Zoekresultaten 12761-12770 van de 13024 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0257 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2009/058T

      Klaagster verweet de tandarts dat hij inadequaat had gereageerd op de pijnklachten aan element 25. De klacht had voorts betrekking op de bejegening. De tandarts heeft de klacht betwist. Het college heeft de klacht afgewezen omdat de tandarts in redelijkheid had kunnen handelen zoals zij had gedaan. Klaagster had toen zij bij hem kwam geen koorts en zij gebruikte geen pijnstilling. Hij heeft haar gezegd dat zij bij verergering van de pijn de praktijk kon bellen.  

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0255 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09146

    Klagers verwijten verweerster, oncoloog, dat zij de patiënt in gevaar heeft gebracht door een onvolledig recept te schrijven, onvoldoende informatie over de medicatie te verstrekken en geen bloedcontroles af te spreken. Ook klagen zij over onvoldoende dossiervorming, invulling van de taak als eindverantwoordelijke en zelfinzicht. Verweerster heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het college acht de wijze waarop in casu het recept is voorgeschreven alsmede de dossiervorming onvoldoende zorgvuldig. Op deze onderdelen is de klacht gegrond. Volgt

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0256 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09156

    Klaagster verwijt verweerder, chirurg, dat hij klaagster bij een borstvergroting onvoldoende heeft geïnformeerd, dat een onjuiste diagnose is gesteld, geen nazorg is verleend, klaagster ten onrechte met open wonden heeft rondgelopen en dat zij een zwijgcontract heeft moeten tekenen. Verweerder heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het college is van oordeel dat voorlichting en diagnose voldoende waren evenals de behandeling en nabehandeling. Het opleggen van de verplichting af te zien van juridische stappen en zich te onthouden van negatieve publiciteit is onzorgvuldig. Dit klachtonderdeel is gegrond. Volgt waarschuwing.  

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2010:YG0252 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 034/2009

    Klacht tegen verpleegkundige, werkzaam als groepsleider bij een GGZ-instelling. Rechtbank en gerechtshof hebben verweerder veroordeeld wegens ontucht met twee patiëntes en mensenhandel met betrekking tot één van hen. Naast vier jaar gevangenisstraf heeft hij een verbod gekregen om gedurende 7 jaar in de zorg werkzaam te zijn. Verweerder is met vroegpensioen gegaan en heeft zich, na de indiening van de tuchtklacht door zijn voormalige werkgeefster, laten uitschrijven uit het BIG-register. Het tuchtcollege ontzegt verweerder het recht om zich weer in het BIG-register in te schrijven.  

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2010:YG0253 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 125/2009

      Klacht tegen verpleegkundige. Verweerster kent klaagster als psychiatrisch patiënt uit haar vorige werkkring. Klaagster verwijt verweerster haar beroepsgeheim te hebben geschonden. Klacht ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0254 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2009/106

      De chirurg heeft bij klaagster een borstsparende operatie verricht. Zij verweet de chirurg dat hij in plaats van de tumor gezond weefsel had verwijderd. De chirurg heeft verweer gevoerd. Het college heeft de klacht afgewezen en oordeelde dat het verwijderen van gezond weefsel in plaats van de geconstateerde tumor bij minder dan 1% van soortgelijke uitgevoerde operaties voor komt en helaas niet te vermijden is daar deze zich niet per definitie laat herkennen bij de ingreep.  

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0250 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/105

      Aanvraag vergunning tot verblijf met als doel medische behandeling. In kader van bezwaarprocedure tegen afwijzing van aanvraag is de arts, verbonden aan het Bureau Medische Advisering (BMA), door de IND gevraagd te adviseren. Volgens klager (1) had het dossier aanleiding moeten zijn te twijfelen aan de effectiviteit van de behandeling in het land van herkomst; (2) heeft de arts ten onrechte in het advies opgenomen dat klager wel kan reizen als hij wordt begeleid door sociaal psychiatrisch verpleegkundige, (3) ontbeert het advies de nodige zorgvuldigheid. Het oordeel van het Regionaal Tuchtcollege dat de klacht in alle onderdelen ongegrond is wordt in beroep verworpen. Het Centraal Tuchtcollege overweegt dat ingeval er twijfel bestaat over effectiviteit van de te verkrijgen behandeling daarvan in rapportage melding moet worden gemaakt. Daarbij wordt van de arts verwacht dat hij de kernfactoren die hij kan wegen, weegt. Specifieke karakter van de stoornis/ziekte van klager en de oorzaak daarvan kunnen meebrengen dat BMA arts gemotiveerd aangeeft of er al dan niet een aanmerkelijke kans is dat getwijfeld moet worden aan de effectiviteit.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0251 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2009/253

      De klacht betreft de behandeling van klagers vader: verder de patiënt te noemen. De klacht houdt, kort samengevat, in dat de chirurg, bij de opname van de patiënt in het ziekenhuis wegens buikpijnklachten, een onjuiste diagnose heeft gesteld. De patiënt is overleden. De chirurg heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het college heeft de klacht afgewezen en oordeelde dat de chirurg geen verwijt kon worden gemaakt dat hij niet eerder de oorzaak van de klachten had vastgesteld en dat hij verdedigbaar had gehandeld door eerst af te wachten en dat hij zich vervolgens mede had laten leiden door het weer verbeterende klinisch beeld van patiënt.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2010:YG0241 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 260/2009

    Klacht tegen fysiotherapeut. Klager niet-ontvankelijk na herindiening klacht na eerdere intrekking. Naar het oordeel van het college is in dit geval sprake van bijzondere omstandigheden. Allereerst valt te wijzen op alle acties die klager in persoon tegen verweerder had ondernomen via het strafrecht, het klachtrecht, de Inspectie en het tuchtrecht. Voorts is van belang dat klager pal voor de zitting via zijn advocaat, die zich twee weken tevoren voor het eerst namens hem had gesteld nadat klager de procedure tot dan toe steeds zelf had gevoerd, zonder nadere redengeving en onder aanbieding van excuses de klacht heeft ingetrokken. Tegen die achtergrond mocht verweerder ervan uitgaan dat klager de klacht weloverwogen door tussenkomst van zijn advocaat had ingetrokken en dat klager hem niet opnieuw tuchtrechtelijk zou aanspreken ter zake van dezelfde feiten. vlak voor de zitting.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0237 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09179