Zoekresultaten 24851-24900 van de 45098 resultaten
-
ECLI:NL:TADRAMS:2016:61 Raad van Discipline Amsterdam 16-130/A/A
- Datum publicatie: 25-03-2016
- Datum uitspraak: 18-03-2016
- ECLI:NL:TADRAMS:2016:61
Voorzittersbeslissing. Klacht kennelijk ongegrond. Niet gebleken dat klager in zijn belangen is geschaad door gestelde woordkeus verweerder. Klager is niet-ontvankelijk in klachtonderdeel b) wegens ‘ne bis in idem’.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2016:68 Raad van Discipline Amsterdam 16-145/A/A
- Datum publicatie: 25-03-2016
- Datum uitspraak: 17-03-2016
- ECLI:NL:TADRAMS:2016:68
Voorzittersbeslissing. Klacht tegen eigen advocaat. Verweerder heeft niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door geen hoger beroep in te stellen. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2016:52 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 15-275/DB/LI
- Datum publicatie: 25-03-2016
- Datum uitspraak: 21-03-2016
- ECLI:NL:TADRSHE:2016:52
Niet komen vast te staan dat verweerder de aan hem verstrekte opdracht niet naar behoren zou hebben uitgevoerd. Verzet ongegrond
-
ECLI:NL:TADRAMS:2016:62 Raad van Discipline Amsterdam 15-201A
- Datum publicatie: 25-03-2016
- Datum uitspraak: 14-03-2016
- ECLI:NL:TADRAMS:2016:62
Verzet. Klacht tegen advocaat wederpartij. Niet gebleken dat verweerster gebruik heeft gemaakt van een valse aangifte en/of een vals huisartsrapport. Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2016:53 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 15-482/DB/LI
- Datum publicatie: 25-03-2016
- Datum uitspraak: 07-03-2016
- ECLI:NL:TADRSHE:2016:53
Niet tijdig gronden van beroep ingediend, wat heeft gelid tot niet-ontvankelijkheid van beroep. Klaagster niet geïnformeerd op de mogelijkheid van het aanwenden van een rechtsmiddel tegen de beslissing tot niet-ontvankelijkheid en om onafhankelijk advies in te winnen. Aansprakelijkstelling niet direct doorgeleid naar beroepsaansprakelijkheidsverzekeraar. Klacht gegrond. Voorw. schorsing 2 weken , proeftijd 2 jaar, verkorting termijn art 8a lid 3 tot 5 jaar.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2016:63 Raad van Discipline Amsterdam 15-578/A/A
- Datum publicatie: 25-03-2016
- Datum uitspraak: 14-03-2016
- ECLI:NL:TADRAMS:2016:63
Verzet. Klacht tegen eigen advocaat. Een advocaat kan niet worden verplicht iemand bij te staan in een “kansloze” zaak. Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TACAKN:2016:25 Accountantskamer Zwolle 15/1641 Wtra AK
- Datum publicatie: 25-03-2016
- Datum uitspraak: 25-03-2016
- ECLI:NL:TACAKN:2016:25
Bij de controle van de eerste jaarrekening van een investeringsmaatschappij in vastgoed moet de accountant op grond van NVCOS 315 (dat inhoudt dat de accountant voldoende kennis van de entiteit moet vergaren) ook acht slaan op de inhoud van het voor de oprichting uitgegeven prospectus, omdat de accountant bij deze controle niet kan steunen op informatie verkregen bij eerdere controlewerkzaamheden. Betrokkene had gelet op het inzichtvereiste, erop moeten toezien dat in de jaarrekening expliciet was vermeld dat de aandelen in de vennootschappen waarin het vastgoed werd gehouden pas in de loop van het boekjaar waren verkregen zodat de gebruikers van de jaarrekening hadden beseft dat de verantwoorde huuropbrengsten niet op een heel jaar betrekking konden hebben.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2016:54 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 16-150/DB/LI
- Datum publicatie: 25-03-2016
- Datum uitspraak: 23-03-2016
- ECLI:NL:TADRSHE:2016:54
Klacht in hoedanigheid van deken op gebrukelijke wijze en zorgvuldige wijze afgehandeld. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2016:64 Raad van Discipline Amsterdam 16-147/A/A
- Datum publicatie: 25-03-2016
- Datum uitspraak: 18-03-2016
- ECLI:NL:TADRAMS:2016:64
Voorzittersbeslissing. Verweerster heeft haar werkzaamheden op zorgvuldige wijze beëindigd. Nu verweerster het dossier vanuit het buitenland is blijven behandelen, was het niet nodig om klagers van haar verblijf in het buitenland op de hoogte te brengen. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TACAKN:2016:26 Accountantskamer Zwolle 15/1408 en 15/1409 Wtra AK
- Datum publicatie: 25-03-2016
- Datum uitspraak: 25-03-2016
- ECLI:NL:TACAKN:2016:26
Beginselen van een behoorlijke procesorde, die aan het indienen van een nieuwe klacht door dezelfde klager in de weg staan. Ne bis in idem, gesloten stelsel van rechtsmiddelen, beginsel van concentratie van klachten. In casu de invloed van nieuw voorgedragen argumenten die klager al voorafgaand aan de behandeling van de nieuwe klacht bekend waren, althans redelijkerwijs bekend konden zijn.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2016:55 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 16-250/DB/OB
- Datum publicatie: 25-03-2016
- Datum uitspraak: 22-03-2016
- ECLI:NL:TADRSHE:2016:55
Verzoek tot herziening enkel mogelijk voor advocaat aan wie een maatregel is opgelegd en aleen indien sprake is van schending van een fundamenteel rechtsbeginsel. Verzoek kennelijk niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2016:145 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.253
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 24-03-2016
- ECLI:NL:TGZCTG:2016:145
Klacht tegen psychiater. Deze zou geen behandelplan hebben opgesteld, niet naar het Leo Kannerhuis hebben verwezen en daaromtrent valsheid in geschrifte hebben gepleegd, documenten uit de dossiermap hebben verwijderd, een formulier voor het Fonds Bijzondere Noden niet hebben ingevuld en verzonden, hebben nagelaten goede financiële hulpverlening te bieden, het dossier niet tijdig hebben verzonden en klager hebben gevraagd bij hem thuis te komen douchen. Klacht door het Regionaal Tuchtcollege afgewezen. Beroep verworpen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2016:139 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.075
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 24-03-2016
- ECLI:NL:TGZCTG:2016:139
Klager is opgenomen geweest in een GGZ-kliniek, waar de arts destijds als algemeen arts werkzaam was. De arts heeft een intakegesprek met klager gehad, waarbij klager ook lichamelijk is onderzocht. Klager maakt de arts tal van verwijten die door het Regionaal Tuchtcollege alle ongegrond zijn verklaard. Klager kan niet in zijn beroep worden ontvangen voor zover de klachten zijn verjaard en voor zover sprake is van nieuwe klachten. Beroep voor het overige verworpen.
