Zoekresultaten 201-220 van de 1481 resultaten
-
ECLI:NL:TACAKN:2022:15 Accountantskamer Zwolle 21/1593 Wtra AK
- Datum publicatie: 11-04-2022
- Datum uitspraak: 11-04-2022
- ECLI:NL:TACAKN:2022:15
Gegronde klacht, berisping. Tussen twee ex-echtgenoten is een gerechtelijke procedure aanhangig over de hoogte van kinderalimentatie. De betrokken accountant heeft per e-mail vragen van een advocaat beantwoord over de financiën van de man. Deze e-mail is ingebracht in de gerechtelijke procedure. Naar het oordeel van de Accountantskamer belemmert de e-mail van de accountant de objectieve waarheidsvinding door de rechter. De accountant heeft daarin namelijk geconcludeerd dat de beschikbare liquiditeit én de resultaten die nog beschikbaar komen meer dan nodig zijn om het pensioenvermogen van de man op voldoende niveau te brengen, zonder dat hij de daarbij gehanteerde uitgangspunten heeft weergegeven. De accountant heeft ook gehandeld in strijd met het fundamentele beginsel van objectiviteit. Hij heeft in zijn e-mail namelijk op geen enkele wijze duidelijk gemaakt dat hij uitsluitend het standpunt van de man heeft weergegeven.
-
ECLI:NL:TACAKN:2022:16 Accountantskamer Zwolle 21/1583 Wtra AK
- Datum publicatie: 11-04-2022
- Datum uitspraak: 11-04-2022
- ECLI:NL:TACAKN:2022:16
Ongegronde klacht. Tweede klacht tegen een accountant die een Bibob-onderzoek heeft verricht. De accountant is in de eerste plaats verweten dat hij de op hem rustende geheimhoudingsplicht zou hebben geschonden, omdat hij de niet-geanonimiseerde uitspraak van de Accountantskamer met betrekking tot de eerste klacht aan zijn gemachtigde heeft gegeven. Dit klachtonderdeel is ongegrond, omdat de gemachtigde kennis moet kunnen nemen van de volledige en niet geanonimiseerde uitspraak om toereikende bijstand te kunnen verlenen. Bovendien biedt het bepaalde in artikel 16 sub c van de VGBA de mogelijkheid om in het kader van een klachtprocedure vertrouwelijke informatie te gebruiken indien dat in die procedure van belang kan zijn. De accountant is daarnaast verweten dat hij erop uit was om klagers te beroven van rechtsbijstand, omdat hij aan klager 3 (die advocaat) heeft bericht dat hij een tuchtklacht zal indienen als hij zijn functie als advocaat van klagers niet neerlegt. Dit klachtonderdeel is ongegrond, omdat het de accountant vrijstaat om een tuchtklacht tegen deze klager in te dienen als hij meent dat de gedragregels voor advocaten door hem zijn overtreden. Ook de overige vier klachtonderdelen zijn ongegrond.
-
ECLI:NL:TACAKN:2022:14 Accountantskamer Zwolle 21/1286 Wtra AK
- Datum publicatie: 04-04-2022
- Datum uitspraak: 04-04-2022
- ECLI:NL:TACAKN:2022:14
Klacht tegen accountant die de jaarrekening van een Vereniging van Eigenaars heeft gecontroleerd. Klacht ongegrond. Niet gebleken is dat betrokkene bij de uitvoering van de controle tekort is geschoten. De Accountantskamer is van oordeel dat klager, mede gelet op de door betrokkene getroffen maatregelen, niet aannemelijk heeft gemaakt dat betrokkene zijn onafhankelijkheid onvoldoende heeft gewaarborgd.
-
ECLI:NL:TACAKN:2022:13 Accountantskamer Zwolle 21/1734 Wtra AK
- Datum publicatie: 01-04-2022
- Datum uitspraak: 01-04-2022
- ECLI:NL:TACAKN:2022:13
Frauderende accountant. Gegronde klacht, doorhaling voor de duur van acht jaar. Uitspraak uitvoerbaar bij voorraad.Een accountant die in het kader van een overeenkomst van opdracht bevoegdheden had om betalingen voor een onderneming te verrichten, maakt meermaals, met gebruikmaking van valse facturen, geld van die onderneming over naar zijn eigen bankrekening. Door zijn handelwijze heeft de accountant gehandeld in strijd met het fundamentele beginsel van integriteit en heeft hij het vertrouwen in het accountantsberoep op ernstige wijze geschaad.
