Zoekresultaten 261-270 van de 846 resultaten
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2018:8 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2017-157a
- Datum publicatie: 09-01-2018
- Datum uitspraak: 09-01-2018
- ECLI:NL:TGZRSGR:2018:8
Ongegronde klacht tegen een verpleegkundige. Niet vast komt te staan dat de (ambulance)verpleegkundige zich bij haar werkdiagnose heeft laten leiden door de eerdere diagnose van de huisarts of SEH-arts. Ook niet dat de verpleegkundige de ECG verkeerd heeft afgelezen. Evenmin dat zij onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar de gezondheidstoestand van patiënte, hoewel het beter ware geweest als zij grondiger had doorgevraagd naar de medische voorgeschiedenis van patiënte, met name de collaps. Klacht afgewezen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2018:2 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2017.038
- Datum publicatie: 09-01-2018
- Datum uitspraak: 09-01-2018
- ECLI:NL:TGZCTG:2018:2
Klacht tegen verpleegkundige. Klager is vader en gedurende een bepaalde periode de contactpersoon van de patiënt (hierna: de zoon). De zoon is onder behandeling bij een GGZ-instelling en heeft uit zelfbescherming gekozen voor een onder curatelestelling. Klager is niet de curator. Klager verwijt de verpleegkundige - kort weergegeven - een onjuiste en slechte behandeling van de zoon en van hemzelf als contactpersoon. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart klager niet ontvankelijk voor zover zijn klacht de behandeling van de zoon betreft. De overige klachten worden als ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege onderschrijft het oordeel van het Regionaal Tuchtcollege en verwerpt het beroep.
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2018:9 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2017-157b
- Datum publicatie: 09-01-2018
- Datum uitspraak: 09-01-2018
- ECLI:NL:TGZRSGR:2018:9
Ongegronde klacht tegen een verpleegkundige. Niet vast komt te staan dat de (ambulance)verpleegkundige zich bij zijn werkdiagnose heeft laten leiden door de eerdere diagnose van de huisarts of SEH-arts. Ook niet dat de verpleegkundige de ECG verkeerd heeft afgelezen. Evenmin dat hij onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar de gezondheidstoestand van patiënte, hoewel het beter ware geweest als hij grondiger had doorgevraagd naar de medische voorgeschiedenis van patiënte, met name de collaps. Klacht afgewezen.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2018:7 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 091/2017
- Datum publicatie: 08-01-2018
- Datum uitspraak: 08-01-2018
- ECLI:NL:TGZRZWO:2018:7
Verpleegkundig specialist geeft verklaring aan ambulance personeel mee dat ten aanzien van ernstig zieke patiënt niet re-animeren is afgesproken. Dit beleid was uitgebreid besproken door behandelend arts (hoofdbehandelaar) met patiënt, in bijzijn van een zaalarts en verpleegkundige en genoteerd in de decursus en op het voorblad van het dossier. Verweerster heeft uitvoering gegeven aan het al eerder afgesproken beleid. Van een eigenmachtige beslissing van verweerster is hierbij dus geen sprake geweest. Het meegeven van een dergelijke verklaring was overigens gebruikelijk en tegenwoordig wordt een uitdraai van (het voorblad van ) het dossier meegegeven. Dat de patiënt de verklaring ondertekent, is niet gangbaar en ook niet vereist. Verweerster heeft niet onzorgvuldig gehandeld. Evenmin met betrekking tot de beslissing om de bloedtransfusies niet elders te laten plaatsvinden. Hierbij gaf verweerster eveneens uitvoering aan het door de hoofdbehandelaar uitgevoerde beleid. Niet gebleken dat verweerster rekening had moeten houden met het feit dat patiënt zelf reed. Nog los van het feit dat -zoals uit de verklaring van de hematoloog uit Leiden ook blijkt- moeilijk is vast te stellen op welk moment iemand niet meer in staat is om zelf te rijden met anemie, wist verweerster aanvankelijk niet dat patiënt zelf reed en dat klaagster geen rijbewijs had. Tenslotte was de keuze om de antibiotica niet zonder meer voort te zetten verantwoord. Aangezien de antibiotica aanvankelijk een goede respons gaven, is deze medicatie na de gebruikelijke duur van de kuur gestaakt. Bij voortzetting van de medicatie zou het risico bestaan dat eerder resistentie ontstaat, waarna de antibiotica geen effect meer hebben en bij terugkeer van infectie geen therapie meer resteert.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2017:207 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 013/2017
- Datum publicatie: 22-12-2017
- Datum uitspraak: 22-12-2017
- ECLI:NL:TGZRZWO:2017:207
Klacht tegen verpleegkundige. Verweerster is na een zeer langdurige werkonderbreking in de nachtdiensten in een zorgresidentie gaan werken. Daarbij nam zij op zich de zorg voor de inmiddels overleden moeder van klaagster. Verweerster heeft zich onvoldoende ingespannen om haar kennis en bekwaamheid op peil te brengen. Verder nam zij niet de benodigde zorgvuldigheid in acht bij het rapporteren van medicatie-effecten en het heimelijk toedienen van medicatie. Klacht deels gegrond. Berisping.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2017:210 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 146/2017
