voldaan aan elk van drie hierin genoemde voorwaarden. Daaraan is niet voldaan. Hoewel uit de stellingen van verweerder weliswaar volgt dat het niet gaat om één en dezelfde zaak, hangen de zaken waarin het Hamburgse kantoor klaagster heeft bijgestaan wel nauw samen met de zaken waarin verweerder tegen klaagster optreedt. Ook is komen vast te staan dat het Hamburgse kantoor beschikt over vertrouwelijke informatie die relevant zou kunnen zijn voor de zaken die verweerder thans behandelt tegen klaagster. Dat deze informatie niet met verweerder is gedeeld door het Hamburgse kantoor, is niet relevant. Het in gedragsregel 15 neergelegde verbod vereist niet dat de (voormalig) advocaat de aan hem toevertrouwde informatie daadwerkelijk gebruikt. De enkele mogelijkheid dat de (voormalig) advocaat genoemde informatie kan gebruiken bij het behartigen van een tegenstrijdig belang is al voldoende om de vertrouwensrelatie tussen cliënt en advocaat te ondermijnen (Hof van Discipline 26 januari 2018, 170212, ECLI:NL:TAHVD:2018:12). Tot slot geldt dat vast is komen te staan dat klaagster bezwaren heeft geuit en dat klaagsters bezwaren naar het oordeel van de raad gelet op al hetgeen is overwogen ook redelijk zijn. De raad ziet in deze omstandigheden ondanks het blanco tuchtrechtelijk verleden van verweerder aanleiding een berisping op te leggen met kostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:20 Raad van Discipline Amsterdam 23-502/A/A

    Raadsbeslissing; Klacht over de advocaat wederpartij. De klacht is gedeeltelijk gegrond. Verweerster heeft in strijd met gedragsregel 15 lid 1 gehandeld door voor de vader op te treden in een procedure waarin klagers (de kinderen) hebben verzocht tot ondercuratelestelling van hun vader, terwijl klagers zich eerder over de situatie van hun vader hebben laten adviseren door een kantoorgenoot van verweerster. Aangezien verweerster zich zodra zij hierop is aangesproken aan de zaak heeft onttrokken, zij een schoon tuchtrechtelijk verleden heeft en inmiddels geen advocaat meer is, is volstaan met een gegrondverklaring zonder oplegging van een maatregel.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:21 Raad van Discipline Amsterdam 23-503/A/A

    Raadsbeslissing; Klacht over de dienstverlening eigen advocaat gedeeltelijk gegrond. De raad is van oordeel dat verweerster voorafgaand aan het aannemen van de zaak van klager onvoldoende zorgvuldig heeft onderzocht of het haar gelet op gedragsregel 15 vrijstond de zaak van klager aan te nemen. Hierdoor heeft verweerster zich op een later moment weer aan de zaak moeten onttrekken. De raad acht verweersters handelwijze hierin niet zorgvuldig en daarmee tuchtrechtelijk verwijtbaar. Aangezien verweerster heeft laten weten geen aanspraak meer te maken op haar declaratie, een schoon tuchtrechtelijk verleden heeft en inmiddels geen advocaat meer is, wordt volstaan met een gegrondverklaring zonder oplegging van een maatregel.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:22 Raad van Discipline Amsterdam 23-652/A/A 23-653/A/A

    Raadsbeslissing; gegronde klacht over de advocaten van de wederpartij. Verweerders hebben in de dagvaardingsprocedure stellingen ingenomen waarvan zij wisten of behoorden te weten dat deze in strijd met de waarheid zijn. Verweerders hebben in strijd met gedragsregel 8 gehandeld en daarmee niet gehandeld zoals het een behoorlijk advocaat betaamt in de zin van artikel 46 Advocatenwet. Aan verweerders is een waarschuwing met kostenveroordeling opgelegd.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:25 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-654/DH/DH 23-655/DH/DH

    Raadsbeslissing. Klacht over de kwaliteit van dienstverlening van de eigen advocaat deels gegrond. Verweerder heeft te vroeg ingebrekestellingen verstuurd waardoor klager dwangsommen is misgelopen. Ook heeft verweerder een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening ingetrokken zonder klagers instemming en heeft verweerder een zaak geschikt zonder klagers instemming. De raad houdt er rekening mee dat verweerder in alle gevallen zijn best heeft gedaan om de kwestie met klager op te lossen en hem financieel te compenseren. Overige verwijten ongegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:19 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-367/DH/DH

    Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:20 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-373/DH/RO

    Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:21 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-395/DH/DH

    Verzet gegrond. Verweerder heeft er onvoldoende zorg voor gedragen dat het verzoekschrift werd ingetrokken. Waarschuwing.