-
ECLI:NL:TACAKN:2022:11 Accountantskamer Zwolle 21/1533 Wtra AK
- Datum publicatie: 25-03-2022
- Datum uitspraak: 25-03-2022
- ECLI:NL:TACAKN:2022:11
Het kantoor van betrokkene heeft een FIU-melding gedaan, omdat in het kader van de controle van de geconsolideerde jaarrekening van klagers ongebruikelijke transacties waren gesignaleerd. Die transacties houden onder meer verband met de vermoedelijke omkoping van overheidsfunctionarissen in Oekraïne en het ‘zwart’ uitbetalen van een aanvulling op het loon van medewerkers van een onderneming waarin de houtonderneming een middellijke deelneming heeft. Klagers menen dat betrokkene de FIU-melding niet had mogen doen. Bovendien menen klagers dat betrokkene anders had moeten handelen na het ontvangen van de fraudesignalen en dat zij onduidelijkheid heeft laten ontstaan over de afronding van de jaarrekeningcontrole.De Accountantskamer verklaart de klachtonderdelen die zien op de FIU-melding ongegrond, omdat er sprake was van ongebruikelijke transacties die gemeld behoren te worden. De klachtonderdelen die zien op de omgang met de aanwijzingen van fraude zijn gegrond. De Accountantskamer is van oordeel dat betrokkene nader onderzoek had moeten doen naar de aanwijzingen van fraude en overtreding van wet- en regelgeving door de Oekraïense onderneming. De Accountant legt betrokkene de maatregel van berisping op.
-
ECLI:NL:TACAKN:2022:12 Accountantskamer Zwolle 21/1482 Wtra AK
- Datum publicatie: 25-03-2022
- Datum uitspraak: 25-03-2022
- ECLI:NL:TACAKN:2022:12
Nieuwe behandeling klacht na terugverwijzing door CBb. Klacht gegrond; strijd met fundamentele beginselen van vakbekwaamheid/deskundigheid en zorgvuldigheid, professioneel gedrag en integriteit. Oplegging maatregel van doorhaling van de inschrijving in de registers met verbod tot herinschrijving voor de duur van drie jaar. Geen reden om de behandeling van de klacht aan te houden. In de beslissing van het CBb van 7 september 2021 is de toezegging van het OM opgenomen dat de verklaringen van betrokkene en de uitspraken in de tuchtrechtelijke procedure, waarin die verklaringen kunnen zijn verwerkt, niet in het strafdossier terecht zullen komen. Betrokkene dient zich toetsbaar op te stellen. Betrokkene heeft wederom (vrijwel) geen inhoudelijk verweer gevoerd tegen de klacht. De onderbouwde klacht is niet afdoende weerlegd. Betrokkene heeft bewust meegewerkt aan overtreding van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) en hij heeft eraan meegewerkt dat de overschrijdingen van de Balkenendenorm niet zichtbaar waren in de jaarrekeningen.
-
ECLI:NL:TACAKN:2022:10 Accountantskamer Zwolle 21/279 Wtra AK
- Datum publicatie: 14-03-2022
- Datum uitspraak: 14-03-2022
- ECLI:NL:TACAKN:2022:10
Klacht AFM naar aanleiding van wettelijke controle organisatie van openbaar belang (oob). Klacht gegrond; strijd met fundamenteel beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid. Oplegging maatregel van tijdelijke doorhaling van de inschrijving van de accountant in de registers voor de duur van drie maanden. Betrokkene is bij een wettelijke controle met een potentieel grote groep belanghebbenden, onvoldoende professioneel-kritisch geweest en hij is zowel voor wat betreft het voorkomen, de volledigheid, de nauwkeurigheid en de afgrenzing van de omzet en over het bestaan, de waardering en de presentatie van de goodwill, tekortgeschoten in het verkrijgen van voldoende geschikte controle-informatie.