- Datum publicatie: 22-12-2017
- Datum uitspraak: 22-12-2017
- ECLI:NL:TGZRZWO:2017:210
klacht over schending beroepsgeheim. De zorgverlener heeft informatie over zijn cliënt gedeeld met een geschilleninstantie in de veronderstelling dat hij daartoe toestemming had gekregen. Klacht gegrond: waarschuwing.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2017:148 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2017/164VP
- Datum publicatie: 19-12-2017
- Datum uitspraak: 19-12-2017
- ECLI:NL:TGZRAMS:2017:148
Grensoverschrijdend gedrag. Klaagster verwijt verweerder, een sociaal psychiatrisch verpleegkundige (SPV), dat hij haar seksueel heeft geïntimideerd en op zijn initiatief lichamelijk contact met haar heeft gemaakt. Verweerder heeft tijdens sessies maandenlang met klaagster geflirt en haar buiten kantoortijden en in het weekend ook vele emails gestuurd, aldus klaagster. Verweerder voert verweer. Deels gegrond, berisping.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2017:205 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 005/2017
- Datum publicatie: 19-12-2017
- Datum uitspraak: 19-12-2017
- ECLI:NL:TGZRZWO:2017:205
Klacht tegen (leidinggevende) psychiater. Klager heeft na opname op een gesloten afdeling een verzorgende in haar hals en been gestoken. Klager verwijt verweerder dat bij de plaatsing van klager op de groep een onjuiste risicotaxatie is gemaakt en dat geen overdracht van informatie heeft plaatsgevonden tussen het personeel. Deze klachten zijn volgens klager mede terug te voeren op organisatorisch falen. Klacht (kennelijk) ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2017:330 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2017.127
- Datum publicatie: 07-12-2017
- Datum uitspraak: 07-12-2017
- ECLI:NL:TGZCTG:2017:330
Klacht tegen verpleegkundige. Klaagster is werkgeefster van de verpleegkundige. Klaagster verwijt de verpleegkundige dat zij heeft toegestaan dat een collega-verpleegkundige een gedwongen opgenomen patiënte, met een langdurige psychiatrische voorgeschiedenis, die tevens bekend was met een alcoholprobleem, buiten de instelling alcohol één glas wijn heeft laten drinken. Tevens wordt de verpleegkundige verweten dat zij dit nadien niet heeft gerapporteerd toen bleek dat haar collega-verpleegkundige, die betrokken was, niet had gerapporteerd. . Het Regionaal Tuchtcollege acht de klacht gegrond. Het Centraal Tuchtcollege vernietigt de beslissing waarvan beroep. Het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat de verpleegkundige niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld door ermee in te stemmen dat de collega-verpleegkundige patiënte heeft toegestaan alcohol te nuttigen. Van belang is dat algemene (beleids)regels en richtlijnen ten aanzien van alcoholgebruik buiten de afdeling ontbraken in de instelling. Voorts was er geen recent behandelplan van patiënte voor handen waaruit kon worden opgemaakt dat alcoholgebruik moest worden vermeden. Verder is van belang dat binnen de afdeling waar de verpleegkundige werkte, bij de omgang van patiënten aan de verpleegkundigen veel vrijheid werd gegund ten behoeve van een goede behandel- en vertrouwensbasis en “out of the box” denken werd gestimuleerd. Evenmin kan de verpleegkundige tuchtrechtelijk worden verweten dat zij het alcoholgebruik niet heeft gerapporteerd toen bleek dat haar collega-verpleegkundige dat niet had gehad, nu rapportage hiervan alleen diende plaats te vinden bij buitensporig en fors afwijkend gedrag, hetgeen niet aan de orde was. Het Centraal Tuchtcollege acht de klacht alsnog ongegrond. De opgelegde maatregel van waarschuwing komt zodoende te vervallen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2017:333 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2017.200
- Datum publicatie: 07-12-2017
- Datum uitspraak: 07-12-2017
- ECLI:NL:TGZCTG:2017:333
Klacht tegen verpleegkundige. Naar aanleiding van een huisbezoek door een arts-assistent vanwege verbale agressie en fysieke dreiging in de thuissituatie is klager in 2014 gedurende drie maanden in contact geweest met de GGZ-instelling waar de verpleegkundige werkzaam is. Klager was bekend met psychoses in het verleden. Klager verwijt de verpleegkundige onder meer dat hij een verkeerde diagnose heeft gesteld en medische onwaarheden heeft gedeeld met zijn ex-vriendin, dat hij een onjuiste rapportage heeft geschreven, dat hij de verkeerde huisarts heeft aangeschreven en zijn huidige huisarts te laat heeft ingelicht en dat hij vooringenomen en onzorgvuldig is geweest en zich zou hebben laten beïnvloeden door de ex-vriendin van klager. Verder maakt klager bezwaar tegen de hoogte van het bedrag dat de instelling bij zijn zorgverzekeraar in rekening heeft gebracht. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege onderschrijft het oordeel van het Regionaal Tuchtcollege en verwerpt het beroep.