Zoekresultaten 39591-39600 van de 40506 resultaten

  • ECLI:NL:TDIVTC:2009:YF0217 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2008/96

    Onvoldoende doortastend optreden t.o.v. zieke kat

  • ECLI:NL:TADRSHE:2009:YA0077 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch B 45 - 2009

      Verweerder heeft op de zitting waar het verzet tegen de faillietverklaring van zijn cliënt diende, te kennen gegeven dat hij voldoende geld onder zich had om de faillissementskosten uit te betalen en daarmee niet de waarheid gesproken. Verweerder heeft daarmee gehandeld in strijd met hetgeen een behoorlijk advocaat betaamt.  

  • ECLI:NL:TADRSHE:2009:YA0076 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch M 64 - 2009

      Verweerder is bij de behandeling van de zaak niet op voortvarende wijze te werk gegaan. Mede in aanmerking genomen dat verweerder heeft erkend dat hij onvoldoende met klaagster heeft gecommuniceerd over de aanpak van de zaak en de opgetreden vertraging is de klacht gegrond.  

  • ECLI:NL:TADRSHE:2009:YA0073 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch H 188 - 2008

    De wijze waarop de advocaat zich in de media in negatieve bewoordingen heeft uitgelaten over de kwaliteit van de dienstverlening van een collega past niet binnen de grenzen van welwillendheid en collegialiteit.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2009:YA0074 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch M 43 - 2009

      Informeel karakter van de dienstverlening van een advocaat betekent niet dat een cliënt erop mag vertrouwen dat de advocaat zijn werkzaamheden om niet verricht. In de verhouding tussen de advocaat en de cliënt is de advocaat dominus litis. Het is ter beoordeling van de advocaat, welke informatie dient te worden overgebracht.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2009:YA0075 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch R 181 - 2008

    Verweerder heeft de deken bij herhaling belemmerd om diens taak toe te zien op de naleving van de plichten waaraan verweerder als advocaat dient te voldoen. Afspraken met de deken zijn niet nagekomen, zelfs niet nadat ter zitting van de raad hierover duidelijke afspraken waren gemaakt.

  • ECLI:NL:TNOKARN:2009:YC0327 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2008/899

    Verzetzaak In het kader van een civiele procedure is de advocaat van klaagster met de advocaat van haar wederpartij overeengekomen een bedrag in depot te laten staan op de kwaliteitsrekening van de notaris. Klaagster verwijt de notaris dat hij, na de uitspraak in de civiele procedure, dit bedrag niet tijdig aan haar heeft overgemaakt, en voorts dat de notaris ten onrechte een bedrag aan kosten bij haar in rekening heeft gebracht en dat de notaris op de afrekeningnota de zakelijke lasten niet heeft verrekend. De Kamer van Toezicht is van oordeel dat het de notaris niet vrij stond om zonder toestemming van de advocaat van de wederpartij van klaagster het depotbedrag aan klaagster over te maken. Wat betreft het in rekening brengen van kosten oordeelt de Kamer van Toezicht dat de voorzitter van de ring van de KNB daarover dient te beslissen. Met betrekking tot het niet verrekenen van zakelijke lasten zijn geen gronden aangevoerd door klaagster, zodat de Kamer van Toezicht het verzet in zoverre onbesproken kan laten. Het verzet is ongegrond.   Nieuwe zaak In haar verzetschrift en in een opvolgende brief heeft klaagster nieuwe klachten aangevoerd tegen de notaris. De klacht dat de notaris een rentebedrag niet aan klaagster heeft overgemaakt, ondanks een toezegging daartoe, acht de Kamer van Toezicht gegrond. Dat geldt eveneens voor de klacht dat de notaris in strijd heeft gehandeld met artikel 476a Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering door niet tijdig de in dat artikel bedoelde verklaring af te leggen. Ook de klachten dat de notaris een nota naar het oude adres van klaagster heeft gestuurd en dat hij niet heeft geantwoord op het verzoek van klaagster om de gegevens van de ringvoorzitter aan haar door te geven, zijn gegrond. Klaagster kan niet ontvangen worden in haar klacht dat de notaris heeft nagelaten het depotbedrag tijdig aan haar uit te keren, omdat daarop al onherroepelijk is beslist door de Kamer van Toezicht. De klacht dat de notaris voor zijn werkzaamheden geen factuur aan klaagster heeft verzonden, alvorens tot verrekening over te gaan, is gegrond. Voor de gegrond verklaarde klachten wordt de notaris een berisping opgelegd.              

  • ECLI:NL:TNOKALM:2009:YC0693 Kamer van toezicht Almelo 12 09 Wna

    De notaris voldoet nog steeds niet aan de verplichting dat de liquiditeitspositie en de solvabiliteitspositie van de notaris en zijn kantoor te allen tijde positief is. De Kamer verwacht van de notaris dat de ingezette sanering verder wordt doorgezet.

  • ECLI:NL:RBAMS:2009:YB0334 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 2009.53

    Tijdens een langdurige relatie tussen een grote opdrachtgever en de gerechtsdeurwaarders ontstaat een geschil over kosten. Klaagster is het niet eens met de hoogte van de door de gerechtsdeurwaarder aan haar in rekening gebrachte advocaatkosten. Klaagster krijgt geen uitleg over de declaratie en is van mening dat kosten dubbel in rekening zijn gebracht. Klaagster klaagt verder over door de gerechtsdeurwaarders toegepaste verrekening. De Kamer overweegt dat het kosten van derden betreft waarvoor de gerechtsdeurwaarder niet verantwoordelijk kan worden gehouden. Klaagster heeft wel recht op uitleg over de verzonden declaratie. Dat er kosten dubbel in rekening zijn gebracht, is niet gebleken. Verrekening van een betwiste vordering niet zomaar mogelijk. Onder de omstandigheden van het geval acht de Kamer dat niet tuchtrechtelijk laakbaar.

  • ECLI:NL:RBAMS:2009:YB0330 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 2009.194

    Een gerechtsdeurwaarder zendt een dagvaarding ter betekening aan een collega onder de mededeling dat een recente adresverificatie is gedaan en biedt aan die verificatie over te leggen. Later blijkt dat recent twee maanden geleden was en de gerechtsdeurwaarder betekent de dagvaarding een maand na ontvangst aan een adres waar klager niet meer woonachtig was. Deze gerechtsdeurwaarder betekent het vonnis ook op het oude adres. Bestond voor de eerste gerechtsdeurwaarder aanleiding nogmaals een adresverificatie te doen alvorens de opdracht aan zijn collega te versturen? Onder de omstandigheden van het geval had de gerechtsdeurwaarder dat naar het oordeel van de Kamer moeten doen. Voor klager had die verificatie geen soulaas geboden omdat hij op het moment dat de opdracht naar de collega werd verzonden nog woonachtig was op het adres wat in de GBA stond vermeld. Mag de gerechtsdeurwaarder die de dagvaarding moest betekenen voor de adresverificatie vertrouwen op zijn collega? De Kamer vindt dat dat onder de gegeven omstandigheden niet het geval is. Onder de in de beslissing omschreven omstandigheden had de gerechtsdeurwaarder ook voor de betekening van het vonnis een adresverificatie moeten doen. Klacht op die onderdelen gegrond en een maatregel opgelegd.