-
ECLI:NL:TACAKN:2022:9 Accountantskamer Zwolle 21/1079 Wtra AK
- Datum publicatie: 25-02-2022
- Datum uitspraak: 25-02-2022
- ECLI:NL:TACAKN:2022:9
Ongegronde klacht. Klacht tegen een accountant die in opdracht van een branchevereniging betrokken is geweest bij cao-onderhandelingen. De Accountantskamer heeft onder andere overwogen dat de accountant vooraf voldoende transparant is geweest over zijn connectie met een bestuurder van de branchevereniging. Ook is hij transparant geweest over zijn kennis en kunde met betrekking tot cao-onderhandelingen en heeft hij voldoende verantwoordelijkheid voor de kosten van zijn werkzaamheden genomen. Geen gedrags- of beroepsregel verzet zich ertegen dat een accountant een opdracht op regiebasis aanvaardt.
-
ECLI:NL:TACAKN:2022:7 Accountantskamer Zwolle 21/790 Wtra AK 21/791 Wtra AK 21/792 Wtra AK 21/793 Wtra AK 21/794 Wtra AK
- Datum publicatie: 18-02-2022
- Datum uitspraak: 18-02-2022
- ECLI:NL:TACAKN:2022:7
Gedeeltelijk gegronde klacht, waarschuwing. Klager was algemeen directeur van de NBA. In de media is aandacht geweest voor zijn connectie met een Nederlandse vennootschap waaraan ook een in de VS veroordeelde fraudeur is verbonden. Het bestuur heeft klager op non-actief gesteld en heeft een onderzoek laten instellen. Klager en de NBA hebben na het bereiken van een vaststellingsovereenkomst afscheid van elkaar genomen. De klacht is gericht tegen een aantal bestuursleden van de NBA, omdat zij volgens klager in de periode van de op non-actiefstelling tot de vaststellingsovereenkomst meerdere keren tuchtrechtelijk verwijtbaar zouden hebben gehandeld. De Accountantskamer overweegt met betrekking tot het klachtonderdeel dat is gericht tegen de op non-actiefstelling dat het vaste jurisprudentie is dat een accountant bij het nemen van civielrechtelijke maatregelen telkens de eigen belangen voldoende en juist moet afwegen tegen de belangen van de betrokken partij. Door klager voorafgaand aan de op non-actiefstelling niet te horen heeft geen juiste en voldoende waardering van feiten en weging van belangen kunnen plaatsvinden. Het besluit tot op non-actiefstelling is daarom niet voldoende zorgvuldig tot stand gekomen. Betrokkenen hebben het fundamentele beginsel van professionaliteit geschonden. De overige klachtonderdelen zijn ongegrond.
-
ECLI:NL:TACAKN:2022:8 Accountantskamer Zwolle 21/799 Wtra AK
- Datum publicatie: 18-02-2022
- Datum uitspraak: 18-02-2022
- ECLI:NL:TACAKN:2022:8
Klaagster is weduwe van een ondernemer. De ondernemer heeft in zijn testament een regeling gemaakt voor het bestuur en de voortzetting van zijn bedrijven. Na zijn overlijden heeft de weduwe de certificaten van de aandelen verkregen en is zij bestuurder van de STAK geworden. Klacht over de accountant van de onderneming, die eveneens bestuurder van de STAK is geworden en later ook bestuurder van de Holding. Volgens klaagster is sprake van belangenverstrengeling. De klacht is gegrond. Betrokkene heeft na zijn benoeming als bestuurder weliswaar geen accountantswerkzaamheden meer voor de onderneming verricht, maar verder geen maatregelen getroffen. Zo is geen aparte opdrachtbevestiging voor de werkzaamheden als bestuurder van zowel de STAK als de Holding opgesteld en is niet gebleken dat er formele afspraken zijn gemaakt en vastgelegd over onder meer de beloning. Ook heeft betrokkene zich geen rekenschap gegeven van de statuten waarin is bepaald dat een bestuurder van de Holding niet ook tot bestuurder van de STAK kan worden benoemd. Verder heeft betrokkene er niet op aangedrongen voor de STAK een aparte administratie te voeren terwijl dit op grond van de statuten verplicht is. Dat betrokkene buitensporig heeft gedeclareerd en heeft geweigerd aan de klachten van klaagster tegemoet te komen is niet aannemelijk gemaakt. Klacht in zoverre ongegrond. Maatregel: tijdelijke doorhaling voor de duur van drie maanden.
