Zoekresultaten 13291-13300 van de 13557 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2010:YG0260 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 113/2007

    Klacht tegen plastisch chirurg. Klaagster heeft pijnklachten in één van haar borsten. In beide borsten zijn in 1989 implantaten geplaatst. Naar aanleiding van op een echo geconstateerde mogelijke lekkage wordt patiënt geadviseerd de implantaten te laten vervangen. Deze zitten na de ingreep niet goed, ze staan te hoog en verschuiven bij fysieke bewegingen. Niet is komen vast te staan dat de ingreep niet goed is uitgevoerd. Geen tuchtrechtelijk verwijt. Hetzelfde geldt voor een tegelijkertijd uitgevoerde littekencorrectie. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2010:YG0258 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2009 h 038.dh

    Klaagster verwijt de psychiater grensoverschrijdend gedrag. De psychiater heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het College heeft de klacht, bestaande uit drie onderdelen, op twee onderdelen gegrond geacht en de psychiater de maatregel van berisping opgelegd.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2010:YG0259 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2009 h 033.dh

    Klaagster verwijt de internist haar op een onzorgvuldige en onvoldoende wijze te hebben geïnformeerd over de aard en ernst van haar ziekte en daardoor te hebben bijgedragen aan het dramatisch beeld dat zij had van haar ziekte. De internist heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het College heeft de klacht grotendeels gegrond geacht en de internist de maatregel van waarschuwing opgelegd.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0257 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2009/058T

    Klaagster verweet de tandarts dat hij inadequaat had gereageerd op de pijnklachten aan element 25. De klacht had voorts betrekking op de bejegening. De tandarts heeft de klacht betwist. Het college heeft de klacht afgewezen omdat de tandarts in redelijkheid had kunnen handelen zoals zij had gedaan. Klaagster had toen zij bij hem kwam geen koorts en zij gebruikte geen pijnstilling. Hij heeft haar gezegd dat zij bij verergering van de pijn de praktijk kon bellen.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0255 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09146

    Klagers verwijten verweerster, oncoloog, dat zij de patiënt in gevaar heeft gebracht door een onvolledig recept te schrijven, onvoldoende informatie over de medicatie te verstrekken en geen bloedcontroles af te spreken. Ook klagen zij over onvoldoende dossiervorming, invulling van de taak als eindverantwoordelijke en zelfinzicht. Verweerster heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het college acht de wijze waarop in casu het recept is voorgeschreven alsmede de dossiervorming onvoldoende zorgvuldig. Op deze onderdelen is de klacht gegrond. Volgt

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0256 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09156

    Klaagster verwijt verweerder, chirurg, dat hij klaagster bij een borstvergroting onvoldoende heeft geïnformeerd, dat een onjuiste diagnose is gesteld, geen nazorg is verleend, klaagster ten onrechte met open wonden heeft rondgelopen en dat zij een zwijgcontract heeft moeten tekenen. Verweerder heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het college is van oordeel dat voorlichting en diagnose voldoende waren evenals de behandeling en nabehandeling. Het opleggen van de verplichting af te zien van juridische stappen en zich te onthouden van negatieve publiciteit is onzorgvuldig. Dit klachtonderdeel is gegrond. Volgt waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2010:YG0252 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 034/2009

    Klacht tegen verpleegkundige, werkzaam als groepsleider bij een GGZ-instelling. Rechtbank en gerechtshof hebben verweerder veroordeeld wegens ontucht met twee patiëntes en mensenhandel met betrekking tot één van hen. Naast vier jaar gevangenisstraf heeft hij een verbod gekregen om gedurende 7 jaar in de zorg werkzaam te zijn. Verweerder is met vroegpensioen gegaan en heeft zich, na de indiening van de tuchtklacht door zijn voormalige werkgeefster, laten uitschrijven uit het BIG-register. Het tuchtcollege ontzegt verweerder het recht om zich weer in het BIG-register in te schrijven.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2010:YG0253 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 125/2009

    Klacht tegen verpleegkundige. Verweerster kent klaagster als psychiatrisch patiënt uit haar vorige werkkring. Klaagster verwijt verweerster haar beroepsgeheim te hebben geschonden. Klacht ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0254 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2009/106

    De chirurg heeft bij klaagster een borstsparende operatie verricht. Zij verweet de chirurg dat hij in plaats van de tumor gezond weefsel had verwijderd. De chirurg heeft verweer gevoerd. Het college heeft de klacht afgewezen en oordeelde dat het verwijderen van gezond weefsel in plaats van de geconstateerde tumor bij minder dan 1% van soortgelijke uitgevoerde operaties voor komt en helaas niet te vermijden is daar deze zich niet per definitie laat herkennen bij de ingreep.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0250 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/105

    Aanvraag vergunning tot verblijf met als doel medische behandeling. In kader van bezwaarprocedure tegen afwijzing van aanvraag is de arts, verbonden aan het Bureau Medische Advisering (BMA), door de IND gevraagd te adviseren. Volgens klager (1) had het dossier aanleiding moeten zijn te twijfelen aan de effectiviteit van de behandeling in het land van herkomst; (2) heeft de arts ten onrechte in het advies opgenomen dat klager wel kan reizen als hij wordt begeleid door sociaal psychiatrisch verpleegkundige, (3) ontbeert het advies de nodige zorgvuldigheid. Het oordeel van het Regionaal Tuchtcollege dat de klacht in alle onderdelen ongegrond is wordt in beroep verworpen. Het Centraal Tuchtcollege overweegt dat ingeval er twijfel bestaat over effectiviteit van de te verkrijgen behandeling daarvan in rapportage melding moet worden gemaakt. Daarbij wordt van de arts verwacht dat hij de kernfactoren die hij kan wegen, weegt. Specifieke karakter van de stoornis/ziekte van klager en de oorzaak daarvan kunnen meebrengen dat BMA arts gemotiveerd aangeeft of er al dan niet een aanmerkelijke kans is dat getwijfeld moet worden aan de effectiviteit.