-
ECLI:NL:TNORAMS:2016:5 Kamer voor het notariaat Amsterdam 594091/NT15-63 OJ
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 17-03-2016
- ECLI:NL:TNORAMS:2016:5
Klacht over ontbreken volmacht verkoop bij openbare inschrijving van registergoed. Naar het oordeel van de kamer had de notaris klagers er nadrukkelijk op moeten wijzen dat de inschrijving ongeldig was zolang er geen volmacht was en had zij bij [B sr.] moeten verifiëren of daarvan al dan niet sprake was vóórdat zij het e-mailbericht op 17 oktober 2014 te 18:39 uur van de bevestiging van de gunning aan [B jr.] zond. In ieder geval had zij klagers moeten adviseren om nog niet tot gunning aan [A B.V.] over te gaan alvorens deze kwestie was opgehelderd. De kamer legt de notaris een waarschuwing op.
-
ECLI:NL:TADRARL:2015:203 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 15-451
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 05-11-2015
- ECLI:NL:TADRARL:2015:203
klacht tegen de advocaat van de wederpartij over diens handelen na ontruiming van zijn cliënten als huurders op de camping van klaagster wordt door de voorzitter als kennelijk ongegrond afgewezen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2016:146 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.277
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 24-03-2016
- ECLI:NL:TGZCTG:2016:146
Klager is opgenomen geweest in een GGZ-kliniek, waar de psychiater werkzaam was. Klager verwijt de psychiater dat hij hem ten onrechte en zonder uitleg Zyprexa heeft voorgeschreven. Klacht door Regionaal Tuchtcollege als kennelijk ongegrond afgewezen. Klager kan niet in zijn beroep worden ontvangen voor zover de klachten zijn verjaard en voor zover sprake is van nieuwe klachten. Beroep voor het overige verworpen.
-
ECLI:NL:TADRARL:2015:191 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 15-30
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 20-07-2015
- ECLI:NL:TADRARL:2015:191
Klacht tegen eigen advocaat. Een deel van de klagers is niet ontvankelijk verklaard omdat niet is gebleken van een volmacht aan de gemachtigde om namens de overige klagers op te treden. Klacht is gegrond in zoverre klagers verweerder verwijten dat de stukken die betrekking hebben op de zaak niet of pas na lang aandringen en vaak te laat aan klagers zijn doorgestuurd, De overige klachten zijn ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2015:198 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 14-156
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 17-08-2015
- ECLI:NL:TADRARL:2015:198
Verzet ongegrond. Het verzet heeft geen nieuwe gezichtspunten opgeleverd die noopten tot een aanvullend onderzoek.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2016:140 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.237
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 24-03-2016
- ECLI:NL:TGZCTG:2016:140
Klager is opgenomen geweest in een GGZ-kliniek, waar de arts in het kader van haar opleiding tot psychiater tijdelijk en onder supervisie van een psychiater werkzaam is geweest. Klager verwijt de arts dat zij valse, zwaar psychisch letsel toebrengende diagnoses heeft gesteld zonder klager zelf te hebben gesproken. Ook zou zij klager persoonlijke, intieme vragen hebben gesteld. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klachten als kennelijk ongegrond afgewezen. Klager kan niet in zijn beroep worden ontvangen voor zover de klachten zijn verjaard. Beroep voor het overige verworpen.
