Zoekresultaten 35121-35130 van de 44710 resultaten
-
ECLI:NL:TADRAMS:2013:YA4051 Raad van Discipline Amsterdam 13-045A
- Datum publicatie: 20-03-2013
- Datum uitspraak: 14-03-2013
- ECLI:NL:TADRAMS:2013:YA4051
Voorzittersbeslissing. Klacht tegen eigen advocaat kennelijk ongegrond. Beleidsvrijheid. Vrijheid om werkzaamheden neer te leggen wegens vertrouwensbreuk.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2013:YA4032 Raad van Discipline Amsterdam 12-231A
- Datum publicatie: 20-03-2013
- Datum uitspraak: 12-03-2013
- ECLI:NL:TADRAMS:2013:YA4032
Ongegronde klacht tegen eigen advocaat. Advies niet kennelijk onjuist. Vrijheid van de advocaat om opdrachten van cliënt niet uit te voeren.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2013:YA4039 Raad van Discipline Amsterdam 12-217A
- Datum publicatie: 20-03-2013
- Datum uitspraak: 12-03-2013
- ECLI:NL:TADRAMS:2013:YA4039
Betreft klacht tegen eigen advocaat. Verweerder zou klaagster niet goed hebben bijgestaan, onvoldoende hebben voorgelicht over verschillende aspecten van de procedure. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TNOKZUT:2013:YC0941 Kamer van toezicht Zutphen 2/2012
- Datum publicatie: 20-03-2013
- Datum uitspraak: 07-03-2013
- ECLI:NL:TNOKZUT:2013:YC0941
De klacht van [klager] bestaat uit de volgende twee onderdelen - [het notariskantoor] heeft twee zekerheden, te weten twee krediethypotheken, geregistreerd op de woning van het echtpaar, terwijl bekend was dat de ruimte in de overwaarde van dat pand noodzakelijk was om de door [het notariskantoor] opgestelde en ten overstaan van [notaris 2] ondertekende overeenkomsten met betrekking tot het woonhuis van [klager] na te komen, - [het notariskantoor] heeft de registerverklaring inzake het retentierecht op het woonhuis van [klager] opgesteld en laten inschrijven in de registers van het kadaster. Geoordeeld moet worden dat in dit geval, waar [notaris 2] onderzoek gedaan heeft naar de juistheid van de verklaring van het echtpaar dat twee van hun schuldeisers een hypotheekrecht op hun woning wilden vestigen en deze schuldeisers tegenover hem het bestaan van de vordering hebben bevestigd, [notaris 2] er geen rekening mee behoefde te houden dat de hypotheekvestigingen mogelijk een ongeoorloofd doel of gevolg zouden hebben, laat staan dat gezegd kan worden dat hem van een kennelijk ongeoorloofd doel of gevolg moet zijn gebleken. Bij de beantwoording van de vraag of [notaris 2] andere gegronde redenen had om zijn medewerking te weigeren geldt dat [notaris 2] zowel rekening moest houden met de belangen van de (aanstaande) hypotheekhouders als met de belangen van [klager]. [notaris 2] heeft aangevoerd dat hij de belangen van [klager] voldoende had behartigd door haar direct te informeren over de door het echtpaar ingeroepen ontbinding, haar te adviseren een advocaat te raadplegen en op haar verzoek de brief van het echtpaar door te sturen naar de door [klager] genoemde advocaat. Hij kan daarin gevolgd worden. Hoewel een andere notaris in de situatie waarin [notaris 2] verkeerde en met alle relevante kennis van de zaak misschien een andere keus had gemaakt, kan de beslissing van [notaris 2] om wel zijn medewerking te verlenen gebillijkt worden. Hij is in ieder geval binnen de hem als notaris gegeven marges gebleven. De vraag of [notaris 2] had moeten onderzoeken of het aannemingsbedrijf bevoegd was een beroep te doen op dat retentierecht alvorens zijn medewerking aan de registerverklaring te verlenen, moet ontkennend beantwoord worden. Het gaat te ver van een (kandidaat-)notaris een dergelijk onderzoek te verlangen. Ook ten aanzien van het opstellen en inschrijven van de registerverklaring geldt dat een andere notaris mogelijk een andere beslissing had genomen. Bekend is dat onder notarissen een discussie bestaat over het al dan niet medewerking verlenen aan de inschrijving van een retentierecht. Het feit echter dat [notaris 2] heeft meegewerkt aan de registratie van het retentierecht is in het onderhavige geval geen reden voor het treffen van een tuchtrechtelijke maatregel. [notaris 2] heeft de nodige zorgvuldigheid betracht en zijn handelen valt binnen de hiervoor onder 4.6. weergegeven marges.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2013:YA4033 Raad van Discipline Amsterdam 12-274A