-
ECLI:NL:TACAKN:2022:5 Accountantskamer Zwolle 21/647 Wtra AK
- Datum publicatie: 28-01-2022
- Datum uitspraak: 28-01-2022
- ECLI:NL:TACAKN:2022:5
Klacht tegen accountant in business. Klacht gedeeltelijk gegrond. Strijd met fundamentele beginselen van integriteit en vakbekwaamheid en zorgvuldigheid. Oplegging maatregel van berisping. Betrokkene heeft de grens tussen haar professionele werkzaamheden en haar privé transacties en relatie niet goed afgebakend. Ook is zij zich niet voldoende bewust geweest van de risico’s van onzorgvuldige en soms ongeordende handelingen als bestuurder. Los van deze bijzondere context zou een zwaardere maatregel op zijn plaats zijn geweest.
-
ECLI:NL:TACAKN:2022:6 Accountantskamer Zwolle 21/1056 Wtra AK
- Datum publicatie: 28-01-2022
- Datum uitspraak: 28-01-2022
- ECLI:NL:TACAKN:2022:6
Klaagster werkte samen met een tandarts in een kostenmaatschap. Betrokkene had de opdracht de jaarlijkse kostenverdeling voor de kostenmaatschap op te stellen. Gaandeweg wilde de tandarts nieuwe afspraken, omdat de kosten voor het baliepersoneel – die de tandarts voor haar rekening nam – flink waren gestegen. Klaagster verwijt betrokkene dat hij in de daarop gevolgde onderhandelingen en bemiddelingstraject een partijdige rol heeft ingenomen.De Accountantskamer verklaart de klacht ongegrond. Vrij kort nadat een overleg niet had geleid tot nieuwe afspraken tussen klaagster en de tandarts, heeft klaagster een andere accountant gevraagd haar belangen te behartigen. Vanaf dat moment was de objectiviteit van betrokkene, zo die al in het geding is geweest, niet langer bedreigd. Er bestond dan ook geen aanleiding om maatregelen te nemen, laat staan de opdracht terug te geven.
-
ECLI:NL:TACAKN:2022:4 Accountantskamer Zwolle 21/556 Wtra AK
- Datum publicatie: 24-01-2022
- Datum uitspraak: 24-01-2022
- ECLI:NL:TACAKN:2022:4
Klacht over een accountant die werkzaam is bij de FIOD en in die hoedanigheid heeft meegewerkt aan een onderzoek waarbij is onderzocht of klager mogelijk schuldig was aan strafbare feiten.Klager verwijt betrokkene dat het mede door hem opgestelde proces-verbaal onjuistheden bevat en dat hij dat wist of had behoren te weten. Klager doelt specifiek op een viertal passages uit het proces-verbaal. De Accountantskamer is van oordeel dat de klacht ongegrond is. De vier passages zijn letterlijke citaten uit het civiele procesdossier waarover betrokkene beschikte en geven niet de mening van betrokkene weer. Uit de dossierstukken en wat betrokkene daarover heeft opgemerkt blijkt dat de vier passages stroken met andere onderdelen van het dossier zoals betrokkene dat destijds tot zijn beschikking had, en dat de schaarse onderdelen van dat dossier die een andere richting uitwezen van onvoldoende gewicht konden worden bevonden.
-
ECLI:NL:TACAKN:2022:1 Accountantskamer Zwolle 20/2614 Wtra AK 20/2615 Wtra AK
- Datum publicatie: 21-01-2022
- Datum uitspraak: 21-01-2022
- ECLI:NL:TACAKN:2022:1
Klacht tegen externe accountant van groep die verzekeringen aanbiedt en pensioenen beheert. Klacht op verscheidene onderdelen gegrond; strijd met fundamenteel beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid. Oplegging maatregel van tijdelijke doorhaling van de inschrijving in de registers voor de duur van zes maanden.Klacht tegen OKB-er is ook op verscheidene onderdelen gegrond; strijd met fundamenteel beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid. Oplegging maatregel van tijdelijke doorhaling van de inschrijving in de registers voor de duur van vier maanden. De rol van betrokkene was groter dan normaal gesproken behoort tot de rol van OKB-er. Hij ondersteunde de externe accountant bij de uitvoering van de controleopdracht.