-
ECLI:NL:TADRARL:2015:192 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 15-32
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 20-07-2015
- ECLI:NL:TADRARL:2015:192
Klacht tegen eigen advocaat. Klaagster beklaagt zich erover dat een aan haar toekomende schadevergoeding afkomstig van de Staat niet zoals was afgesproken rechtstreeks aan haar is uitbetaald maar in plaats daarvan op de derdengeldenrekening van verweerder terecht is gekomen en dat verweerder meer uren aan de zaak heeft besteed dan hij had begroot. De raad overweegt dat niet is gebleken dat verweerder de Staat heeft verzocht om de vergoeding op de derdenrekening van zijn kantoor te betalen, zodat er van moet worden uitgegaan dat dit op initiatief van de Staat is gebeurd en dat een prognose geen garantie geeft dat de werkelijke kosten daarbinnen blijven. Een prognose kan te voorzichting of niet reëel blijken te zijn. Bovendien staat vast dat verweerder meer werkzaamheden heeft moeten verrichten dan waarmee bij de prognose rekening kon worden gehouden. Klachten ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2015:199 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 14-157
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 17-08-2015
- ECLI:NL:TADRARL:2015:199
Verzet ongegrond. Toen verweerder deken werd mocht hij er van uit gaan dat de kwesties waarin klager bij verweerders voorganger om bemiddeling had verzocht reeds tot een oplossing waren gekomen. De raad is niet gebleken dat er bij verweerder signalen zijn binnen gekomen die hem desondanks tot enigerlei actie hadden moeten brengen. Toen klager zich telefonisch met een verzoek om bemiddeling tot verweerder wendde, heeft verweerder hem terecht naar twee andere leden van de raad van toezicht verwezen, nu zijn kantoor een deel van de dossiers van de curator had overgenomen en een aantal van klagers voormalige kantoorgenoten inmiddels op zijn kantoor werkzaam waren.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2016:141 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.239
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 24-03-2016
- ECLI:NL:TGZCTG:2016:141
De zoon van klaagster heeft PDD NOS met ADHD en is voor dagklinische behandeling aangemeld bij een instelling, gericht op complexe kinder- en jeugdproblematiek. Verweerster was als kinder- en jeugdpsychiater werkzaam bij deze instelling en was hoofdbehandelaar van de zoon van klaagster. Klaagster stelt dat zij en haar zoon slecht zijn behandeld door de psychiater en haar team. Haar verwijten zien specifiek op het volgende: de behandeling van haar zoon als zodanig; het slordig omgaan met afspraken waardoor de zoon van klaagster steeds dikker is geworden gedurende zijn verblijf in de instelling; het slordig omgaan met notulen waardoor de diagnose ADD bij klaagster niet uit de rapporten is verdwenen; het uit persoonlijke rancune stoppen met het contact met klaagster; het tegen de wil van klaagster en haar zoon doorsturen van gegevens naar instanties waar klaagster zelf contact mee opgenomen heeft; een onterechte melding bij het AMK. Klacht door Regionaal Tuchtcollege in al haar onderdelen ongegrond verklaard en afgewezen. Beroep verworpen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2016:148 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.215
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 22-03-2016
- ECLI:NL:TGZCTG:2016:148
De aangeklaagde gz-psycholoog was (mede)behandelaar van de (meerderjarige) zoon van klaagster. Deze zoon wilde een omgangsregeling met zijn, ten huize van klaagster wonende, jongere broer. Omdat klaagster dit niet wenste, was klaagsters (meerderjarige) zoon met klaagster in een rechtbankprocedure verwikkeld ter verkrijging van een omgangsregeling met zijn broer. Op verzoek van de coördinerend behandelaar (SPV-er) van klaagsters (meerderjarige) zoon heeft verweerder een brief geschreven aan diens advocaat, met de bedoeling daarmee het verzoek van de cliënt tot het treffen van een omgangsregeling te ondersteunen. De brief is als processtuk in de procedure overgelegd. De klacht van klaagster houdt in: De gz-psycholoog heeft een schriftelijke verklaring opgesteld waarin hij uitspraken heeft gedaan die slechts zijn gebaseerd op verklaringen van de zoon die bij de gz-psycholoog in behandeling is, zonder deze op juistheid te toetsen en te overwegen of de omgangsregeling ook in het belang van klaagsters andere, tienjarige zoon is. Redelijkerwijs kan de gz-psycholoog weten dat zijn verklaring voor klaagsters gezin belastend is en dat hij zonder klaagster en haar gezin te kennen niet naar waarheid kan oordelen. Het Regionaal Tuchtcollege overweegt dat een behandelaar zich bij een verzoek om een verklaring zeer terughoudend dient op te stellen. De gz-psycholoog heeft zich op onoirbare wijze gemengd in een juridisch conflict. Hij heeft zich in een verklaring niet beperkt tot feiten, maar een aantal meningen en waardeoordelen gegeven die overigens niet alle deugdelijk zijn onderbouwd en niet (altijd) binnen zijn deskundigheidsgebied zijn gebleven. Klacht gegrond en legt de gz-psycholoog de maatregel van waarschuwing op met publicatie na onherroepelijk worden. De gz-psycholoog is in beroep gekomen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep op enigszins andere gronden.
-
ECLI:NL:TNORSHE:2016:1 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2015/16
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 21-03-2016
- ECLI:NL:TNORSHE:2016:1
Klaagster is samen met 23 andere erfgenamen deelgenoot in een nalatenschap. Zij heeft de notaris volmacht verleend voor het doen van belastingaangiften. In de gezamenlijke (ontwerp)aangifte erfbelasting zijn de persoonsgegevens van alle 24 erfgenamen ingevuld (naam, adresgegevens, geboortedatum en BSN). Nadat dit ontwerp ter goedkeuring aan alle erfgenamen is toegezonden, heeft klaagster uitdrukkelijk bezwaar gemaakt tegen de vermelding van haar adresgegevens en met name haar BSN omdat nu alle erfgenamen daarvan kennis hebben kunnen nemen. Bij het verzorgen van de gezamenlijke aangifte heeft de notaris de in het voorgeschreven formulier gevraagde gegevens ingevuld. Gelet op het bepaalde in artikel 8 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen was het verstrekken van deze gegevens noodzakelijk om aan een wettelijke verplichting te voldoen. De vermelding van het BSN was ook ter zake dienend. Nu de notaris niet op de hoogte was van de bezwaren van klaagster en zij daarvan ook niet op de hoogte behoefde te zijn, is de kamer van oordeel dat de notaris niet klachtwaardig heeft gehandeld door, zoals in de notariële praktijk gebruikelijk, de volledig ingevulde gezamenlijke (ontwerp)aangifte ter goedkeuring toe te zenden aan alle erfgenamen. De kamer hecht eraan op te merken dat de klacht wel kan dienen als signaal aan het notariaat om (extra) bedachtzaam te zijn op de mogelijkheid van misbruik van (bijzondere) persoonsgegevens en de op dat punt bij cliënten levende bezwaren en/of angsten. Indien daartoe aanleiding bestaat, kan een erfgenaam bijvoorbeeld worden gewezen op de mogelijkheid van het doen van een afzonderlijke aangifte. Het is de kamer ambtshalve bekend dat degene die zelf aangifte doet wel zijn/haar naam en adresgegevens aan de overige erfgenamen dient te verstrekken omdat zij deze dienen te vermelden in hun gezamenlijke aangifte, maar het BSN van de betrokkene behoeft dan niet aan hen te worden doorgegeven.