- Datum publicatie: 20-03-2013
- Datum uitspraak: 12-03-2013
- ECLI:NL:TADRAMS:2013:YA4033
Belangenverstrengeling. Van een schending van gedragsregel 7 is geen sprake. Aan alle voorwaarden van Gedragsregel 7 lid 5 is voldaan: (1) er is sprake van verschillende kwesties die geen verband houden met elkaar, terwijl een daarop uitlopende ontwikkeling evenmin aannemelijk is en (2) gesteld noch gebleken is dat verweerder door zijn optreden voor klager de beschikking heeft gekregen over vertrouwelijke informatie die van belang kan zijn voor de kwestie van de aansprakelijkstelling.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2013:YA4046 Raad van Discipline Amsterdam 12-338Alk + 12-339Alk
- Datum publicatie: 20-03-2013
- Datum uitspraak: 05-03-2013
- ECLI:NL:TADRAMS:2013:YA4046
Dekenbezwaar gegrond. Het vertrouwen van de rechterlijke macht in de advocatuur is gebaseerd op het beginsel dat een advocaat op zijn woord wordt geloofd. Door het welbewust doen van onjuiste mededelingen aan een rechterlijke autoriteit wordt het vertrouwen in de advocatuur geschaad, wat verweerders tuchtrechtelijk valt aan te rekenen. Maatregel: jegens verweerder sub 1 voorwaardelijke schorsing van een maand en jegens verweerster sub 2 waarschuwing.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2013:YA4040 Raad van Discipline Amsterdam 12-196A
- Datum publicatie: 20-03-2013
- Datum uitspraak: 12-03-2013
- ECLI:NL:TADRAMS:2013:YA4040
Betreft klacht tegen eigen advocaat. Verweerder is nodeloos een procedure begonnen tegen een bepaalde partij. De toezegging van verweerder dat hij klager zou compenseren door een andere procedure te starten, is verweerder niet nagekomen. Klacht gegrond, berisping. Art. 48 lid 7 Advocatenwet.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2013:YA4034 Raad van Discipline Amsterdam 12-286H
- Datum publicatie: 20-03-2013
- Datum uitspraak: 12-03-2013
- ECLI:NL:TADRAMS:2013:YA4034
Verweerder heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld doordat hij heeft nagelaten om voor klaagster een procedure tot schadevergoeding aanhangig te maken. Verweerder wordt maatregel van berisping opgelegd.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2013:YA3992 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch M112-2012
- Datum publicatie: 19-03-2013
- Datum uitspraak: 18-02-2013
- ECLI:NL:TADRSHE:2013:YA3992
Verzet deels gegrond omdat een klachtonderdeel in de voorzittersbeslissing niet is beoordeeld. Klacht alsnog ongegrond omdat verweerder van het feit dat zijn cliënte buiten zijn medeweten de kinderen meenam naar de zitting geen tuchtrechtelijk verwijt worden gemaakt. Niet gebleken dat verweerder de vereiste afstand tot zijn cliënte uit het heeft oog verloren. Verzet deels gegrond; klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2013:YA3986 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch M189-2012
- Datum publicatie: 19-03-2013
- Datum uitspraak: 04-03-2013
- ECLI:NL:TADRSHE:2013:YA3986
Niet gebleken dat verweerder de benodigde werkzaamheden voor het in gang zetten van een minnelijk traject schuldhulpverlening heeft verricht, terwijl naast het reeds in rekening gebrachte bedrag van € 202,30 wel een slotdeclaratie ten bedrage van € 1.068,56 aan klaagster is verzonden. Klacht gegrond; onvoorwaardelijke schorsing twee weken.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 3512
- Pagina: 3513
- Pagina: 3514
- ...
- Pagina: 4471
- Volgende pagina zoekresultaten