Zoekresultaten 13471-13480 van de 44710 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:235 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-063c

    Ongegronde klacht tegen een psychiater. De door de psychiater gegeven vorm van begeleiding aan klaagster en het zijn van contactpersoon acht het College adequaat. Met de doorverwijzing naar de nieuwe instelling heeft de psychiater geen inhoudelijke bemoeienis gehad. Geen aanwijzingen dat de psychiater de ouders van klaagster had moeten inlichten. Klacht ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:174 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/659400 / DW RK 18/653

    Er is niet tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld door beslag te leggen op de hond van klager. De gerechtsdeurwaarders hebben echter onvoldoende aannemelijk gemaakt dat de inbewaargeving noodzakelijk was voor het behoud van de zaken. De kamer betrekt hierbij dat de hond een gezelschapsdier is en dus niet te verwachten valt dat klager zijn hond zou verduisteren. Bovendien hebben de gerechtsdeurwaarders de ter zitting genoemde verwachte opbrengst van de hond ad € 1.000,- niet aannemelijk gemaakt. Verder hadden de gerechtsdeurwaarders de zoon van de schuldeiser in dit geval niet als gerechtelijk bewaarder mogen aanstellen, omdat hij in feite de zaakwaarnemer van de schuldeiser is. Uit het betalingsvoorstel van 22 oktober 2018 volgt dat klager zijn hond pas na meer dan twee jaar zou terugkrijgen, hetgeen naar het oordeel van de kamer als gijzeling kan worden aangemerkt. Dat is tuchtrechtelijk laakbaar. De klacht is gedeeltelijk gegrond. De kamer legt de maatregel van berisping op en veroordeelt de gerechtsdeurwaarders in de proceskosten.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:168 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/665727 / DW RK 19/213

    Het BFT verwijt de gerechtsdeurwaarders dat zij 1. een ontoereikende administratie voeren, 2.een bewaringstekort hebben laten ontstaan en bestaan, 3. de rebate-verplichting niet hebben meegenomen in de berekening van de bewaarplicht en 4. handelen in strijd met de regels inzake de onafhankelijkheid. De door de gerechtsdeurwaarders aangevoerde ontvankelijkheidsverweren worden verworpen. Het BFT kan in de klachten worden ontvangen. De klachtonderdelen 2 en 3 worden gegrond verklaard. De kamer is van oordeel dat de rebate-vergoeding moet worden meegenomen bij de berekening van de bewaringsplicht. De overige klachtonderdelen worden ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:243 Raad van Discipline Amsterdam 19-510/A/A

    Ongegrond verzet

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:250 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-606/DH/RO

    Klacht over kwaliteit van dienstverlening, kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:263 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-189/DH/RO

    Klacht tegen advocaat wederpartij ongegrond. Klacht tegen advocaat-stagiaire en haar patroon. Verweerster is de advocaat-stagiaire. Het toezenden van facturen aan klager kan niet worden aangemerkt als tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen. De omstandigheid dat verweerster klager heeft verzocht om een deel van het bedrag te voldoen op de derdenrekening en het overige deel op de kantoorrekening, is evenmin tuchtrechtelijk laakbaar. Dat verweerster heeft getracht ‘misbruik te maken van derdengeld’, is niet gebleken.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:244 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-252/DH/DH

    Klacht over kwaliteit van dienstverlening ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:230 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-125

    Deels gegronde klacht tegen een internist. Klaagster niet-ontvankelijk in de klachten die betrekking hebben op de periode tot 22 mei 2009. Het medisch dossier van de internist vertoont nogal wat gebreken. Er is geen differentiaaldiagnose en verder beleid aangetroffen. Ook heeft de internist de afwijkende bloeduitslagen onvoldoende duidelijk gecommuniceerd naar klaagster. De internist had klaagster een duidelijker advies moeten geven over het vervolg gedurende de vakantie. Klacht gedeeltelijk gegrond verklaard. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:257 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-171/DH/RO

    Verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TADRSGR:2019:238 Raad van Discipline 's-Gravenhage 19-618/DH/RO/D

    Dekenbezwaar gegrond. Verweerder heeft de voorwaarden voor opheffing van zijn schorsing met voeten getreden door de deken o.a. niet (tijdig) althans in strijd met de waarheid te informeren over de financiële situatie van zijn kantoor en zijn praktijkvoering en de voortgang van de behandeling van de strafzaak tegen hem. Daarnaast is door zijn bewezenverklaarde strafrechtelijke gedragingen en de daarvoor aan hem opgelegde gevangenisstraf niet alleen zijn eigen integriteit aangetast maar ook en vooral het vertrouwen in de advocatuur ernstig geschaad. Hoewel verweerder zich heeft uitgeschreven als advocaat, legt de raad een voorwaardelijke schorsing voor de duur van 26 weken op.