-
ECLI:NL:TADRARL:2015:193 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 15-43
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 17-08-2015
- ECLI:NL:TADRARL:2015:193
Dekenbezwaar dat verweerder zonder uitnodiging van klager en zonder overleg met diens advocaten klager ongevraagd in de penitentiaire inrichting, waar hij in voorlopige hechtenis zat, heeft bezocht. Door verweerder gevolgde gedragslijn vormt ernstige schending van de gedragsregels. Wanneer een dergelijke gedragslijn aanvaard zou worden zou de vertrouwensrelatie tussen advocaat en cliënt permanent onder druk staan. Dat is primair in strijd met het belang van de justitiabelen en secundair in strijd met het belang van de advocatuur. De vrijheid en onafhankelijkheid van de beroepsuitoefening komen dan in gevaar.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2016:142 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.240
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 24-03-2016
- ECLI:NL:TGZCTG:2016:142
Klager heeft PDD NOS met ADHD en is voor dagklinische behandeling aangemeld bij een instelling, gericht op complexe kinder- en jeugdproblematiek. Verweerster was als kinder- en jeugdpsychiater werkzaam bij deze instelling en was hoofdbehandelaar van klager. Klager stelt dat hij en zijn moeder slecht zijn behandeld door de psychiater en haar team. Zijn verwijten zien specifiek op het volgende: hij is te dik geworden door slecht eten en te weinig beweging; hij is vervuild geraakt, hij stonk en zijn tanden waren in zeer slechte staat; hij heeft de kans gekregen om twee avonden uit de instelling weg te lopen; hij heeft de kans gekregen om alcohol te drinken op zijn veertiende; hij heeft zonder toestemming van zijn moeder in de time out gezeten; hij is in de war gebracht door verkeerde adviezen over medicatiegebruik en het oppakken van contacten; hij heeft geen nazorg van de instelling gekregen. Klacht door Regionaal Tuchtcollege in al haar onderdelen ongegrond verklaard en afgewezen. Beroep verworpen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2016:149 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.218
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 22-03-2016
- ECLI:NL:TGZCTG:2016:149
Klager verwijt de aangeklaagde gz-psycholoog, het afgeven van een verklaring, met daarin een zinsnede met betrekking tot huiselijk geweld, ten behoeve van een juridische procedure tussen klager en zijn ex-partner over het gezag over en de omgang met hun zoontje. Klager verwijt de gz-psycholoog dat hij: 1.een verklaring tekende waarin hij beweert dat hij de ex-partner van klager vanaf een bepaalde datum heeft gezien, op basis daarvan een indruk en een beeld schetst, terwijl hij haar ten tijde van het opstellen van de verklaring nog nooit had gesproken; 2. in zijn verklaring zegt dat hij de ex-partner gediagnosticeerd heeft met een lichte depressieve stoornis, eenmalige episode, terwijl gezien de voorgeschiedenis en het verloop van eerdere depressieve episodes hij als professionele gezondheidszorgpsycholoog geweten moet hebben dat deze diagnose niet correct was. Daarbij probeerde hij de daadwerkelijke gemoedstoestand van de ex-partner te verdoezelen om haar in haar rechtszaak te helpen; 3. namens de Stichting een verklaring tekent op logopapier van de Stichting terwijl hij daar niet werkt. De gz-psycholoog wekt hiermee de schijn dat hij wel bij de Stichting werkt, dat hij betrokken is bij de ex-partner waardoor hij doelbewust de rechterlijke macht misleidt; 4. een verklaring tekent met een lasterlijke beschuldiging naar klager door te beweren dat de ex-partner uit een situatie van huiselijk geweld komt, terwijl hij de situatie niet kent en geen wederhoor heeft toegepast; 5. in de verklaring beweert dat één van de kinderen een behandelaar heeft, terwijl de Stichting zegt niet aan behandeling van kinderen te doen en het kind geen behandelaar heeft. De gz-psycholoog wekt hiermee de schijn dat er binnen de Stichting aan begeleiding en behandeling van kinderen gedaan wordt om de rechter ervan te overtuigen dat er geen zorgen over het welzijn van de kinderen hoeft te zijn; 6. met het tekenen van de (valse) verklaring zich samen met de Stichting doelbewust op partijdige wijze mengt in een rechtszaak over de omgang en het gezag van hun zoontje en de rechtszaak daarmee op scherp zet. De gz-psycholoog heeft hiermee zijn professionele onafhankelijkheid niet weten te bewaren en brengt de integriteit en het imago van zijn beroepsgroep in gevaar. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart klachtonderdelen 4,5 en 6 gegrond, 1 en 3 ongegrond en laat klachtonderdeel 2 buiten beschouwing. Het Regionaal Tuchtcollege legt de gz-psycholoog derhalve de maatregel van berisping op. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.