-
ECLI:NL:TACAKN:2022:2 Accountantskamer Zwolle 20/1767 Wtra AK
- Datum publicatie: 21-01-2022
- Datum uitspraak: 21-01-2022
- ECLI:NL:TACAKN:2022:2
Klacht van twee gemeenteraadsleden dat betrokkene geen goedkeurende controleverklaring had mogen afgeven bij de jaarrekening 2019 van de gemeente. Daarin is een afschrijving tot nihil van investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut van vóór 2017 (van € 4,1 mln) verwerkt, welke afschrijving ten laste van een reserve is gebracht. Volgens klagers ligt aan die afschrijving geen raadsbesluit ten grondslag en had die afschrijving eventueel in de jaarrekening 2020 moeten worden verwerkt. Betrokkene heeft niet gecontroleerd of aan het totaal van alle onttrekkingen in 2019 (van € 4,5 mln) wel raadsbesluiten ten grondslag liggen. Betrokkene heeft de termijn van twee weken bedoeld in artikel 197 lid 3 Gemeentewet niet nageleefd.De klacht is in alle onderdelen ongegrond. De Accountantskamer beantwoordt niet de vraag of de afschrijving tot nihil op grond van artikel 64 lid 4 (oud) BBV wel was geoorloofd of dat sprake was van een stelselwijziging die op grond van artikel 64 lid 2 (oud) BBV alleen om gegronde redenen mocht geschieden. De verwerking van de afschrijving in de jaarrekening 2019 is onder meer in overeenstemming met het BBV, met name de Kadernota rechtmatigheid. Gebleken is dat aan de afschrijving en de onttrekkingen raadsbesluiten ten grondslag liggen. De raad en het college van B&W moeten zelf de termijn van twee weken bewaken.
-
ECLI:NL:TACAKN:2022:3 Accountantskamer Zwolle 21/265 Wtra AK
- Datum publicatie: 21-01-2022
- Datum uitspraak: 21-01-2022
- ECLI:NL:TACAKN:2022:3
Klacht over accountant die bestuurder is van een franchiseorganisatie waarbij klagers aangesloten zijn.Klagers hebben een geschil met de voormalige maten van hun administratiekantoor over de waardering van de klantenportefeuille. Een bindend adviseur is niet tot een eindrapport gekomen omdat hij niet beschikte over alle benodigde informatie. Betrokkene heeft op verzoek van de advocaat van de wederpartij van klagers een brief opgesteld waarin zij een conclusie trekt over de waarde van een klantenportefeuille binnen de franchiseformule.Betrokkene wist - of had kunnen weten - dat haar brief in een gerechtelijke procedure zou worden ingebracht. Toch is de conclusie in haar brief niet onderbouwd, er is niet ingegaan op de voorlopige conclusie van de bindend adviseur en er zijn geen voorbehouden gemaakt. De brief heeft geen deugdelijke grondslag, zodat de klacht op dit punt gegrond is.Dat betrokkene een financieel belang had bij de waardebepaling van de klantenportefeuille, zodat haar objectiviteit en integriteit in het geding zijn, is niet aannemelijk gemaakt. De klacht is in zoverre ongegrond. Maatregel: berisping.
-
ECLI:NL:TACAKN:2021:80 Accountantskamer Zwolle 21/876 Wtra AK
- Datum publicatie: 27-12-2021
- Datum uitspraak: 27-12-2021
- ECLI:NL:TACAKN:2021:80
Klager is professioneel wielrenner geweest. Klager heeft betrokkene gevraagd de Belastingdienst ervan te overtuigen dat hij met zijn werkzaamheden als wielrenner als ondernemer voor de inkomstenbelasting diende te worden aangemerkt. Betrokkene heeft de aangiften inkomstenbelasting op die basis ingediend, maar de Belastingdienst heeft geoordeeld dat klager geen ondernemer is. De klacht gaat over onjuiste advisering over diverse belastingonderwerpen, zoals de aanvraag van een VAR-verklaring, het niet-toepassen van de 183-dagenregeling en de beperkte aftrek van kosten. De Accountantskamer heeft de klacht ongegrond verklaard. Betrokkene heeft de keuze voor de aangifte als winst uit onderneming of resultaat overige werkzaamheden expliciet aan klager voorgelegd en geïnformeerd over de gevolgen daarvan voor de belastingdruk. Het is niet aan betrokkene te wijten dat de Belastingdienst in de werkzaamheden van klager geen ondernemerschap heeft gezien.
