Zoekresultaten 38771-38780 van de 42895 resultaten

  • ECLI:NL:TGZCTG:2011:YG0985 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2010.010

      De huisarts en zijn elf eveneens aangeklaagde collega’s vormen het totale huisartsenbestand van een huisartsengroep. De klachten tegen de huisartsen betreffen de wijze waarop het roulatieschema tot stand is gekomen, waarbij klagers naar zij stellen verstoken bleven van eerstelijnszorg en door de artsen langdurig in het ongewisse werden gelaten. Voorts stellen klagers dat er zonder opgaaf van redenen werd geweigerd tot inschrijving in een patiëntenbestand over te gaan. Bovendien werd volgens klagers het recht op vrije artsenkeuze volledig genegeerd en iedere poging om tot een acceptabele en werkbare oplossing te komen  zonder opgaaf van redenen ter zijde geschoven. Het RTG wijst de klacht af. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klagers.

  • ECLI:NL:TAHVD:2011:YA1472 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5790

    Verwijt over onjuiste declaraties. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1475 Raad van Discipline Amsterdam 10-179A

    Gegronde klacht tegen advocaat die niet reageerde op strafpiketmelding. Uit uitdraai van telefoonprovider van piketcentrale blijkt dat telefonisch contact is geweest met mobiele telefoon van de advocaat. Berisping.  

  • ECLI:NL:TGZCTG:2011:YG0998 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2010.029

    Klager verwijt de internist-nefroloog dat zij niet de zorg van een redelijk handelend arts heeft betracht doordat zij in de voorbereiding op de niertransplantatie bij klager in 2005 en 2006 geen PSA-waardebepaling heeft uitgevoerd, ondanks het bestaan van het “protocol screenen en opwerken van de transplantatiekandidaat”, waarin een PSA-waardebepaling is opgenomen. Voorts verwijt klager de arts dat zij het dossier van klager niet heeft overgedragen aan een collega toen zij haar werkzaamheden bij het ziekenhuis beëindigde. Klachten zowel in eerste aanleg als in hoger beroep ongegrond. Het protocol is (tot op heden) nog een concept-versies. De wijze van overdracht van het dossier van klager aan haar opvolgster is correct.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2011:YG0979 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2010.004

      De huisarts en zijn elf eveneens aangeklaagde collega’s vormen het totale huisartsenbestand van een huisartsengroep. De klachten tegen de huisartsen betreffen de wijze waarop het roulatieschema tot stand is gekomen, waarbij klagers naar zij stellen verstoken bleven van eerstelijnszorg en door de artsen langdurig in het ongewisse werden gelaten. Voorts stellen klagers dat er zonder opgaaf van redenen werd geweigerd tot inschrijving in een patiëntenbestand over te gaan. Bovendien werd volgens klagers het recht op vrije artsenkeuze volledig genegeerd en iedere poging om tot een acceptabele en werkbare oplossing te komen  zonder opgaaf van redenen ter zijde geschoven. Het RTG wijst de klacht af. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klagers.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2011:YG0995 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen T2010/06

       

  • ECLI:NL:TGZCTG:2011:YG1007 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2010.088

    Klager stelt dat verweerder heeft nagelaten de door de examencommissie gezonden stukken op waarheid te toetsen, dat hij heeft verzuimd kennis te nemen van het medisch dossier van klager en dat verweerder in het rapport onjuistheden heeft vermeld. Het Regionaal Tuchtcollege heeft geoordeeld dat het onderzoek van verweerder de toets der kritiek kan doorstaan en dat het rapport voldoet aan de daaraan te stellen eisen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.  

  • ECLI:NL:TACAKN:2011:YH0156 Accountantskamer Zwolle 10/1460 Wtra AK

      Behoudens bijzondere omstandigheden kan het door een accountant in zijn zakelijke betrekkingen al dan niet in rechte innemen van een civielrechtelijk standpunt in het kader van de door hem in acht te nemen fundamentele beginselen van integriteit en professionaliteit niet tot een gegrond tuchtrechtelijk verwijt leiden. Van dergelijke bijzondere omstandigheden is onder meer sprake indien geoordeeld zou moeten worden dat een door een accountant ingenomen standpunt bewust onjuist of misleidend, en dus te kwader trouw, blijkt te zijn of naar haar aard bezien door een redelijke en goed geïnformeerde derde, die over alle relevante informatie beschikt, zal worden opgevat als schadelijk voor de goede naam van het accountantsberoep. In casu wordt ten onrechte geklaagd over de uitleg door betrokkene van een eerdere, tijdens een vorige zitting van de Accountantskamer tussen partijen overeengekomen minnelijke regeling.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2011:YG0992 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2009/323GZP

     

  • ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1482 Raad van Discipline Amsterdam 10-199A

    klacht tegen eigen advocaat Aangezien klager niet aannemelijk heeft gemaakt waarom er circa 9 jaar is verstreken tussen de verweten gedragingen en het indienen van de klacht is hij niet ontvankelijk. In dit geval prevaleert het belang van de advocaat dat hij er ter wille van de rechtszekerheid van uit moet kunnen gaan dat zijn optreden na verloop van een redelijke termijn niet meer tuchtrechtelijk ter discussie kan worden gesteld boven het maatschappelijke belang dat zijn optreden door een tuchtrechter kan worden getoetst. verzet ongegrond