-
ECLI:NL:TNORSHE:2016:2 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2016/55
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 21-03-2016
- ECLI:NL:TNORSHE:2016:2
Na het overlijden van de moeder van klager passeert de notaris in opdracht van vader (executeur) een akte van boedelbeschrijving. Nadat klager bezwaren heeft geuit tegen de inhoud van die akte, stelt de notaris een aanvullende akte van boedelbeschrijving op, waaruit blijkt dat de nalatenschap een hogere waarde vertegenwoordigt. Klager verwijt de notaris (onder meer) dat zij valselijk door vader afgelegde verklaringen heeft trachten te legaliseren/ maskeren. De notaris heeft gesteld dat de aanvullende boedelbeschrijving tot stand is gekomen in overleg met vader, diens advocaat en diens accountant. Volgens de notaris had zij geen enkele reden om te twijfelen aan de integriteit van vader en aan de deskundigheid en betrouwbaarheid van de advocaat, de accountant en de taxateurs die in opdracht van vader de waarde van de aandelen in de onderneming, de onroerende zaak en de bestekcassette hadden bepaald. Nu de stukken die de executeur ter onderbouwing van de aanvullende boedelbeschrijving aan de notaris ter beschikking had gesteld afkomstig waren van personen, van wie de notaris mocht aannemen dat deze deskundig waren op hun vakgebied, is de kamer van oordeel dat zij heeft mogen afgaan op de juistheid van hun visie. Gezien de hiervoor omschreven omstandigheden is de kamer van oordeel dat de notaris ten aanzien van de waardering van de inboedel voldoende zorgvuldigheid heeft betracht en dat het standpunt van de executeur voor haar geen aanleiding had behoeven te vormen haar dienst te weigeren in de zin van het bepaalde bij artikel 21 lid 2 Wna. Ook overigens heeft zij voldoende zorgvuldigheid betracht bij de voorbereiding van de akte houdende aanvullende boedelbeschrijving, zodat de onderdelen van de klacht die betrekking hebben op haar handelwijze betreffende de waardering van boedelbestanddelen ongegrond zullen worden verklaard. Overige onderdelen van de klacht eveneens ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2015:194 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 15-44
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 17-08-2015
- ECLI:NL:TADRARL:2015:194
Klacht dat verweerder zonder uitnodiging van klager en diens advocaten op bezoek is gegaan bij klager in de penitentiaire inrichting waar hij in voorlopige hechtenis zat, zich daar tegenover klager laatdunkend over zijn advocaten heeft uitgelaten, en klager ongevraagd heeft geadviseerd over de tegen klager lopende strafzaak en de mogelijke uitkomst daarvan. Gegrond. Raad verwerpt verweer dat iemand uit kring van klager tegenover verweerder zorgen had geuit over de kwaliteit van klagers advocaten. Ook als het er verweerder niet om te doen was dat klager zich voor verdere bijstand tot zijn kantoor zou wenden, had hij zich er van bewust dienen te zijn dat hij met zijn bezoek en het achter laten van zijn kaartje bij klager die indruk heeft gewekt. Verweerders gedragslijn vormt een ernstige schending van de gedragsregels. Wanneer een dergelijke gedragslijn aanvaard zou worden zou de vertrouwensrelatie tussen advocaat en cliënt permanent onder druk staan. Dat is primair in strijd met het belang van de justitiabelen en secundair in strijd met het belang van de advocatuur. De vrijheid en onafhankelijkheid van de beroepsuitoefening komen dan in gevaar.
-
ECLI:NL:TADRARL:2015:200 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 15-86
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 19-10-2015
- ECLI:NL:TADRARL:2015:200
Verzetbeslissing. Verzet tegen voorzittersbeslissing, waarbij klacht tegen advocaat wederpartij kennelijk ongegrond werd verklaard, is ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2016:143 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.246
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 24-03-2016
- ECLI:NL:TGZCTG:2016:143
Klacht tegen psychiater. Toets aan de tweede tuchtnorm. De arts zou in haar hoedanigheid van lid van de Raad van Bestuur van GGZ ten onrechte een medische verklaring hebben afgegeven. Voorts verwijt klager haar een onjuiste declaratie. Tot slot zou de arts zou ten onrechte hebben nagelaten om, jaren na de inbewaringstelling van klager bij GGZ, twee rapportages aan het dossier van klager toe te voegen. Klacht door Regionaal Tuchtcollege afgewezen. Beroep verworpen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2016:137 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.025
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 24-03-2016
- ECLI:NL:TGZCTG:2016:137
Klacht tegen psychiater, die klaagster in opdracht van de rechtbank heeft onderzocht. Het Regionaal Tuchtcollege heeft getoetst aan de vaste criteria waaraan een deskundigenrapport als het onderhavige behoort te voldoen, te weten: het rapport vermeldt de feiten, omstandigheden en bevindingen waarop het berust; het rapport geeft blijk van een geschikte methode van onderzoek om de voorgelegde vraagstelling te beantwoorden; in het rapport wordt op inzichtelijke en consistente wijze uiteengezet op welke gronden de conclusies van het rapport steunen; het rapport vermeldt de bronnen waarop het berust, daaronder begrepen de gebruikte literatuur en de geconsulteerde personen; de rapporteur blijft binnen de grenzen van zijn deskundigheid. Daarbij wordt ten volle getoetst of het onderzoek door de arts uit het oogpunt van vakkundigheid en zorgvuldigheid de tuchtrechtelijke toets der kritiek kan doorstaan. Ten aanzien van de conclusie van de rapportage wordt beoordeeld of de deskundige in redelijkheid tot zijn conclusie heeft kunnen komen (marginale toets). Het onderzoek/de rapportage voldeed aan die criteria. Klacht in eerste aanleg afgewezen. Beroep verworpen. Daarbij verdient nog opmerking dat de arts de opmerkingen van klaagster naar aanleiding van de rapportage integraal aan die rapportage heeft gehecht. Hoewel het de voorkeur verdient per (samenstel van) opmerking(en) aan te geven tot welke reactie van de rapporteur die heeft (hebben) geleid, heeft de arts in dit geval niettemin recht gedaan aan het vereiste, dat degene over wie is gerapporteerd, zijn visie daarop kan geven.