-
ECLI:NL:TACAKN:2021:81 Accountantskamer Zwolle 21/657 Wtra AK
- Datum publicatie: 27-12-2021
- Datum uitspraak: 27-12-2021
- ECLI:NL:TACAKN:2021:81
Klacht tegen een accountant die goedkeurende controleverklaringen heeft afgegeven bij de jaarrekeningen van een fonds voor gemene rekening en die een assurancerapport heeft opgesteld bij een prospectus. Klagers vinden dat ten onrechte in de prospectus is opgenomen dat “dividend” wordt uitgekeerd en vinden dat beleggers op het verkeerde been worden gezet. Klacht gedeeltelijk gegrond. Schending van het fundamentele beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid. Oplegging maatregel van waarschuwing.
-
ECLI:NL:TACAKN:2021:79 Accountantskamer Zwolle 21/447 Wtra AK
- Datum publicatie: 17-12-2021
- Datum uitspraak: 17-12-2021
- ECLI:NL:TACAKN:2021:79
Man en vrouw (klaagster) zijn al jaren bezig met de afwikkeling van de samenwoning en hebben beiden advocaten ingeschakeld. De klacht ziet op de accountant van de man, die op verzoek van de man stukken heeft opgemaakt over diens vermogenspositie. De man heeft hem gevraagd de stukken te voorzien van de naam van het accountantskantoor. Betrokkene had zich moeten afvragen waarom hem die vraag werd gesteld, aangezien hij had kunnen vermoeden dat de man deze niet alleen voor eigen gebruik nodig had. Nadat de klacht is ingediend heeft betrokkene in een brief aan de man zijn eerdere stukken nader toegelicht en de man gevraagd deze in de inmiddels lopende procedure in te sturen. Betrokkene heeft daarin echter niet uiteengezet op basis van welke opdracht en welke beroepsregels is gewerkt. Klacht gegrond omdat betrokkene geen mogelijke bedreiging voor zijn objectiviteit heeft onderkend, geen maatregelen heeft getroffen en niets heeft vastgelegd. Verwijt dat betrokkene heeft meegewerkt aan het opheffen van de onderneming ongegrond, nu dit niet aannemelijk is gemaakt. Maatregel: waarschuwing.
-
ECLI:NL:TACAKN:2021:77 Accountantskamer Zwolle 21/533 en 21/535 Wtra AK
- Datum publicatie: 17-12-2021
- Datum uitspraak: 17-12-2021
- ECLI:NL:TACAKN:2021:77
Klaagster is een filmproducent aan wie een subsidie is verleend ten behoeve van de productie van een film. Aan de subsidie waren voorwaarden verbonden. Zo moet de eindafrekening worden gecontroleerd door een accountant. Omdat de subsidieverstrekker nog vragen had bij de eindafrekening van de film hebben zij betrokkenen gevraagd hiernaar onderzoek te doen.Volgens klaagster bevat de opdracht geen rationeel doel en ontbreekt het normenkader. Ook lijkt het erop dat het de opdrachtgever erom te doen was klaagster in een negatief daglicht te stellen en staan betrokkenen niet neutraal tegenover haar. Verder stelt klaagster dat er 3 definitieve rapporten zijn opgesteld met onverklaarbare verschillen en dat zij niet is gehoord.De klachten zijn ongegrond. In het rapport is toegelicht wat de vragen zijn en met welk doel het onderzoek is verricht. Dat de opdrachtgever de reputatie van klaagster wilde schaden is niet aannemelijk geworden, zodat betrokkenen niet reeds hierom hun medewerking aan het onderzoek hadden moeten weigeren.Tot slot is geen sprake van drie definitieve rapporten, maar van verschillende conceptrapporten. Klaagster heeft alle concepten ontvangen en kon daarop reageren. Betrokkenen hebben betoogd dat zij alle reacties en stukken van klaagster hebben bekeken. Dat betrokkenen niet alle 103 reacties hebben overgenomen en alle 36 bijlagen bij het rapport hebben gevoegd maakt niet dat zij hieraan zijn voorbij gegaan.