Zoekresultaten 2421-2430 van de 2763 resultaten

  • ECLI:NL:TNOKZUT:2009:YC0542 Kamer van toezicht Zutphen 07/2008

    Klachtonderdeel 1: De conceptakte van levering en de conceptafrekening hadden apart aan klaagster moeten worden gericht. Notaris wist van faillissement van echtgenoot van klaagster en wist van de scheiding van tafel en bed. Eerdere correspondentie was op de juiste wijze geadresseerd en klaagster mocht erop vertrouwen dat latere correspondentie op dezelfde wijze geadresseerd zou worden. Klacht gegrond.   Klachtonderdeel 2: Klaagster had moeten worden gekend alvorens tot wijziging van de conceptakte en –afrekening over te gaan. Door de gevoerde handelswijze is klaagster de gelegenheid ontnomen om haar mening over de wijziging te geven. klacht gegrond.   Klachtonderdeel 3: Klaagster is niet op een juiste manier in kennis gesteld van de nieuwe passeerafspraak. Klacht gegrond.   Klachtonderdeel 4: Niet is vast komen te staan dat notaris klaagster onder druk heeft gezet om de akte te ondertekenen. Ook is niet gebleken dat door andere partijen bedreigingen zijn geuit, waartegen de notaris actie had moeten ondernemen. Voor zover ongegrond. Notaris had echter wel een eigen verantwoordelijkheid om de bijeenkomst op dat moment te beëindigen en de volgende dag te hervatten. Dit gelet op de discussies, de onduidelijkheden tijdens de bespreking en het feit dat klaagster nog slecht zeer kort over de relevante stukken beschikte. Gedeeltelijk gegrond   Klachtonderdeel 5: Klaagster heeft geen financieel belang bij een vrijstelling op grond van de Natuurschoonwet. Klaagster heeft zodoende geen belang bij dit klachtonderdeel. Klacht ongegrond.   Klachtonderdeel 6: Zonder overleggen terugstorten van depot. De kamer is van oordeel dat de notaris in ieder geval expliciet had moeten reageren op de brief van de advocaat van klager waarin hij de notaris had verzocht om de bij haar in depot gestorte koopsom in depot te houden omdat klaagster niet in de ontbinding van de overeenkomst kan berusten. Gegrond.   Klachtonderdeel 7: Partijdigheid. De kamer is met de notaris van oordeel dat klaagster bij de ondertekening van de koopovereenkomst haar bezwaren had moeten uiten indien zij niet wilde dat de notaris tot hetzelfde kantoor behoorde als de curator en de advocaat van de kopers. Gezien het feit dat de notaris klaagster ten onrechte niet actief bij de wijzigingen van de concepten heeft betrokken, haar geringe communicatie en een ongelukkig geformuleerd emailbericht, is wel de schijn van partijdigheid gewekt, hoewel niet is komen vast te staan dat de notaris partijdig heeft gehandeld. Klacht gegrond.   Klachtonderdeel 8: Onvoldoende informatieverstrekking. De kamer deelt de opvatting van de notaris dat het ging om zuiver technische afwikkeling niet. De notaris had klaagster zodoende uitgebreider moeten informeren. De Kamer is van oordeel dat de notaris in de diverse stadia van de behandeling van de zaak in haar communicatie richting klaagster is tekortgeschoten. Klacht gegrond.   Klachtonderdeel 9: Het valt de notaris niet te verwijten dat zij de briefwisseling heeft afgesloten en klaagster daarna heeft verwezen naar haar advocaat. De notaris heeft immers zowel mondeling als schriftelijk een reactie op de gang van zaken gegeven. Klacht ongegrond.  

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2009:YC0335 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 09-16

    De Kamer volgt klager niet in zijn stelling dat het kantoor van de notaris beschikt over een “verplicht beveiligingsadministratiesysteem”, waardoor bij het openen en/of printen van een brief automatisch de datum van de dag van opening of printen verschijnt, wat volgens klager impliceert dat de kandidaat-notaris het datumveld in een brief opzettelijk had gewist. Het is de Kamer bekend dat een automatische datering in een brief kan worden omgezet in een definitieve datering en andersom. Het is daarom niet uitgesloten dat de kandidaat-notaris bij het schrijven van haar brief aan koper, ter bevestiging van de ontvangst van kopers bericht van ontbinding, gebruik heeft gemaakt van een eerdere brief aan koper met een definitieve datering en vervolgens verzuimd heeft deze datum te wijzigen in de actuele datum. Ook is het mogelijk dat de kandidaat-notaris, gebruikmakend van een eerdere brief, de datum onjuist heeft aangepast. Klacht ongegrond.  