-
ECLI:NL:TNORSHE:2016:3 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2015/56
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 21-03-2016
- ECLI:NL:TNORSHE:2016:3
De kandidaat-notaris is aanvankelijk betrokken geweest bij de afwikkeling van de nalatenschap van de moeder van klager. Het dossier is vervolgens verder in behandeling genomen door de notaris op het kantoor en de kandidaat-notaris heeft daar verder geen bemoeienis meer mee gehad. De notaris passeert in opdracht van vader (executeur) een akte van boedelbeschrijving. Nadat klager bezwaren heeft geuit tegen de inhoud van die akte, stelt de notaris een aanvullende akte van boedelbeschrijving op, waaruit blijkt dat de nalatenschap een hogere waarde vertegenwoordigt. De kandidaat-notaris passeert deze akte als waarnemer van de notaris. Overeenkomstig de begripsbepaling van artikel 1 lid 1 sub c Wna verricht een kandidaat-notaris notariële werkzaamheden onder verantwoordelijkheid van een notaris. Afhankelijk van de aard en omvang van de door een kandidaat-notaris in een bepaald dossier verrichte werkzaamheden en diens werkervaring heeft hij in meerdere of mindere mate een eigen tuchtrechtelijke verantwoordelijkheid. Indien een kandidaat-notaris echter als waarnemer van een notaris optreedt, is hij zelf verantwoordelijk voor de werkzaamheden die hij als waarnemer verricht. Zo is het in het kader van een dergelijke waarneming geheel de eigen verantwoordelijkheid van de kandidaat-notaris of hij de aanwijzingen van de notaris inzake de ambtsuitoefening al dan niet opvolgt. Klager verwijt de kandidaat-notaris (onder meer) dat hij valselijk door vader afgelegde verklaringen heeft trachten te legaliseren/maskeren. Vo lgens de kandidaat-notaris had hij geen enkele reden om te twijfelen aan de integriteit van vader en aan de deskundigheid en betrouwbaarheid van de advocaat, de accountant en de taxateurs die in opdracht van vader de waarde van de aandelen in de onderneming, de onroerende zaak en de bestekcassette hadden bepaald. Nu de stukken die de executeur ter onderbouwing van de aanvullende boedelbeschrijving ter beschikking had gesteld afkomstig waren van personen, van wie de kandidaat-notaris mocht aannemen dat deze deskundig waren op hun vakgebied, is de kamer van oordeel dat hij heeft mogen afgaan op de juistheid van hun visie. Bij gebrek aan andersluidende concrete informatie is de kamer van oordeel dat het standpunt van de executeur ten aanzien van de waarde van de inboedel voor de kandidaat-notaris geen aanleiding had behoeven te vormen om zijn dienst te weigeren in de zin van het bepaalde bij artikel 21 lid 2 Wna. In de gegeven omstandigheden heeft de kandidaat-notaris voldoende zorgvuldigheid betracht bij de beoordeling en het passeren van de akte houdende aanvullende boedelbeschrijving, zodat de onderdelen van de klacht die betrekking hebben op zijn handelwijze betreffende de waardering van boedelbestanddelen ongegrond zullen worden verklaard. Overige onderdelen van de klacht eveneens ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2015:195 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 15-71
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 17-08-2015
- ECLI:NL:TADRARL:2015:195
Klacht dat verweerder klaagster heeft ontraden om aan de curator de huurpenningen voor haar bedrijfsruimte te betalen, omdat klaagster anders het risico zou lopen dat haar (tegen)vordering op de boedel oninbaar zou zijn. Verweerder heeft verzuimd klaagster voldoende te waarschuwen voor mogelijke negatieve gevolgen van dat advies, te weten voor het risico dat zij - ook zonder sommatie tot huurbetaling van de zijde van verhuurder of de curator - boetes verbeurde. Toepasselijke bepalingen huurovereenkomst bedrijfsruimte. Klacht gegrond. Enkele waarschuwing.
-
ECLI:NL:TNORAMS:2016:3 Kamer voor het notariaat Amsterdam 588189/NT 15-28B
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 09-02-2016
- ECLI:NL:TNORAMS:2016:3
De courtage is daags na het passeren van de leveringsakte overgemaakt aan de makelaar, in strijd met de afspraak die de oud-notaris met klaagster (die een geschil had met de makelaar) had gemaakt om de courtage in depot te nemen. Eveneens staat vast dat de oud-notaris, toen klaagster bij hem navraag deed in juli 2008, niet heeft gecontroleerd of de courtage bij hem (nog steeds) in depot stond in plaats van bij de makelaar te informeren naar de stand van zaken. Klacht gegrond, met oplegging van een berisping.
