Zoekresultaten 441-450 van de 2789 resultaten

  • ECLI:NL:TNORDHA:2021:9 Kamer voor het notariaat Den Haag 20-45

    Klagers verwijten de notaris het volgende: Het niet zorgen voor uitkering van de door erflaatster aan haar kleinkinderen toebedeelde legaten. De notaris heeft als executeur de aangifte erfbelasting ingediend, waarbij hij veel fouten heeft gemaakt. De notaris gaf geen inzicht waarom hij in het kader van de verkoop van de woning van erflaatster koos voor de door hem ingeschakelde makelaar. Klagers zijn geschokt door de wijze waarop de notaris hen heeft bejegend.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2021:13 Kamer voor het notariaat Den Haag 20-46

    Klagers verwijten de notaris dat hij bij het opstellen en passeren van het testament in 2013 niet de zorgvuldigheid in acht heeft genomen die van een notaris verwacht mag worden.    

  • ECLI:NL:TNORDHA:2021:14 Kamer voor het notariaat Den Haag 20-50

    Klager verwijt de notaris dat de gedeclareerde uren niet concreet genoeg gespecificeerd zijn. De notaris wordt verweten dat hij werkzaamheden in rekening heeft gebracht, waarvoor klager geen opdracht heeft gegeven.   Klager verwijt de notaris dat hij hem onheus heeft bejegend en heeft gedreigd met het inschakelen van een incassobureau.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2021:10 Kamer voor het notariaat Den Haag 20-40

    Eind januari 2019 heeft klaagster een afspraak gemaakt bij de notaris, omdat de man niet meewerkte aan de verdeling. Het gesprek verliep stroef en de notaris gaf klaagster weinig hoop op een goede afloop. De notaris kwam vrouwonvriendelijk over. Verder heeft hij geen enkele actie ondernomen daarna.  

  • ECLI:NL:TNORDHA:2021:11 Kamer voor het notariaat Den Haag 20-53

    Klagers verwijten de kandidaat-notaris dat hij zich heeft blootgesteld aan het ernstige vermoeden dat hij opzettelijk in strijd met de waarheid een afschrift van een akte van inbreng heeft opgemaakt en dit valselijk opgemaakte afschrift misleidend heeft gebruikt in relatie tot een cliënt.  

  • ECLI:NL:TNORAMS:2021:6 Kamer voor het notariaat Amsterdam 676137 / NT 19-59 676138 / NT 19-60

    Klacht over onzorgvuldig handelen van de kandidaat-notaris en de notaris. De kamer verklaart de klacht ongegrond. Volgens de kamer hebben de kandidaat-notaris en de notaris er alles aan gedaan om (de zoon van) klager van dienst te zijn en hebben zij getoond oplossingsgericht te zijn, ook na het indienen van de klacht.

  • ECLI:NL:TNORAMS:2021:7 Kamer voor het notariaat Amsterdam 677566 / NT 19-63

    Klacht deels gegrond verklaard: Na tussenbeslissing van 11 februari 2021 heeft de oud-notaris aantekeningen uit het dossier overgelegd ten bewijze van haar stelling dat bij het opstellen van de huwelijkse voorwaarden het hebben van een testament is besproken. De notaris is in dat bewijs geslaagd. Wat rest is het klachtonderdeel over de gebrekkige communicatie, dat de kamer in de beslissing van 11 februari 2021 gegrond heeft verklaard. De kamer legt de oud-notaris daarvoor een waarschuwing op.

  • ECLI:NL:TNORAMS:2021:8 Kamer voor het notariaat Amsterdam 688221 / NT 20-32

    De inrichting en organisatie van het notariskantoor was gebrekkig. Klaagster is daarvan onnodig de dupe geworden. De oud-notaris heeft niet de verantwoordelijkheid genomen het dossier zelf op te pakken, zoals zij wel aan klaagster had toegezegd. Klacht (deels) gegrond, waarschuwing.  

  • ECLI:NL:TNORAMS:2021:10 Kamer voor het notariaat Amsterdam 691800 / NT 20-45

    De kamer stelt voorop dat het niet aan haar is te beoordelen of klagers het recht van overpad naar de Kastanjelaan hebben. Dit is voorbehouden aan de civiele rechter. Ter zake is nog geen procedure gevoerd of aanhangig. Ter beoordeling van de kamer is uitsluitend of de kandidaat-notaris al dan niet klachtwaardig heeft gehandeld. Klagers hebben zelf geen onderzoek verricht naar het recht van overpad en er niet voor gekozen een aankoopmakelaar in de arm te nemen. Als het recht van overpad voor hen essentieel was, dan hadden ze dat naar het oordeel van de kamer duidelijker moeten maken. In dat geval hadden zij de kandidaat-notaris opdracht kunnen verstrekken, voorafgaand aan het passeren of nog naderhand, om nader onderzoek te verrichten en dan had de kandidaat-notaris ook (meer) aanleiding hierin kunnen zien om klagers op de mogelijkheid daarvan te wijzen. Hetgeen de kandidaat-notaris klagers heeft meegedeeld bij het passeren van de akte van levering, dat hij op grond van het dossier geen reden had te veronderstellen dat het recht van overpad, zoals dat in 1997 (opnieuw) was gevestigd, was vervallen, is niet onjuist. Van verdergaande mededelingen is niet gebleken. Naar het oordeel van de kamer heeft de kandidaat-notaris, anders dan klagers dat hebben opgevat, met die mededeling geen absolute stelligheid verkondigd. De kandidaat-notaris heeft ter zitting betoogd dat hij, achteraf gezien, zich misschien nog voorzichtiger had moeten uitlaten. De kamer onderschrijft dit, maar is van oordeel dat in het onderhavige geval de grens van het klachtwaardige niet is overschreden.

  • ECLI:NL:TNORAMS:2021:9 Kamer voor het notariaat Amsterdam 688301 / NT 20-33

    Klaagster heeft geen feiten en/of omstandigheden aangedragen waaruit blijkt dat de akten van 27 september 2018, 21 november 2018 en 3 januari 2019 ‘valselijk opgemaakt’ zijn. Op de veiling heeft de notaris het registergoed geveild zoals dit haar bleek uit de leveringsakte van 19 mei 2000 en de hypotheekakte van dezelfde datum. De kamer heeft geen enkele reden om te twijfelen aan de echtheid van deze notariële akten. Uit de akte van 27 september 2018 volgt dat sprake was van een zaal/internetveiling (hybride veiling). Uit het proces-verbaal van veiling en gunning van 21 november 2018 blijkt dat de koopsom bij opbod  € 182.000,00 was, terwijl tevens wordt geconstateerd dat er niet is afgemijnd. De kamer volgt het verweer van de notaris dat het niet gebruikelijk is om een volmacht mee te zenden met het afschrift van een notariële akte en dat de volmacht van de Volksbank dus is gehecht aan de originele akte van gunning. De kamer ziet geen reden om daaraan te twijfelen. Klacht ongegrond.