Zoekresultaten 35221-35230 van de 44683 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARN:2013:YA3961 Raad van Discipline Arnhem 12-140

    Klager beklaagt zich erover dat verweerder als advocaat van klager de belangen van klager onvoldoende heeft behartigd door niet adequaat het (ontbrekende) dossier te vergaren, en verweerder voorts onvoldoende bereid was om te procederen tegen de wederpartij, een onderwijsinstelling. Op grond van gedragsregel 8 had van verweerder verwacht mogen worden dat hij zijn opdracht schriftelijk had vastgelegd, dat hij had aangeven wat hij van zijn cliënt verwachtte ten aanzien van het aanleveren van gegevens en dat hij had aangegeven wat hij in de zaak zou gaan doen. Nu verweerder dit heeft nagelaten heeft hij niet gehandeld zoals een behoorlijk advocaat betaamt. De klacht is gegrond. Tijdens een bespreking van 3 november 2011 werd verweerder naar eigen zeggen pas duidelijk wat nu precies de opdracht van klager was. Het was ook de eigen verantwoordelijkheid van klager om over zijn opdracht aan verweerder geen misverstand te laten ontstaan. Een deel van de verwarring heeft klager dus zelf veroorzaakt. Hierin ziet de raad reden om af te zien van het opleggen van een maatregel.

  • ECLI:NL:TADRLEE:2012:YA3952 Raad van Discipline Leeuwarden 05/11

    Het advocatentuchtrecht blijft gelden ook als een advocaat in een andere hoedanigheid optreedt. Als een advocaat zich in zijn hoedanigheid van deken zodanig gedraagt dat het vertrouwen in de advocatuur daardoor wordt ondermijnd zal sprake zijn van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen. In casu had de voorzitter geoordeeld dat daarvan geen sprake was. Verzet is ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA3944 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4063/12.197

    Verweerder was niet gehouden klager een urenspecificatie te verstrekken. Uit de stukken volgt dat verzekeraar X de rekeningen van verweerder heeft betaald en daarbij geen voorbehoud heeft gemaakt. Indien klager van mening is dat verweerder teveel heeft gedeclareerd, dient klager zich tot verzekeraar X. te wenden. De vordering van klager dat verweerder een bedrag aan verzekeraar X terug te betalen is exclusief voorbehouden aan verzekeraar X en niet aan klager. In de klachtprocedure behartigt verweerder zijn eigen belangen. Die positie brengt met zich dat verweerder bij het formuleren van zijn verweer ten aanzien van klagers klachtonderdelen niet de belangen van klager voorop hoeft te stellen, maar die van zichzelf. Verweerder heeft niet in strijd met enige wet of gedragsregel gehandeld door in zijn stukken namen te noemen en informatie over klager te verstrekken. Bij een tuchtrechtelijk onderzoek of een verzoek om informatie van de deken is de advocaat immers op grond van de gedragsregels verplicht alle gevraagde inlichtingen te verstrekken, zonder zich op zijn geheimhoudingsplicht te kunnen beroepen. Klacht deels kennelijk ongegrond en deels kennelijk niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TADRLEE:2012:YA3946 Raad van Discipline Leeuwarden 99/11

    Een advocaat dient in overleg met zijn cliënt te onderzoeken of een regeling in der minne haalbaar is. Indien zijn voorganger reeds dergelijke pogingen heeft ondernomen, waarmee de huidige advocaat niet bekend is, kan aan de huidige advocaat niet worden verweten dat deze een nieuwe poging tot schikking doet. Een poging tot schikken betekent niet dat getracht wordt het op “een akkoordje te gooien”. Het verzet tegen de beslissing van de voorzitter is dan ook ongegrond.

  • ECLI:NL:RBAMS:2013:YB0923 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW406.2012

    De klacht betreft het verwijt dat de gerechtsdeurwaarder na betaling van een overeengekomen bedrag toch beslag ten laste van klager heeft gelegd. Klager verwijt de gerechtsdeurwaarder daarnaast dat hij in een door klager gegeven opdracht heeft gefaald en klager heeft benadeeld. De Kamer is van oordeel dat klager de betaling van het overeengekomen bedrag op geen enkele wijze nader heeft onderbouwd. De door klager aan zijn andere klachtonderdeel ten grondslag gelegde standpunten falen eveneens. De klacht wordt ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2013:YA4042 Raad van Discipline Amsterdam 12-193Lee

    Klacht met betrekking tot de financiële afwikkeling van een toevoeging. Verweerder zou ten onrechte een bedrag door een kantoorgenoot hebben laten verrekenen met een declaratie van klager in een andere zaak. Klacht niet ontvankelijk nu klager de kantoorgenoot van verweerder had moeten aanspreken en niet verweerder.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2013:YG2675 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2012/170

    Klaagster verwijt haar voormalige huisarts dat zij niet heeft gehandeld in overeenstemming met de zorg die zij jegens haar had behoren te betrachten door onvoldoende oog te hebben voor de ernst van de medische conditie waarin klaagster verkeerde, nadat er bij haar een urineweginfectie was geconstateerd. Patiënte is uiteindelijk met een urosepsis opgenomen in het ziekenhuis. Afwijzing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2012:YA3945 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4056/12.190

    Op basis van de stukken, meer in het bijzonder de tegenstrijdige standpunten van klaagster en verweerster, kan niet worden vastgesteld dat verweerder in zijn hoedanigheid van curator zich zodanig heeft misdragen, dat daardoor het vertrouwen in de advocatuur is geschaad. Klachtonderdelen kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2013:1 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2012/75

    Onderzoek door psychiater naar aanwezigheid van ADHD op verzoek UWV in verband bepaling arbeidsongeschiktheid. Het onderzoek is onzorgvuldig uitgevoerd (geen gestructureerde vraagstelling, geen hetero-anamnese. Het rapport is de weerslag van een psychoanalytische focus op de problematiek van klager, maar is als zodanig ontoereikend om de door het UWV veronderstelde diagnose te ontkrachten. Het College legt een waarschuwing op.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2013:YG2676 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2012-057

    Klager verwijt de arts zakelijk gezegd dat hij heeft gehandeld in strijd met de zorg die hij in zijn hoedanigheid van (verpleeghuis)arts had behoren te betrachten bij de behandeling van decubituswonden en ontslag van patiënt uit het verpleeghuis en een ontoereikende ontslagbrief aan de huisarts heeft geschreven in plaats van te adviseren dat onverwijlde ziekenhuisopname noodzakelijk was. Waarschuwing.