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2009:YC0336 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 09-01

    De Kamer leest in … van artikel 7 van de overeenkomst dat klaagster bij opzegging van de overeenkomst een jegens haar ex-partner opeisbare vordering zou hebben voor hetgeen door haar meer is betaald dan haar aandeel in de gemeenschappelijk bewoonde woning, welke haar juridische eigendom is, doch welke krachtens artikel 12 van de overeenkomst aan beide partijen in economisch eigendom toebehoort. De notaris had reeds hiermee in voldoende mate de belangen van klaagster als eigenares van de woning gewaarborgd, in die zin dat klaagster na opzegging van de overeenkomst vanuit dien hoofde een vordering zou hebben op haar ex-partner. Daarom was er geen sprake van eenzijdigheid van de samenlevingsovereenkomst in de zin van bevoordeling van klaagsters ex-partner. Klaagster kon na kennisneming van de concept-overeenkomst en de toelichting daarop door de kandidaat-notaris in diens brief van … zich nader laten informeren door de kandidaat-notaris of de notaris. Klaagster kon dit ook doen op het moment van het doornemen van de overeenkomst door de notaris met partijen op zijn kantoor voor de ondertekening van de overeenkomst. Er waren ook geen signalen dat klaagster leed aan een burn-outsyndroom, welke signalen voor de notaris aanleiding hadden moeten zijn om bij klaagster na te vragen of de strekking van de overeenkomst geheel conform haar wens was. Klacht ongegrond.  

  • ECLI:NL:TNOKZUT:2009:YC0531 Kamer van toezicht Zutphen 10/2008

    Klachtonderdeel 1: Het ontbreken van toestemming van de echtgenote bij een schenking van vader aan zoon. Het had op de weg van de notaris gelegen om de belangen van de echtgenote van [vader] - als zwakste partij - te beschermen en zijn medewerking aan het passeren van de schenkingsakte te weigeren. Op hem rust in dat opzicht immers een eigen verantwoordelijkheid. Nu hij zulks heeft nagelaten, heeft hij gehandeld in strijd met het bepaalde in artikel 17, eerste lid, van de Wet op het notarisambt (Wna). Dit onderdeel van de klacht is dan ook gegrond.   Klachtonderdeel 2: Bij het opstellen van een akte van geldlening is in die akte een negatieve / positieve hypotheekverklaring opgenomen, zonder onherroepelijke volmacht en zonder een sanctie op niet-naleving van die hypotheekverklaring. Het verbinden van een onherroepelijke volmacht en een sanctie aan een dergelijke negatieve/positieve hypotheekverklaring zijn geen wettelijke vereisten maar slechts opties. Wel ligt het op de weg van de notaris om de schuldeiser op die opties te wijzen. Wil van vader was om te voorkomen dat zijn andere kinderen direct tot executie zouden overgaan. Het niet opnemen van hiervoor genoemde opties is in deze niet als verwijtbaar aan te merken. Dit onderdeel van de klacht is dan ook ongegrond.   Klachtonderdeel 3: Bij het vestigen van een hypotheekrecht ten behoeve van een derde, is niet getoetst aan de voornoemde hypotheekverklaringen. Tussen partijen staat onweersproken vast, dat de notaris wist van de hiervoor bedoelde hypotheekverklaring. Het had volgens de Kamer dan ook op de weg van een behoorlijk en zorgvuldig handelend notaris gelegen om aan de geldgever te vragen of hij instemde met het ten gunste van de ABN Amro Bank vestigen van een hypotheek op het onderhavige pand en eveneens of de door [vader] verstrekte geldlening met de daaruit door [zoon] verkregen gelden werd afgelost dan wel dat [vader] instemde met de niet-aflossing. Nu de notaris zulks heeft nagelaten, is dit onderdeel van de klacht gegrond. Klachtonderdeel 4: De notaris heeft verzuimd in de akte wijziging huwelijkse voorwaarden de verplichting van de heer [zoon] in verband met voornoemde hypotheekverklaringen op een juridisch zorgvuldige wijze op de echtgenote van de heer [zoon] over te dragen. Tussen partijen staat onweersproken vast, dat [zoon] een onherroepelijke volmacht heeft verkregen van zijn echtgenote om zijn verplichtingen uit hoofde van de akte van geldlening na te komen. [zoon] is derhalve volgens de Kamer in staat zelfstandig een hypotheekrecht ten gunste van [vader] te vestigen. Dit onderdeel van de klacht is daarom ongegrond.   Klachtonderdeel 5: De belangen van alle betrokken partijen niet in gelijke mate behartigen. Het aan de notaris gemaakte verwijt dat de belangen van alle betrokken partijen niet in gelijke mate behartigd zijn, valt geheel samen met de andere klachten, zodat deze klacht geen afzonderlijke bespreking behoeft.     De Kamer is van oordeel dat de twee geconstateerde tekortkomingen (klachtonderdelen 1 en 3) dusdanig ernstig zijn dat ter zake daarvan de maatregel van waarschuwing dient te worden opgelegd.  

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2009:YC0337 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 09-17

    Wat er ook zij van de toenmalige medische toestand van klaagster, zoals beschreven in het overgelegde medisch rapport -  waarvan de notaris overigens kennelijk pas in deze klachtprocedure heeft kennisgenomen  - , de Kamer is van oordeel dat de omstandigheid alleen al dat klaagster op de dag van de ondertekening van de notariële volmacht als patiënte in een psychiatrisch ziekenhuis verbleef, voor de notaris de doorslaggevende reden had moeten zijn om éérst bij de medische staf en in ieder geval bij de behandelaar van klaagster na te gaan of en in hoever klaagster in staat kon worden geacht haar wil voor de afgifte van de notariële volmacht te bepalen. Klacht gegrond met berisping.