-
ECLI:NL:TADRARL:2015:201 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 15-88
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 19-10-2015
- ECLI:NL:TADRARL:2015:201
Verzetbeslissing. Verzet tegen voorzittersbeslissing, waarbij klacht tegen advocaat wederpartij kennelijk ongegrond werd verklaard, is ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2016:144 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.252
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 24-03-2016
- ECLI:NL:TGZCTG:2016:144
Klacht tegen psychiater. Deze zou haar beroepsgeheim hebben geschonden, een onjuiste diagnose hebben gesteld en ten onrechte geen verklaring aan de politie hebben afgegeven (zodat klager zijn wapens terug zou krijgen). Klacht door Regionaal Tuchtcollege afgewezen. Beroep verworpen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2016:138 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.026
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 24-03-2016
- ECLI:NL:TGZCTG:2016:138
Klacht tegen een cardioloog. Klager verwijt de cardioloog dat hij 1) ten onrechte heeft geoordeeld dat nader onderzoek niet geïndiceerd was, 2) ten onrechte heeft geoordeeld dat een operatieve ingreep niet geïndiceerd was en 3) ten onrechte gemeend heeft dat volstaan kon worden met een hercontrole een jaar later en 4) niet adequaat heeft gereageerd op de ingediende klacht. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.
-
ECLI:NL:TADRARL:2015:196 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 14-165
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 17-08-2015
- ECLI:NL:TADRARL:2015:196
Verzet ongegrond. Het enkele feit dat verweerster in het verleden samen met de huidige deken lid is geweest van de raad van toezicht behoefde haar niet te belemmeren om met diens kantoor afspraken te maken over overname van pakketten dossiers en medewerkers van het failliete kantoor van klager. Dat zij niet op dezelfde condities met klager heeft willen contracteren als met andere kantoren, is door verweerster afdoende verklaard. Vanuit het economische belang van de boedel beschouwd wa s voorstelbaar dat verweerster besloot om de toevoegingsgelden aan de boedel te laten overmaken, zulks ter stroomlijning van de door haar voorgenomen afrekening die (ook in de beleving van klager) nog diende plaats te vinden ter zake van het werk dat klager tot aan het faillissement in de door hem meegenomen zaken had verricht.
-
ECLI:NL:TNORAMS:2016:4 Kamer voor het notariaat Amsterdam 591881/NT 15-45OJ
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 17-03-2016
- ECLI:NL:TNORAMS:2016:4
Klacht over vervanging van een bladzijde in een akte tijdens passeren zonder mededeling daarvan aan partijen. Gegrond met oplegging aan de kandidaat-notaris van ontheffing uit de waarnemingsbevoegdheid voor de duur van 6 maanden.
-
ECLI:NL:TADRARL:2015:202 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 15-449
- Datum publicatie: 24-03-2016
- Datum uitspraak: 29-10-2015
- ECLI:NL:TADRARL:2015:202
Omschrijving: klacht tegen de advocaat van de wederpartij in een familiezaak wordt door de voorzitter als kennelijk ongegrond afgewezen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2016:132 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.222
- Datum publicatie: 23-03-2016
- Datum uitspraak: 22-03-2016
- ECLI:NL:TGZCTG:2016:132
De patiënt is op 10 april 2013 in verband met een blaascarcinoom met ingroei in de prostaat geopereerd door de uroloog. Na deze operatie heeft de patiënt op de IC gelegen. Het verblijf van de patiënt op de IC is zeer gecompliceerd geweest. Van 5 tot 12 augustus 2013 is de patiënt met een recidief pneumonie opgenomen op de interne afdeling van het Kennemer Gasthuis. De internist is toen als (vervangend) supervisor van een arts-assistent bij de behandeling van de patiënt betrokken geweest. Klager verwijt de internist in hoger beroep dat hij heeft gehandeld in strijd met de zorgvuldigheid die hij jegens patiënt behoorde te betrachten omdat hij: 1. de medische klachten van patiënt niet serieus heeft genomen; 3. geen onderzoek heeft gedaan om de oorzaak van de klachten te achterhalen; 4. patiënt in zijn slechte conditie heeft ontslagen, zonder verdere controles en 5. niet onderzocht heeft en niet heeft vastgesteld dat er uitzaaiingen waren van de blaaskanker. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2016:49 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 15-610/DB/LI
- Datum publicatie: 23-03-2016
- Datum uitspraak: 21-03-2016
- ECLI:NL:TADRSHE:2016:49
Verweerder heeft, terwijl de zaak al voor vonnis stond, de rechtbank benaderd zonder vooraf toestemming van klager te vragen. Klacht gegrond; enkele waarschuwing.