  • ECLI:NL:TNOKZUT:2009:YC0541 Kamer van toezicht Zutphen 05/2009

    Klachtonderdeel 1:  vergeten om klager op de hoogte te stellen van het niet doorgaan van de passeerafspraak. Notaris kan niet bevestigen dat de mededeling is gedaan dat de passeerafspraak niet door zou gaan. Een dergelijk gebrek aan duidelijkheid komt voor rekening van de notaris. Gegrond Klachtonderdeel 2: Post niet verzonden naar het opgegeven postadres, maar naar het al verlaten woonadres. Onduidelijk op welke datum klager de adreswijziging heeft doorgegeven aan de notaris. Klacht ongegrond Klachtonderdeel 3: De notaris heeft een naamswijziging van zijn kantoor en een wijziging van het e-mailadres niet aangekondigd. Uit de overgelegde stukken kan ook worden opgemaakt dat de door klager overgelegde e-mail binnen een week was doorgestuurd en beantwoord, een termijn die niet als onredelijk kan worden beschouwd.Klacht ongegrond. Klachtonderdeel 4: Verzuimd hebben een afschrift van de voorlopige koopovereenkomst aan de koper te overhandigen of toe te sturen, dit althans niet bewijzen kan. De notaris erkent dat er is verzuimd na ondertekening van het voorlopig koopcontract een exemplaar aan partijen mee te geven. Dit is in strijd met de zorgvuldigheid. Notaris heeft dit niet zelf geconstateerd maar heeft dit uit correspondentie begrepen. Gegrond. Geen maatregel opgelegd. Notaris heeft meerdere malen excuses aangeboden en de nodige nazorg richting klager betracht. Er zijn maatregelen genomen om herhaling in de toekomst te voorkomen.      

  • ECLI:NL:TNOKBRE:2009:YC0333 Kamer van toezicht Breda Kl 9/2009

    Anders dan de notaris meent levert de door hem als hiervoor aangevoerde omstandigheid voor deze tekortkoming geen rechtvaardigingsgrond op. Het moge zijn dat die tekortkoming is te wijten aan zijn huidige accountant in combinatie met problemen met zijn vorige accountant, deze omstandigheid ontslaat de notaris niet van zijn eigen verantwoordelijkheid er voor zorg te dragen en erop toe te zien dat zijn jaarstukken tijdig en volledig worden ingediend en, zo dit vanwege buiten hem om liggende reden niet mogelijk blijkt, daarvoor gemotiveerd uitstel te verzoeken. Dat de notaris, naar hij stelt, de rappèlbrief van klager mogelijkerwijs niet heeft ontvangen acht de kamer onvoldoende aannemelijk geworden. Genoemde indieningsplicht dient ter waarborging van een adequaat en goed georganiseerd toezicht op het financiële beheer van de notariële praktijk en nu de notaris hierin niet verschoonbaar is tekort geschoten, is dit toezicht belemmerd en heeft de notaris daarmee tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld, zodat de klacht gegrond is.  

  • ECLI:NL:TNOKBRE:2009:YC0334 Kamer van toezicht Breda Kl 4/2009

    Bepalend voor het ingangstijdstip voor de berekening van de klachttermijn van artikel 99, lid 3 Wna is niet, zoals de notaris aanvoert, het tijdstip in 2004 waarop de notaris klager in kennis heeft gesteld van de slechte financiële positie van de BV, maar de brief van 30 oktober 2008, waarin de notaris klager op de hoogte heeft gesteld van de betreffende lening, de opzegging daarvan en van de door de Postbank aangekondigde rechtsmaatregelen. Niet gebleken is dat klager al eerder van de lening op de hoogte was. Dit betekent dat klager het daarover het betreffende verwijt binnen de hiervoor genoemde klachttermijn heeft ingediend, zodat hij daarin kan worden ontvangen. Dit is echter anders ten aanzien van de door klager bij repliek aangevoerde verwijten. Niet de daarvoor door de notaris aangevoerde primaire grond, dat voor de indiening van deze verwijten bij repliek de Wna geen ruimte biedt, maar overschrijding van de hiervoor genoemde klachttermijn en strijdigheid met het ne bis in idem beginsel, zijn daarvoor redengevend.  

  • ECLI:NL:TNOKAMS:2009:YC0330 Kamer van toezicht Amsterdam 380345/NT 07-29 P

    Klacht over onzorgvuldig handelen in de advisering door de notaris aan de (advocaat van de) moeder (executeur-testamentair) van klaagster ten aanzien van de nalatenschap van haar vader. Klacht niet ontvankelijk o.g.v. ne bis in idem-beginsel.

  • ECLI:NL:TNOKAMS:2009:YC0331 Kamer van toezicht Amsterdam 432185/NT 09-26 Pee

    Niet tijdig indienen van jaarstukken door de notaris bij het BFT. Schorsing van twee dagen wegens herhaaldelijk te laat indienen en niet reageren.