-
ECLI:NL:TADRARL:2015:197 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 15-33
- Datum publicatie: 23-03-2016
- Datum uitspraak: 17-08-2015
- ECLI:NL:TADRARL:2015:197
Verzet ongegrond. Klager werd bijgestaan door gemachtigde-niet-advocaat. De brief die verweerder rechtstreeks aan klager heeft gestuurd behelsde een aanzegging met rechtsgevolg. Zo’n brief mag rechtstreeks aan de wederpartij verstuurd worden. In het geval de wederpartij door een advocaat wordt bijgestaan, dient deze daarvan een afschrift te ontvangen, maar daarvan was hier geen sprake. Het had verweerder desondanks gesierd wanneer hij een afschrift van zijn brief aan klagers gemachtigde had gestuurd. Hij was dat ook van plan maar heeft dat per abuis niet gedaan. Niet zodanig ernstig dat verweerder ter zake een tuchtrechtelijk verwijt kan worden gemaakt.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2016:43 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 15-181/DB/ZWB
- Datum publicatie: 23-03-2016
- Datum uitspraak: 21-03-2016
- ECLI:NL:TADRSHE:2016:43
Na10 jaar nadat de deken een standpunt heeft ingenomen en klacht niet is doorgezonden naar de raad van discipline opnieuw ingediende klacht niet-ontvankelijk op grond van artikel 46 g lid 1 sub a Advocatenwet. Verzet niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2016:133 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.221
- Datum publicatie: 23-03-2016
- Datum uitspraak: 22-03-2016
- ECLI:NL:TGZCTG:2016:133
Patiënt is op 10 april 2013 in verband met een blaascarcinoom met ingroei in de prostaat geopereerd door de uroloog. Na deze operatie heeft de patiënt op de IC gelegen. Het verblijf van de patiënt op de IC is zeer gecompliceerd geweest. Op 28 mei 2013 is patiënt overgedragen aan de geriater. Klager verwijt de uroloog dat hij heeft gehandeld in strijd met de zorgvuldigheid die hij jegens patiënt behoorde te betrachten omdat hij: 1. noodzakelijk onderzoek - gezien het grote risico op uitzaaiingen - achterwege heeft gelaten na de operatie op 10 april 2013; 2. hierdoor patiënt aan zijn lot heeft overgelaten, waardoor zijn overlijden te vroeg en met veel pijn en ellende gepaard is gegaan; 3. patiënt uit het ziekenhuis heeft ontslagen zonder nacontrole en niet heeft doorverwezen naar een medisch centrum waar noodzakelijk onderzoek wel had kunnen worden uitgevoerd en 4. noch de patiënt, noch de familie heeft ingelicht over de bestaande kans op uitzaaiingen. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat de uroloog na de operatie en het verblijf van de patiënt op de IC op goede gronden heeft besloten dat, in afwijking van de standaardprocedure, geen controle-afspraak behoefde te worden gemaakt. Het zou het wenselijker zou geweest, indien de uroloog dit besluit persoonlijk aan de patiënt en de familie zou hebben meegedeeld en toegelicht. Dat de uroloog dit heeft nagelaten, kan hem echter niet tuchtrechtelijk worden verweten. Ook anderszins is niet gebleken dat de uroloog in strijd met de jegens de patiënt te betrachten zorg heeft gehandeld. Het beroep wordt verworpen.
-
ECLI:NL:TAHVD:2016:54 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 7592
- Datum publicatie: 23-03-2016
- Datum uitspraak: 21-03-2016
- ECLI:NL:TAHVD:2016:54
Verweerders hebben in ernstige mate gehandeld in strijd met de (financiële) integriteit die van een advocaat kan worden verlangd en hebben inbreuk gemaakt op twee andere kernwaarden van de advocatuur, te weten onafhankelijkheid en deskundigheid. Zij hebben in een aantal jaren de schulden hoog laten oplopen en hebben leningen met cliënten afgesloten om hun slechter financiële positie te maskeren. Het faillissement van verweerders met een torenhoge schuld – met aanmerkelijke schade voor derden - is het onafwendbare gevolg geweest. Alleen de maatregel van schrapping is op zijn plaats.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2016:50 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 16-693/DB/ZWB
- Datum publicatie: 23-03-2016
- Datum uitspraak: 11-03-2016
- ECLI:NL:TADRSHE:2016:50
Niet gelbeken dat verweerder als advocaat van de executeurs informatie heeft achtergenouden noch dat hij de kantonrechte ronjuist heeft geïnformeerd. Klagers niet in alle onderdelen in belang getroffen. Klacht ged. kennelijk niet-ontv. / ged. kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2016:44 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 15-553/DB/ZWB
- Datum publicatie: 23-03-2016
- Datum uitspraak: 21-03-2016
- ECLI:NL:TADRSHE:2016:44
Niet komen vast te staan dat verweerder als advocaat WWFT-plichtige diensten heeft verleend. De advocaat heeft een notaris tijdens een onderzoek door het BFT in het kader van een volgens het BFT ongebruikelijke transactie bij de herstructurering van het kantoor van die notaris bijgestaan, maar dat betekent in de gegeven omstandigheden nog niet dat die advocaat de notaris ook ten aanzien van die herstructurering heeft geadviseerd en aldus WWFT-plichtige diensten heeft verricht op grond waarvan hij verplicht was een melding ex artikel 16 WWFT aan FIU te doen. Geen eigen belang bij klacht over belangenverstrengeling. Klacht gedeeltelijk ongegrond, gedeeltelijk niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2016:134 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2015.223
- Datum publicatie: 23-03-2016
- Datum uitspraak: 22-03-2016
- ECLI:NL:TGZCTG:2016:134
De patiënt is op 10 april 2013 in verband met een blaascarcinoom met ingroei in de prostaat geopereerd door de uroloog. Na deze operatie heeft de patiënt op de IC gelegen. Het verblijf van de patiënt op de IC is zeer gecompliceerd geweest. Op 28 mei 2013 is de patiënt overgedragen aan de afdeling geriatrie, waarna de patiënt voor verdere revalidatie is overgeplaatst naar het verpleeghuis. Op 3 juli 2013 is de patiënt via de spoedeisende hulp opgenomen op de Medium Care wegens een recidief pneumonie. Van 4 juli 2013 tot 26 juli 2013 is de patiënt, onder meer door de internist, verder behandeld op de interne afdeling van het Kennemer Gasthuis. Klager verwijt de internist in hoger beroep dat hij dat heeft gehandeld in strijd met de zorgvuldigheid die hij jegens de patiënt behoorde te betrachten omdat hij: 3. geen nader onderzoek heeft gedaan om de oorzaak van de klachten te achterhalen; 4. patiënt in zijn slechte conditie heeft ontslagen, zonder verdere controles en 5. niet onderzocht heeft en niet heeft vastgesteld dat er uitzaaiingen waren van de blaaskanker. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 497
- Pagina: 498
- Pagina: 499
- ...
- Pagina: 902
- Volgende pagina zoekresultaten